jr. TT.
8"" JnHrgang.
Dinsdag 14 September 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE WISKOTTENS.
OORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem frauoo per post 1.50.
Afzonder;Ire nummers- 0.05.
Deze Courant versohynt dagelijks, behalve op Zon* en Feest
dagen.
Advertentiën, mededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens bjj de Uitgevers in te zenden.
U itgevers:
Utrechtschestraat I.
VALKHOFF C°.
Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 85 cents bjj vooruitbetaling.
Qroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen Ut
het herhaald adverteeren in dit Blad, bg abonnement. Eeme
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
l>e crisis in Griekenland.
Het laat zich voorloopig niet aanzien dat
de gebeurtenissen in Griekenland zich glad'
en effen zullen afwikkelen of een kal men
loop zullen nemen.. Vandaar dat gerust nog
va/n crisis" mag gesproken wordem. Er
begon reeds eenige beklemming te heerschen
toen de vorige weck een persorgaan uitingen
aan de openbaarheid bracht, welke de be
kende staatsman Theotokis tegenover een
der afgevaardigden zijner partij, die henl
op Korfoe had bezocht, had losgelaten. Er
is reeds van meerdere zijden op gewezen,
welke gevaren het voor Griekenland zou me.
debrengieu indien de Koming er toe mocht
besluiten afstand te doeai van dan troon,
voornamelijk om de talrijke relation die de
Koning heeft met de Europeesohe vorsten
huizen, betrekkingen die hij steeds onder-
lioudt en in kritieke omstandigheden Grie
kenland vaak van groot nut zijn geweest.
Theotokis nu zou blijkens bovenbedoelde uit
latingen, in groote nervositeit verkeeren we
gens den o.p handen zijnden troonsafstand
van den Koning, welke zou volgen indien
de Kamer tot de afschaffing van het gene
rale legiercommando besloot, hetgeen als eem
onmiddellijke beleedigdng van den kroon
prins en vam den troon zou worden opgevat.
(Men weet dat voorloopig de ter beschik
kingstelling tier beide prinsen is gedecre
teerd), In dit geval zou de geheele dynastie
het land verlaten. Op de vraag wa't rllan vol
gen zou, antwoordde Theotokis: „Men sid
dert reeds bij het bloote denkbeeld. Ziet gij
thans niet reeds de eerste gevolgen 1 Enge
land heeft al de banden afgetrokken van
d< bescherming der Grieken in Macedonië."
Tengevolge nu van deze opvatting neut
de Theotokis-partijwelke de Kamermeer
derheid vormt, besloten zich te kanten tegon
de afschaffing van het generale commvido,
hetgeen als een bom op de officieren en de
bevolking heeft gewerkt. Be pers, vooral
het blad ,,de Emproe", dat den militairen
bond ijverig steunit, schrijft heftige artike
len tegen Theotokis en voorziet ernstige ge
varen. Theotokis moet op Korfoe reeds een
menigte anonieme dreigbrieven ontvangen
hebben
In Athene en in de provincie vormen zich
thans twee partijen, pro en contra den mi
litairen bond. Dieze laatste schijnt nog al
pretenties te hebben, we lezen althans dat
in verband met de edschen van den mili
tairen boud ten opzichte van de door hem
voorgestane besparingen, de uitvoerende
commissie van den bond als haar verlangen
te kennen heeft gegeven, dat haar lederen
avond een proefdruk van de Staatscourant
worde verschaft, opdat der commissie de
gelegenheid worde gegeven die benoemin
gen, welke haar alleen schijnen te zijn ge
daan krachtens doeleinden van partijpolitiek,
nog voor de openbaarmaking te schrappen
De toestand wordt inm.idd.els zoo wordt
uit Athene aan de Vossiscbe Zeitung ge
meld met den dag meer gespannen. De
militaire bond heeft zich met beslistheid te
gen prins Consban'tijn gewend wegenis de
door hem op Patras en Korfoe, tot d.e hem
toejuichende bevolking gehouden, redevoe
ringen en heeft van de regeering verlangd
dat deze den 'Koning zal voorstellen er voor
te zorgen, dat de Kroonprins zich niet meer
in de politiek mengt.
