W. 81 Dinsdag 20 Juli 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. Voor 't Vaderland. 8"" JHHrganc. ABONNEMENTSPRIJS: Per S maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem frauco per post- 1.50. Afzonderlijke nummers - 0.05. Daze Cour rat verschijnt dagelijks, behalve op Zon* en Feest dagen. Ad vertent iënmededoelinger. enz.gelieve men vóór 11 urn 's morgens bjj de Uitgeven in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regels f 0.50. Elke regel meer - O.IO. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen Uit bet herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eeae ciroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. Do Burgemeesters van Amersfoort, Brengt ter Icon nis van do ingezetenen rlezer Gonieente, dat liet door den Directeur van 's Rijkfs directe beladingen, env. te Utrecht executöor verklaard kohier Xo. 1 van de Be drijf-belasting over het dienstjaar 1.009/1010 aan den Ontvanger van Rijles directe belas tingen alhier ls ter har.d gesteld, aan wien ,ie<ler verplicht is zijnen aanslag op don bij de wet bepaalden voet te voldoen. Gedaan on op de daarvoor gebruikelijke plaats sen aangeplakt te Amersfoort den 19 juli 1909. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. Politiek Overzicht De trooiis ver w isseling in Perzic. De sjah van Per zié Mohammed A In' heoft hot lot on dé rg aan, dat verleden jaar sultan Abdul Hamid van Turkije heeft getroffen hij lxtfcft afstand moeten doen van> dlem trooni. Alleeu is bij hem de vorm wat meer i-n acht genomemhij is geen gevangen man, en de Russische gezant, onder wiens bescherming hij zich heeft gesteld, zal hem voor dat lot ook wel hehoedieai. Maair zijtnte macht is hij kwijt. Veel genoegen heeft hij niet- beleefd van de macht, die hij eem paar jaren geleden van zijai> vader Moezaffer Eddin heeft ge ërfd. l>e grondwet, die Moezaffer kort voor eijn dood had afgekonldii'gd, besnoeide het gezag vani den sjah zeer, en het parlemlent droeg nauwlettend zorg, dat dit gezag bin nen- de perken bleef. Dit was oorzaak, dat de sjah gaarne het oor leende aan de kleine maar invloedrijke groep hovelingen, die hem tot verzet aanispoordle vati den dag af, waarop het parlement het besluit nam, door bepaling van hot inkomieail van den sjah op een bedrag, dat de schatkist kon dragen, Jen einde te maken» aan het lev.en der lievelingen op koston: vanl heb volk. Op hun aandrang hief de sjah de grondwet we der op, nadlat hij van eerüige hooge geeste lijkten het advies had gekregen, dat zij met den koran in strijd was. Dat was inftusschen het sein tot de bewe ging waarvan wij thans de ontkinloopiug hebben gezien. Langzaam maar ajanluou- dend heeft deze beweging veld gewonmlen. Ispahan, en Tiibriz gaven het voorbeeld. De nationalisten en Bakhtiaren eischen her stel van de constitutioneele rechten en het uitschrijven, van nii'ejiwe p ar lemen ts-verkie zingen. De afval van deze gewesten van d-en sjah werd ook spoedig een feil. In Ta- bris en in Ispahan werd een eigen landdag gekozenIspahan ging zelfs zoo ver een. zelfstandigen heerscher uiit te roepen. En ten slotte konden de tegenstanders van den sjah hem in zijne eigen hoofdstad be stoken en hem tot aftreden dwingem', ten gunste van zijn nog minderjarigen zoon,- nadat hij zich vooraf onder Russische be scherming had gesteld. Dat is geschied nog voordat in de stad zelve de beslissing, was gevallen, terwijl buitten de stad nog een groot aantal troepen ter b'eschibki'ng van d-en sjah stonden. Het hoofdmotief moet geweest zijn het groote wantrouwen tegen die eigen troepen, die angst dia't zij, aan 't muiten, zouden slaan, e«i de vrees» voor sluipmoord, wat bij dje stemming on der de troepen niet ongerechtvaardigd schijnt te zijn geweest. De geschiedenis van de Perzische om wenteling is daarmee in een, nieuw stadium getreden, dat zich voorloopig vreedzaam laat aanzien., maar waarva'n mbeft worden