Jtf°. 34. Eerste JEtlad Zaterdag 24 Juli 1909. BUITENLAND. FEUILLETON, Voor 't Vaderland. 8"" Jttargaiitti ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post1.50. Afzonder;gte nummers0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiönmededeelingec enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens bjj de Uitgevere in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 65. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Ee&e oiroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. Spanje In Marokko. De berichten van de laatste dagen uit Melilla duiden aan, dat Spanje in zijne Noord-Afrikaansche bezittingen, onder den naam van dj Presidios bekend, thans een vrij ernstigen strijd heeft te voeren. Spanje bevindt zich daar midden in eene militaire, reeds aan bloedige offers rij'ke onderneming. Men heeft hier te doen met een onderdeel van het Marokko-vraagstuk, dat afgeschei den is van de algemeene, internationale kwestiehet Rif vraagstuk. Dat gaat speciaal Spanje aan. Het programma van het regee- ringsbeleid op dit stuk wordt door de Ma- dridsclie Epoca gekleed iu de formule: „Vrede met Marokko I Tuchtiging van de Rifstammen Met het oog daarop zijn reeds sedert eenige weken militaire maatregelen genomen. De jongste gebeurtenissen hebben doen zien hoezeer die gerechtvaardigd warenhet is noodig gebleken daarmee nog voort te gaan, en nieuwe versterkingen te zenden. Het is een zeer eigenaardige toestand, die nu be staat. Want er Bestaat geen oorlog met Marokko, maar toch ook geen vrede. Het is een toestand, die des te lastiger en kost baarder wordt naarmate hij langer duurt. De Pais kenschetst Spanje als een patiënt, die niet eigenlijk ziek is, maar wiens ge zondheid door geneeskundige voorzorgsmid delen ernstig gestoord is. De bijzondere toestand heeft zeer uiteen- loopende voorstellen tot oplossing doen op komen in de Spaansche pers. In sommigen komt liet oude hidalgo-instinot van den Spaanschen veroveraar aan den dag. In de Mundo is het denkbeeld opgekomen van. eene verdeeling van Marokko tusschen Frankrijk en Spanje. Er wordt betoogd, dat dit werk bij krachtig optreden binnen drie maanden vodtooid kan zijn. De Spanjaarden moeten voorloopig 16,000 man naar Melilla, 24,000 naar Ceuta en 5000 naar Larache brengendie moeten van daar uit, <1j Fran- schen van Casablanca en Moelaya uit op Fez aanrukken. Dan is het succes verzekerd. Zoo kan het Marokko-vraagstuk, dat Europa zoo lang nutteloos bezig hield, snel en voor goed ten einde gebracht worden. Daarentegen is de Imparcial van meening, dat het tegenwoordige conflict niets te ma ken heeft met de problemen, van Algeciras. Het is slechts te doen om vrede en rust in de Spaansche invloedssfeer rondom Melilla en Ceuta. Daar het maghzen in deze gelheele streek zonder invlood is, behoeft men zich om de regeering van den sultan niet te be kommeren en daarom is het doelloos met het thans in Madrid vertoevende gezantschap verder te onderhandelen. Het verstandigste zou zijn het met alle diplomatieke beleefd heid naar huis te zenden. „Want men moge praten zooveel als men wil, maar het in de laatste gevechten veroverde gebied zullen wij niet weer prijs geven zij zijn met het bloetd van Spanjaarden gedrenkt." Ook andere bladen, die onlangs nog „geen man en geen peseta" voor een op treden in Marokko ten offer wilden bren gen', zijn door de gebeurtenissen van Me lilla op eens vol ondernemingslust gewor den. Hun minimum-eisch strekt tot blij vende inbezitneming van de bezette stellin gen en van den naasten omtrek van Melilla. De Correspondencia de Espana, die eenige weken geleden vooraan stond in de bestrij ding van de „avontuurlijke veroverings- I plannen der regeering", 