8"e J itarganc.
Donderdag 16 September 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE WISKOTTENS.
BS\ 79
FOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post1.50.
Afzonderigke nummers0.05.
Deze Courant versohynt dngelgks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertent ito
's morgens o
mededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
j de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF 6 C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents by vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eet&e
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
A~an hendie met 1 October
a. sop dit blad inteekenen,
worden de nummers die ge
durende de maand September
nog zullen verschijnenkos
teloos toegezonden.
Kennisgevingen.
KENNISGEVING.
Burgemeeste ren Wethouders van Amers
foort, brengen ter algemeene konnis: I. dab
de Raad der gemeente AmersfoortTn ziju ver
gadering van 7 September tot wethouder be
noemd heeft den Heer Th. Sanders;
II. dat de voorbereiding van de werkzaam
heden betreffende de na te noemen takken
van dienst, als volgt tusschen de leden van
hun college verdeeld is
a. Burgemeester: gemeente-reini
ging, openbare gezondhend, plantsoenen en
beplantingen-;
■b. Wethouder Cel o^s s eonder
wijs en armwezen
c. Wethouder Sanders: gas
fabriek en openbare werken (behalve plant
soenen en beplantingen)
III. dat de wethouder .M. L. Celosse in
den regel te spreken is op het raadhuis op
Maandag en Vrijdag te 1H uur voormidr
dags en d'e wethouder Sander's op Woensdag
te 11£ uur voormididags.
Amersfoort, den 16 September 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT IvROESE.
KENNISGEVING.
Burgemeester en WTethouders van Amers
foort, maken ter voldoening aan artikel 54
der Gemeentewet bekend, dat de Raad der
gemeente Amersfoort in zijne vergadering
van 7 September 1909 heeft herbenoemd
den heer S. J. Van Duinen als lid
van de Commissie voor de fabricage
den heer N. Veis H e ij n als lid van
de Commissie tot bijstand in het beheer der
Gasfabriek.
Amersfoort, den 16 September 1909.
Burgsmeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
KENNISGEVING.
KosteloQze Inenting.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op artikel 18 der wet van 4 Decem
ber 1872 (Staatsblad no. 134)
brengen ter kennis van belanghebbenden,
dat voor een ieder de gelegenheid tot koste-,
looze inenting wordt gegeven op den eer-
sten en tweeden Maandag van de
maanden Januari, April, Juli en
October, telkens des namiddags te drie
ure, in de daartoe bestemde localiteit van
het voormalig schoolgebouw wijk A, Koe
straat, no. 9.
Gedaan te Amersfoort, den 15 September
1909.
Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Politiek Overzicht
De reactie in Spanje.
De gebeurtenissen in Barcelona worden
door het reactionuaire kabinet Mauta daar
toe, benut om niet alleen tegen anarchisten
en revolutionairen, maar ook tegen repu
blikeinen, liberalen, vrijdenkers, kortom te
gen alle® wat niet reactionnair is, een
scherpen strijd te voeren. Dat is in
Spanje altijd zoo geweest. Zoodra de re
actie het opperste gezag in handen had, be
kommerde ze zich noch om constitutie of de
wetten van het land, noch om recht of bil
lijkheid, maar alleen om de vernietiging
van hare tegenstanders. Het recht van ver
gadering is opgeheven, vele leiders der op
positie zitten in de gevangenis, de pers staat
onder censuur en mag haar meeniug niet
uiten. De eenige plek, waar men nog vrij
zou kunnen spreken, het parlement, is ge
sloten en met alle wenschen om de bijeen
roeping van het parlement te bespoedigen,
klopt men bij de regeering aan een doove-
mansdeur. De president der Kamer heeft
zich dezer dagen tot het ministerie gewend,
om eens te hooren hoe het met de opening
der Cortes stond, doch de aanwijzing ont
vangen dat de regeering eerst aan de ope
ning van het parlement kan denken, als de
veldtocht in Afrika is ten einde gebracht.
