1°. 363.
7" Jaargang.
Woensdag 23 Juni 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Voor 't Vaderland.
ERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.00.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór II uur
's morgens bij de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen to1*
het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eeme
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Aan hen, die met 1 Juli
a. s. op dit blad int eekenen,
-worden de nummers die ge
durende de maand Juni nog
zullen -verschijnenkoste
loos toegezonden.
Politiek Overzicht.
Italiaansche toerustingen.
De Italiaansche Kamer heeft met over
groot© meerderheid, 300 tegen 50 stemmen,
aan <le regeering de door haar verlangde
aanzienlijke verhooging van de uitgaven
voor het leger toegestaan. Evenmin valt er
aan te twijfelen of ook de minister van ma
rine zal zonder groote moeite de gelden toe-
gestaain krijgen, die hij heeft aangevraagd
ten behoeve der versterking \.in de vloot.
Zelfs de republikein en irrede* t:sfc Bai'zilai,
die zoo min de binnenlandsche als de bui-
tenlanidsohe politiek van de regeering goed
keurt, heeft, met eene onverholen verwijzing
naar Oostenrijk en naar een mogelijk einde
van de bondsverhouding, hetgeen met zijn
wenseh zou overeenkomen, eene verster
king van de weerbare macht van Italië on
vermijdelijk noodig verklaard en reeds bij
voorbaat zich bereid verklaard, ook voor
dén i.anbouw van nieuwe linieschepen en
kustversterkingen geld toe te staan. Nog een
aantal andere sprekers hebben op het ge
vaar gewezen, dat het besluit tot het bouwen
van nieuwe reuzen-pantserschopen in Oos
tenrijk de verhouding van de drijvende
strijdkrachten in de Adriatische zee nog
meer verplaatst ten nadeele van Italië, dat
reeds door de ligging van zijne kusten en
zijne havens in het nadeel is. Met groote
vrijmoedigheid en met versmading van diplo
matieke omschrijvingen is d'aarbij Oosten
rijk als de eenige mogelijke tegenstander
aangewezen.
De afgevaardigde di Palma, die een dui
delijk eii voldoend vlootprogramma aan
prees, zeide o. a.„Welk programma moet
het zijn? Hot is op de lippen van alle Italia
nen, Het leeft in de harten van allen; geen
diplomatieke reserve, gieen politiek naar de
oogen zien kan het verhelen. Het wordt
bepaald door de vlootsterkte van Oostenrijk.
Het doel van de Oostenrijks&he vloot is de
beheersching van de Adria. Wil Italië niet
afstand doen van zijne nationale waardig
heid, dan moet het zich daartegen verzetten,
en dit kan slechts gebeuren aLs onze vloot
de vermocht heeft op de vijandelijke. Nog
is het tijd, dezen toestand te verkrijgen,
maar dan moet er snel en krachtig gehan
deld worden. Eenmaal verloren, zal de over
macht niet terug te winnen zijnHet is
een beslissend oogenblik voor onze vloot.
Zij moet sterk zijn, opdat de vrede verze-
kerd, onze heerschappij ter zee gewaar
borgd, onze rechten en belangen beschermd
zijn. Wanneer wij betrouwbare bondgenoot
schappen en oprechte vriendschapsbetrekkin
gen willen, dan moet Italië op een sterk
leger en eene sterke vloot kunnen rekenen.
De Adria is, zonder dat wij het hebben ge
wild of er den stoot to6 hebben gegeven,
het tooneel van een wedstrijd geworden. De
nationale eer gebiedt ons, den strijd met
opoffering te voeren en onze overmacht ter
zee te handhaven. De Adria is te klein, dan
dat een wedstrijd tussohen twee groote vloten
lang zou kunnen duren; een van de beide
vlaggen moet achterstaan. Afle Italianen
zonder partij ver schil hopen, dat het niet de
onze zal zijn, die den strijd opgeeft."
Het schijnt wel alsof hiermee de mee
ding van do groote meerderheid der Ita
lianen, ook van de regeering en heb par
lement, wordt uitgedrukt. Intusschen
blijft het niet zonder protest, dab in deze
debatten! gewezen is op de mogelijkheid
van vijandelijkheden tus&chen Italië en
Oostenrijk-Hongarije. Zoo teebent in de
Corriere d-ella Sera de gewezen minister
van de schatkist Luigi Luzzatti er verzet
tegen aan, dat de buitenlandse he betrek
kingen eene zoo breede plaats hebben iui-
genomen in do leger debatten. Hij betoogt,
dat de nieuwe toerustingen geene aanvals
plannen ten doel hebben, maar slechts be-
oogen Italië bij allen achting te verschaf
fen.
