so.
Maandag 19 Juli 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Voor 't Vaderland.
8"" JXHrgHHK,
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonder jjke nummers- 0.05.
Daze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest-
Advertent iën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens bjj de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0*10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents bjj vooruitbetalin|
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeor voordeelige bepalingen tel
het herhaald adverteeren in dit Blad, bfl abonnement. Eeme
ciroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
De Frausche Kamers naar huis.
Eenige dagen later dan gewoonlijk heb
ben Senaat en Kamer ditmaal hunne zomer-
zitting gesloten. In den regel zorgen de af
gevaardigden vóór den I4en Juli, den natio-
nalen feestdag onder de republiek, gereed te
zijn; thans waren zij eerst Zaterdagavond
klaar, drie dagen over den tijd.
De zitting is, zooals werd verwacht, ge
ëindigd met een votum van vertrouwen in
het kabinet-Clemenceau. Met 345 tegen 90
stemmen werd eene motie aangenomen, die
onder goedkeuring van de verklaringen der
regeering het vertrouwen uitspreekt, dat zij
eene democratische en sociale hervormings
politiek zal uitvoeren met eene uitsluitend re-
publikeinsche meerderheid. Tegen deze
motie stemden slechts de socialisten en de
dissidenten van de radicaal-socialistische
fractiedo rechterzijde onthield zich.
Eene toevoeging, door Jaurès voorge
steld, waarin de Kamer verklaart, dat op
Fransch gebied geen vreemde politie meer
wordt geduld, werd eenstemmig aangeno
men, nadat de minister-president had ver
klaard, dat hij zich hiertegen niet verzette
vooraf had hij op eene uitdrukkelijke vraag
verklaard, dat reeds maatregelen waren ge
nomen om de vreemde geheime politie op
Frauschen bodem te onderdrukken. Dat
slaat op de Russische politie, die juist in de
laatste dagen door de onthullingen vau
Boerzew over Harting-Landesen veel van
zich heeft doen spreken. Het gevoel voor
het Russische bondgenootschap is dus in
Frankrijk niet meer zoo sterk, dat men den
arbeid van de Russische geheime politie en
hare verklikkers wil dulden. Een voorstel
van Buisson, dat de ontslagen postbeamb
ten in de goedertierenheid van de regeering
wilde aanbevelen, werd verworpen, nadat
de minister-president zich er tegen had ver
klaard daarentegen werd een voorstel aan
genomen, waarbij de Kamer zich verbindt
om in de najaarsvergadering de voorstellen
tot wijziging van de kieswet in behandeling
te nemen.
Dat is een bewijs, dat het mandaat van
de Kamer ten einde loopt, want zulke voor
stellen komen gewoonlijk eerst aan de orde
tegen het scheiden van de markt. Trou
wens dit geheele langdurige debat stond in
het teeken van de naderende verkiezingen.
De afgevaardigden, die van de regeering
rekenschap verlangden voor wat zij had ge
daan en had nagelaten, en de ministers, die
hun tekst en antwoord gaven, spraken allen
voor de kiezers. Aan de Vossische Ztg. wordt
daarover geschreven
,,Het was er niet om te doen het minis
terie te doen vallende aanvallers wisten
zeer goed, dat dit thans een liopelooze on
derneming wasook een praktisch be
sluit, een wetgevende'» maatregel, eene be-
stuurshervorming, beproefden en verwacht
ten de sprekers niet, die in het debat het
woord namen. Het geheele doel was, zich
voor de algemeene verkiezingen voor te berei
den. Het was eene wapenschouwing, de
groote manoeuvre voor het begin van den
werkelijken veldtocht. Alle partijen en de
regeering beproefden in een vurig steekspel
de wapenen, waarvan zij zich ten aanschou-
we van de kiezers willen bedienen. De na
tionalisten, wier woordvoerders Delahaye en
Gauthier waren, behandelden het thema van
de innerlijke verdorvenheid der republiek,
de minachting van het land voor regeering
en parlement, het verlangen naar een red
der. De socialisten, door Jaurès vertegen
woordigd, bespeelden het klavier van het
bankroet der regeeringspartij en de vijand
schap tu«;schen Clemenceau en de arbeiders
klasse.