Daar het einde van den oorlog in het Rif
gebied nog zeer ver verwijderd kan zijn,
moeten de republikeinen en liberalen hunne
ziel in lijdzaamheid bezitten en ten slotte
zal men het hun nog als een plicht van va
derlandsliefde gaan voorhouden de regee
ring bij haar veroveringstocht in Afrika niet
door ontijdige parlementaire redevoeringen
te storen. De oppositie beschikt over geen
middelen de opening van het parlement af
te dwingen en iedere poging om dat met
kracht gedaan te krijgen, zou de regeering
slechts aanleiding geven tot verdere vervol
gingen. Maar iets kan de oppositie toch
doen: zij kan, daar de volksvertegenwoor
diging toch eens moet bijeengeroepen wor
den, inmiddels zich versterken en vooral
zich vereenigen. Men schijnt dat in de krin
gen der oppositie reeds begrepen te hebben,
want er wordt gemeld dat de afgevaardigde
Moret vau plan is de liberale fracties te
verzamelen, om onmiddellijk wanneer
de Cortes bijeen komen, tot den aanval ge
reed te zijn; anderzijds heeft de republi-
keinsche senator Sol y Ortega zijn partij-
genooten in een open brief er toe aange
spoord om zich van alle onvruchtbare de
monstraties te onthouden en, evenals hij
zelf doet, eene voorzichtige terughoudenheid
in acht te nemen.
Intusschen heeft de pers te Madrid, voor
zoover ze niet reactionnair is en door dik
en dun met de regeering medegaat, een ge
meenschappelijk protest tegen den onwaar-
digen toestand doen bekend maken, waar
aan ze is onderworpen. Te San Sebastian is
een vergadering van hoofdredacteuren ge
houden, ten einde zich tot den Koning te
wenden met een beklag over de eigenmach
tige handelwijze der regeering. Andere jour
nalisten zijn naar de provincie vertrokken,
om de dagbladschrijvers aldaar te bewegen
zich bij bet protest aan te sluiten. Ook zal
getracht worden de medewerking der voor
naamste politieke persoonlijkheden te ver
krijgen, om de bedreigde onafhankelijkheid
der pers to waarborgen.
Het protest zal wel niet heel veel uit
richten. Wel schijnt het eenigen indruk op
de regecring te hebben gemaakt, want de
minister van binjienlandsche zaken heeft
aan de provinciale gouverneurs en aan de
bladen een antwoord op het protest doen
toekomen, waarin hij tracht de kritiek op de
handelingen der censuur te weerleggen.
In elk geval zal dit protest er toe hebben
bijgedragen den geest onder de oppositie le
vendig te houden en de organisatie er van
te versterken.
Duitschland.
D Duitsche Keizrr heeft te Karlsruhe
ter gelegenheid van de manoeuvres, eeno
redt gehouden, waarin de zoo impulsieve
monarch aan zijn bruisend r ede maar stalen t
weer eens den vrijen teugel heeft gevierd. Er
is bij die rede echter iets merkwaardigs te
vermelden.
Volgens het telegram van Reuber's agent-
schap zeide de Keizer bij die wapenschou
wing vau het 14e legerkorps, dat deze een
bewijs gaf van de weerkracht van een deel
van het leger. De Duitschers zijn
eeu volk, datgaarne en ge-
ma k k e l ij k de wapens draagt,
omdat zij wtrtèn, dat deze
den v r«e de voor henbewaren,
onder welken alleen de arbeid kan godijen.
Zoolang er oorlogen voorkomen, vormt het
Duitsche leger een „Rochier de Bi'onzo",
waarop de vrede gegromd is.
Tot lret behoud der plaats, die den Duit
schers in de wereld toekomt, dient het le
ger, daartoe dienen ook de dagen van in
spanning, welke het worden opgelegd. Dat
luet in tijden van nood miet Gods hulp en
onder Gods bescherming ook de vuurproef
zou kunnen doorstaan, daarvan was hij
overtuigd
Heel anders is echter des Keizers rede
voering door een verslaggever der Frankf.