afgewacht hoe het zich verder zal ontwik kelen. Aan de Köln. Ztg. wordt dlaarover- uit Berlijn geschreven: Snéller dan men kan aannemen is de revo lutionaire 'beweging geslaagd, die slechts steunde op eene zeer gebrekkige organisatie en ook numeriek geen groot aantal strijders op de been kon brengen. De bijeengeraapte scharen, die Teheran aanvielen, zouden, als izij -een goed georganiseerden troep tegen over zich hadden gehad, hun verderf tege moet zijn gegaan. Wanneer izij hebben over wonnen, dan bewijst dit, dat het den Rus- sischen kolonel Liakhow, die de troepen van den sjah heeft georganiseerd, niet gelukt is een bruikbare en betrouwbare legermacht samen te stellen Aan den anderen kant stonden de Bakhtiaren en andere aanval lers niet alleenvoor hen was de algemeene ontstemming tegen de regeering van den sjah een bondgenoot, die evenzeer als de wa penen van de revolutionairen de bestaande regeering ten val heeft gebracht. De revo lutionaire beweging was ontstaan uit een reeks van plaatselijke opstanden, die in het eind een vereenigingspunt hadden gevon den, en zij werd waarschijnlijk gevoed en bespoedigd door de vrees voor een militair ingrijpen van Rusland, dat scheen voor de deur te staan. Had de sjah zich nog maar een korten tijd kunnen handhaven, dan zou den de voor den marsch naar Teheran ge reed staande Russische troepen zijn opge rukt, en als zij vóór de revolutionairen in Teheran waren aangekomen, dan zou het dezen wel niet gelukt zijn, de stad in te nemen en zich tot meesters van den toestand te maken. De gewichtigste en het meest voor de hand liggende vraag is nu of de omwente ling in Tehenan de Russen zal bewegen, af te zien van den voorgenomen marsch naar de hoofdstad. Van Russische zijde was er geizegd, dat eene militaire bemoeiing slechts het dool had de veiligheid van leven en eigendom der Europeanen te waarborgen en tegen anarchistische toestanden op te tre den. Nu zal men 'zeker niet kunnen zeggen, dat de toestaand in Perzië ook na de jongste gebeurtenissen alle gevaren uitsluit, maar men zal bezwaarlijk meer van eene werke lijke anarchie kunnen spreken, doch moe ten toegeven, dat de bezorgdheid voor de veiligheid van de Europeanen zeer ver minderd is. De aanvallende revolutionairen hebben zieer verstandig en blijkbaar stelsel matig vermeden zich aan Europeanen te vergrijpen. Wanneer Rusland nu tot de overtuiging mocht komen, dat, als er eene nieuwe regee ring dn Perzië is ingesteld en de rust al thans oppervlakkig is hersteld, er geen reden meer is om militair op te treden, dan zou daarmee aan de nieuwe machthebben- den in Perzië de mogelijkheid gelboden zijn om te toonen wat zij kunnen. De geringe politieke opvoeding van het volk opent niet de beste vooruitzichten in deze richting, en ook zal het geldgebrek zich verzetten tegen •de inrichting en uitoefening van een be hoorlijk bestuur. Hoe de zaken zich zullen ontwikkelen, moet worden afgewacht, maar al kan men de toekomst niet zonder ern stige bezorgdheid tegemoet zien, het is toch niet uitgesloten, dat de Perzen in zich zelf de kracht zullen vinden om tot dragelijke toestanden te komen. De vrees voor vreem de bemoeiing 'aal misschien de moeder van voorzichtigheid en verstandig handelen zijn. Duitschland. Bergen, 19 Juli. De Holneozol- lern, met den keizer aam boord, ijs te 5 J uur onder de saluutschoten van de vesting en he's ter reede liggend Noorweegsch parat- serschip Norg|6 biet binmleaigeLoop-en Het vertrek van vorst Bülow uit Berlijn heeft het karakter gedragen van eene groot- sche huldebetooging voor den afgetreden rijkskanselier. Reeds toen hij en zijne ge malin het paleis in de Wilhelmstras&e ver lieten, werden zij door een groote menigte, bijna uitsluitend dames en heeren wit kringen, die men gewoon is de be tere te noemen, levendig begroet. De wagen werd omringd, aoodat hij eerst in den langzaam stlen draf, later stap voets moest