De regeering zal aan den Koning dezen
eisch overleggen met de mededeeldng dat,
mocht hij niet worden vervuld, zij
zal moeten aftreden. Het is nu de vraag of
de Koning zich naar de eischen van den
militairen bond zal voegen. Men gelooft dat
het kabinet, hetwelk zich als het orgaan van
den militairen bond beschouwt, maar geene
meerderheid in de Kamer bezit, zal aftre
den Tevens zal een der politieke vereeni-
gingen een oproep aan het volk richten om
stelling tegen den Kroonprins te nemen.
Zoo schijnt de positie des Konings zeer ge
schokt te zijn. En de mogelijkheid valt niet
geheel weg te cijferen van het ontstaan van
een burgeroorlog, daar de militaire bond eu
zijn aanhangers tal van tegenstanders onder
het volk hebben.
Zaterdag j.l. vermeldde het blad „Athe-
nai" een onderhoud met Theotokis, waarin
deze de beweging der officieren beslist ver
oordeelt. Hij is van meening dat de Kamer
7,al moeten worden ontbonden, opdat het
volk van zijn wensch in zake de eischen dei-
officieren zal blijk geven. Theotokis beves
tigd dat hij en zijn partij nimmer voor de
afschaffing van het oppercommando van het
leger zullen stemmen.
Uit de verschillende berichten, die uit
Griekenland ons bereikt hebben, is wel ge
bleken, dat over de actie der officieren ver
schillend wordt geoordeeld. Al naar gelang
natuurlijk van de persoonlijkheid van den
beoordeeiaar. Zoo herinneren wij nog eens
aan het oordeel van den Griekschen journa
list Dr. Haloocondylis, dat wij onlangs on
der onze politieke berichten opnamen. Vol
gens hem werden de officieren niet door na
ijver op de begunstiging van leden en vrien
den van het Koninklijk Huis tot verzet ge
dreven, handelden ze niet evenals de regee-
ringspartijen uit eigen belang, maar kwa
men ze in beweging als de hand van een
denkend en willend volk, dat zijn, naar de
letter bevochten, vrijheid ook met de daad
wil veroveren en wil optreden tegen bederf
en nepotisme in het staatsbeleid, waar de
Koning zich steeds angstvallig huiten heeft
gehouden. De Koning zou niet gezwicht zijn
en toegegeven hebben, maar met welgeval
len hebben gezien, hoe zijn volk ontwaakt
en zijn herleving tegemoet gaatmet vreugd
een ministerie "hebben benoemd, dat zijn
nieuwe roeping begrijpt, en hetgeen de
eischen van muitende militairen waren, tot
leuzen verheft van een naar beter strevende
natie.
Dezelfde schrijver wilde echter niet be
slissen of de officieren den practischen weg
hadden ingeslagen door de Kamer her
vormingswetten af te dwingen, maar dat
kwam er volgens hem niet op aan.
De Atheensclie berichtgever van de Köl-
nische Zeitung, die naar men weet het poli
tieke gedoe der officieren steeds scherp "heeft
afgekeurd, schrijft naar aanleiding van hun
actie tegen den kroonprins: „De officieren
hebben steeds beweerd, dat hunne mani
festaties geen anti-dynastieke doeleinden
nastreefden, maar het is toch aan geen twij
fel onderhevig, dat door de voortdurende
aanvallen op de prinsen de dynastie getrof
fen wordt. Het ministerie en de Koning
jroeten de handelwijze des Kroonprinsen
gewraakt hebben. Dit mag waar zijn, maar
dat de herhaalde aanvallen op de prinsen
den Y -ning pijnlijk moeten treffen ligt even
zoo voor de hand als dat hem door deze on
verdraagzaamheid zijne geheele positie on
aangenaam wordt gemaakt."