Ztg. verstaan. Volgems deze zeide de Kei
zer in het interessantste gedeelte zijner
rede
„Wij Duitschers zijn een volk dat
vreugd vindt in de wapenen
en het oorlogsspel. Daarom dra
gen wij onze wapen.ru s bin gen licht en gaar
ne, daar wij weten, dat wij onzen vrede be
waren en behouden moeten waarin alleen
onze arbeid gedijen kan. Zoolang er men-
schen zijn, zullen er vijanden en benijders
wezen, en zal men zich daartegen moetien
beschermen, dientegenvolge zullen er ook
oorlogskansen en oorlog zijn. en wij moeben
op alles verdacht zijn. Daarom vormt ons
leger vóór alles den rocher debron-
7. e waarop de vrede van Europa gegrond
is, en met hetwelk niemand voornemens is,
djen strijd aan te binden", enz.
De officieuse corrector hieeft dus den pit-
tigen, maar ook zoowel ernstigeren tekst van
de Keizerlijke rede nog al doen verwateren,
want het is niet aan te nemen diat de FrkL
Zeitung den door haar vermelden tekst niet
uit de eerste hand heeft. De eigenaardige
zegswijze van den Keizer openbaart zich
hier dan ook veel meer.
De s.-d. Vorwarts schrijft over 's Keizers
woorden
„Het is de plicht van den rijkskanselier
den Keizer in te lichten, dat de last der wa
pening het Duitsche volk steeds meer in
zijn beschavingsvoor uitgang hindert, en dat
't beslist onjuist is als zou het de kolossale
uitgaven voor den Moloch gemakkelijk en
gaarne dragen".
Gelijk gemeld is, heeft Keizer Wilhelm
II na de manoeuvres don groothertog van
Baden den rang verleend van generoal-veld-
maarschal'k. Dit geeft die Vossischo Zeitung
aanleiding om eons in een hoofdartikel do
aandacht te vestigon op dien overvloed van
titels, welke onder Keizer Wilhelm II is
verleend.
Wat den veldmaarschalksrang aangaat,
wijst het liberale blad er op dat deze vroe
ger, evenals nog in andere landen geschiedt,
placht verleend te worden aan na bedreven
buitengewone wapenfeiten, o. a. aan MoLtke
nadat dezen den oorlog tegen Frankrijk tot
n glorieus einde had gebracht. Ook de kroon
prins en priins Friedrich Karl werden we
gens schitterende wapenfeiten tot generaal-
veldmaarschalk benoemd, en later volgden
nog eenige andere generaals, die zich tegen
over den vijand verdienstelijk hadden ge
maakt. Daarna zijn buitengewone militaire
eigenschappen nimmer meer beschouwd als
gron'1 voor deze bono miug en is deze met
een zaak geworden van politieke coutoursie.
En zoo heeft men thans veldmaarschalken
bij dozijnen, die nooit een vijand hebben
gezien.
Bij de marine ook is een macht wijds
klinkende titels. Had men vroeger een ad
miraal, thans heeft men groot-admiraal, ad.
miraal, contre-admiraals en vice-admiraals.
Wordt lxet ver leen en van de allerhoogste
titels in Duitschland in de toekomst tot
systeem verheven, dan zullen die onder
scheidingen. haar eigenlijk doel gaan inboe
ten. Het gaat luerined all mot allo onder
scheidingen, ze verliezen aau beteekenis
naarmate ze meer voorkomen.
Titels, orden en andere onderscheidingen
het laat zich niet mdsk.en.njen, besluit de
Vossischo Zeitung, dat aan uiterlijkhe
den in het staat&Lexen ir de 'aitste tiental
len van jaren een overdreven gewicht is toe
gekend".
Leipzig, 15 Augustus. In de
heden gehouden zitting van den sociaal-de
in acratischen partijdag werd de beraadsla
ging over de houding der sociaal-democra
ten inzake de aangelegenheden op de erfe
nisbelasting betrekking hebbende, voortge
zet. Bebel verklaarde dat bij bij derde le
zing beslist voor de erfenisbelasting zou
gestemd hebben.
Daarna kwam aan de orde een voorstel
van de afdeeling Stuttgart om zeven Wur-
tembergsche partijgenoten wegens deelna
me aan een liuldigingstocht naar Friedrichs-
hafen te berispen. Na een verklaring der
bewuste leden dat deze aan den tocht niet
zouden hebben deelgenomen indien ze ge
weten hadden dat de tocht den vorm van
een monarchale demonstratie zou hebben
aangenomen werd deze zaak voor afgedaan
verklaard
Daarna werd een motie van Liebknecht
aangenomen waarin de partijdag zijn af
schuw uitspreekt over de houding door de
Russische regeering tegenover de revolutio
nairen aangenomen en over de houding der
Duiische regeering welke het Russische op
treden bevordert.