Met nog grooter beslistheid drukt de
radicale afgevaardigde Domenico Zeppa
zich uit, een gewezen medestrijder van
Garibaldi. Hij keurt het af, dat Oostenrijk
als een mogelijke vijand is aangewezen.
De verwijzing naar Oostenrijk-Hongarije
heeft misschien in de hand gewerkt, dat de
op zich aelf noodige toerustiaiigen zijn
goedgekeurd, maar nu moot men het voor
wendsel laten varen. Men mag niet langer
beweren, dat Italië zich moet beschermen
tegen een dreigend gevaar van de zijde
van Oostenrijk. Oostenrijk-Hongarije heeft
niet de bedoeling Italië aan te vallen. Ver
der beantwoordt Zeppa de vraag of Italië
Oostenrijk wil aanvallen, met het betoog,
dat geen strooming in het volk dit wil, dat
geen belang liet verlangt on dat het eene
grenzeilooze dwaasheid zou zijn. Wanneer
het bondgenootschap met Oostenrijk hut-
tig is, dan mag men het niet door argwaan
verzwakkenwanneer het voor het recht
matige streven van Italië niet voldoende
is, laat men het dan verbeteren onder toe
stemming van de bonldgenooten. Maar te
verklaren, dat het noodig is zich toe te
rusten tegen een bondgenoot, is onbehoor
lijk en schadelijk. De eerlijkheid en be
trouwbaarheid van de Italiaansche politiek
wordt daardoor in twijfel getrokken. ,,In
den driehond", zoo merkt Zeppa op, „heb
ben wij zeker de sterkste basis voor eenle
internationale actie tot bescherming van
onze belangen; men kan voorwaardelijk
toegeven, dat er in de toekomst eene andere
aan den dag kan komen, die beter is,
maar voorloopig moeten wij, zoolang wij
in den driebond zijn, meer dan de anderen
er op bedacht zijn haar niet te verzwak
ken, omdat juist wij het meest aan het
gevaar zijn blootgesteld de zwakkeren te
blijven. Laat ons dus ophouden van drei
gende toerustingen van Oostenrijk te spre
ken, althans als wij weasckeu, dat het
onze bondgenoot blijft, en laat ons eerlijk
de waarheid zeggen, dat wij ons toerus
ten om niet zwakker te zijn dan de anderen.
Wij willen geen oorlog en zouden er ook
geen kunnen voeren, en zoolang onze
politiek rechtvaardig en verstandig is, zal
niemand ons willen aanvallen,."
Duitschland.
Cuxhaven,22Juni.Na den heden
door den Noord-Duitschen Regatta ver e in
gehouden zeilwedstrijd op de Beneden-
El.be begaf de Keizer zich aan boord van de
voor Altenbruch voor anker liggende stoom
boot Deutschland, waar hij de prijsuitdee-
ling verrichte.
Aan het feestmaal, dat zich daarbij aan
sloot, bracht de 'burgemeester van Hamburg
Burehard het „Hoch!" op den Keizer uit.
De Keizer antwoordde met eene rede, waar
in hij zeide: Gij hebt allen met belang
stelling mijne reis naar de Finsche Scheren
gevolgd, waar ik eene zoo warme en gastvrije
ontvangst bij den Kei'zer aller Russen en
de zijnen heb gevonden. Het verheugt mij in
de gelegenheid te zijn juist aan u als ver
tegenwoordigers van de handels- en zaken
wereld, die belang heeft bij een vreedzaam
verloop van de toekomst, te kunnen mede-
deelen, dat Keizer Nicolaas en ik overeen
stemmend van meening waren, dat onze
samenkomst is op te vatten als eene kracht
dadige bevestiging van den vrede. (Luid
bravo). Wij voelen ons als monarchen ver
antwoordelijk aan onzen God voor het wel
en wee van onze volken, die wij zoo ver
mogelijk willen vooruitbrengen op den vreed-
zamen weg en tot bloei willen 'brengen. Alle
volken hebben den vrede noodig om met
zijne .bescherming zich ongestoord te kuu-
nen wijden aan de groote beschavende taak
van hunne economische en commercieel®
ontwikkeling. Daarom zullen wij beiden
steeds er naar streven, zoover dit in onze
macht is, met Gods hulp voor de hand
having en de bevordering van den vrede
werkzaam te zijn. (Langdurig bravo). Onder
dezen vrede kan zich natuurlijk ook de sport
ten volle ontwikkelen.