Duitschland.
Leipzig, 13 September. In de
beden gehouden zitting van den sociaal-
domocratischen partijdag deelde voorzitter
Sir.ger mede, dat het partijbestuur besloten
Ik eft buiten de reeds verleende sommen nog
30 000 Mark uit de partijkas aan de Zweed-
sche stakers te zenden. De secretaris van
liet partijbestuur Molkenbuhr deelde mede,
(bi ook de Spaansche opstandelingen dooi
de partij financieel zijn gestemd. De partij
trit thans 633,000 leden. De afgevaardigde
in den landdag Liebknecht sprak daarna
over de noodzakelijkheid de propaganda on
der de jeugd krachtiger te voeren.
Leipzig, 13 September. De
partijdag beraadslaagde allereerst over de
propaganda onder de jolige arbeiders en nam
■daarna met algemeene stemmen een motie
aan, waarin de arbeiders worden aange
spoord het gebruik van sterken drank te ver
mijden. Daarna werd besloten afgevaardig
den te zenden naar het internationale socia-
iistencongres in 1910 te Kopenhagen. Ten
slotte werd een voorstel aangenomen om aan
het internationaal bureau te Brussel op te
dragen een lijst samen te stellen van de leden
der sociaal-democratische organisaties en van
de sociaal-democratische kiezers in alle be
schaafde landen.
Frankrijk.
De onthullingen over bestaande misstan
den bij de koloniale rechtspleging hebben
op de noodzakelijkheid gewezen van een
spoedige en grondige hervorming.
De ufgeteden minister Milliès-Lacroix
heeft drie maanden geleden een extra-parle
mentaire commissie benoemd, om hervor-
uiingen^ voor te stellen. Een subcommissie
heeft thans een reeks voorstellen ter bespre
king ingediend.
Het programma bevat vele en velerlei wij
zigingen en stelt o. a. de vraag aan de orde
of oen afzonderlijke staf van rechterlijke
ambtenaren moet gevormd worden voor Afri
ka en een voor Aziëof de ambtenaren moe
ten gesplitst worden in magistraten, d.ie 'n
Frankrijk opgeleid, zullen rechtspreken :n
de kolonies, waar de Fransche wetten wor
den toegepast, en in ambtenaren, die, vol
gens nog te stellen voorwaarden opgeleid,
bestemd zijn voor de kolonies, waar de in-
laudsche code wordt gevolgd, of men rech
ters hebben moet voor Europeanen en weer
andere voor inlandersof de koloniale ma
gistratuur behoort te ressorteeren onder het
departement van justitie, van koloniën of
wel onder beideof het aan te bevelen is
inlandsche rechters aan te stellenof men
handhaving en generaliseering wenschelijlc
acht van het instituut van den index uni-
cus in eersten aanlegof men heil ziet in de
beperking van het aantal rechters in hoo-
ger beroep tot drie.
Behalve deze meer principieele quaesties
wensclit de sub-commissie aan het oordeel
van de extra-parlementaire commissie ver
schillende vragen van ondergeschikt belang
te onderwerpen, o. a. betreffende de bevor
dering en indeeling der ambtenaren. Van
groot belang acht de commissie de beslissing
over de vraagof bij promotie kennis der
inheemsche taal in aanmerking zal genomen
worden. Ook wil zij de verhouding tusschen
gouverneur en rechterlijke macht scherper
omlijnd zien. Ten slotte stelt zij de vraag:
wil men in de kolonies de vrije advocatuur
invoeren of moet de bestaande regeling ge
handhaafd blijven, en het aantal beoefenaars
van het nobile officium beperkt blijven on
afhankelijk van aanwijzing door den gouver
neur.
Minister Trouillot heeft den wensch te
kennen gegeven, dat de extra-parlementaire
commissie hem ten spoedigste van advies
zal dienen over deze voorstellen.
Engeland.