'behoo-rt nu tot hen, die op een krachtig optreden aandringen, en zegt„Spanje gaat vastberaden naai- Ma- 1 rokko, zooals Frankrijk naar Oedjda is ge gaan. Wij waren jaar op jaar binnen de muren van Melilla opgesloten, maar nu zet ten deze muren zich uit en weldra zal Me lilla de hoofdstad van eene Spaansche pro vincie zijn. Of dit met of zonder bloedver gieten zal gebeuren, moet de toekomst l&e- ren. Maar het is aan te nemen, dat er geen bloed om zal worden vergoten." Niet zoo optimistisch is de Diario Uni versal, die opmerkt., dat "het grootste ge deelte van het 13,000 K.M.2 omvattende Rifgebied voor Spanje nog een vreemd land beteekent met niet onderzochte kansen en onbekende gevaren. Voor het overige ech ter staat ook de Diario Universal meb bij- zonderen ijver aan de zijde van hen, door wie" de regeering tot krachtig handelen wordt aangespoord. Deze ziel in ieder gevai met voldoening hoe de openbare meening in vele kringen ten gunste van haar beleid is omgeslagen. Ook aan de andere zijde der Pyreneeën wordt de Spaansche regeering tot verder krachtig handelen aangespoord. Het Jour nal de® Débatis schrijft: „Spanje bevindt zich in de Presidio® in een soortgelijken toestand als wij in Zuid-Oran. De in Ma rokko heerschende anarchie dwingt liet zich te voorzien tegen de aanvallen van de stammen, die in opstand zijn tegen het ge zag van het maghzen. Zij rechtvaardigt de inbreuken op zijn gebied, waarover de sul tan zrieh beklaagt. Wanneer de sultan niet in staat is zijne souvereiniteitsplichten te vervullen., dan verliest hij het recht zich te beklagen. Hij moet de gevolgen van zijne onbekwaamheid dragen. Alvorens op te ko men tegen de beweerde aanranding van zijn> rechten, moet hij zich in een staat brengen, dat hij zijn gezag kan doen erken nen en met nadruk eerbiedigen in de stre ken welker, bezit hij opeïscht. Zoolang hij dat niet kan, zal Spanje, evenals Frank rijk, door zijne eigen middelen de vcilig- hei van zijne grenzen moeten verzekeren." Frankrijk. Over den stand van zak'en wat de minis ter! eele crisis betreft, wordt bericht, d,at Léon Bourgeois, die in. de eerste plaats was aangezocht de taak der samenstelling van een nieuw kiabimet op zich te nemen, dit heeft geweigerd. Daarna heeft presi dent Fallières Briand ontbodlen, die de opdracht voorloopig heeft aangenomen. Zijne bemoeiingen zijn gericht op een,e re constructie van het kabinet; de meeste le- dteai zouden in bet nieuwe kabinet over gaan, ook de minister van buitenlandse be zaken Picbon. De modelij k beden, die hij ondervindt, zitten hoofdzakelijk hierin, dat hij de bezwaren, moet overwinnen van de radicalen, die de eigenlijke regeorings- partij uitmakenzij rekenen Briand, al® voormalig socialist, niet tot de huinnen en zij-r. van oordeel, dat de leiding en de verantwoordelijkheid van de regeerings- polit.iek in ieder geval aan hén toekent en dat huuine partij daarvoor ook wel den ge- schikten man. kan aianwijzon;. Behalve, de ondersteuning van de radicalen, moet Bri and zich de welwillende onzijdigheid der socialisten verzekeren. Engeland. Londen, 2 5 Juli. Officieel wordt j bericht, dat bet bezoek van den Koning j van Spanje aan Engeland is uitgesteld. I Volgens een in sommige bladen voorko mend bericht moet de regeering hebben be sloten, in het loopeade dienstjaar met den aanbouw van acht Dreadnoughts te begin gen. Een nader bericht houdt in, dat eene bevestiging hiervan niet verkregen is, maar dat men het besluit van dezen nieu wen schepenbouw verwacht, zoodra het nieuwe verbeterde type vaststaat. Dit nieuwe type, het Hercules-type, zal zijn voorganger in gevechtkracht omstreeks 30 pCt. overtreffen. Het aantal stukken blijft onveranderd, maar snelheid van