w°. ao. Vrijdag 30 Juli 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. Voor 't Vaderland. 8"" jMarganit, AMERSFOORTSCK DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.30. Afzond er.'ij te nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijksbehalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 urn 's morgens bg de Uitgeven in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents by vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eooo circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. Nieuwe Dreadnoughts. De Engelsche regeering heeft in. het lager huis medegedeeld wat men reeds sints eenige degen wist: namelijk dat de vier Dread noughts, waarvan het op stapel zetten in Maart van dit jaar afhankelijk werd gemaakt van. den voortgang der uitbreiding van de oorlogsvloten in andere landen, nu toch zul len worden gebouwd. Om het geheel juist uit te drukkendeze schepen zullen in het loopende begrootingsj aar niet op stapel ge zet worden, jnaar de aanbouw zal worden voorbereid zoodanig, dat er in bet aanstaan de voorjaar mee kan worden begonnen en dat hij in heb voorjaar van 1912 kan zijn voltooid. De Engelsche vloot zal dus tegen dat tijdstip acht nieuwe Dreadnoughts ster ker zijn dan thans. Dat is nu wel niet alles wat de voormannen van Britannia rules the waves" verlangen en de heer Balfour bleef dan ook niet in gebreke aan de regee ring halfheid te verwijten, maar het komt een goed eind aan hunne eischen tegemoec.. De regeering is tot dte overtuiging gekomen, dat deze uitbreiding van de slagvloot nood zakelijk is. Het is eene ,,dure noodzakelijk heid", want door het bouwen van deze vier nieuwe zeemonsters zullen de uitgaven voor de vloot weei met 200 millioen gulden stijgen. Wat namens de regeering werd aangevoerd om dit besluit zakelijk te motiveeren, ver toont voor een deel dezelfde onnauwkeurig heid, die in de mededeelingen bij de indie ning \o.n de begrootimgi in Maart jl. was op te merken. Op eene vraag of Duitschland zijn programma van schepenbouw had be spoedigd of in strijd met de aan het Foreign Office gedane mededeelingen had gebouwd, antwoordde minisitier Mc Kenna met eene uitvoerige uiteenzetting, waarin hij zeide, dat Engeland in de drie laatste jaren 8 linie schepen op stapel had gezet. Duitschland daarentegen 11. Dit laatste cijfer is niet ge heel juist. Duitschland heeft namelijk in 1906 op stapel gezet 1, in 1907 4, in 1908 5 linieschepen en groote kruisers; in 't gé- heel dus niet 11, maar 10. Daarnaast werd gewezen op de in Italië en Oostenrijk bestaande plannen tot uitbrei ding van de vloot. De Neue Freie Presse toont zich niet zonder reden daarover ver baasdzij schrijft: „Wij hadden tot dus ver niet -geloofd, dat onze kleine marine, met hare lan'gzame ontwikkeling, die helaas niet eens voldoende is om de militaire be langen te behartigen, die wij bij onze vreed zame politiek in het -oog hebben, nu plotse ling tot zulk eene beteekenis is aangegroeid, dat het de zee beheerschende Engeland ge noodzaakt is meer dan 200 millioen uit te geven om de opperheerschappij ter zee te handhaven. Het opstellen van de nog vol strekt niet bestaande Oostenrijksche en van de in wording zijnde Italiaansche Dread noughts als machtsfactor tegenover de En gelsche vloot met haar kolossaal cijfer van oppermachtige pantserreuzen is tzoo opval lend, dat ieder zal inzien, dat men hier slechts met een voorwendsel te doen heeft. Op Uen keper beschouwd, is de in den laatsten tijd weder oplevende vlootagitatie terug te brengen tot oorzaken van bin- nenlandsche politiek. De liberale partij 'heeft ten gevolge van hare belasting- politiek vele aanhangers in het land verlorenzij kan