Londen, 13 Sept. Dertig Hollan
ders kwamen heden te Rochester aan met
het doel over te gaan tot de ontmanteling
van het oude oorlogeschip, dat thans te
Upnon ligt gemeerd en is aangekocht door
een Hollandsche firma. De drijvende werk
plaats is door de stoomboot „Oostzee" over
de Noordzee gesleept en eveneens heden
aangekomen en langszijde de Anson ge
meerd.
Zweden.
Stockholm, 13 Sept. De regee
ring heeft besloten hare bemiddeling te ver-
leenen tot beëindiging der staking en lieeft
als bemiddelaar aangewezen den heer Ceder-
borg. Tevens werd de vroeger door de regee
ring ingestelde commissie, die voorstellen
voor wettelijke bepalingen omtrent arbeids
overeenkomsten zou uitwerken, ontbonden en
aa nhet ministerie van justitie opgedragen
op den grondslag van het werk der commis
sie een daaraan beantwoordend wetsontwerp
op te stellen, dat in den loop van het vol
gende jaar aan den Rijksdag zal worden on
derworpen.
Spanje.
Te Parijs is onder voorzitterschap van
Naquet een bijeenkomst gehouden van 1800
personen, om te protesteeren tegen de in
hechtenisneming van den anarchist Ferrer.
De politie te Barcelona beweert, in Fer
rers woning een circulaire in beslag geno
men te hebben, met een program van actie
behelzende afschaffing van alle wetten, op
heffing van godsdienstige gezindten, ont
binding der rechtbanken, het leger en de
marineafbreken der kerken, verbeurdver
klaring van allen eigendom. Aan het eind
var. dit stuk zou Ferrer zelf een recept tot
bereiding van een ontploffingsmiddel heb
ben geschreven.
Oosten rijk-Hongarlje.
Zaterdag heeft te Boedapest een langdu
rige ministerraad plaats gehad, waarin over
den politieken toestand beraadslaagd is. Men
is nog niet tot een resultaat gekomen en
gasteren zou de beraadslaging worden voort
gezet. De Hongaarsche regeering is van plan
de baak-kwestie uit +e schakelen en alleen
de kiesrechfhervorming aan het huis van af
gevaardigden voor te leggen. Om de bezwa
ren der onafhankelijkheidspartij weg te ne
men, zullen denkelijk de artikelen over de
a..alfabeten-kiezers worden geschrapt, hoe
wei graaf Andrassy zich daartegen verzet.
Boedapest, 13 Sept. Minister
president dr. Wekerle is naar Weeuen ver
trokken, waar hij een audiëntie zal aanvra
gen bij den Keizer, teneinde voorstellen te
doen tot zuivering' van den. toestand. Vol
gens de „Pasther Lloyd" wensclit het Hon
gaarsche ministerie de regeling der bank-
quaestie uit te stellen tot 1917 op voorwaar
de, dat de Oostenrijksch-Hongaarsche bank
de betalingen in specie zal hervatten.
Ten aanzien van de militaire quaesties is
■liet kabinet van meening, dat het aan de
Kamer geen belangrijke kredieten kan voor
stellen voor leger en vlootj tenzij de mili
taire autoriteiten eenige concessies doen om
trent het gebruik van de Hongaarsche taal1
in het leger.
Inzake de kiesrechthervonming laat die
regeering hare voorstellen omtrent meervou
dig kiesrecht varen, terwijl zij het kiesrecht
tot ongeletterden wenscht uit te strekken.
Rusland.
Op de jongste audient'e van Stolypin bij
dui Czaar is o.a. de gewichtige kwestie be
sproken van de eerstdaags openbaar te ma
ken toelichting van art. 86 der grondwet,
dat handelt over de rechten der Doema ten
opzichte van de begrooting van oorlog. De
leden van het verbond van het Russische
voik hadden vroeger den wensch te kennen
gegeven, dat de rechten der Doema zeer be
perkt zouden worden. De toelichting tot het
gencemde artikel, welke thans verschijnen
zal moet in zeer algemeene en vage bewoor
dingen vervat zijn.