De Keizer besloot met een hoera voor de
stad Hamburg en de Hamburg-Amerika-
lijn.
B e r 1 ij n, 2 2 Juni. De financieele
commissie van den rijksdag verwierp het be
slissende artikel 9 van de erfenisbelasting
met 14 stemmen (van de conservatieven, het
centrum en de Polen) tegen 14. Alle voor
stellen tot wijziging zijn verworpen. a
B e r 1 ij n, 2 2 J u n i. De rijksdag heeft
de „Kotierungssteuer" (belasting op het
roerend kapitaal) met 203 tegen 155 stem
men aangenomen. Een afgevaardigde ont
hield zich van de stemming.
x we cl e telegram. De nationaal -
liberale fractie beeft besloten, voor het ge
val dat de erfenisbelasting mocht worden
verworpen, het financieele hervormingsplan
van de conservatjef-clericale meerderheid in
al zijne onderdeelen te verwerpen.
Frankrijk.
De staatsbegrooting voor 1910 bevat voor
de voorgestelde nieuwe belasting op de erfe
nissen de volgende heffingsschaalper
mille tot 10,000 frs.1 per mille tot 2,5
per mille telkens met per mille, klimmen
de voor erfenissen tot 50,000, 100,000,
250,000 en 500,000 frs.dan volgt eene
klimming telkens van 2,5 per mille tot 1.5
voor erfenissen tot een millioen, twee, vijf,
tien en vijftig millioen en 2 voor erfenis
sen boven de vijftig millioen. De heffing is
gedacht als een bijslag tot de tegenwoor
dige belasting.
Engeland.
Londen, 22Juni. In het lagerhuis
werd bij de behandeling van de wet op de
middelen een ingrijpend amendement van
de oppositie tegen het artikel betreffende de
belasting op de waardevermeerdering van
grond verworpen met 301 tegen 196 stem
men. De minderheid was samengesteld uit
unionisten, nationalisten en eenige liberalen.
De kanselier der schatkist Lloyd George
stelde daarna voor het debat te sluiten over
eenige andere amendementen, die op slechts
één regel van het artikel waren voorgesteld.
Daartegen werd geopponeerd met een be
roep op het reglement van orde. De opposi
tie opponeerde luidruchtig. Er volgde een
tooneel van groote wanorde, waarbij de op
positie spottend sluiting van het debat over
de geheele wet op de middelen verlangde.
Ten slotte liet de oppositie bij wijze van
protest de motie tot sluiting zonder strijd
doorgaan, waarna het debat werd verdaagd.
Londen, 23 Juni. De Daily Gra
phic bericht, dat de regeering heimelijk een
groot luchtschip, vau het type-Zeppeuin,
bouwt in het noorden van Engeland.
Er is een vrouwenbond voor luchtscheep
vaart opgericht om de belangstelling van de
vrouwen van het land in de luchtscheep
vaart aan te wakkeren.
De Standard verneemt uit Barrow, dat in
't geheim toebereidselen worden gemaakt
door Vickers tot het bouwen van een groot
luchtschip. Het is onbekend of de admirali
teit daarbij is geïnteresseerd of de bouwers
geldelijk steunt.
Italië.
Tot herdenking van de veldslagen in den
oorlog van 1859 in de vlakte van Lom'bar-
dije volgt het eene Fransch-Italiaansche ver
broederingsfeest op het andere. Verleden
Zondag was er te Rome eene plechtige ver
gadering van de academie in den Argentina-
schouwburg in tegenwoordigheid van den
Koning, des avonds feestmaal van de stad
Rome ter eere van de Fransche gedelegeer
den op het KapitoolMaandag een déjeu
ner, door de vrijmetselarij gegeven, en des
avonds een feestmaal van den Fransch-Ita-
liaanschen bond.
Spanje.
La G r a n j a, 2 2 Juni. De Ko
ningin is van een dochter bevallen.
Portugal.
Uit Lissabon wordt bericht, dat in ver
band met den Koningsmoord van 1 J^bruari
zijn genomen.
Oostenrijk-Hongarije.
Het hoogste gerechtshof heeft het beroep
in cassatje van den Rutheeuschen student
Siczynski, die door het hof van assises te
Lamberg wegens moord op den stadhouder
van Galicië graaf Potocki ter dood werd ver
oordeeld, verworpen.