Het afweren van de aanvallen lieten do
radicalen, die voor de regeeringsanethode
en hare resultaten verantwoordelijk zijn,
aau den minis ter-president over en dit lag
bij hem in goede handen. Zijne rede ver
schafte hem do dankbaarheid van de afge
vaardigden, die niet zonder bezorgdheid dach
ten aan het oogenblik, waarop zij moeten
optreden voor de kiezers en tegenstanders
te woord moeten staan, die hun de 15,000
frs., het wanbeheer van de vloot, het tekort
op de begrooting, de poststaking, heb ruwe
geweld waarmee te Draveil St.-George is
opgetreden, en nog vele andere dingen meer
zullen verwijten.
De heer Clemenceau onderwees hen, hoe
zij al deze s too ten en houwen kunnen paree-
ren. De 15,000 frs. Hoe! De afgevaardig
den zijn de dragers van de volkssouvereini-
teit, zij beschikken over de rijkdommen, de
macht en heit lot van de staat. Moeten zij
dan in bekrompen omstandigheden leven Is
dat waardig en verstandig? Is niet iedere
arbeid \r zijn loon waard? De nationalisten
spreken van verderf. Zij zijn pseudo-libera-
len, die hunkeren naar absolutisme, pseudo-
conservatieven, die voor de omwenteling den
weg bereiden. I>e radicalen zouden bankroet
gemaakt hebben? Zij hebben in de laatste
drie jaren meer ingrijpende hervormingen
aangevat (hij kon niet zeggenten einde
gebracht), d alle Kamers, die hun vooraf
gegaan zijn sedert de stichting van de derde
republiek. De naasting van het Wester
spoorwegnet, de inkomstenbelasting zijn
door de Kamer aangenomen en den Senaat
toegezonden, de militaire rechtsspraak is
hervormd, als de Senaat zich vereenigt met
die besluiten van de Kamer, een wekeilijksche
rustdag is verzekerd aan de arbeidersklasse
en als zij geen leeftijdspensioenen krijgen dan
treedt het kabinet af. De socialisten echter
hield Clemenceau voor, dat zij in algemee
ne frazeai hun weerga niet kennen, maar tot
dusver nog nooit een praktisch voorstel heb
ben gedaan, dat een verantwoordelijke minis
ter tcb uitgangspunt van positieve maatre
gelen kan nemen.
De rede van Clemenceau is een katechis-
mus voor radicale candlid'aten. Zij vindein
daarin het antwoord voor iedere lastige
vraag, die hun kan worden gedaan."
Dultschland.
Kiel, 1 8 J u 1 i. De Hohenzollern met
den Keizer aan boord, is heden morgen om
4 uur zijn reis naar het noorden begonnen.
De Hamburgsche dépêc'höboot Sleipner ver
gezelt de Hohenzollern.
B e r 1 ij n, 1 8 J u 1 i. Kort na half een
reden vorst en vorstin Bülow in een open
rijtuig, met twee paarden bespannen, naar
het Lehrter Bahnkof. Langs den weg had
zich een talrijk publiek opgesteld. Aan het
station bevond zich de rijkskanselier von
Bethmann-Hollweg met zijne echtgenoote,
alle in Bei-lijn aanwezige ministers en
staatssecretarissen, een aantal vreemde di
plomaten en in opdracht van den Keizer
de vleugel-adjudant kolonel von Hoineccuis,
die aan de vorstin een prachtigen bloemrui
ker overhandigde.
Voordat Bülow afscheid nam van de op-
gekomenen, had hij een langdurig gesprek
met von Bethmann-Hollweg.
Toen de trein om 1.20 zich in beweging
stelde naar Kledn-Floltbech, hief het pu
bliek aan: „Deutschland, Deutschland
über alles" en ïfep de ver trékken den een
Tot weerziens toe.
Vorst Bülow heeft vóór zijn vertrek uit
Berlijn n'og langdurige gesprekken gehad
met zijn opvolger vo.n Bethmann-Hollweg.
Dit bealntwoordlt aan dei persoonlijke be
trekkingen tussch'en de beide in vele op
zichten politiek verwante staatslieden,
maar ook aan het praktische doel oim den
nicuwein kanselier in te wijdén in zijin
ambt emi op de hoogte te brengen viun din
gen, die niet, althans niet gemakkelijk
in de stukkien zijn te vinden. Bülow ver
laat zijin ambt niet, zooals indertijd Bis
marck, als een toornende Achilles, miaar
miet goede wemschem voor het rijk én in
de bedtie verstandhouding mét hen, die
de zaken van hem overnemen.