Verder is tijdens de audiëntie ter sprake
gekomen het verzoek, door de leden van het
verbond van het Russische volk ingediend,
da' ten doel had hun leider Doebrowin te
redden uit de handen der Finsche justitie in
he1- geding wegens den moord op Herzen-
stein. Men weet, dat Doebrowin onder sterke
verdenking staat van den moord op Herzen-
stein te hebben aangesticht. De leden van
het verbond van het Russische volk verlang
den dat het geding wederrechtelijk zou ont
trekken worden aan de bevoegdheid der Fin-
s"he rechtbanken en ter behandeling zou
worden toevertrouwd aan de Russische recht
banken. De Czaar heeft zich in zeer afkeu
renden zin uitgelaten over het drijven van
het verbond van het Russische volk en
htefi deu wensch te kennen gegeven, dat bij
het geding Herzenstein de wet letterlijk zal
wi rden opgevolgd. De uitlevering van Doe-
bivwin aan de Finsche rechtbanken is alzoo
een besloten zaak.
Turkije.
De berichtgever van het Berl. Tageblatt
te Konstantinopel heeft een bezoek ge
bracht aan den Armenischen patriarch en
dezen gevraagd naar de aanleiding tot zijn
ontslagaanvraag, waarop de patriarch ver
klaarde „Het onderzoek in zake de slach
tingen te Adana werd gevoerd door de
plaatselijke overheid en begrijpelijkerwijze
was dit ten zeerste in het nadeel der Ar
meniërs. Zes hunner bijv. werden veroor
deeld tot de doodstraf en na de voltrekking
bleek, dat de ongelukkigen onschuldig wa
ren gestraft. En de krijgsraad, die later
naar Adana werd gezonden, zette het on
derzoek in denzelfden trant voort. De
grootvizier beloofde mij, geen Armeniër te
Adana meer ter dood te zullen laten bren
gen, maar kort daarna ontving ik plotse
ling bericht, dat er nog vijf Armeniërs op
gehangen zouden worden. Daar ik van hun
onschuld niet overtuigd was, verzocht Ik,
dat hun straf in gevangenisstraf zou wor
den veranderd en eerst nadat de grootvi
zier mijn verzoek van de hand had gewe
zen, diende ik mijn ontslag in. Ik eisch,
dat er heelemaal geen terechtstellingen meer
plaats zullen hebben en heb de volgende
voo -aarden gesteld
lo. Veroordeeling van de organisatoren
der slachtingen, waartoe behooren de vali,
de militaire bevelhebber en de Moetessarif,
tot minstens 15 jaren gevangenis.
2o. Vrijlating van alle gevangen geno
men Armeniërs en Mohamedanen.
3o. Gratie voor de vijf veroordeelde Ar
meniërs. Volharden blijf ik bij mijn eisch
dat de organisatoren bestraft zullen wor-
7 DOOK
RUDOLF HERZOG.
„We moeten er een mouw aan passen. We
moeten iets vinden, waarmee we de spoor
wegdirectie ergeren, totdat ze een toontje
lager gaat zingen.
„Ergeren;!" Gustav Wiskotten was opge
staan. En toen lachte hij zijn luids ten lacli.
„August, die zonde heb jij op je geweten.
Ik ben Adam, de verleide. Laat mij nu mijn
gang maar verder'gaah."
,.Als je zoo redeneert, is alle handel en
wandel zonde. Zaken zijn zaken. Die heb
ben bun eigen moraal."
„Bravo! Dat van gisteren schijnt jé
geen kwaad gedaan te hebben. Waar zijn
Wilhelm, Fritz en Paul toch?"
„Wilhelm is voor de staalkaarten in de
boekbinderij. Paul zit op het kantoor en
Frit'z is op zijn laboratorium in de ververij,.
Alles in orde."
