M#. 817. 7" JaargAng. Vrijdag 7 Mei 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem frauco per post1.50. Afzonder, ijte nummers0.05. Deze Co-itfat verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentifinmededeelinger. enz.gelieve men vóór 11 urn 's morgens bij de Uitgeven in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIfiN: Van 1-6 regel» f O.SO. Elke regel meer 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 85 cents bij vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordcelige bepalingen bel het herhaald adverteeren in dit Blad, bfl abonnement. Eeae oiroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. l>e hervorming van <ie Duitsche rijkstiuaucieii. „De toestand is bitter ernstig". Met deze woorden heeft -het orgaan van de Duitsche regeering, de Norddeutsche Allgemeine Zei- tung, de toestand gekenschetst, die ontstaan is door den loop van de beraadslagingen over de financieel© hervorming in den rijks dag, en zij voegde daaraan toe: ,,De spoe dige afdoening van de financieele hervor ming is eene nationale eerezaak geworden. Wanneer de meerderheid van den rijksdag zich aan deze taak onttrekt, dan zijn de gevo'gèn onberekenbaar." Welke de onberekenbare gevolgen zijn, waarop het orgaan van de Duitsche regee ring hier zinspeelt, is zeer goed te verstaan,. Komt de hervorming van de rijksfinanciën niev *ol- stand op de door de regeering ge- weuschte wijze, dan zijn er slechts twee mogelij killedenaftreden van vorst Bülow als rijkskanselier of ontbinding van den rijksdag. De schuld, dat men niet kan vooruit ko men met de financieel© hervorming, dragen de conservatieven, die hun verzet tegen de rijksbelasting op de erfenissen niet willen opgeven. Na langdurige onderhandelingen, d'e niet tot een praktisch bruikbaar resul taat hadden geleid, verklaarde de regee ring, •'oen na de Paaschvacautie de finan cieel© commissie van den rijksdag haren ar beid hervatte, dat zij de belasting op de erfenissen moest handhaven. De conserva tieven antwoordden op deze verklaring met de indiening van een voorstel tot vervan ging van de belasting op de erfenissen door eene belasting op de waardevermeerdering van onroerende en roerende goederen. Het standpunt, dat de regeering koos tegenover dit voorstel, was dit Van eene vervanging \an de belasting op de erfenissen door eene andere belasting wilde zij niets weten. Daar entegen liet zij de mogelijkheid open om de belasting op de erfenissen aan te vullen door eene belasting op de waardevermeerde ring van onroerende goederen. Eene derge lijke belasting, van roerende goederen ge heven, wees zij beslist af. De financieel© commissie van den rijks dag heeft daarop verleden Zaterdag de be kende besluiten genomen, die leidden tot verwerping, bij staking van de stemmen, van alle aanhangige belastingvoorstellen. Wat de nieuwe plannen betreft omtrent de heffing van belastingen van de waardever meerdering, daarvan kan het gedeelte, dat op roerende goederen betrekking heeft, als gevallen beschouwd worden. Wel noodigt het door de commissie aangenomen voorstel de regeering uit eene dergelijke belasting in overweging te nemen. Maar dat bindt de regeering nietzij kan- bij hare overwegin gen *ot een negatief besluit komen en dan behoeft zij geen wetsontwerp in te dienen. Anders* is het met het andere voorstel, dat de regeering uitnoodügt tot het indienen van een wetsontwerp op de belasting van de waardevermeerdering van onroerende goe deren. In beginsel is de regeering niet te gen eene dergelijke belasting; het zou dus mogelijk zijn, dat zij aan deze uitnoodiging gevolg' gaf en een wetsontwerp samenstelde. Maar dat zou een geruimèn tijd vorderen, want de zaak is nieuw en ingewikkeld. De afdoening van de hervorming der rijka- financ'ën zou hierdoor dus eene nieuwe, aanmerkelijke vertraging