niet weten of zij niet van daag of anorgen genoodzaakt zal zijn, ten gevolge van het verzet der lords tegen de belastingplannen voor de kiezers te treden. Daar door Balfour de poging werd beproefd de Dreadnought-kwestie tot eene partij kwestie te maken, 'wil de liberale partij deze kwestie geheel uit -het partijleven uitscha kelen en geeft daarom toe aan de conserva tieven". De kalme toon, waardoor ditmaal het debat in het lagerhuis zich heeft gekenmerkt, kan worden aangemerkt als een bewijs, dat de paniek van verleden winter overwonnen is. „Men heeft blijkbaar in Engeland in gezien schrijft de Frankf. Ztg. dat er tot ongerustheid geen reden bestaat. Wanneer deze kalmere stemming, zooals is te hopen, aanhoudt, dan zal men misschien ook in een niet al te ver verschiet tot een grooter wederkeerig vertrouwen komen en, onder den invloed daarvan, zich met elkaar verstaan over een maat houden in de mari tieme toerustingen. Op een oogenblik, waar op het tmenschelijk vernuft er in geslaagd is over de zee te vliegen, behoorde men aan iets anders te denken dan of men het aantal der ij'zeren monsters tot wederzijdsche ver nietiging tot in het onafzienbare moet ver meerderen". De reis van den Czaar. Kiel, 29 J uli. De Standart, met de Russische keizerlijke familie aan boord, is heden voormiddag om 9 uur uit Eckern- förde hier aangekomen en zette na een kort oponthoud de reis door het kanaal voort naar Brunsbüttel. De president der republiek vertrekt lie den namiddag uit Parijs naar Cherbourg voor de oaAmoetin'g met den Keizer van Rusland. M-orgem namiddag om twee uur wordt de Standart, het Keizerlijke jacht w'aarmeê de Russische familie da naisi doet, op de re ede van Cherbourg verwaohit. In den avond van dien diag zullen H.H. M.M. aan boord van het pantserschip Vera té di- meeren met president Fallière®, die den volgenden da.g de gast is van dien Czaar en de Czarina aan het diner aan boord viau de Standart. Maandag licht de Standart tij- dlig het anker. De ministers, die den president vergezel len,' zijn de minister van buitenlandse be z,a- ken Pichion, de minister van oorlog géné raal Brun en de minister van marine admi raal Boué de Lapeyrère. De nieuwe miirJLs- ter-president Briand gaat niet mee. De No- waja Russja constateert, dat het voor de eerste maal1 is, diat een Fransche min'isiber- president niet deelneemt aan de ontvangst van dein hoog en gast en. drukt de vrees uit, dat de vijanden van heb Fr'ansch-Rus- sische verbond hieruit d'e verkeerde con clusie zullen trekken, dat Briand als socia list eene ontmoeting met dan monarch wil vermijden. Duitschland. Leipzig, 2 9 J u 1 i. Jot viering van het 500-jarig bestaan van de universiteit, kwam de Koning hier aan met zijne beide oudste zonen. De broeder van den Koning, prins Johan George, was gisteren reeds aangekomen. De Koning werd door het pu bliek levendig begroet. België. De Senaat heeft in 'het mijnwetsontwerp de bepaling, dat de werkdag niet langer dan regen uur lang mag wezen, aldus aan gevuld, dat die tijd bij koninklijk besluit met een uur verlengd mag worden. Het wetsontwerp moet nu naar de Kamer terug. Do regeering heeft bij de Kamer een wetsontwerp ii^gediend, waarbij een pen sioen voor oude mijnwerkers wordt inge steld. Op 60-jarigen leeftijd krijgt een mijnwerker 360 frs. pensioen. Engeland. Londen, 29 Juli. Bij de behan deling van deui begrootingspost voor de oom- móssue van rijksverdediging zeide de eerste minister Asquith, dat de commissie die mo- geflijkhcliid onderzoekt van een! invaA in Groot-Brittaninlë Sedert 1905 zij;n er groote wijzigingen, gekomen in hetgeen men zo-u kunnen noe men denj strategischen toestand van Euro pa en de wereld. Op