S'. 117. Tweede blad.
Zaterdag 23 October 1909.
KOLONIËN.
BINNENLAND.
8"e Jaargang.
DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post - 1.50.
\fzoi.derlijko nummers - 0.05.
L".j Couian verschijn dagelijks- behnlv op Zon- en Feest
dagen.
Advortentiënmededeelingon enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens by de Uitgevers in te zenden.
Uitgevets: VALKHOFF C°.
Utrechtsenestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50,
Elke regel meer - 0.10,
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25# cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bestaan zeer voordeeligo bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
O OST-I ND IE.
Hst rapport-Liefrinck.
Het Alg. Handelsblad geeft in
zijn „Atjelhscbe brieven" een uitreksel uit
het verslag van den heer Liefrinck, dat wij
hieronder doen volgen
Zyn verslag begint de lieer Liefrinck met
een noord van grooie waardeering vart de per
sonen, die hij in Atjeh hoeft leeren kennen, en
die onder krachtig voortgaan van den gouvor-
neur met de moest© toewijding en, inspanning
van alle klachten streven naar de bereiking
van liet doelde bevrediging van Atjeh en het
vestigen aldaar van normale toestanden te be
vorderen.
De belangrijkste punten uit het verslag zul
len nu achtereenvolgens worden vermeld.
Do heerendieosten met een maximum van 24
dagen per jaar acht rapporteur niet bezwarend,
een meening, die door alle Atjelische hoofden
werd gedeeldalleeu maakten sommigen be
denkingen togen den maxinntm-arbeidsuur per
dag van 12.uren.
Ook de heer Liefrinck vindt dat te veel al
moet hy erkennen, dat men in de practijk als
regel benoden, dat maximum blijft.
Bepaald voorstander verklaart hij zich van
den acht-urigen werkdag, een meening, die door
de heoren van de S. D. A. P. met instemming
zal worden begroet.
Hoewel bij de resultaten van de keerendienst.
regeling in Atjeh bevredigend acht, toont hy
ziek een tegenstander van heerendiensten in
liet algemeen; maar nu die regeling in een
groot deel van den archipel nog wordt ge-
handhaafd, is er volgons hem geen aanleiding
om zo juist in Atjeh al te schaffen en do At-
jeöiors te bevoorrechten boven andere inlanders-
Van de belasting hier even, als elders 2
van het jaarlijksohc inkomen bedragende, wordt
gezegd, dat van den, aanvang af bij den aan
slag met groot© gematigdheid t© werk is ge
gaan; in gevallen van twijfel werd ten gunste
van den belastingplichtige beslist.
Ook de hoofden noemden de belasting niet
drukkend.
De bevolking betaalt echter niet om amore(!)
zoodat er nog al achterstand is. Enfin, zulks is
r.u juist geen typisch Atjeksdh verschijnsel, en
Harer Majesteils onderdanen in patria kennen
ook wel amusanter wandelingen, dan die naar
het belastingkantoor.
De gi-oot© tegenzin van de bevolking spruit
echter niet voort uit liet drukkende van de be
lasting, want do aanslag loopt over 't algemeen
van ©en tot twee gulden 'sjaars, maar wordt
veroorzaakt door wantrouwen in onze verdere
bedoelingen. Nu betaalt men weinig, maar wat
wordt het, in de toekomst als de Hollanders
volkomen de baas zijn?
Het gebrek aan vertrouwen in onze bedoelin
gen blijft de zwakke plek in de Atjehzaak, maar
het is nu eenmaal de zich steeds herhalende
historie van Uilenspiegel, die hot er naar ge
maakt had.
Met bet rekking tot do rechtsbedoeling heet
het in het verslag een heugelijke verschijnsel,
dat in do streken waar het sedert langeren tijd
een rustige toestand is ingetreden, zooals in
Groot Atjeh, opvallend weinig aanslagen tegen
personen en eigendommen gepleegd worden.