Budapest, 22 Juni. Minister-pre
sident Wekerle heeft dén Koning het voorstel
gedaan het parlement gunstig te stemmen
voor de goedkeuring der nieuwe lasten voor
het leger, door sommige concessiën aan Hon
garije te doen. Dit werd door den Koning
geweigerd. Wekerle verzocht daarop van
zijn ambt te worden ontheven. De Koning
drukte den wensch uit, dat het kabinet de
zaken nog eenige dagen gaande zou houden.
Rusland.
De Finsche Loods van de Woodburn heeft
tot zijne rechtvaardiging aangevoerd, dat de
groote vaargeul dicht langs de ankerplaats
van het jacht Staudart liep en hij vanwege
den grooten diepgang van de Woodlburn niet
langs de 'kust kon blijven varen.
Turkije.
Het plan tot instelling van het ambt van
onderstaatssecretaris van staat, waarvan de
titularissen zitting en stem zouden beko
men in het kabinet, is prijsgegeven. Het
voorstel daartoe vorderde, daar het eene wij
ziging van een grondwetsartikel inhield,
eene meerderheid van twee derden der stem
men bij de stemming verklaarde zich 108
voor en 75 tegen, zoodat het als verworpen
moest worden beschouwd. Er is nog eene
po,ging gedaan om deKamer tot eene nieuwe
stemming te bewegen, op grond, dat de leden
in onvoldoend aantal waren opgekomen
maar daartoe beeft 'de Kamer niet willen
overgaan, zoodat het besluit gehandhaafd
blijft.
In de Jong-Turksche kringen is men .zeer
verbitterd over deze negatieve beslissing;
men stelt de ministers, van wie niemand bij
de stemming tegenwoordig was, daarvoor
verantwoordelijk. Aan de Frankf. Zt-g. wordt
uit Kon.stantïnope-1 bericht, dat deze afwe
zigheid geen toevallige was. De organen van
het comité critiseeren scherp de houding van
het kabinet, en het wordt als buiten twijfel
beschouwd., dat het comité de eerste de beste
gelegenheid zal aangrijpen om het ministerie
ten val te brengen. Intusschen is het aan
twijfel onderhevig of dat comité de macht
bezit de regeering te doen vallen tegen den
wil van Mahmoed Chefket. Deze schijnt eer
der besloten te zijn, de ontbinding van de
Kamer voor te bereiden. De minister van
oorlog heeft het veihod aan de officieren
om deel uit te maken van een comité en van
eene politieke partij, vernieuwd onder be
dreiging van degradatie in geval van over
treding.
De inspecteur-generaal te Saloniki heeft
van de regeering bevel gekregen, de ont
lading van. den doorvoer van Servisch oor-
logsmaterieel over Saloniki toe te staan. Er
moeten aanzienlijke hoeveelheden munitie
uit Frankrijk en België onderweg zijn.
De Kamer beraadslaagt thans over de
vraag of de belasting ter vervanging van
den dienstplicht voor christenen, verder zal
werden geheven. Tot een besluit is zij nog
Konstantinopel, 2 2 Juni. In
antwoord op de interpellatie van de Albanee
sdie afgevaardigden over de expeditie van
generaal Dj avid Pacha tegen de ALbaneezen
te Malissia las d!e minister van binnenlaud-
sdie zaken een telegram voor van den vali
te Uskub, berichtende dat de rust hersteld is.
De minister voegde daaraan toe, dat de ten-
dtenz-berichteu van sommige vreemde bladen
over een in die streek geleverd gevecht niet
geloofwaardig zijn. De Kamer verklaarde
zich voldaan over de verklaringen van don
minister en begon daarna met de behande
ling '"an de bogrooting.
Londen, 22 Juni. De Evenings
News bevat het prospectus van de 4 pets.
Turksche leeiving, die heden avond wordt
uitgegeven. Do leening bedraagt 4.282,840
p. st., waarvan 1,094,280 aan Londen zijn
voorbehouden. De prijs van uitgifte is 89$
pot.
Londen, 23 Juni. De Telegraph
heeft uit Ween en bericht ontvangen, dat
een telegram uit Ueskub meldt, diat gene
raal Djavid Pacha met drie regimenten
infanterie eene nederlaag geleden heeft te
gen de Albaneezen bij Ipek en Djakovo.
De Turken verloren 14 officieren en 350
man aan dooden en gewonden. De Alba-
neescbe opstandelingen zijn 14,000 man
sterk.