aandringen van Lord Roberts as eene sub-commissie benoemd, die in d'e jaren 1907 en 1908 alle veranderingen heeft na gegaan en tot de slotöom is gekomen!, diat zoo lang Groot-Brittanniië's suprematie ter zeie voldoende is verzekerd, een inval, zoo als lord Roberts bedoelde, ten eenien male onmogelijk is. Derhalve is bet de taak van de adimind- liteit deze suprematie te hauidhaven tegen over elke redelijkerwijs mogelijke combank- tie van mogendheden. Het tweede denkbeeld van de commissie is, dat Engeland voor dé verdediging van het moederland een leger moet hebben, sterk genoeg om invallen of sporadische expeditiën af te slaan en den vijand to» dwingen met zulk eein sterke legermacht te komen, dat het hem onmogelijk zal zijn de vloot te ontwijken. Wanneer deze twee voorw'aarden ver vuld worden, dan acht de commissie het Land beveiligd tegen een in'val. (Toejuiehin- geil.) De begrooting ie aangenomen. In derde lezing is het wetsontwerp op d'e arbeidsbeurzen aangenomen. Lon'den-, 2 9 Juli. De conferentie van Seho'tsche mijneigenaars en mijnwer kers, die heden op het ministerie van' hjam- diel gehouden zou worden, is uitgesteld' tot morgen. Spanje. Madrid, 29 Juli. De minister van financiën verklaarde, dat men volstrekt geen vrees behoeft te hebben over de be taling van de coupons of over verandering van de rentébelasting. De oorlog zal geen tekort veroorzaken; het zal niet noodig zijn tot buitengewone belastingen over te gaan. De minister is een tegenstander van addi- tioneele opcenten. Het evenwicht in de finauciën is volkomen. Hendaye, 29 J uli. Uit San Sebas tian wordt van heden berichtDe garnizoe nen van Burgos, Logrono en Vittoria zijn geconsigneerd. De meeste generaals en hoofdofficieren, die op badplaatsen of ter ontspanning elders vertoefden, zijn in aller ijl naar hunne standplaatsen teruggekeerd. Een bevel van den minister van oorlog roept alle niet van den dienst bevrijde sol daten in actieven dienst. De koninklijke fa milie besloot naar Madrid terug te keeren. Hendaye, 29 Juli. De Noorder spoorweg in Spanje wordt met zorg be waakt. Alle soldaten, die niet van den ac- ♦ieven dienst zijn vrijgesteld, zijn onder de wapenen geroepen. P a r ij s, 2 9 Juli. De bladen consta- teeren, dat de moeielijkheden, waaraan Spanje het hoofd heeft te bieden, zeer ern stig zijn. Madrid, 2 9 J u 1 i. Minister-president Maura verklaarde, dat hij een goeden in druk had van den toestand in Barcelona, die eenigszins verbeterd is. De troepenver sterkingen, die gezonden zijn, zullen de on derdrukking van de onlusten mogelijk maken. Cerbère, 29 Juli. Men bericht uit Granallers, dat twee kloosters in brand ge stoken zijn. In Casa de la Selva werd de burgerwacht door het gepeupel ontwapend, gevangen gemaakt en opgesloten. De oproe ping van de reservisten der lichtingen 1906 en 1907 en van de in 1908 naar huis gezon den manschappen heeft plaats ^ehad, maar •geen. enkele reservist heeft ai oh aan de j kazerne aangemeld. Madrid, 30 Juli. De berichten uit Barcelona zijn bevredigend. De kavallerie heeft in de voorsteden Clotliilde en San Martin de voornaamste bende oproerlingen aangevallen, waartegen de artillerie het vuur heeft geopend. Nadat zij groote verliezen hadden geloden, gaven de oproerlingen zich over en leverden hunne wapenen uit. Er blijven nog eenige kleine benden in de na burige dorpen op te ruimen. De Agence Havas meldt uit San Sebas tian, dat berichten uit Madrid spreken van het aanstaand aftreden van het kabinet- Maura en zijne vervanging door een mili tair kabinet met het oog op het revolutio naire karakter van de beweging in Cata- lonië. De strenge censuur, die door de regee ring wordt uitgeoefend over de