P a r ij s 15 Sept. De Temps deelt
mede, dat de Fransche ambassadeur te Ber
lijn en de Duitsche rijkskanselier een on
derhoud hebben gehad, waarin beiden elkaar
wederzijdsch gelukwenschten met de goede
betrekkingen, die bestaan tusschen Duitsch
land en Frankrijk sedert het sluiten van. de
Marokkuunsche overeenkomst.
Leipzig, 1 5 S e p t. In de namiddag
zitting behandelde de Partijdag het regle
ment op de organisatie.
Intusschen was door Katzenstein te Ber
lijn e. a. een motie voorgesteld, waarin aan
den Partijdag wordt voorgesteld om uit naam
der menschelijkheid te protesteeren tegen
de wreedheid, waarmede de Spaansche re
geering optreedt tegen hen, die deelnemen
aan bet verzet tegen den oorlog in Afrika en
aan de Spaansche partijgenooten, die een
strijd voeren tegen gewetenlooze uitbuiting,
een brooderlijken groet te zenden. Daarop
volgde een langdurig debat over voorgestel
de veranderingen in het reglement op de or
ganisatie.
Spanje.
De Spaansche republikeinsche afgevaar
digde Lerroux, die dezer dagen na een ver
blijf in Amerika van 18 maanden te Londen
is aangekomen, nvet het doel, om naar Spanje
terug te keeren, heeft een onderhoud gehad
met een correspondent van de Matin",
waarin hij hem over zijn plannen voor
de toekomst heeft ingelicht. Hij ver
klaarde zoo spoedig mogelijk een nieuw©
propaganda ten gunste der revolutie op
touw te zullen zetten. „Onmiddellijk
na mijn terugkomst in Spanje", zeide
Lerroux, „zal ik den strijd tegen de
regeering aanbinden. Zij zal zich te verant
woorden hebben over den veldtocht in het
Rifgebied, en over de gebeurtenissen te Bar
celona. Natuurlijk is bet niet de bedoeling
de regeeriug te dwingen de expeditie in Ma
rokko op te geven. De eer van het leger
eischt, dat ze thans ten einde wordt ge
bracht. Maar welk nut zullen wij er van heb
ben, dat millioenen worden verspild en het
bloed der Spaansche soldaten vloeit? Geen
or.kel hoegenaamd. Het eenige gevolg zal
zijn, dat de regeeri-g zich nog meer gehaat
maakt, en de revolutionnaire idee nog meer
ingang vindt. Spanje is thans rijp voor de
revolutie. Mijn partijgenooten zullen niet
nalaten hiervan gebruik te maken. We zul
len niet slechts spreken, thans is het oogen-
blik van bandelen aangebroken. Mijn vrien
den en ik zullen zich aan de spits stellen.
Indien eenmaal het leger voor onze denk
beelden gewonnen is, bestaat er kans h^t
tegenwoordige régime omver te werpen."
Lerroux uitte de hoop, dat de revolutie
niet al te bloedig zal verloopen. Den Ko
ning en zijn gezin zal geen leed geschieden;
men zal hem toestaan naar het buitenland
uit te wijken.
De Correspondencia de Espana, de Correo,
de Diario Universal, de Heraldo, Mundo
en Espana Nueva bevatten een manifest als
protest tegen de censuur.
Radicale gemeenteraadsleden worden over
al geschorst. De minister vau Binnenland-
sclie Zaken verklaarde, dat hij zich door
geen betoogingen uit het buitenland zou
laten weerhouden van het nemen van krach
tige maatregelen. Dit ziet op het uit Frank
rijk gekomen protest tegen het woeden der
reactie, waaronder Maeterlinck, Anatole
France, Haeckel en anderen hun naam zet
ten. Een regeeringsgezinde schrijver noemt
hen in een artikel grappenmakers en Lieden
zorder eenige beteekenis, de hoog-officieuse
„Epoca" intellectueele apachen I
Giner de los Rios, een der liberale af ge-
DOOR
RUDOLF HERZOG.