A da'ess en, brieven en telegrammen van
huilde zijn den scheid ear dien. kanselier bij
menigte gezfonden zij worden in de Duit
se be pers opgenomen melt. de antwoorden.
Eéin antwoord beeft de bijzondere ergier-
niis opgewekt van de conservatiief-clericale
coalitiehet is de dankbetuiging, die vorst
Bülow heeft gebracht aan den diröcteur-
generaal van de Hamburg-Amérikalijn
Ball in. voor dlions waard eering van zijn po-
Litieken arbeid. Die waardeering was uit
gedrukt in termen, die voor de organen
van de nieuwe méerdierheid niet zeer aan
genaam klonken; er werd gezegd, diat dé
vertegenwoordigers van handel, bedrijf en
ilnduistraie groote dankbaarheid verschul
digd zijn voor liet- door Bülow's aftreden
geleverde bewijs, dat hij eéne helt verkeer
vijandige politiek, zooals die oolk in de nu
goedgekeurde belastingen tegen hand dl en
verkeer toit uitdrukking bomt, niet heofb
willen en kunnen voeren.
De magistraat van Berlijn heeft beslo
ten een. openbaar plein ter herinnering aan
dén gewezen kanselier te noometn„Fütf&t
Bülow jPlatz."
Heit aftreden van vorst Bülow als rijks
kanselier beteekont niet. dat hij geheel
van het politieke tooneel zal yetrdwijmen.
Hij is ails vertegenwoordiger van. het ge
slacht dlerer vom Bülow" likl vain het
Pruisische Heerönhiuis.
Frankrijk.
Harze, 17 Juli. Op liet diner bij
gelegenheid van de inwijding van de nieuwe
dokken en de wapenschouwing over de
Noord- en Middellandsche zee-eskaders,
bracht de president een dronk uit op den
Engelschen admiraal, die hem namens Ko
ning Eduard was komen begroeten; hij
droeg hem op den Koning zijne groeten
over te brengen en verklaarde, dat de regee
ring en de republiek zich verheugt in de
overkomst van den admiraal een nieuw be
wijs te zien van de gevoelens van hartelijke
vriendschap, die de beide landen vereeni
gen. De president wijdde een dronk aan de
gezondheid van de koninklijke familie in
Engeland, op de grootheid en den voor
spoed van de met Frankrijk bevriende Brit-
sche natie.
De admiraal antwoordde met eene dank
betuiging voor de minzame woorden van
den president.
P a r ij s, 17 Juli. De' Kamer heeft
met 414 tege'n' 35 stemmen hét wetsont
werp aaingenomcin op de heffing van direc
te belastingen in het volgende dienstjaar.
De Sein/aait nam beitoelfdle besluit én
verdlaagde daarna zijne zittingen voor on
bepaald én tijd.
P a r ij s 18 Juli. Minister-president
Clemenceau werd iheden avond om 8 uur,
toen hij zijne wo'ning verliet, aangevallen
door een dronken man, die hem met een stok
wilde slaan. De man werd door een inspec
teur ontwapend aan liet- politiebureau werd
hij op verzoek van Clemenceau in vrijheid
gesteld.
Engeland.
De rede van lord Lansdowne, die de ver
klaring inhield, dat het hoogerhuis vrij
moedig de vraag zal onderzoeken van zijne
constitutioneele 'bevoegdheid met betrekking
tot de begrooting, zonder zich door dreige
menten of groote woorden van de wijs t-e
laten brengen, wordt in de politieke krin
gen te Londen algemeen opgevat als eene
aankondiging, dat de nieuwe regelen betref
fende de grondbelasting, die de regeering
voorstelt, uit de begrootingswet zullen wor
den gelicht. Daar tevens de bewering van
de Times, dat de regeering van plan is de
gedeelten van do wet op de middelen, waar
tegen de oppositie zich concentreert, achter
wege te laten of uit te stellen, als onge
grond wordt aangeduid, wordt thans ver
wacht, dat een conflict tusschen de beide
huizen niet zal zijn te vermijden.
Londen, 17 Juli. In eene te Edin-
burg gehouden redie verdedigde minister
Churchill dé begrooting. In antwoord aan
lord Lansdowne zeide bi dat de begrooting,
wanneer zij het Lagerhuis had verlaten, de
finitief vastgesteld meest zijn. De regeering
zal ge me amendementen toelaten, die de
begrooting wijzigen of verminken, zij zal
geen stuk snijden gedoog on, en als Lans
downe en zijne mede-landheeran hun eigen
werk niet ongedaan maakten, dlan zou het
parlement ontbonden worden.