beweging en pantsering worden aanzienlijk vergroot. Voor de bij Corves te houden vlootrevue zullen verschillende afdeelingen daar den 29en Juli aankomen, en voor anker gaan. De Koning zal den 31en Juli eene revue houdende C'zaar ial den 2eu Augustus j tegen den middag met zijn jacht, de Stan ds) t bij Spithead aankomen, de vloot be zichtigen en daarnay eveneens bij Corves voor anker gaan. Den 3en Augustus kee- reu de verschillen dei- vlootafdeelingen naar hnnne gewone standplaatsen terug. Portugal. Lissabon, 2 3£ J u 1 i. In de kamer der pairs verklaarde! de regeering, dat zij zich geconstitueerd lipd om te arbeiden aan bet herstel van de eensgezindheid in het land. Het kabinet, de ljberale beginselen als richtsnoer nemende, is van plan geen vijan dige houding aan te nemen tegenover de partijen en dringende en onmisbare maat regelen aan het onderzoek van het- parle ment te onderwerpen De partijleiders verklaarden niet van zins te zijn het kabinet aan te vallen. De minister van buiten!and s ch e zaken Bocage zal trachten bet handelsverdrag met Duitschland door het parlement te doen aannemen. Turkije. Konstanti nopel, 23 J uli. Het antwoord van die Forte op de nota betref fende Kreta is aan de gezanten der bescher mende mogendheden ter hand gesteld. De Porte verklaart daarin, dat zij acte neemt van de verzekeringen der mogendheden om trent de handhaving der souvereiniteits- rechten van den sultan en de rechten van de mohammedanen op Kretazij spreekt de overtuiging uit, dat men daarbij ook de burgerlijke rechten der mohammedanen op hei. oog heeft. De Porte ziet geen ander middel om de bestaande moeilijkheden op te lossen dan het invoeren van een vorm van zelfregee- rm» voor het eiland; zij beschouwt echter de handhaving van den tegenwoordigen I status quo als eene schending der souve- reiniteitsrechten van den sultan en van het 1 internationale recht. De inmenging in het i bestuur van het eiland door een derde rao- 1 gend'hedd kan niet langer worden geduld. Wanneer elke inmenging ophoudt, dan zal de Porte in onderhandelingen treden over i een stelsel van zelfregeering voor het eiland op den. grondslag van de souvereinateits- a-echten van den Sultan. Griekenland. De Agence d'Athènes berichtHet nieuwe, onder voorzitterschap van Rhallis gevormde kabinet is bezield van den le- vendigen wensch, eene oprechten en har- telijken toenadering tot Turkije te bewer ken. De regeering is vast 'besloten, niet al leen alles te vermijden wat aanleiding zou kunnen geven tot misverstand, maar ook alle maatregelen te nemen, die de oprecht heid bewijzen van 'haren wensch om met den naburigen staat de hartelijkste betrek kingen te onderhouden. Marokko. Melilla, de stad in welker omtrek zich thans oorlogsgebeurtenissen afspelen, werd twee jaren na de ontdekking van Amerika veroverd en is sedert onafgebroken in net bezit van Spanje gebleven. De stad ligt aan de Marokkaansche kust, met het zoogeuaam- de Rifgebied als achterland, 205 KM. van de tegenoverliggende Spaansche haven Mo- tril verwijderd, 270 KM. ten westen van Oran en 270 KM. ten oosten van Ceuta. Naar het oosten, de groote Betoya-baai af sluitende en tegenover het eiland Alboran, ligt de kaap Tres Forcas op ongeveer 16 KM. afs'and. Dc s*ad en een deel van hare vestingwer ken ligt op een rotsachtig, zich gemiddeld 29 Meter boven den zeespiegel verheffend schiereiland, lang 400 en breed 150 Meter. De rotsen, die ten noorden de uiterste punt van dit schiereiland vormen, zijn zoo hoog en steil, dat van deze zijde de stad haast onneembaar is. Van het westen en het oosten is zij iets toegankelijker. Tusschen liet schiereiland en het vasteland bevindt zich een kleine haven. Sedert de conferentie van