Gustav Wiskottem schoof zijn hoed achter
over en verliet peinzend het vertrek. Naden
kend stak hij het fabrieksplein over, liep de
ververij om en stond aan, de Wupper, die
het terrein van achteren afsloot. Ziedend
schoot de stoom uit de afvoerbuizen der ver-
.verij in het donkere water en veranderde
hei in dik, vettig schuim. Bruisend stroom
den de roode, blauwe en zwarte stroamen uit
de ververij in den vloed, dlie sinds hij ten
gebruike der industrie van het Wupperdal
gesteld was, geen enkel zuiver droppeltje
meer met zich voerde. Aan' den anderen kant
der Wupper, op ver zich uitstrekkende wei
den, oefenden de Barmer bleekers hum be
drijf uit; aan dezen, kant, naast de ververij
der Wiskottens, gebruikte de spoorweg den
lager gelegen grond om massa's ascli neer te
werpen.
Lang stond Gustav Wisko'tten aan! den
vochtigén oever en keek de rivier op. Zon
der het groote, braak liggende stuk land
naast de ververij, was de uitbreiding der fa
briek tot staan gebracht. Wie had dat kun
nen voorzien? Zeer bescheiden waren de
oudelui hier vijf-en-twintig jaar geleden 'be
gonnen en hadden hun bedrijf zeer langzaam
naar gelang van de jaarlijksche verdiensten,
uitgebreid. Toen Gus'tav Wiskotten, nauwe
lijks mondig geworden, Emilie Scharwachter
trouwde, had hij doorgedreven', dat haar geld
in het bedrijf gestoken en er meer grond
aangekocht werd. Hij zag nog den verschrik
ten blik van zijn braven vader voor zich.
„Jong, jong/' had de oude hoofdschud
dend gezegd, „dat bouw je van je leven niet
vel. Als het zoo ver is zijn onze botten, reeds
lang vergaan."
En heden?
Een hoogmoedige, woeste trots maakte zich
van den peinzen den man. meester, en zetelde
zich op zijn voorhoofd. Zoo ver was het ge
komen! Dat was zijn werk! Hindernissen' be
stonden er voor hem niét! „Waarvoor ben
ik dan anders op de wereld?"
Nog eenmaal nam zijn blik het aangren
zende stuk lnnd op. De blik van den: eige
naar Toen, stiet hij de deur naar- de verve
rij open
Eene seconde lang kon hij in den dichten,
witten damp, die 't vertrek vochtig warm tot
in de uiterste hoeken vervulde, niets onder
scheiden. Toen werd hij de werklieden ge
waar, die in hun zwarte wanten van brand-
netel'wol bij de kuipen en tobben bezig wa
ren, waarin de kleurbaden pruttelden en de
stoompijpen zulk een helsch lawaai veroor
zaakten, dat het geluid der verfstokken, die
het garen over de randen der kuipen sloe
gen, nauwelijks te verndmem. was. „Hei... 1
Ia Kölsch daar?"
„Niet1 gezien!" „Mijn broer Fritz?" „Bo
ven 1" En het lawaai ging voort.
Gustav Wiskotten steeg boven d!e dam
pende watermassa's naar omhoog. Een, on
handig gevoerde verfstok trof hem in de
zijde. „Hopla", zeide de arbeider. „Ezels
kop," beantwoordde Gustav de verontschul
diging. Daarmede was de zaak afgehandeld.
Boven, in het kleine laboratorium, trof hij
Fritz. Met hoog opgeborstelde knevel zat hij
over een bord gebogen en beet op een, haring,
dien hij met die vingers stuk trok. Voor hem
stond een lvalf leeg gedronken bierglas. Zeg
's even, je vergist je zeker, je bent bier niet
im liet bivak."
„Laat mij begaan. Katterigheid vraagt
daar niet naar."
„Maar ik wel. Na een feestdag kunnen
we hier geen katterigheid gebruiken."