rijden. Bülow had onafgebro ken den hoed in de hand, de vorstin neeg en wenkte. Aan het station was zoowat al les wat tot de officieele wereld behoort, aanwezig; het was een gezelschap, zooals men op een minister-soiree aanwezig vindt, dat 4ich om Bülow en om de vorstin ver drong tot het nemen van afscheid. Toen Bülow en zijne gemalin het salon rijtuigen bestegen, barstte stormachtig „Hoch "-geroep los, dat minutenlang, tot dat de trein zich in beweging zette, weer klonk. Alles zwaaide met de hoeden en zong „Deutschland, Deutschland über alles", ,.W ederkommen". Het was een ontroerend afscheid dat, zooals men den beiden vertrek- kenden, die uit het raam groetten, kon aan zien, niet gemakkelijk viel. Frankrijk. Het geschil tusschen Kamer en Senaat over de voordracht bot vermeerdering van de artillerie bestond hierin, dat de Senaat ver langde, dat de nieuwe veldlbatterijen, die zullen worden gevormd, zullen worden toe gevoegd aan de bestaande regimenten, ter wijl de Kamer in overeenstemming met de regeering de vorming van een derde regi ment van ieder legerkorps verlangde. De Senaat wilde dius hetzelfde getal kanonnen en paarden toestaan, maar verlangde geen vermeerdering van het aantal regiments commandanten, gedeeltelijk om redenen van spaarzaamheid, gedeeltelijk uit vrees, dat een spoedige bevordering onder de officieren van de artillerie, de officieren van de infan terie en cavallerie zou bena loeien. De Senaat heeft, zoo als reeds werd be richt, toegegeven en bet voorstel is wet ge worden in den door reegeering en Kamer verlangden vorm. Calais, 19 Juli. Lathan is om 6.A5 hedenmorgen vertrokken om te beproeven het Kanaal over te steken. Hij vloog op een post hoogste. Tweede telegram. Een sleepboot heeft Lathan opgevischt, die op 18 K.M. afstand van de kust in zee gevallen is, om dat zijn motor in gang was verminderd. Lathan kwam ongedeerd hier terug. Chalons sur Marne, 19 Juli. F arm an steeg heden avond op en verricht te eene vlucht van 1 uur en 23 minuten, waar mee hij alle Fransche records versloeg. Portugal. Lissabon, 19J uli. De Kamers ver daagden hunne zitting ten teoken van rouw over den dood van den president van Bra zilië. Turkije. Uit Saloniki wordt aan de Frankf. Ztg. bericht, dat de toeetand in Macedonië in. den laatsten tijd meer bezorgdheid wekt, zoodat er met spoed militaire voorzorgsmaatregelen worden genomen. Groote hoeveelheden mu nitie komen van Konstantinopel aan en wor den terstond naar Previsa doorgezonden. Op dringend telegraphisch bevel zijn de noodige maatregelen genomen tot verpleging van de in het grensgebied aanwezige troe pen De Bulgaren, Turken en Koetzowalachen in Wodena, Kestena en Klissura houden groote vergaderingen tegen de toenemende Grieksche propaganda. Zij sporen de regee ring aan, de strengste maatregelen te ne men om de Helleensclie onruststokers te ver jagen, de bevolking te ontwapenen en de rust te verzekerenanders kan de toch reeds kri tieke toestand nog ergr worden. In Konstantinopel verklaart het dagblad Ittihad, dat het opzien moet baren, dat er onbedriegelijke aanwijzingen zijn, dat in Macedonië moeilijkheden voor de deur staan, die ten gevolge van den grooteren haat der volken zeer ernstig kunnen worden. De re geering moet bij tijd® gepaste maatregelen nemen, om de plannen '-an de rustverstoor ders te dwarsboomen. Daaronder wordt ver staan, da: de houding van de Grieken aan de kust en in vele steden uitdagend kan worden, hetgeen dan moet leiden tot onwet tige handelingen en pogingen om zich zelf te helpen en de mohammedanen, misschien ook de Macedonische Bulgaren tegen de Grieken. De kali van Smyrna heeft de daar geves tigde christelijke en joodsche notabelen ern stig gewaarschuwd, dat zij niet de minste aanleiding moeten geven tot voorvallen, waarbij de troepen zouden moeten optreden. Ko nstantinopel, 17 Juli. Heden morgen weriden 13 persenen opge hangen, waaronder