moeten onder gaan, f.i dit zou in strijd zijn met de ver klaring van vorst Bülow, dat de financieele hervorming nog vóór den zomer tot stand moet komen. Wat zal de regeering nu doen? Dat weet voor 't oogenblik nog niemand. Uit Berlijn wordt daarover aan de Frank?. Ztg. ge schreven „Een besluit of een beslissende stap is in den eersten tijd niet te verwachten, en wel niet alleen om de formeele reden, dut de verbonden regeeringen eerst een votum van den rijksdag moeten afwachten, maar ook omdat men op de plaats, waar de beslissing daarover moet vallen, nog niet tot een besluit gekomen is omtrent hetgeen er zakelijk moet gebeuren. De ontbinding van den rijksdag zou, zoodra de rijksdag een besluit heeft genomen, dat de financieele hervor ming verijdelt, hét meest voor de hand lig gen. De rijksregeering zou dit correcte middel mét kans van slagen kunnen toepas sen, als de zaken zoodanig waren te regelen, dat voor de verkiezingen als eenig wacht woord kon worden gesteld de vraag of, tot wegneming van den financieelen nood van het rijk, 500 millioen aan nieuwe lasten worden opgelegd, en wel onder voorwaar de, dat een aanmerkelijk deel van dit be drag door directe belasting van het lezit wordt opgebracht. Verkiezingen, die onder deze leus /worden gehouden, zouden zeer waarschijnlijk eene meerderheid brengen voor deze financieele hervorming. Maar een zoo duidelijke casuspositie is, bij de be staande politieke omstandigheden en partij verhoudingen, thans nog niet te krijgen. Het laat zich aanzien, dat de ontwikkeling van den toestand er toe zal leiden, dat vroe ger of later eene vastberaden regeering tot het beroep op de kiezers zal kunnen over gaan. Voorloopig doen allen, die opzien tegen de ontbinding en tegen de verkiezin gen, gelden, dat d'e uitslag wellicht zou kunnen zijn, dat er eene meerderheid kwam, samengesteld uit centrum, sociaal-democra ten en Polen, en zij trachten door deze mogelijkheid de regeering afkee- rig te maken van de ontbinding. Ook de vraag, of de rijkskanselier zich tot aftreden genoopt zou kunnen zien, zal in den eersten tijd nog niet beslist wor den. De afwezigheid van den Keizer zal ook wel meewerken tot vertraging; in sommige bladen wordt er aan herinnerd, dat Bismarck in dergelijke kritieke omstandigheden door eene keizerlijke boodschap invloed trachtte uit te oefenen Onder deze omstandigheden wacht men af, omdat tot dusver nog nie mand een uitweg weet." Duitschland. Een Berlijnsch correspondentieburean heeft het bericht verspreid, dat de rijks kanselier vorst Bülow nog vóór Pinksteren Zal aftreden, wanneer tot dien tijd niet eene verandering gekomen is in den politieken toestand, die aan de hoofdlijnen van zijne financieele politiek beantwoordt. De Köln. Ztg. teekent hierbij aan ,,Dit bericht zal Vel afkomstig zijn van eene zijde, die er belang bij heeft de tegenwoordige verwar ring van den politieken toestand nog te ver- grooten. Naar wij uit de beste bron kunnen berichten, is dat bericht een verzinsel, zon der eenigen grondslag". De Lokal-Anzeiger, die met de regeering betrekkingen heeft, vermaant tot geduld en wijst er op, dat men evenmin rechts als links het aftreden van den rijkskanselier of de ontbinding van den rijksdag als mid del beschouwt om de bezwaren van den toestand der binrrenlandsche politiek uit den weg te ruimen, en dat er dus eene andere uitweg moet worden gevonden. Daaruit schijnt te blijken, dat vorst Bülow altijd nog hoopt tusschen de partijen van zijne oude liberaal-conservatieve blokmeerderheid over eenstemming te kunnen krijgen. Misschien wordt hij in die hoop versterkt door het feit, dat onder de conservatieven niet de eensgezindheid bestaat, die zich naar buiten doet kennen in de besluiten van het partij bestuur. Althans een deel van de conserva tieven schijnt gezind te zijn