Naar h«t Fransch van Edtnond Lepelletier.
22 DOOB
J. L. VAN DER MOER.
„Door mij?" zei Rijsoor zacht, met groote
aandacht naar het zonderlinge verhaal vau
Riguenez luisterende.
„Ja, door u," vervolgde de kapitein, die
had gehoord wat de graaf zeide. „Wie an
ders dan u, heer graaf, zou mij in den nacht
den toegang tot uw slaapkamer hebben wil
len beletten?... Intusschen zweer ik u, dab
'ik geheel te goeder trouw was en zondter
eeniige verkeerde bedoeling naar boven
kwaim
„Dat is volkomen juist," sprak Rijsoor
met moeite. „En hebben wij toen onze de
gens gekruist."
„Niet dadelijk. We stonden beiden in
duister, tot er plotseling licht verscheen,
't Was uw vrouw die, op 't lawaai afkomend,
met 'n 'brandende kaars in de hand vooruit
trad."
„De gravin Van Rijsoor... en weet u ook
nog wat ze gezegd heeft?"
„Dat heb 'k, om u de waarheid: te zeggen,
niet goed begrepen... ik had trouwens andere
dingen te doen... wij stonden met den degen
in de hand! tegenover elkaar..."
„Dus", viel thans Noircarmes in, „ge
houdt vol den graaf dien nacht bij hem aatu
huis gezien U hebben, dat ge hem hebt
hooren spreken, ja zélfs dat ge met hem ge
vochten hebt?"
„En dat 'k hem aan dte liand! 'heb ver
wond. Ik 'heb 'm hooren schreeuwen."
„Heb i k geschreeuwd 1'sprak Rijsoor,
niet lahger in staat 'zijn verbazing te ver
bergen.
„Ontkent ge de juistheid van de verkla
ring van den getuige?" vroeg die opper
rechter barscii.
Rijsoor beefde van angst. Het ging nu
niet meer om zijn leven, maar hij moest
thans zijn eer verdedigen.
Die kapitein scheen werkelijk te goeder
trouw met zijn verhaal dat hij hem, Rijsoor',
in gezelschap van 'zijn vrouw had gezien op
de trap, die naar zijn slaapkamer leidde,
terwijl hij zeker wist zich op het bedoelde
uur op den Leuvensehen. weg te hebben be
vonden. Welke reden kon die man hébben
om te liegen?... En indien hij eens dte waar
heid sprak! Wanneer hij in dlien bewusten
nacht eens werkelijk met een man gevochten
Ead, dan was dit het bewijs dat -die gravin
niet alleen was en dat rij een minnaar had 1
Rijsoor gevoelde zich tegelijkertijd' door
smart en wraakzucht overmand!, zijn voor
hoofd brandde, zijn bloed1 kookte. Hij stond
op het punt zich op Riguenez te wei-pen,
dezen hij de keel te grijpen en hem toe te
schreeuwen: „je hebt gelogen!" Maar hij
wist zich te 'bedwingen. Een 'bang voorge
voel van ongeluk kwam voor het eerst in
de ziel vani den echtgenoot, die altijd vol
vertrouwen was geweest, doch thans ach
terdochtig 'begon te worden. Maai- hij mocht
zijl. twijfel aan niemand toonen, aangezien
de kapitein hem, door zijn onverwacht ge
tuigenis, een uil weg opende; daar, dank zij
het zonderlinge alibi dat men hem verschaf
te, de grendels der gevangenis van den
Bloedraad voor hem werden weggeschoven,
zou hij wijs doen daarvan gebruik te maken.
Eenmaal in vrijheid gesteld, zou hij de ver
klaringen van Riguenez nader onderzoeken,
hij zou Dolorès en de bedienden ondervra
gen, met den kapitein onder vier oogen spre
ken en eindelijk de waarheid vernemen!
Misschien zou het zijn dood zijn, maar hij
wilde leven cm te weten. Sterven? Goed,
maar, thans nog niet, later, wanneer hij een
maal zou ontdekt hebben wat thans voor hem.
van meer belang was dan liet leven zelf!...
En wie weet of de weinige uren, welke hij
zich met behulp van de leugens van Rigue
nez spaarde, misschien niet ten goede zou-
dei.' komen aan het Vaderland!