Mehmed Joessoef Pacha, gewezen commandant van Erzereem, de sjeik Vahdeti, twee kolonels, vijf andere •officieren en drie soldaten. Kreta. De Echo de Paris bericht, dat de Turk sche regeering in haar antwoord op de mede- deeling van de vier beschermende mogend heden over de terugroeping van hunne troe pen uit Kreta zal verlangen, dat de mogend heden zich duidelijker er over zullen verkla ren, wat zij bedoelen met de zinsnede, dat zij de hoogste rechten van den sultan op het eiland wenschen te handhaven en dat zij willen voortgaan zich met het Kreta-vraag stuk in welwillenden zin bezig te houden om met de hooge Porie overleggingen te plegen over de toekomstige reg «ringsomstandighe den van het eiland. Over het algemeen laat de Turksche pers zich in zeer gematigde bewoordingen uit over de nota. De T a n i n zegt, dat de ontruiming van Kreta door de mogendheden van eenige be teeken is zou zijn, indien zij gevolgd werd door de aankomst van Grieksche troepen op het eilandmaar nu de mogendheden blijven waken over Kreta, blijft liet preoies hetzelfde of d!ie bewaking geschiedt door troepen of door zeeschepen. ,,De dubbelzin nige bewoordingen van de nota" zegt het blad, „door welke men de hoop zoowel bij Ottomanen als bij Kretensers tracht leven dig te houden, getuigt van de onzekerheid bij de mogendheden over de resultaten van de constitutioneele regeering En het trekt daaruit dan de volgende les: ,,Wij moeten dus d .1 invloed van de Grondwet verster ken en adininistratierve hervormingen invoe ren, willen wij de annexatie van het eiland voorkomen". Marokko. M e 1 i 1 1 a, 1 9 J u 1 i. In bet gevecht van gisteren werden 15 Spanjaarden» ge dood, waaronder een luitenant-kolonel, een majoor en een kfapiitein22 werden ge wond. Perzië- P a r ij s, 19 Juli. De waarnememxie Perzische minister van buflteniandsche za ken beeft aan d»en gezant te Parijs geseind, dat de troons ver wisseling gelukkig ie vol bracht. De vrees voor bloedvergieten i« on gegrond gebleken. De orde en veiligheid zijn sedert drie dagen geheel hersteld, nieuwe onlusten zijn niet waarschijnlijk en de veiligheid der vreemdelSngen i.s ver zekerd. Over den toestand in Teheran nadat de troons verwisseling is voltrokken, wordt be richt, dat de stad volkomen rustig is. De tram heeft den dienst hervat. De Armeniërs, die in grooten getale naar de gezantschap pen gevlucht zijn, hebben echter nog geen groot vertrouwen in den nieuwen toestand; zij blijven d'aar voorloopig nog. Aan do Kóln. Ztg. wordit uit Teheran bericht: De nieuwe regeerdng is nog niet geheel op streek, maar zal sterk genoeg zijn om de nog bestaande bezwaren te overwinnen. Kroon prins Achmed Mirza is tot heerscher uit geroepen als oudste lid van het Kadijaren- geslacht heeft Nassr ul Mulk voor den min derjarigen vorst hij is 11 h 12 jaar het regentschap op zich genomen. Een van de eerste handelingen van de nieuwe regeering was eene kennisgeving aan de bevolking, dat in plaats van den afgetreden sjah zijn zoon Achmod Mirza tot sultan is uitgeroepen. Deze kennisgeving is onderteekend door de beide overwinnaars in den burgeroorlog, den Sipachdar en den Sardar Assad. De titel van sjah is dus afgeschaft, en Mohammed Ali zal als de laatste sjah met stille trom in de diepte verdwijnen, om als Roi en exil zijne dagen verd» in Rusland te sLijten. Over de laatste phase van den strijd, die leidde tot het sluiten van den vrede, bericht de correspondent van de Times te Teheran, dat heb besluit van den monarch om naar het Russische gezantschap te vluchten, reeds in den avond van den 15en tot rijpheid, was gekomen. De verhuizing geschiedde echter eerst den volgenden dag, des Vrijdags. Om half negen 's morgens verecheen de sjah met zijne naaste verwanten en den emir Baha- doer, die z o lang zijn raadsman is geweest, in de zomerresidentie van liet Russische ge zantschap, waar spoedig een Engelsch-Rus- sische wachtpost werd geplaatst, terwijl tot aanduiding van de overeenstemming dter bei de groote mogendheden hunne vlaggen ge kruist over den ingang werden aangebracht. De nota van dte Russische regeering luidt aldus: „Petereburg, 17 Juli. Gisteren mor gen zocht de sjah Mohammed Aid met fami lie en gevolg toevlucht in de zomerresiden- Naar het Fransch van Erfmond Lej>elletier. 