Algeciras trachten de Spanjaarden deze haven door uitvoering van verschillende werken in een handelshaven te veranderen. Melilla biedt met zijne wit gepleisterde huizen en gebouwen eeu schilderachtig ge zicht, maar de stad heeft als handels- en havenplaats tot dusver weinig beteekenis. De Frauschen in Algiers verstaan liet den han del daarheen af te leiden. Het aantal in woners met uitzondering van de troepen be draagt ongeveer 2000. De bevolking bestaat echter bijna geheel uit gestraften, want Me lilla behoort tot de zoogenaamde Presidios, waar de Spaansche misdadigers hun straffen moeten doorbrengen met werken aan de ver sterkingen. Het bestuur wordt gevoerd door het korps officieren, aan welks hoofd nu generaal Marina staat. De Mooremstammem, die het aangrenzen de gebied bewonen, zijn de volgendenDe Beni-Bullafar, in het gewest Glioab, die on geveer 1500 de wapenen dragende mannen telt. Daarachter, 15 mijlen verder het bin nenland in, de Beni-Urich met 3000 strijders en 350 paarden verder de Stener met 5000 strijders en 400 paarden, de Beni-Bullajeit met 5000 man en 800 paarden, de Altatza met 9000 man en 1000 paarden. In het oos ten vindt men op eene open kust de visch- rijke Illiquinbaai. Twee mijlen het binnen land in bevindt zich het dorpje Illiquin met 400 huizen. Verder oostelijk ziet men de vluchthaven van Cassaza, die op de kust het gebied van den stam Beni-Bullafar afscheidt van dat van Beni-Sidel. De plaats El- quida, die aan dezen laatsten stam be hoort, telt 8000 strijders en 1000 paarden. Al deze stammen drijven landbouw en vee teelt en leven in betrekkelijken welstand, want de door hen bewoonde dalen zijn vruchtbaar en goed van water voorzien. Zij drijven ook handel met de Mooren in het binnenland. Het laatste aan den stam Beni- Sidel behoorende dorp, dat drie mijlen van de kust verwijderd is, telt 700 inwoners. De stam Beni-Sicar beschikt over 2500 strij ders; zijn gebied strekt zich uit van Kaap Tres Forcas tot aan de noordelijke grens van Melilla. Ongeveer drie mijlen ten westen van Melilla ligt het dorp Frajana met 700 strijdbare mannen; dan begint het gebied van de stam Boni Mazuza, eene vruchtbare vlakte van 300 KM2., waar vijgen- en olijf- boomen, wijnstokken en agaven welig tie ren zij strekt zich uit rondom de Mar Chica-lagune tot aan de Kebdauebergen. Deze stam beschikt over 3000 man. Op 14 mijlen afstand van Melilla woont de stam Beni bu Ifror met- 2000 man. De lagen erts, die door Spanjaarden en Frauschen zullen worden ontgonnen, liggen op de westelijke hellingen van de Kebdaue bergen. Een 32 KM. lange spoorweg door liet gebied van de stammen Beni Sicar, Beni Mazuza en Beni bu Ifror, die deze ertslagen zal verbinden, is in aanbouw. De Mooren, inzonderheid de wilde Kebdane-mannen, willen zich verzetten tegen de vorderingen van de moderne industrie. Vandaar de strijd. De Mooren kunnen eene aanzien lijke strijdmacht op de been brengen en uit het binnenland steeds nieuwe versterkingen ontvangen. Zij zijn dapper en aan zware in spanning gewoonhunne bewapening be staat uit moderne repetitie geweren. Perzië* Het eerste door den nieuwen sjah uit gevaardigd bevel bevat den last van de bij eenroeping van het parlement en van den sjah, om de geruststelling van het land, te bespoedigen. De eerste Selam van den jongen sjah werd niet bezocht door ide te Teheran ge vestigde gezanten, omdat de Europeesche regeeringeu nog niet officieel kennis had den gekregen van de troonsverwisseling. Dc plechtigheid verliep in goede orde. De kroning is uitgesteld. Verontrustende berichten komen uit Sandsjeon waar eene krachtige strooming tegen de gebeurtenissen in Teheran, door de geestelijkheid aangemoedigd, tot nieu we onlusten