de regeering te gemoet te komen. Frankrijk. Een tot de radicale partij behoor©nd lid van de marine-enquêtecommissie heeft zich tegenover een medewerker van de Liberté zeer afkeurend uitgelaten over de tegen de maatschappij Schneider-Creuzot ingestelde strafrechtelijke vervolging. Hij verklaarde, dat de commissie,- voordat zij haren arbeid ten einde brengt, van de regeering inzage zal vragen van alle hierop betrekking heb bende stukken om ook over deze zaak volle dig licht te verspreiden. Mpn kan echter nu reeds zeggen, dat de gevolgen van de door de regeering lichtvaardig en zonder ernstige reden genomen maatregelen onberekenbaar zijn voor de Fransche industrie. Zoo heb ben reeds verscheidene vreemde staten, waaronder Spanje, Rusland en Italië, die in Fi-ankr.j.» geschuttorens hadden besteld, die bestelling ingetrokken. Van wel ingelichte zijde verluidt, dat de regeering reeds ernstige maatregelen geno men heeft voor het geval van eene nieuwe staking onder het personeel van de posterij. Een postbeambte, die tegenover een dag bladschrijver uit de school klapte, deelde mede, dat het sein tot den opstand zou wor den gegeven door eene tegen a.s. Maandag bijeengeroepen volksvergadering èn dat de staking zelf Dinsdag zou beginnen. Al zou ook het aantal stakers ditmaal kleiner zijn, dan zouden de gevolgen van de staking toch veel ernstiger zijn, omdat de stakers lieden zouden zijn, die voor niets terugschrikken. Denemarken. Kopenhagen, 6 Mei. De Rijks dag is heden gesloten. De verkiezingen voor het nieuwe Folketing zijn bepaald op 25 Mei. Italië. Rome, 6 Mei. In antwoord op eene vraag over de plannen tot verhooging van de invoerrechten door Frankrijk en de Veree- nigde Staten verklaarde Sanarelli, onder staatssecretaris van. landbouw, dat de regee ring zich met deze zaak bezighoudt en reeds stappen heeft gedaan bij de betrokken mo gendheden. Zij hoopt, dat het mogelijk zal zijn het gevaar van verdere verhoogingen, te kunnen afwenden. De onderstaatssecretaris van financiën liet zich in denzelfden geest uit. Rome, 6 Mei. Toen hedenmorgen lui tenant Calderara oefeningen deed met het luchtschip van Wright, kwam het toestel op den -grond neer en werd beschadigdde luitenant werd licbt gewond. Spanje. Madrid, 6 Mei. In den ministerraad deelde minister-president Maura mede, dat do Koning, wegens de obstructie, die de oppositie-partij ên voeren tegen het wetsont werp op de verbindingen ter zee, dat reeds sedert eenigo maanden in behandeling is, zich genoodzaakt heeft gezien zijn toevluscht te nemen tot een uitersten maatregel, nl. om van morgen af de zittingen der Kamer per manent te vei-klaren. Hongarije. Budapest, 6 Mei. De Keizer-Ko- ning gaat voort staatslieden bij zich te ont vangen om hen te raadplegen over de minis ter ieele crisis. De voorzitter van de Kamer verklaarde, nadat hij van de audiëntie kwam, aan een dagbladschrijver, dat hij een goeden indruk meenam. De monarch klaagde er echter over, dat hij zeer vermoeid was. Bulgarije. De Lokal-Anzeiger verneemt uit Sofia, dat er nog geen sprake is van een kroning van den Koning vaii Bulgarije. Dit jaar zal .iet stellig biet gebeuren, en misschien in 't ge heel niet. De Bulgaarsche geschiedenis be vat voor deze plechtigheid geen antecedent. Montenegro. Kroonprins Danilo van Montenegro, is in Petersburg, voornamelijk om van den Czaar wat geld los te krijgen, omdat de mobilisatie vorst Nikita zooveel heeft gekost. Czaar Ni- colaas schijnt echter niet zooveel te willen geven, als men te Cettinje verwacht. Turkije. Het telegram van gelukwensching van den Duitschèn Keizer aan den sultan luidt „Naar aanleiding van de troonsbeklimming van Uwe Majesteit breng ik u mijne op rechtste gelukwenschen voor uwe regeering en liet' geluk van het Turksche volk". De sultan antwoordde „Voor de geluk wenschen, die