Bij de inspectiën over de gevangenissen wer
den overal behoorlijke lokalen aangetroffen en
de preventieve hechtenis bleek niet langer t©
duren dan voor een behoorlijke instructie van
de zaak noodig was; hoogstens duurde die
hechtenis een paar maanden.
Landsdhapshoofden of andere hoofden van
aanzien werden in de gevangenissen niet aan-
getroffen.
Van liet bestuur zegt de lieer Liefrinok,,L)e
algemeene indruk in liet gchoelo land was een
bepaald gunstige, Groot-Atjoh is volkomen rus-
tig".
Op de Noordkust concentreert het verzet zicb
nog in de landschappenPidië, Pousangan en
Keurentoidoor krachtig en beleidvol optre
den was men echter in het laatste jaar veel
vooruitgegaan.
Met tie Atjehscho hoofden heeft rapporteur
zooveel mogelijk onderhoud gehad, zoowel met
ieder afzonderlijk om volle gelegenheid tot vrij
uitspreken te geven, als in bijeenkomsten van
hoofden. Hun stemming omtrent ons bestuur
was gunstig, en algemeen kreeg rapportour den
indruk, dat zy door onze ambtenaren en offi
cieren welwillend en overeenkomstig hun stand
behandel worden. Zij bezitten een goed verstand
rijn flink en vrijmoedig, en durven dan ook
geh<*>l naar hun gevoelen uitkomen.
Duidelijk bleek de gezindheid om met het
Europeesche bestuur samen te werken.
Als algemeene gedragslijn geeft do lieer Lief
rinck het volgende aan
In de eersto plaats rust en nog eens rust
brengen aan deze door den verschrikkelykon
oorlog tot in haar grondvesten geschokte maat-
schapp ij
V e moeten ons niet aan do bevolking op
dringen, maar een welwillende afwachtende
houding aannemen ten opzichte van hun ge
voelens, die zich wel langzaam, maar toch
voor tgaa n, botoren
Onder onze leiding moet men de bevolking
zelfstandig haar bedrijven laten uitoefenen;
geen ingry-pen onzerzijds, doch slechts steun en
voorlichting; zoo zal b.v. de tegenwoordig in
Atjeh geplaatst© adviseur voor lund-bouw zich
moeten bepalen tot het geven van raad, maar
zelfs de zachte dw^ng vermijden. Op eigen aan
gelegde demonstratievelden kan hy de bevol
king de resultaten van zyn methoden en ad
viezen doen zien. Noodzakelijk zal het zyn om
hem een waterbouwkundige toe te voegen om
de bevolking te helpen by hetgeen door een
goede bevloeiing moet worden gedaan, want
haar vroegere irrigatie-stelsel heeft veel gele
den door onzen aanleg van den tram, van dij
ken en opgehoogde wegen.
Aanbevolen wordt t© streven naar grooter
stabiliteit onder de bc6turnde ambtenaren en
officierenlierlliaalde wisseling van personen,
brengt de bevolking van do wijs en is een be
letsel voor hot verkrygen van een grondige
kennis van de te besturen streek.
Daar de bestuurstaak op Atjeh meer inspan
ning, toewijding en bekwaamheid vordert dan
elders zou het verstandig zijn de landsdienaren
tevens moer aan hun taak te binden door rui
mer belooning of bevordering bij keuzo (een
omstandigheid waarop ik ook reeds eens de
aandacht vestigde in liet nummer van dit blad
van 13Januari 1909.)
Op de Oostkust was- de toestand even gun
stig als in Groot Atjeh; alles is daar rustig en
er zijn geen bijzondere maatregelen meer noo
dig om orde eu rust te verzekeren; een rijke
petroleum-industrie en meerdere landelijke on
dernemingendie veel voor de toekomst doen
hopen, bevorderen in ruime mat© het econo
misch leven; een zeer groot aantal Atjehers
verdient daar een ruim loon.
Op de Westkust waren dé onderafdeelingen
Tjalang en Tapa Toean mede geheel rustig; al
leen het daar tusschen liggende Meuiaboeh
blijft veel zorg baren. Ik moet hierbij aantee-
kenon, dat het aantal uitgewekenen, dat terug
komt om zich weder rustig te vestigen in d©
laatste maanden opvallend toeneemt.