„U doet een krachtigen aanval, mijnheer
Wiskotten."
„Ik weet wat ik zulk een tegenstander
verschuldigd ben."
De hoofd ambten aar boog. „Dan mag ik
wel niet achterblijven. Ik zal uw voorstel
terstond den president voorleggen. Zou het
u morgen.om dezen tijd weder schikken?"
Gustav Wiskotteni stond op. „Het ver
heugt mij, da!we elkander zoo vlug begre
pen hebben. Voornamelijk, daar ik zonder
talmen met bouwen beginnen moet, hier
of daar. Morgen om twaalf uur dus. Sma
kelijk eten, mijnheer."
„Tof weerziens, mijnheer Wiskotten."
Een krachtige handdruk, en de deur ging
achter hem dicht.
„Die Wupperthaler," bromde de hoofdl-
ambtenaar geërgerd. „Erv dan zegt men nog
dat ze vroom zijn als de oude Joden." Toen
liet hij zioh met een zeer dringend voorstel
bij den president aandienen.
Gustav Wiskotten. ging naar het station.
Zijne staalblauwe oogen kekon zonder knip
pen in de zon Hij zag ergens in de verte
zijne fabriek, als een fideicommis der Wis-
kottens, als eene macht. Honderd jaar terug
ah, toen werden er, een paar firma's uit
gezonderd, slechts boerderijen op Barmen, ge
bied gevonden. Het oude trage boerenbloed
deed zich in hem gelden. Het goed behou
den slechts bestuurder zijn het. -vergroo-
ten, zooals de familie zich uitbreidt. De erf
later zorgt voor de erfgenamen.
Hetgeen in deze staalblauwe oogen te le
zen stond, was datgene, wat gedurende de
nachtelijke wandeling over de Barmen ber
gen Paul Wiskotten, de droomer onder de
broers, de persoonlijkheid der familie ge
noemd had...
Toeni Gustav Wiskotten thuis kwam, was
het schafttijd. Slechts Christian, de stoker,
z.v op den drempel der machinekamer en
lepelde uit een blikken pannetje zijn middag
maal, aardappelen met rundvleesch. Als hij
een bijzonder lekker hapje gevonden had,
stak hij het den blondkop in: den .mond, die
op het leege pannetje wachtte en onderwijl
met begeerige kinderoogen iedere beweging
v.in den vaderlijken lepel volgde.
„Heeft de jongen thuis niets gehad, Chris
tian?"
„Zeker wel. Die heeft zijn ransel vol.
Maar de blagen denken altijd, dat er bij va
der iets extra's te vinden is."
Gustav Wiskotten verlangde naar de
zij non. Een. blik wierp hij nog op de zwarte
Wupper. „Wacht," dacht hij, „jou zullen
we spoedig tv.g zwarter maken!" Toen snelde
hij met groote sprongen de trap naar zijne
woning op.
„Smakelijk eten, Emile. Waar zijni de kin
deren
„Als ze op hun vader hadden moeten
wachten, zouden ze wel verhongerd zijn. Het
heele vleesch is bedorven."
„Wat doet het er toe. Potstausend, wat
heb jij je mooi gemaakt."
„Ach, Gustav, laat dat gezanik aan. mijn
lijf toch. Het is eene japon van den vorigen
winter."
„Maar jij bent toch niet van gisteren.
Kom hier. Wat gaat mij die japon aan."
Hij nam haar in zijn armen en kuste haar
ruw. „Een mond als honig, en wat er nog
meer om en aan is nou, wat is er dan?"
„Gustav!" zeide ze en ze maakte zicli los.
„Nu heb je weer mijn haar los gemaakt!"
„Haar als de zachtste zijde. Als ik het af
snijd, kan ik het in. de fabriek laten verwer
ken. Kom nu, ik heb het verdiend."
„Jij altijd met je fabriek!"
Hij ging aau tafel zitten eni at. Hij had
een honger als een paard.
„Zeg Emilie het land hehben we."
„Welk land nu al weer?"
„Het stuk land naast de spoorbaan. Die
kerels heb ik een beetje licht in hun brein
ontstoken. Plotseling konden ze zien, waar
Abraham de mosterd haalt. In Maart bou
wen we."