Uwe Majesteit mij wel heeft willen zenden naar aanleiding van de bestij ging van den troon mijner vaderen, en voor de edele gevoelens, die Uwe Majesteit heeft geuit, verzoek ik mijn oprechten dank in ontvangst te willen nemen. Ik smeek den hemel om eene gelukkige regeering. van Uwe Majesteit en om het geluk en de tevreden heid van U. M.'s onderdanen". Mahmoed Chefket Pacha en het ministe rie van oorlog verklaren, dat de provinciën rustig zijn en dat er geen reden bestaat tot het zenden van andere expeditiën dan naar Adana, waar de aanrichters van het bloed bad gegrepen en terechtgesteld zullen wor den. Mahmoed Chefket oordeelt den toe stand in de hoofdstad gunstig, maar meent, dat er nog ongeveer drie weken noodig zijn om haar van slechte elementen te zuiveren. Saloniki, 6 Mei. De troepen dre ven te Kayalar een bende Oud-Turken, on der bevel van kapitein Moustapha, uiteen en doodden 7 man. De rest van de bende met den kapitein ontkwam. Konstantinopel, 6 Mei. De toestand in Anatolië is zeer verontrustend. De onlusten breiden ziéh uit over nieuwe gewesten. De plaatselijke autoriteiten zijn de medeplichtigen van de onruststokers de troepen zijn gedesorganiseerd. Brazilië. Buenos A y r e s, 5 Mei. Op het Grondwetsplein vielen stakers een tramwa gen. aan. De soldaten gaven vuur; een persoon werd gedood, een andere gewond. Buenos Ayr es, 6 Mei. De staking duurt voort. De politie gaat voort de betoo gingen met kracht te onderdrukken. Zuid-Afrika. Bloemfontein, 6 M e i. Uit uit muntende bron wordt bericht, dat in de na tionale conventie Transvaal met succes is opgekomen voor het beginsel van gelijke rechten, wat de vertegenwoordiging betreft, voor de stedelijke en de plattelandsdistricten in het toekomstige Zuid-Afrikaansche par lement. De door de Kaapkolonie voorge- steldo amendementen, die de plattelands-dis tricten meer bevoordeelden, zijn verworpen. De crisis is nu voorbij. Perzië' De aankondiging, dat eene nieuwe grond wet is verleend, is geschied op den verjaar dag van den sjah. De kieswet zal spoedig verschijnen. De nationalisten zijn ontevre den omdat de oude grondwet hiet vernieuwd is en zij van de nu toegezegde constitutie weinig goeds verwachten. Te Ta.bris, waar het andjoemen per tele graaf in kennis was gesteld van het besluit om de nieuwe grondwet te verleenen, werd voor het eerst sedert twee jaren de verjaar dag van den sjah gevierd. Er werden saluut schoten gelost en des avonds was de stad feestelijk verlicht. Allerlei. v— Als bijdrage ter bestrijding van de kosten der Darwin-feesten te Cambridge, in Juni a. s., heeft een onbekend gebleven gever 6000 gulden gestort. De senaat van de universiteit te Cambridge had reeds voor hetzelfde doel een crediet toegestaan van 6000 gulden. v— Uit Parijs komt het bericht, dat de maatschappij Loewe de patenten van de Wright-vliegtoestelleu voor Duitschland ge kocht heeft voor f 750,000 fr. v De Times meldt dat een kapitein van de genoe, Dume genaamd, een vliegmachine heeft uitgevonden dat dit van de Wright's ver moet overtreffen. Durne deed er in het geheim reeds proefnemingen mee te Farn- borough en in Schotland. vO® internationale tentoonstelling van de landhouw-automobiel en van de toepas singen van den mechanisch en motor bij den landbouw, zal Zaterdag aanstaande te Ant werpen geopend worden, om den 23 Mei te sluiten. vDe kiesrechtvrouwen hebben weer wat nieuws uitgehaald. Van het dak van een huis in de buurt van het Parlements gebouw hebben zij door middel van vliegers een reusachtige vlag in de lucht gelaten, waarop dé leus Stemrecht voor vrouwen. vOp verzoek van den raadsheer, die de debatten van het gerechtshof van Seine et Oise moet leiden, heeft de rechter van in structie van St.