Londen, 17 Juli. De deputatie van
het Turksche parlement, met den ondervoor
zitter van de Kamer Talaat Bey aan het
hoofd, is hier aangekomen.
Italië.
Rome, 18 Juli. Don Carlos, de
Spaansche troonpretendent, is heden om
5.30 te Vareee overleden.
Spanje.
Het koninklijke besluit, dat prins Al
fonso van Orleans vervallen verklaart van
den titel van infant en de daaraan verbon
den voorrechten, ontneemt hem ook alle
eereteekenen, o. a. het Gulden vlies en het
grootkruis van de orde van Karei III. Hij
is ook geschrapt uit de ranglijst van het
leger wegens zijn zonder toestemming van
den Koning gesloten huwelijk. De reden van
deze bewijzen van ongenade is, dat prinses
Beatrice van Coburg geweigerd heeft bij
haar huwelijk tot de katholieke kerk over
te gaan. Het jonge paar zal zich na de
huwelijksreis vestigen te Coburg in het
paleis Edinburg.
Turkije.
De directeur van de Deutsche Bank, ver
gezeld van den Duitschen consul te Saloni
ki, den drogman van de Duifcsche ambassade
te Konstantiiiopel, twee ambtenaren van de
Deutsche Bank en den directeur van de
Banqufe ottomane te Saloniki, heeft eergis
teren in de villa Allatini aan den gewezen
sultan Abdul Ham id de d oor hem bij de
Deutsche Bank gedeponeerde fondsen over
handigd. Het is een 'bedrag van 7 millioen
frs. aan effecten, die zullen worden gebor
gen in de kluizen van de Banque Ottomane,
totdat nader over de bestemming zal zijn
beslist.
Konstantino^iel, 17 Juli.'De
nieuwe Bülgaarsche gezant Sarafow is héden
in audiëntie door den sultan ontvangen.
Hij deed in zijne toespraak de gemeenschap
in de economische en politieke belangen
van de beide landen uitkomen. De sultan
antwoordde in gelijken zin.
Griekenland.
Athene, 17 Juli. Hét kabinet
heeft zijin ontslag aangeboden..
Kreta.
In de Süddeutsche Reichskorrespondonz
komt de volgende officieus© voorstelling
voor vau den oogenblikkelijken stand van
het Kreta-vraagstuk.
De omstandigheid, dat generaal von der
Goltz eene informatiereis van eenige weken
naar Turkije heeft ondernomen, kan als een
bewijs beschouwd worden, dat men hoopt,
dat de zaken in het /oosten zich vreedzaam
verder zullen ontwikkelen. Wannoer in het
Kreta-vraagstuk met zekerheid te verwach
tten was, dat de zaken zich verder zullen
ontwikkelen naar een oorlog, dan zou von
der Goltz zijne reis thans niet hebben onder
nomen. Maar er zijn nog geene 'aanwijzin
gen, dat de beschermende mogendheden met
de poging van eene kalme oplossing der
moeielijkiheden in Kreta voor eene misluk
king staau. Hu mie voorzichtige politiek is
tot dusver niet in tegenspraak gekomen
met de duurzame belangen zoowel van Tur
kije als van Griekenland. Mogelijk blijft
het wel is waar, dat de nationale hartstoch
ten kunnen ontvlammen aan de bijzonder
heden der behandeling van het Kreta-
vraagstuk in Athene, in Konstantinopel of
op Kreta. Van dit gevaar echter zijn de be
schermende mogendheden zich bewust en zij
zullen het weten te overwinnen. Hunne
staatslieden willen zich de verdienste ver
werven een oorlog wegens Kreta, gelijk voor
baron Aehreothal met vorst Bülow de Bos
nische kwestie oplosbaar was, zonder dat
het zwaard werd getrokken.
In een telegram van Wolff's bureau uit
Athene wordt uiting gegeven aan de leven
dige bezorgdheiddie men daar voelt over
het stelsel van plagerijen en vervolgingen,
waaraan de Grieksche bevolking in vele
Turksche steden is blootgesteld, de arresta-
tien, 'huiszoekingen cn andere handelingen,
meest op willekeur, berustende. Daardoor is
inzonderheid in Saloniki, Rodosto, Myti
lene, Smyrna een buitengewoon verontrus
tende toestand ontstaan, ofschoon alle be
richten over panhelléensche woelingen on
juist zijn en de Grieksche notabelen inte
gendeel zeer hun 'best doen om hunne lands
lieden tot bedaren te brengen. Ongelukkig
wordt dit streven verijdeld door de onver-
dragelijke houding van de Turkendaar-
Naar het Fransch van Edmond Lepelletier.