44 noen J. L. VAN DER MOER. ,,'t Is dan toch waar," hernam Rijsoor. ,,Ik twijfelde nog... ik was nog zoo dwaas te hopen op 'n misverstand, 'u vergissing... Ellendige vrouw, die 'k zoo ontzettend heb liefgehad, die zoo hoog stond in m'n achting, waarop 'k zoo trotsch was! Stom merik die 'k was!... Maar vooruit, nu zult ge me alles zeggen... ik moet den naam weten I" „Martel me niet Zijt ge dan waanzinnig geworden?" „Dat zou waarlijk niet zoo vreemd zijn... vooruit, spreek op 1 't Was dus 'n minnaar, die 's nachts hier was, tijdens m'n afwezig heid?" „Welnu, ja!" riep Dolorès opspringend en hem vlak in het gezicht kijkend. „Ge bekent dus?" vroeg hij op treurigen toon. „Ge dwingt me de waarheid te zeggen, welnu, meneer, ik zeg haar." „En zonder berouw, valsch, ellendig 6chepsel... zonder vrees... zonder schaamte doet ge me de wreodé werkelijkheid zien. Ge mist zelfs de 9chaamte u te verdedigen." „Zeg eerder dat 'k niet zoo onwaardig ben Verwijt me m'n bekentenis niet, ze is m'n rechtvaardiging, ze is m ij n eer I Waar om u langer te misleiden en te bedriegen?... Ja, 't is waar, ik ben schuldig." „Schuldig! Ach, ik ben wél ongelukkig," sprak Rijsoor, als totaal vernietigd. Hij was diep terneergeslagen, en de waar heid, de zekerheid omtrent zijn ongeluk, welke hij toch Voorzien had, maakten hem nóg meer bedroefd, nu hij zo vernam uit den mond van de schuldige echtgenoote zelf. Hij voelde zich dubbel ellendig, nu hij de erkentenis van haar verraad van haar eigen lippen boorde. „Ja, ik heb geen excuus," hernam Dolo res, met nog meer nadruk, „ik ken m'n fout, gij hebt 't recht zonder genade te zijn. Dood me maar, als ge wilt, ik ben bereid te sterven... nee, ik zal me niet door nieuwe leugens trachten te redden... m'n valsch- heid heeft haar toppunt bereikt, ik heb geen moed meer de schijnheiligheid nog langer vol te houden... God zij geloofd, loopt de marteling ten einde... ge weet nu alles, dood me maar, vernietig me en laat 't uit zijnl" „En spreekt g ij op die wijze tot me?" „O, ge weet niet wat er in me omgaat," rep Dolorès, steeds meer opgewonden„ik zweer u dat er 'n oogenblik aanbreekt, waarin de dood 'n ware verlossing is... Ein delijk zal 'k dan toch niet meer gedwongen zijn m'n hartzeer te verbloemen, ik zal m'n afkeer niet meer achter 'n glimlach, m'n verlangers niet meer achter 'n masker van kalmte behoeven te verbergen... 't Zal niet meer noodig zijn belangstelling te toonen in uw ontboezemingen, die me tot verzet prikkelen... ik zal die komedie van den hartstocht niet meer behoeven te spelen, m'n lippen zullen niet langer liefde huichelen, waar m'n hart overloopt van haat!" „Koester je haat jegens m ij, jij, Dolorès, jij, m'n vrouw, die ik heb aangebeden?" „Ja, haat!... Des te erger... 't kwam er uit, ondanks mij zelve... m'n hart was tè volEn 't as me 'n vreugde, de eenige die me nog rest en die 'n vergoeding is voor al m'n ellende, je in 't gezicht te kunnen zeggen, dat ik jè haat, haat!" ,,'t Is onmogelijk, ongehoord, haat jegens mij „Ja, ja, versta me wel, ik haat jou en ik heb 'n ander liefl" Terwijl Dolorès deze verschrikkelijke woorden sprak, was zij mooi van woede en hartstocht. Met loshangend haar en fonke lende oogen, bevend over haar geheele lichaam, liep zij door de kamer. Zij geleek op een woedenden panter, die zich achter de tralies van zijn kooi beweegt. „Wat ben je 'n ellendige, onwaardige vrouw," zei Rijsoor innig bedroefd. Want hij beminde die wreede, slechte echtgenoote nog altijd, en zijn hartstocht, wellicht ge prikkeld door haar verachting, was