berichten, zoowel uit het oproerige gebied als uit Me- lilla wreekt zich, omdat dit stelsel van ver bloemen juist datgene kweekt wat de re geering wilde beletten en het ontstaan in de hand werkt van de ergste geruchten, die de grootste angst in 't leven roepenMen spreekt o.a. van oproerigheid onder de sol daten, van het instellen van krijgsraden, enz. l 'aar ook al houdt men rekening met de overdrijving, die door de regeering zelve in de hand gewerkt wordt, dan kan .niet worden ontkend, dat de toestand zeer ern stig is. Dab in Melilla het Spaansche gezag ernstig wordt bedreigd, bewijst het feit, dat de aankomende troepen van boord van het schip terstond in den strijd moesten worden gevoerd cm de verbroken verbindingen te herstellen, hetgeen slechts na „bovenmen schel ij ke" inspanning schijnt te zijn gelukt; dat reeds bezette stellingen weer moesten worden prijsgegeven, „omdat het aan tijd ontbrak om zich te verschansen"; dat men aan Spaansche zijde moest vechten om de herovering van eenige kanonnen, en dat zelfs de bemanning van de kleine oorlogs schepen aan land moest worden gebracht. De verliescijfers spreken ook eene welspre kende taal. Generaal Marina, die inmiddels tot luite- 1 nant-generaal is bevorderd, om het com- manio over het veldleger te kunnen behou- j den, ofschoon hij zich blijkbaar over den aard en den omvang van het verzet der Rifmannen zeer heeft vergist, verlangt na- 1 tuurlijk steeds meer versterkingen. Sommi- i ge bladen verlangen, dat zal worden opge- j rukt naar Seluan, opdat althans eenig voor deel zal worden verkregen uit dezen veld tocht. Zooals de zaken echter nu staan, zal generaal Marina wel reeds tevreden zijn als hij de Gurugupassen in zijne macht krijgt. In den gemeenteraad van Madrid heeft een hevig debat plaats gehad. De helft van de leden verklaarde zich tegen den oorlog. De oppositiepartijen verlangen de bijeen roeping van de cortes. Spanje in Marokko. Melilla, 2 9 J u 1 i. De verliezen ge durende de dagen 25 en 26 Juli bedragen tien hoofdofficieren, talrijke gewone offi cieren, 1000 soldaten, allen gesneuveld, 1500 a 2000 gewonden. Het gerucht gaat, dat twee generaals zwaar gewond zijn. Gibraltar, 29 Juli. Zes batail- lons Spaansche jagers, thuis behoorende in Algeciras en naburige steden, zijn heden, aan boord gegaan van vier Trans-atlanti- sche stoombooten en vertrekken heden na middag naar Melilla. Melilla, 2 9 J u 1 i. De Mooren heb ben, ten gevolge van dé zware verliezen, dio zij in het gevecht van 27 dezer heb ben geleden, de door hen bezette sballinge a aan den rechtervleugel van! de SpaanseUo troepen verlaten en zich teruggetrokken naar de andere zijde van den Guruguberg. Het kustwach'tschip Numancia is vertrok ken naar Alhuoemas, waar de inboorlingen op de plaats aanrukken. De hark adlie bij Medilla tegen de Span jaarden strijdt, heeft 5000 maai versterking gekregen. Tweede telegram. Het gevecht van gisteren was hardnekkig. Vijf bata/il- lo-ns namen er aan! deel onder bevel vtan een brigade-generaal, die door een kogel aau het hoofd werd getroffen. De luitenant-ko k/mals van de jagorbataillons Arapiles en Las Navas en verscheidene andere officii er ren van' dezelfde batail'lons werd'en een wei nig later eveneens gewond. Om 8 uur hiield het gevecht op. Heden heeft de plechtige teraardebestelling van d!e in den strijd gevallenen plaats. M a d r i d, 3 0 J u 1 i. Uit Melilla wordt bericht, dat er rust heerscht in het kamp. Over het Rifgebied, dat nu het tooneel van strijd is, bevat de Köln. Ztg. de vol gende bijzonderheden Rif beleekent in het Arabisch bebouwd land, een naam dien wel niemand het zou geven als men alleen de rotsachtige kale heuvels 'in den omtrek