„Maar je wilt toch niet al weer geld in
d'e fabriek steken? Waarom dan toch? We
hebben toch kinderen?"
„Juist ter wille van de kinderen. En niet
slechts er :n steken, maar ook dubbel en
dwars. Lot maar eens op, als eenmaal de
nieuwe gebouwen staan I Dan kan de vier
honderd vijftig paardekraclrt te zamen met
de honderd vijftig paardekracht de longen
vol nemen. De Wiskotten's zullen allen te
zamen zat worden."
„Dat zullen we. Maar als het zoo door
gaat
„Als het niet zoo doorgaat, wilde je zeker
zeggen. Ja, dan zouden we er op een dag
wel bij neer kunnen gaan zitten. Tegenwoor-
dig kunnen nog slechts groote firma's mee
praten. En vertrouw er op, wij zullen mee
praten."
Hij dronk zijn wijnglas leeg.
„Zeg Emilie, als je je vader ziet
„Wat beeft die er nu mee noodig? Geld
geven? Die denkt beter aan zijn kind' dan
jij aan de jouwe."
„Zeg hem dan, dat ik van avond -bij hein
kom. We zullen liet over het geluk van zijn
kind hebben."
Hij stond op en rekte de armen uit. „Dat
heeft gesmaakt. Nu is de machine weder
warm." Hij hield de krachtige armen als de
wieken van een molen gestrekt.
Emilie keok naar hem. Een heel klein wei-
nigje. Van ter zijde slecht®. Ze was toch
trotsch op 'hem. Alleen, dat hij haar altijd
als eenionnoozel kind behandelde. En ze was
vrouw en moeder. Wat wilde hij dan nog
meer?
„Emilie
„Ja
•Hij lachte en zij lachte oók. Toen liet ze
zich zonder tegenstreven in de armen nemen.
,,Roep nu de kinderen eens."
Ze kwamen binnen gemarcheerd. De jon
gen Gustav, als iedere eerstgeborene in
de rechte lijn met een snuffelend neusje,
de kleine Emilie, naar hare moeder genoemd,
hard loopend struikelend, zoodra ze haar
vader in het oog had gekregen. Hij ving
baar op en zette haar op zijne schouders,
wnar zij van vreugde kraaide.
„Zeg, laat je je vader alleen eten?"
„Hebt U alle twee de appels alleen opge
geten?" vroeg de jongen en zocht op de ta
fel.
„Je gunt ze mij zeker niet, mijn wakkert
zoon
„Gunnen wel, maar Emilie en ik hadden
er ons reeds op gespitst."*'
„Ja, als jullie er je reeds op gespitst hadt,
zullen we maar eens zien of ze nog niet
heelemaal in mijn maag verdwenen zijn!"
Zoekt!"
Juichend liet het zusje zich naar beneden
glijden. Links en rechts hingen ze aan den
lachenden vader en doorzochten snel ziju
zakken.
„Ha!" schreeuwde de jongen.
„Hal" kraaide het meiske hem na.
Toen wilden ze zich met hun buit uit do
voeten maken. Doch de vader hield hen
tegen.
„Wat? Is dat jullie goede opvoeding?"
„Je moet „dank uzeggen," hield Emi
lie Wiskotten hun voor.
„Dank u," zeiden ze klagelijk, en keken
naar de appelen, die voor hen beduidend aan
waarde verleren hadden.
„Galgestrop," lachte Gustav Wiskotten
en streelde ziju oudste over het haar. ,,Zeg
nu eens, wat je worden wilt."
„Do miné 1"
„Wa wat? Hoe kom je daar nu op?"
„Dan kan ik 's Zondags in de kerk spre
ken en mag niemand brommen. Maar liever
liever zou ik nog wat anders willen wor
den."
„Drommels, wat zal er nu komen?"
Li j k w agenkoetsier
„Lij lijkwagenkoetsier
„Dan heb ik altijd een langen stoet achter
mij en ik ben de eerstel"
Gustav Wiskotten haalde diep adem.
„Goddank," zeide hij, „hij heeft ten minste
eerzucht..."
In de fabriek klonk de fluit, die tot den
arbeid riep. Links en rechts van de Wup
per. In het ganscho dal
Wordi vrvolg4.