heeft geleid. Afghanistan. Router's agentschap bericht uit Simla, dat een izeer levendige wapenhandel den emir en de autoriteiten van Kaboel eene algemeene bewapening van de Afghanen en van de naburige volksstammen zeer ver gemakkelijkt. Een groot -aantal repeteer geweren is van Kaboel uit aan de Afghaan- sche troepen in Herat en naar andere plaatsen gezonden. De emir heeft het loon van de werklieden in de wapenfabriken verhoogd en hun zijne levendige vreugde over de goede kwaliteit van de door hen vervaardigde wiapenen uitgedrukt. Ook de naburige s'tiamnien zijn zónder ophouden bezig zich van betere wapenen te voorzien. De gehcele zaak is wel in staat de Indische regeering ongerust te maken. In het land schap Dei hebben gevechten plaats gehad met sommige stammen. De mullah Powin- dali is door 8000 aanhangers tot koning uitgeroepen. Zuid-Amerika. Buenos Aires, 23 Juli. Er heb ben in de laatste dagen herhaaldelijk c«on- ferentiën plaats tusschen den minister van Naar het Fransch van Edmond Lepelletier, 48 DOOR J. L. VAN DER MOER. Oogenblikkelijk daarop werd Hilarion ge trokken, geduwd, gedrongen tot hij buiten den kring van de soldaten was; wat verder op werd hij door de hellebardiers nog eens flink door elkaar, geschud, en in zijn ver warring vroeg hij dezen hoe Juanita heb maakte en wat voor 'ni mam kapitein Rigue- nez was. Noircarmes, die met Riguenez om de aan doening en de vreugde van den bevrijden burger stond te lachen, kreeg La Trémouille in het oog, die Hilarion nariep: „M'n eer biedige groeten aan mevrouw Juanita, asje blieft 1" „Wie is dat?" vroeg de opper-rechter. „O, bemoei u als 't belieft niet met mij," zei La Trémouille, zacht, min of meer spottend'. „Wat zegt u?" hernam Noircarmes, hoog hartig. „Niets! Maak 't u niet moeilijk om zoo'n kleinigheid... Gaat u dineeren, 't is tijd." „Wel, wel, en wie is dit mannetje?" „Nog minder dan niets... markies de La Trémouille." „De Franse he gevangene," zei Do Vargas, naderbij komend en groetend. La Trémouille beantwoordde zijn groet. De opper-rechter en Delrio ontblootten ook deftig het hoofd. ,,U is bij Jemmingem gevangen geno men!" vroeg Noircarmes. „Zooals u zegt... mem is niet altijd over winnen." „Eu men heeft u hier weer gearresteerd?" „Zooals u ziet. Ik verveelde me in dat dorp, waar 'k steeds gebonden was." „Weet u wel, meneer de markies, dat 'k u daarvoor zou kunnen doen fusilleeren?" sprak Noircarmes op somberen toon. ..Dat zult u wel laten," antwoordde La Trémouille vroolijk. „Zoudt u denkon...?" M'n manschappen staan, igereed en hebben hun snaphanen bij de hand. „Nee, meneer de opper-rechter, ik her haal dat u 't niet deen zult." „En wie zou 't me beletten?" „Uw gezond verstand I Ziet u eens, op 't oogenhlik ben 'k honderil duizend daalders waard... daar ben 'k op -geschat... Wanneer u mij 'ai paar blauwe boonen laat toedie nen, dan ben, Ik geen duit meer waard... De hertog van Alva kan te 'goéd! rekenen, 1 clan dat hij honderd duizend daalders, die, om zoo te zeggen, voor hem gereed liggen, j zou versmaden... Nee, uw meester zal zoo'n verkwisting niiet toestaan 1" j „Honderd duizend daalders," meende Delrio, „duivels, daar Valt nog wel eens over te praten. „En dan moet men ook "niet vergeten," voegde La Trémouille er zachtjes aan toe, „dat uw geld op is." „Meneer, neem u in acht!" dreigde de I Vargas. „Meneer, ik zeg u dat uw gold op is, ik weet precies hoe 't met uw financiën staat." „U tart ons!" zei Delrio. ,,Ik tart niemand, ik constateer alleen... j Als u nog één woord ze-gt, schreeuw 'Ik uw soldaten toe, dat er geen igeldl is oim hen de volgende maand te betalen „Meneer de markies, ik verzoek u be leefd..." fluisterde Noircarmes hem boe. „U ziet dai 'k