van Melilla ziet. Maar deze heuvelketen, die bij kaap Fres Forcas begint, verflauwt gaandeweg naar de Mulujarivier toe, totdat zij weer in de Beni- massen bergen eene hoogte van 1000 Meter bereikt. Het Rifgebied omvat 30 Amolotes (provinciën), waarvan elf aan de Middel- landsche zee liggen. Het klimaat is in den zomer zeer heet, in voor- en najaar aange naam, in den winter zacht. Het regent in het geheel slechts 35 dagen in het jaar. Achter de Atalayonheuvel strekken zich goed bebouwde dalen en vlakten uit, waar inzonderheid graan wordt geplant. In Na dir, Mesauner en Barracas .zijn echter ook mooie vruchtentuinen, waar sinaasappel-, citroen-, appel- en vijgeboomen 'groeien. Het Kabdanagebied levat groote olijf plantages met zulke mooie hoornen, dat men hier eerst goed begrijpt, dat de ouden dezen boom wijdden aan Pallas Athene. Bij Boeigamast Naar het Fransch van Edrnond Ltpelletier. 52 DOOR J. L. VAN DER MOER. „Welnu, mijnheer de hertog, ik ben be reid te gehoorzamen, maar dan moet mij di*. ook worden mogelijk worden gemaakt, 'tls ondoenlijk om achthonderd kurassen, snaphanen, stormhoeden, degens, pieken en bijlen per as te -vervoeren, zoolang al die kettingen m de straten gespannen zijn!" „Ondoenlijk 1"... gromde de hertog „Go tracht uitvluchten te zoeken!" ,,'t Is toch volkomen juist wat hij zegt, vader", bracht Rafaële haastig in het mid den. „Zwijg toch, kind," sprak Alva, met een vertrouwelijk gebaar naar zijn dochter. „Komaan, kapitein, laten we eens zien, wat wilt ge nu precies?" „Ik kom u verzoeken vannacht de ket tingen te laten wegnemen in den omtrek van 't stadhuis en in de straten die naar de poorten voeren, op de Groote Markt, kort om, overal waar dé Burgerwacht haar pos ten heeft". „En als 'k weiger?" „Dan is 't beter, Monsigneur, dat u niet langer de inlevering van mijn wapens eischt, doch dat u maar dadelijk m'n hoofd neemt, da's veel eenvoudiger!" „Hij heeft gelijk, vader!" kwam Rafaële weer tusschenbeiden, en zij knikte Karloo met haar lief kopje goedkeurend toe. „Noircarmes, ge liebt gehoord wat me gevraagd wordt. Ziet gij er eenig bezwaar in? Kan 't gevaar opleveren?" „U kunt wel toestemming verleenen, Monseigneur, 't is maar voor één nacht. De ontwapening van de Burgerwacht, die eer der 'n gevaarlijke dan 'n nuttige macht is, zal er door vergemakkelijkt worden. De wacht is altijd klaar, om op 't eerste sein, 'n beweging van de oproerlingen te steu nen... Ik geloof dat Monseigneur 't verzoek maar moest toestaan... dan is 'took uit met dien weeispannigen troep". „Nu goed, ik geef toestemming... Kapi tein, ge kunt gaan". Karloo groette en wilde vertrekken. „O, vadertje, laat Kij nog even blijven", verzocht Rafaële levendig. „Wacht even, mijnheer!" zei do hertog, en zich daarna verwonderd tot zijn dóchter wendend: „Wal heb je toch?" „Ik smeek u, geef hem zijn degen terug! Er is immers niets zoo vernederend voor 'n soldaat als ontwapend ie worden!" De hertog haalde de schouders op. „Dwaas kind, zoo'n burger-soldaat heeft immers geen degen noodig? Hij zou 'm niet eens weten ie gebruiken." „O, toch well" „Wat weet jij daarvan?" „Ik heb 't zelf gezien..." „Zelf gezien? En waar dan?" „Op dien dag toen 'k naar 't klooster van Groenendael ben gegaan... U weet wel, va der,... men heeft me toen beleedigd, met fteenen gegooid 'k geloof dat men mij wilde vermoorden De hertog ontstak weer in drift. Hij knarste op de tanden en sprak in stilt: „Ha, die bandieten!... Als 'k ze te pakken kreegl... Als 'k wist wie 'twarenl" „En h ij heeft me toen zoo kranig ver dedigd". „Hij... die Vlaming? 