43 DOOlt
J. L. VAN DER MOER.
Een knecht deed open. Zonder dezen, den
tijd te gunnen hein te herkennen en niet
luisterend naar de gelukwenschen van den
trouwen dienaar, die hoogst gelukkig was
zijn meester terug te zien, na de geruchten
van diens arrestatie, welke in den loop van
den dag verspreid waren., liep de graaf vlug
als een jonge man de 'binnenplaats over en
de trap op, waarna hij zonder plichtsplegim-
gen 'de kamer van de gravin binnentrad.
Gudule, die in het voorvertrek bezig was
de kleeren op te bergen, welke haar meeste
res zoo juist uitgetrokken had, vernam nau
welijks het geluid van die vlugge schreden
of zij opende haastig de andere deur en
riep verheugd uit
„Mevrouw, mevrouw, mijnheer de graaf I"
Dolores verbleekte en sidderde.
Vlug stond zij van den stoel op, waarin zij
vóór den spiegel zat, bezig 'het haar op te
maken.
Bleek en bevend bleef zij wachten.
Zoodra Rijsoor verscheen, ging zij hem
een paar passen te gemoet.
,,0, goddank, dat je vrij bent! Ik ben zoo
vreoselijk ongerust geweest, toen ik hoorde
dat je gevangen genomen was."
„Wat beef je, Dolorès," sprak Rijsoor i
ernstig. I
Hij nam haar handen in de zijne en keek
haar aandachtig aan. Vervolgens trok hij
haar langzaam, naar zich toe en drukte haar j
een kus op het voorhoofd, een kus die de
beteekenis had van een eeuwig vaarwel, een
kus, zooals men dien aan een doode zou
geven
„Die vreeselijke tijding had me geheel en
al van streek gebracht," hernam Dolorès
„je onverwachte terugkomst heeft .andere j
aandoeningen bij me opgewektmaar deze
zijn gelukkig van aangename» aard!"
„Dolorès, ga weer zitten, je bent zoo
bleek
„O, da's niets, ik ben nu immers weer ge-
lukkig..."
En. zij deed moeite om te glimlachen.
„Waarde vrouw," sprak Rijsoor, hoogst
ernstig, „ofschoon: je er zeer vermoeid uit
ziet en H al heel laat is, acht 'ik 't- toch nood
zakelijk op 't oogenblik 'n gewichtige aange
legenheid met je te bespreken."
„Wat is er toch?" vroeg zij, steeds meer
onrustig wordend. „Je bent zoo bijzonder
aangedaan, vrij wat meer dan je meende dat
met mij 't geval was, toen je binnen kwam."
„Dolorès, er heeft in dit .huis, terwijl i k j
afwezig was, 'n zonderlinge gebeurtenis
plaats gehad
„Ik weet niet wat je bedoelt, waar wil je
eigenlijk heenï"
'Hij keek haar nog meer doordringend! aan,
als trachtte hij <Je waarheid op haar gezicht
te lezen.
„Héb je ook hooren vertellen, dat men in
don nacht van Zaterdag op Zondag 'n man
uit jouw kamer heeft zien komen?"
„Uit mij n kam®r? Wat praat je nu?"
„Ik heb reden om aan te nemen, dat dit
juist, is."
„Maar dat is volstrekt niet juist,... dat is
valsch, onmogelijk 1"
„Nee, da's niet onmogelijk... ongelukkiger
wijze schijnt 't feit niet twijfelachtig... Luis
ter nu goed, mevrouw, en denk goed na bij
hetgeen go mij zult antwoorden. Voor uw
eer, zoowel als voor dei mtijne, is 't uoodig
te weten waarom die man daar was... des
nachts... bij u
„Dat weet i k niet... dingen die 'k niet
weet, kan 'k ook. niet nader uitleggen..."
„Laat ons 't dan samen beproeven... mis
schien dat 't ons wel golukt..."
„Wellicht heeft een van de vrouwelijke
bedienden daar 's avonds 'n minnaar ont
vangen."