-Martin De Ré zich naar hot depot der galeiboeven begeven, om er de verklaringen van Courtois te ontvangen. Het proces-verbaal dier verklaringen is Dinsdag overhandigd aan de advocaten van Renard. Courtois heeft gezegd: „Ik ben op 't punt van te sterven. Ik heb er dus geen j belang bij te liegen. Welnu, ik verzeker u dat Renard schuldig is. Het proces zal voor het assisenhof tal van incidenten uitlokken. De advocaten van Naar hit Engtlsch 03 vav 0. N. >1 W. M. WILLIAMSON. „Natuurlijk is Rudolf zeer dapper, maar dat is zoo'n groote deugd niet van hem. Alle Van Bred erode's zijn dapper geweest, sedert de dagen van den Watergeus, maar ik ben bang, da't hij het te veel weet. Hij heeft nogal een hoogen dunik van zichzelf, en wat zijne koppigheid betreft..." Toen had Nell eindelijk ook wat te eeggen. Met 'bestudeerde zachtheid vroeg zij„Is he* u dan, nooit opgevallen, dat iemand zelf- achting en flinkheid kan 'hébben, zonder kop pig of verwaand te zijn?" Allen zwegen. „Wel! nicht Helena," riep Robert, „dat 'e de eerste maal dat ik u ooit Rudolf hoorde verdedigen." „Hij heeft getoond zulik een getrouw ka pitein te zijn, dat het thans mijn plicht is, als eigenares der 'boot de goede hoedanig heden te verdedigen, d'ie ons van zooveel nut zijn geweest," antwoordde Nell, die er zoo bekoorlijk ui'tza'g'met hare 'biezende wangen en schitterende oogen, dét ik gevoelde welk ecu troost in hét leven liet voor mij zijn zou, als ik die de mijne mocht noemen. De verhouding werd nu ietwat gespannen niet door het gesprek, dat ik daar juist aan haalde, maar dóór de eigenaardige verhou ding van eenige personen van ons gezel schap tot elkaar. Het orgineele plan van het bezoek van Ro- bert met Menela en de tweelingen was, dat zij zich ite Utrecht 'bij ons zouden voegen, en dat wij ze d'an naar Rotterdam zouden brengen, aleer de Mascotte en de Waterspin óns weder zuidwaarts naar Zeeland 'brach ten. Deze omweg was en zé boete voor den heerlijken dag op de Vec'lït; want om na Utrecht de Vecht'te bezoeken, waren wij ge noodzaakt te Amsterdam te belandenen daar er geen nadere weg was om Zeeland te bereiken dan over Rotterdam, lag het op on zen weg het gezelschap der Van Burens zoo dicht bij huis af te 'zetten. Maar, over water van Amsterdam naar Rotterdam te gaan, zou on,s een lange dagreis kosten en daar wij een. paar gescheiden gelieven in ons midden hadden, zou dat verlblijf op een kleine boot gedurende een langen dag, eene tamelijk scheve verhouding zijn geweest. Er bleef Robert niets anders over, dan onder het een of ander voorwendsel te ver- 'ctwijnen. Maar .Robert had ongetwijfeld zijne j 'bijzondere redenen, om te willen blijven, en bovendien had hij nog het excuus, dab hij zijne zusters niet wilde verlaten. Als zijne zusters heengingen, konden zij niet goed schiks de vriendin achterlaten, die zij had den meegebrachtanderzijds was het niet •doenlijk voor deze in haar gezelschap te ver- j trekken, daar zij juist haren 'broeder de bons had gegeven, die alle drie begeléidde. Deze moeielijkhei'd scheen ook Freule Menela te hébben getroffen, wanlt zij gaf niét te ken- j nen, dat zij ons wensch'te te verlaten. Mis schien Vond zij hét beter, dat bekende kwaad! te verduren, dan höt haar onbekende tege- moet te gaan, en, oni er zich al vast aan te gewennen, bleef zij onveranderlijk in mijne nabijheid, toen wij na den éten, .bij elkander kwamen, in tante Fay's onvermijdelijke zit kamer. Ware ik eene vrouw geweest, dan had' ik het zeker op de zenuwen gekregen, maar als man, 'haakte ik er slechts naar, iemand op zijn kop te geven, om mijn haft eens te kun nen luchten en uit vrees, dat die „iemand" Freule Menela mocht worden, stond ik ein delijk op en gaf anijn voornemen te kennien een wandeling in den. regen te dóen. „Wat zou ik niet geven, mét u mede te gaan!" riep de jonge dame uit Den Haag. „Hét is hier zoo bédomp't en ik heb vandaag nog geene lichaamsbeweging