'n Chef van de op roermakers?" „Ja. de kapitein Karloo... ik heb dien naam onthouden 1" En Rafaële wierp een blik op den jongen man, zoo zacht, zoo innig, zoo sympathiek, dat hij er zelf door ontroerde en begon te b'ozen „Goddank! Waarom heb je me dat niet gezegd? hernam de hertog, thans gemoede lijk. ,,'t Doet me genoegen... en ik hield hein nog wel voor 'n oproerling! „Ka pitein", vervolgde hij beleefd, zich tot Kar loo wendend, „wees zoo goed wat naderbij te komenDeze dame heeft, zooals ik hoor, verplichting aan u..." „Mijnheer de hertog, ik heb niets meer dan mijn plicht gedaan, door 'n vrouw, die be eedigd werd, te beschermen". „En ik, mijnheer Karloo", zei Rafaële, „doe m'n plicht als vrouw door me dat te herinneren". „Karloo!... Maar dien naam ken 'k", merkte Alva, nadenkend, op. „Hebt ge niet hij Grevelingen gevochten?" „Ja, mijnheer de hertog, en bij Saint Quentin. Ik was vaandrig bij den graaf van Egmond 1" Bij het hooren van dezen naam betrok het gezicht van den Landvoogd. „Men neemt iemand z'n degen niet af, waarvan hij zulk 'n goed gebruik heeft ge maakt", hernam hij. „Ge kunt hem terug nemen en 't voortaan beschouwen hem van mij te hebben ontvangen". „O, dat is lief," zei Rafaële verheugd. Karloo aarzelde. Die laatste woorden van dén hertog maakten hem ongerust. „Pardon, mijnheer de hertog... maar in welke hoedanigheid bedoelt u dan dat 'k hem zal terugnemen?" „Wel, natuurlijk als officier van mijn gardes. Noircarmes zal u de aanstelling doe n toekomen' „O, uitstekend, uitmuntend 1 ...O, vader wat is u goed", riep Rafaële. De ontroering scheen den blos van ge zondheid op haar wangen terug te brengen. En haar vader was verrukt, dat zij er zich zoo over verheugde. „Ben-je nu tevreden?" „O, zeker, zeker, beste vadertje". Maar Karloo was een stap teruggetreden. „Mnijheer de hertog, ik kan m'n degen niet terugnemen." „Wat blieft u? Wat beleekent deze wei gering?" „Ik ben Vlaming, Monseigneur, en als zoodanig kan 'k in de Spaansche gelederen niet dienen". „Ge hebt daarin toch gediend onder de bevelen van den graaf van Egmont?" „Tegen de Frans oh en. Monseigneur... toen verdedigde ik m'n land... Maar tegen de mijnen?... nooit!" „Voor den duivel, zoo'n vermetelheid:!" „O, vader, wind u niet zoo op", smeekt© Rafaële. Zij was doodsbleek geworden. Het scheen dat al haar bloed naar het hart was terug gestroomd. Karloo trad naar dë tafel, nam zijn de gen, dien hij op de hand en sprak op flinken toon „Uwe Excellentie heeft m'n degen niet goed bekeken... 'tis maar 'n lomp, eenvou dig wapen!... Wanneer 'ter op aankomt over den rustigen slaap der burgerij te wa ken, om 't bedreigde Vaderland te verde digen, om grijsaards, vrouwen €«n kinderen te beschermen, dan vliegt hij vanzelf uit de schee de en doet in. 't vriendelijke zon licht met vreugde z'n eerlijk werk!... Maar als hij moet wedijveren met de «bij-I van den beul en in de brandende dorpen 't sein moet geven voor moord en plundering, dan, mijn heer de hertog ik ken hem goed zou hij me eerder zelf 't hart doorborenHij en ik zijn te veel Vlaming... wij verstaan die Spaansche gewoonten niet!... En met een fiere beweging wierp bij den degen weer op de tafel. De hertog werd marmerbleek en stampte op den. grond. En in zijn oog schitterde dat somber lich,t als op do .dagen van den grooten moordlust. „Noircarmes", si9te hij tusschen de tan den, „ge hebt 't gehoord? Rafaële was sidderend opgestaan. „Genade, vader, genade!" smeekte zij. De hertog bedwong zich. „Geef u goed rekenschap, mijnbeer, van 't feit da» u thans spaart... Ge doet uw voordeel met den bewezen dienst, want, bij God, geen ander zou in uw plaats bier van daan gaan dan om 't schavot te bestijgen! Ga been on hoop dat Tc u vergeet I" Wordt ierwf'j4

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1