Want in dit gewichtige oogenblik, waarin
zijn hart werd saam geknepen door dte onrust,
vermengde zich de herinnering aan Dolorès,
die liem wellicht bedrogen had, met de ge
dachte aan het Vaderland, waarvoor hij, op
straffe van •beschuldigd te worden van ver
raad, strijden en overwinnen moest, tot aan
den voet van de galg, tot aan zijn jongsten
snik
Zich met geweld bedwingend, antwoordde
Rijsoor toen kalm aan Noircarmes:
„Ik erken de verklaring van kapitein don
Riguenez als juist. Wie anders dan degene,
die hier vóór u staat, zou zich trouwens ook
In den bewusten nacht hij mijn echtgenoote
hebben kunnen bevinden?"
Noircarmes boog zich tot De Vargas over
er. zeide„We moeten er 'n eind aan ma
ken, vindt ge niet? We zullen hem 'n ande
ren koer wel vinden..."
„Welzeker," fluisterde De Vargas, „do
spion moet zich vergist hebben, of wel... En
fin, ik zal wel nader onderzoeken en de waar-
beid te weten komen."
„Graaf Van Rijsoor," sprak Niorcarmes
plechtig, „ge zijt vrij. Wanneer ge van hier
gaat, kunt ge recht doen wedervareu aan
den Raad van Beroerte, wiens vonissen door
uw landgenooten steeds zoo onrechtvaardig
worden beoordeeld. Wij weten de personen,
die ten onrechte gevangen genomen zijn, ook
vrij te laten, wanneer ze, zooals u, hun on
schuld' kunnen bewijzen. Ge kunt gaan,
maar laat men u in 't vervolg niet meer op
den weg naar Leuven' ontmoeten, wanneer
de. oproerling Willem van Oranje zich in de
nabijheid ophoudt!"
Rijsoor boog, zonder te antwoorden.
Noircarmes gaf een teeken aani de bewa
kers, die op zijde gingen om den graaf door
te laten. Rijsoor trad naar bet door de helle
baardiers bewaakte hek, waar een menigte
nieuwsgierigen stonden te wachten, die ge
woon waren de gevangenon den drempel van
de zittingszaal van den Bloedraad' slechts te
zien overschrijden, om naar het schavot te
gaan, dat op 'het plein steeds voor onmiddel
lijk gebruik gereed stond.
„De zitting wordt opgeheven, voor heden
is 't voldoende," sprak de opperrechter,
haastig opstaande.
En terwijl Delrio zijn papieren bij elkaar
pakte, fluisterde hij De Vargas toe „Noir
carmes is niet rouwig om dezo vrijspraak.
Als ie de terechtstelling nog had moeten
bijwonen, zou de ontmoeting met z'n schoone
er bij ingeschoten zijn.
„Met de vrouw van Koppel?"
„Natuurlijk, hij is er dol op."
„Denk je dat ie succes heeft?"
„Och, Jn opperrechter beschikt over mid
delen om zich te doen beminnen...
Lachend begaven beiden zich naar het bu
reau der griffie, waar Noircarmes zich reeds
verkleedde, vurig verlangend naar zijn ont
moeting met de deugdzame vrouw van den
'brouwer Koppel, welke hij met zijn liefdes
betuigingen vervolgde.
HOOFDSTUK XIV.
Een Aanwijzing.
Toen Rijsoor het paleis verliet, werd' hij
een oogenblik duizelig.
De vrije, frissche lucht streelde zijn ge
zicht en alles soheotl om hem: te draaien,
zoodat hij zelfs op het punt stond te be
zwijmen. Aan: alle kanten zag hij hoe men
de hoeden en mutsen, eerbiedig voor hem af
nam. Men durfde niet roepen: „Leve Rijs
oor!" De Raad van, Beroerte was te dicht in
de nabijheid. Een betooging van sympathie',
zelfs voor een beklaagde wiens onschuld be
wezen was, kon gevaarlijk zijn.
Overal werd men bespied en beluisterd,
geen. men Sc h was ei* ini die verschrikkelijke
tijden zeker van, wanneer hij des ochtends
zij i; huis verliet, er 's avonds te zullen Le-
rugkeeren. Een kreet, een gebaar, een blik,
een gevangen genomen patriot geldend1, of
zelfs maar iemand die onder verdenking
stond, kon een oogenblikkelijkei arrestatie
ten gevolge hebben. Ieder was gedwongen
over 'zij-n tong, zijn oogen, zijn, houding te
waken'om van zijn. leven eenigszins zeker
te zijn, deed men. het verstanigdigst zich 'als
een stomme op straat te bewegen -. Brussel
was één groot kerkhof geworden.
Wordt vervolgd.