gelijk heb... Gaat toch dineeren, heeren, ik verzoek 't u vriende lijk. Maakt u niet bezorgd om mij en grodt den hertog van Alva voor me!" „U zult de goedheid hebben, die groeten zelf over te brengen," antwoordde Noir carmes, wiens stem nu weer scherp en .sar castisch klonk. ,,U wilt ons wel Volgen in 't paleis?" „Ik heb er «iets te maken." „Goedschiks of kwaadschiks, markies!" En Noircarmes wees op de hellebaardiers. La Trémouille dacht «ven na en fcei toen „Welnu, goed, heeren! Fk zal meegaan in 't paleis, maar in de volgorde Van den stoet moet 'k toch 'n kleine wijziging (bren gen... U zult namelijk mij volgen, want i k -zal voorgaan." „Meneer de markies," hernam Noircar mes, bleek van woede, „u maakt midbruik van ons geduldIk herhaal nogmaals neem u in acht!" „Meneer/' zei de markies, kortaf, en trotseh, „aan 't Fransche Hof volgen de La Trémouilles na den Koning. Ik ben niel naar Brussel ge-komen om beleefdheden te bewijzen aan den opper-rechter van Bra bant!" „Doe, zooais u verkiest, meneer de mar kies... maar laat ons nu gaan... De hertog wacht ons." „Goed," hernam La Trémouille, en hij liep in de richting van het paleis. De hellebaardiers traden oogenblikkelijk vooru't en versperden hem den weg. „Stuur 'die menschen weg," sprak de markies bedaard, „ik houd niet van op loopjes." Op een wenk van Noircarmes, maakten de hellebaardiers plaats. En zich omdraaiend, voegde de Fransche gevangene den drie leden van den Raad van Beroerte spottend toe „Heeren, gij kuilt mij volgen!" En lachend trad hij naar binnen. HOOFDSTUK II. In het Kabinet van den Hertog van Alva. De sombere landvoogd, de hartelooze slachter, aan wien Philips II had opgedra gen de ketters in Vlaanderen uit te roeien, zat aan zijn met papieren overladen lesse naar, nabij den haard. Op den schoorsteen mantel prijkte het beeld van den Koning. Het eenige sieraad in déze -met donker leer behangen kamer waren eenige wapen®. Het wreede, harde gelaat vani den hertog scheen nog woester in deze sombere omgc- viug. Drie tafels stonden in het ruime vertrek, bedekt met fluweelen kleeden, waarop Oos- tenrijksche wapenschilden geborduurd wa ren. De Vargas en Delrio legden de ingekomen stukken op een der tafels neer. Noircarmes had hen aan de deur verlaten. Op den achtergrond stond meester Char les, de beul, onbeweeglijk, geheel in het rood gekleed, op bevelen te wachten. De markies de La Trémouille zat in een armstoel ijverig te lezen. In het kabinet van den hertog binnenge leid, had La Trémouille een buiging ge maakt en. gewacht. Zonder hem te groeten, zonder zelfs naar hem om te zien, was de hertog met het nazien van zijn papieren be zig gebleven. Toen had Trémouille zijn hoed opgezet en was hij gaan zitten, de knieën over elkaar, om vervolgens, zonder verdere plichtplegin gen, in eeu van de naastbijzijnde tafel ge nomen boek te gaan lezen. Na eenigen tijd maakte de hertog een be weging, die La Trémouille deed opzien, maar reeds in het volgend oogenblik had de zwij gende landvoogd, die de sombere manieren van zijn Koninklijken meester begon over te nemen, zich weer over zijn papieren gebo gen, zonder ook maar in het minst te toonen dat hij de tegnwoordigheid van den Fran- schen edelman had opgemerkt.. La Tré mouille trok de schouders op. ..Erg huiselijk hier!" mompelde hij in zich zelf. Eu zich daarna tot De Vargas en Del rio wendend, die zaten te schrijven, vroeg hij, op zijn gewonen spotzieken toon „Zeg eens, heeren is de hertog alle dagen zoo goed gemutst?" „Nee, meneer de markies," antwoordde Delrio zachtjes, „maar de gezondheidstoe stand van zijn dochter, dona Rafaële maakt hem zoo ontzettend bezorgd Wordt vervolfd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1