gehad. Ik wan del altoos zoo gaarne in den regen." „Dan zal ik u .chaperoneeren," zeide de K. D. G. „O, u behoeft u die moeite niet te geven, Lady Mac Nairne," protesteerde Menela. „U .mocht eens .rheumati'ek krijgenen in Holland zijn de jonge d'ames zeer onafhan kelijk." Het hart ontzonk mij. Hoe zou zelfs dé onverzettelijke K. D. G. dezen scherpen hoek omzeilen? Zij gaf geen kamp. „U is zeer zorgzaam," antwoordde zij, „maar ik ben nog van den ouden stempel en heb Schotsche manieren; en in Schotland' zijn zelfs bejaarde perso nen gewoon in den regen te wandelen, an ders mochten wij wel altoos thuis blijven. Integendeel, wij houden van een buitje, al toos in aangenaam gezelschap." Zoo sprekende stond zij schielijk op en wij maakten 'met ons drieën eene wandeling door de .natte straten' van Amsterdam. De winkels waren schitterend' verlicht en ik deed mijne béi'de gezellinnon onder hare druipende parapluies -stilstaan voor hét raam van een juwelier. „Wat zoudt u nu hier -wel hét mooiste vinden?" vroeg ik. Onmiddellijk antwoordde Men el a„Dien ring," en wees daarbij naar een t'orbelduif- kleurigen ca'buchon-robijn in dén vorm van een 'hart, gezet in helder-wit'te- diamanten. Het was een verlovingsring. „Juisit," stemde de K. D. G. toe. „Er is in de uitstalkast niéts wat hierbij te verge lijken is." „Laat ons 'damnaar binnengaan," zeide ik. „Ik heB eene vriendin, aan wie ik een klein cadéautje wil geven." „Cadeautje," herhaalde Menela, „t zal u op zijn mins't drie duizend gulden kosten." „Dat is niiet te düur, alles wel be schouwd," zeid'e ik op geheimzinnigen toon. En ik tintelde van ondeugend genot, toen volgens recht van koop de ring de mijne werd. „Ieder van haar beschouwt dien zoo goed als de hare," dacht ik. „Morgen avond, te Rotterdam, als ik veilig ben voor Freule Menela en .zij voor immer uft mijn leven verdwenen is, gaat die ring in andere handen over, maar istellig' niet naar Den Haag." Den geheelen nacht droomde ik, dat ik door de weggeloopen fiancee van Robert vervolgd werd, en toen ik haar listig zocht te ontkomen, Sir Mac Nairne in ..dé armen liep, die mij voor een moordenaar uitkreet. Het ontwaken bracht niet veel verlichting, want ik wist, dat in haar kamer, slechts door een dun beschot van mij gescheiden, Freule Menela allerlei plannen lag te be ramen om mij 'te vangen. „Als ik gered zal worden, zal -dit niet zijn door mijn eigen moed of vindingrijk heid. Ik nioet hulp zoeken bij mijne tante. Den heelen dag heeft zij dapper voor mij gestreden, maar er zijn nog twaalf gevaar volle uren. Met haar en Menela .is het een geval van Griek tegen Griek. Zou zij knap genoeg blijken, om er mij door te halen." HOOFDSTUK XXXII. Ik wist, dat ik er akelig uitzag en ik hoopte daardoor interessant te zijn, toen ik de- morgens na het ontbijt in de groote zaal van het hotel verscheen, even vóór wij naar Rotterdam zouden vertrekken. Daar stonden de tweelingen met Nell te praten. Daar was Van Brederode, die een kaart van de waterwegen bestudeerde; daar was de K. D. G., die Tibe een kunst je leerde, dat hij dagen lang niet had wil ier leerendaar stonden Phyllis en de Zeekoning in -een afgezonderd hoekje bij elkaar. Maar waar was Freule Menela? Ik vroeg dat overluid en zelfbewust. „Zij is vertrokken," zeide de dame, die mijne tante niet is. „Vertrokken," herhaalde dk. „Ja, naar Den Haag, zij zeide een tele gram te hebben ontvangen, dat haar on middellijk terugriep." „Oh!" zeide ik en voegde er schijnheilig bij „Hoe jammer." De kleine en fraaie mond van .de K, D. G. welfde zich, ik veronderstel dus dat zij glimlachte. „Ja, vind je ook niet?" zeide zij. Niemand anders sprak, maar ik voeldo dat het zwijgen van Robert en de tweelin gen welsprekender was, dan woorden. Wordt vtr ¥»lfd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1