„Dat is te dwaas oirn op te antwoorden."
„Je gedrag is alles behalve zooals het
hoort, m'tfi jongen
Fritz Wiskotten sprong op. „Wa't man
keert jou? Ik ben hier even goed baas als
jij."
„Zool Toon dal dan, in <le eerste plaats
aan de arbeiders. Als die met een doezelkop
op de fabriek komen, jagen we hen naar
huis. Zich haring laten halen! 's Morgens 1
om negen uurde ververs zullen je uitge
lachen hebben."
„Dat kan mij geen steek schelen."
„Maar mij wei. Hij, die baas wil zijn,
moet in het oog zijner werklieden geen en
kele fout hebben. En al barst je hoofd van
katterigheid, dan mag je het nog niet too-
nen. Jij moet overal de sterkere zijn. Dat i^
eer. eerste vereischte."
Fritz Wiskotten dronk woedend zijn
bier op.
„Heb je Kölsch niet gezien, Fritz?"
„Nee. Wat is er met hem?"
„Ik moet hem spreken. De spoorweg-di
rectie wil het 'terrein niét afstaan. En in 'de
ververij stoot men zich nu reeds de ellebo
gen."
„Vervloekt. Dan kan ik niet prompt leve
ren. Ik moet ruimte hebben. Willen ze niet
toegeven'? Olia, Gustav, dat zal jij hun too-
nen 1"
„Dat geloof ik ook. Werk maar vlug de
plannen uit, opdat alles voorbereid is."
„Daar kan. je van op aau. Ad'juus, Gu
stav,"
Gustav Wiskotten verliet de ververij. Toch
goed materiaal, de broers. Alleen nog niet
genoeg gedrild. Allerlei dwaasheden in 'het
hoof d
Bij de Wupper, naast het waschhuis, trof
hij den grijzen opzichter. Ook die keek
scherp naar "het naaste stuk laud.
„Er helpt niéts aan, mijnheer Wiskotten,
wij moeten het hebben, of we kunnen de
vierhonderdvijftig paardekracht voor oud
ijzer verkoopen."
„Kölsch," zeide Gustav Wiskotten en trad
dicht op hem toe, „ik heb je overal gezocht.
Ik weet dat je de fabriek, de Wiskottens,
0
liefhebt. Is "t niet?" Hij had zijn arm door
dien van den ouden mam gestoken.
„Ik behoor tot dein inventaris, mijnheer
Gustav."
„Ja... Toen ik nog klein was en sprook
jesboeken verslond, heb ik bij de Nibelun-
gensage altijd groote geestdrift voor Hagen
gevoeld. Jij hebt meer gelezen dan ik. Doch
bij Hagen, den trouw,sten aanhanger zijns
Konings, die tengevolge van zijn trouw
stierf, heb ik als jongen altijd aan jou ge
dacht. Zonder jou zou men zich ons niet
voor kunnen stellen."
De oogen van den grijsaard schitterden.
„Mijnheer Wiskotten, wij begrijpen elkan
der. Plicht voor plicht. En wat wcnscht u.
uu?"
„Kölsch, jij hebt achter het Ritterguts-
hauser-statiom een tuin. Hij grenst aan het
rangeerterrein."
„Mijnheer Wiskotten, die ligt te ver van|
ons af. Dat zouden dubbele onkosten wor
den."
„Voor ons! Natuurlijk! Daar valt niet
aan te denken. Doch de stad heeft er im
mers naar geïnformeerd!?"
„Zeker, en ik heb geantwoord dat ik hét
voor een redelijk bod verkoopen wil."
„Weet je, wat de stad daarmee voor
heeft?"
De opzichter schudde het hoofd. „Dat kan
mij weinig schelen, als ze goed betalen."
„De stad wil zaken met de spoorwegmaat
schappij doen. Of omgekeerd. Welnu?" Zijne
oogen triumifeerden
„Ja, daar kan ik niets aan veranderen."
Wordt 'ervolgd.