sterker dan zijn toorn. „Die liefde drukte je dus wel zwaar? En toch, wat heb 'k niet gedaan om je geluk te bevorderen. Je was jong, arm, verlaten, in een van de voorsteden van deze stad voor den bedelstaf bestemd, of misschien wel voor erger, want je was mooi en behaag ziek. Ik ben tot je gekomen en ik heb ge zegd Zie hier m'n fortuin, m'n rang, m'n naam, neem alles! Dit is dan ongetwijfeld m ij n misdaad in jouw oogen? Ik ben dus wel zeer schuldig geweest?" „Ik beschuldig u niet," sprak Dolorès, even de schouders ophalend. „Moet je mij haten, omdat 'k goed voor je geweest ben JIcb 'k dan in jouw oog 'n misdaad begaan toen 'k je op zekeren* dag uit dat donkere steegje in een van de armste wijken van Brussel haalde, toen 'k je ver wijderde van dien haard zonder vuur, van die tafel zonder brood, uit dat bed waarin je moeder omkwam van ellende? En was ik dan zoo'n nare, jaloersche slechte echtge noot, dat 'k me zelfs ijouw haat moest op den hals halen? Wil je me daar eens op ant woorden „Ik heb nooit ontkend dat ge goed voor me zijt geweest, maar ik heb 't u al gezegd' en ik herhaal 't, ik heb u niet meer lief... ik heb u nooit lief gehad." „Goede hemel," riep hij uit, „wat hen 'k toch 'n botterik geweest Daar doet men als eerlijk man en goed echtgenoot steeds z'n plicht, nooit koestert men 'n andere gedachte dan dezezorg voor 't geluk van die vrouw, bevredig haar genoegens en kom zooveel mo gelijk tegemoet aan haar kleine grillen en vraag niets in ruil dan 'n beetje genegen heid1; en op zekeren dag komt. die goede, domme man thuis, en wat vindt hij daar? De vrouw die hem schaamteloos bedriegt-, hem haar ondeugd bekent met 'ni brutaliteit, die zoo ongeveer zeggen wil: „en wat wil j ij nu eigenlijk?" Ja, waarlijk, zoo is 't. Er mankeeri alléén nog maar aan, dat ze hem bewijst dat h ij eigenlijk de oorzaak van al 't ongeluk, dat li ij zelf de schuldige is!" „Maar, m'n God, dat i s ook zoo, ge z ij t ook de schuldige," riep Dolorès. „Ik?" vroeg Rijsoor, meer dan verbaasd. „Ja neker, voelt ge dat niet?" „Ge zijt waanzinnig, mevrouw. I k schul dig? En waaraan...?" „Ge staat er óp liet te weten?... Heusch ge 'hebt ongelijk. Uw goedheden, mijnheer, die ge me zoo gaarne voorhoudt, die kon 'k wel... jarenlang heb 'k er me erkentelijk voor betoond... Ik roep God tot getuige dat 'k uw woning ben binnengekomen als 'n eer baar meisje en dat 'k ook besloten was 'n eerbare vrouw te zullen zijn. Hebt gij me daarin gesteund?... Nooit. M'n dankbaarheid! hebt ge gedood door de verveling, m'n sym pathie door onverschilligheid". „Hoe is 't mogelijk? Mijn liefde, d'ie zoo groot was „Uw liefde? Ja, laat ons eens over die liefde spreken! Meent ge dan dat ik niet weet wie die liefde bezit? Ik ken mijn mede minnares, reeds eerder heb ik haar genoemd, uw zoo zeer beminde provincie Vlaanderen, of zooals gij altijd zegt, mijn Vaderland. Daarvoor is uw liefde bestemd... maar voor mij... Er kwam zulk een verachtelijke trek om haar lippen, zij haalde met zóó veel min achting de schouders op, dat Rijsoor slechts kon antwoorden „Helaas! Er mankeert niet anders meer aan dan dat ge me nog beleedigt 'im 't eenige waarin ik nog geloof." „Oprecht gesproken," hernam Dolorès, op spotteirdèn toon voortgaande en het wapen der minachting blijvende gebruiken in dit treurig tweegevecht, „welk leven hebt ge mij eigenlijk bereid met dien waanzinnigen hartstocht voor de staatkunde, of, zooals gij dat noemt, voor de vrijheid! M ij n bestaan is nog al dragelijk, niet waar, zoo tusschen uw verdachte reizen, avond-uitgangefcjee en aparte maaltijden in? Ge hebt 't altijd druk, ge windt u op tegenover de menschen, ver vloekt de gebeurtenissen, uw blik zoekt iets geheimzinnigs in do ruimte, waarmee ik niet te maken heb... en toch ben 'k er hij en zeg tot me zelve „hij denkt aan mijn tegen stander, aan 't Vaderland 1" Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1