„Zoudlt ge denken? En welke vermoedt ge
dan wel dat zich aan iets dergelijks heeft
schuldig gemaakt, welke van de meisjes zou
den eerbied voor de woning van haar meeste
res zóó uit 't oog hebben verloren
„Misschien Gudule wel... die vrijt met
zoo'n soort matroos, '11. man met 'n zeer on
gunstig uiterlijk, 'n zekeren Jan Haring...
die kan hier buiten mijn weten zijn binnen
gelaten:."
„Meng den naam van Jan Haring niet in
deze geschiedenis, mevrouw. Ik ken dien
jongen,... brave, eerlijke kerel... In dien
zelfden nacht, waarin hij, volgen® u, zich
in uw vertrekken zou hebben durven wagen,
verdedigde hij to Laokon, met de "bijl in de
hand, zijn verloofde tegen 'u troep gemeene,
dronken soldaten 1 Toen trad1 hij als 'n moe
dig man op voor die zelfde Gudule, die 't af
schuwelijke tooneel had bijgewoond, waarin
haar vader, onze beste, oude Rudreck, op
laaghartige wijze werd vermoord. Er zal dus
'n andere uitlegging moeten gevonden wor
den..."
„Dan zal 't Pepita zijn geweest, de kame
nier. Ik had haar toegestaan dien avond car
naval te vierenzo heeft toen misschien 'u
vrijer meegebracht, 'n knappen musketier
van de koninklijke compagnie df wel 'n
flinke» Vlaming."
„Hoewel 'k voor de deugdzaamheid van
Pepita niet zou durven instaan zooals voor
die van Gudule, geloof 'k toch niet dat dat
meisje iets met 't nachtelijk bezoek te ma
ken heeft waaromtrent wij nu opheldering
trachten te vinden... De bewuste man heeft
dien nacht ook gesproken. Zou men mogen
verwachten, dat de vrijer van Pepita of van
een der andere dienstboden, toen hij 't
woord tot haar richtte, zou gozegd hebben
,,'t is niets... ga naar binnen gravin?" Want
't woord gravin heeft die man wel dégelijk
gebruikt."
„Da's miet waar," sprak Dolorès met
heesche stem.
Dus wist Rijsoor dan toch, dat zij, tijdens
zijn afwezigheid, haar minnaar had ontvan
gen. Wat zou er nu verder gebeuren? Blijk
baar wist hij niet dat Karloo de minnaar
was. Ontkennen was dus nog mogelijk... zij
moest dus probeeron hem door tegenstrijdige
onderstellingen op con dwaalspoor te bren
gen, tegenover zijn beweringen, die mis
schien alleen maar op vage aanwijzingen of
vermoedens berustten, moest zij maar bru
taal weg het tegendeel volhouden...
Al dergelijke overwegingen vlogen Dolorès
door het hoofd, maar zij verloor er de tegen
woordigheid van geest en de koelbloedigheid
bij.
Het kon niet lang duren of zij zou zich
zelf beschuldigen.
„Dus," hernam Rijsioor, na een korte
pauze, haar met argwaan aankijkend, „ge
blijft volhouden, dat in die gang, naast uw
kamer, zich geem man bevond, die hardop
gezegd heeft„Ga naar binnen, gravin?"
„Da's nooit gezegd."
„Waarlijk niet?... 't Is toch wel gezegd,
en men heeft 't ook gehoord..."
„Ik zweer van miet," riep Dolorès opgo-
j won don, en zich zelve niet meer meester,
voegde zij er onvoorzichtig aan toe: „Die
Spanjaard heeft gelogen!... Hij was trou
wens dronken."
j Rijsoor deed een dof gebrom hooren. Het
was alsof er in zijn borst iets verscheurd
werd. Hij kon niet langer twijfelen, hij had
haar de bekentenis ontrukt. Dolorès had zich
j verraden, de afschuwelijke waarheid was
thans aan het licht gekomen.
„En hoe weet go dat 't 'n Spanjaard was?
I Hoe weet ge dat de mam 'die, zonder u te
bespieden, u gezien en gehoord heeft, die
ook den ander heeft gezien en gehoord,
dronken was? Wat hebt ge hierop t® ant-
woorden
Dolorès was als verpletterd op een stoel
neergevallen. Rijsoor trad op haar toe en
greep haar ruw bij de hand. Zijn tanden
knarsten en hij boet zich op de lippen.
Dolorès slaakte een gil.
„Au, ge dbet me pijn," sprak ze dof.
W ordt crvolyd