Als oorzaak van liet nog voortdurende ver
zet wordt de invloed der geestelijken genoemd,
die <l«oi het predikeu en voortzetten van de hei
ligen oorlog hun invloed en inkomsten vermeer
deren, houdt de oorlog op, dan is liet met hun
bijzondere positie eveneens gedaan.
Van waarde is de aan teekeming in het ver
slag, dat onze troepen mot gematigdheid en
met strikte eerbiediging van den eigendom te
werk gaan. Overigens is do militaire actie hin
derlijk voor de goedgezinde bevolking, maar
toch moet hij met kracht worden voortgezet.
De heer Liefrinck zegt: ,,Door de actie is veel
nadeel aan de verzotpartij toegebracht; haar
voornaamst© touugkoe's vielon in den strijd."
Dit laatst© a governo van den medewerker van
lief Vaderland.
Wel kwamen er weer nieuwe teunkoe's maat
deze hel>l>eii op lange na niet den invloed der
oude teungkoe's. De meest© benden zijn sterk
achteruitgegaan in getalsterkte en aanzien.
Daar volgens de begrippen der bevolking do
benden strijden voor hun geloof en hun vader
land, kan men hen, die torugkeeren en ziöli
voortaan rustig willen vestigen niet als gewone
misdadigers aanmerken.
De hoer Liefrinck spreekt dan ook de inee-
ning uit, dat men de kwaadwilligen, die zich
onderwerpen, met welwillendheid moet ontvan
gen en in de gelegenheid moet stellen voorloo-
pig in hun onderhoud t voorzien. Hij gaat ton
dezo dus geheel aoooord met do door den to-
genwoordigen gouverneur gevolgde wijze van
handelen
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Op voorstel van dien heer Van Vlijmen
is besloten Vrijdag de werkzaamhede-a der
Kamer te doen eindigen, na afdoening der
suppletoire waterstaats begrootte g betreffen-
dle die stalarisnegoling voor directeuren en.
commiezen bij post en telegrafie.
Bij het Vrijdag voortgezet <M>at over
dieze rtegel'telg beval die heer Van Vliet
aanneming daarvan aan. Sprieker bepleitte
voorts verbetering im dén ongunstigen toe
stand, waarin naar die thans aanhangige
rlageliug de dinecteunen, die vroeger com-
mnes bij die telegrafie waren on het po©t-
©xamen bobben afgelegd, zullen blij vein
verkieeren.
D© heer Ivetlelaar drong bij dbn mi
nister aan op grondige reorganiisatile van
dien post- en telegraafdienst. Thainfe wordt
er in 't geheel geen vereenvou diging gie-
bracht; integendeel zijn steeds categorieën
van personeel uitgebreid. Noodig is dlat die
zaak geheel opulieuw georganiseerd wordt
dan zal de minister zieker stleumi en instem
ming bij die Kamer vi'ndten bij dezen geheel
nieuwten opbouw van het personeel', 't Moge
moeieïijk zijn, maar mogelijk is het zek'or.
Bij dien opbouw hleeft, mien nfiet mot cleu
stand van die pérsomtein te malden, maar al
leen op bun bekwaamheid te lettlenWat
die actie aangaat tusschen d|e kHerkien eu
commiezen gevoerd oordeelde sprlékler, dat
de Klerklehbond die actie heeft gevoerd op
geen goed© wijze en daardoor hun zaak mieer
benadeeld dan bevootdleeld heeft Tegenfovei
dieai heer Helsdimgen merkt© sprieker op,
dat liet salaris, dat bij deze suppïdtoire aan
die comnniiezen: wordt toegekend, volsbteldt
niet te lioog is. 't Gaat dus niét aan, oim-
dat thans nfiet tevens het klerken"saTaris
wordt herzien, zich tegen: het wëtsoinltw'erp
to vterkilartenSpreker hierin nor de er aan,
da*t hij dikwijls op lotsverbetering voor1 die
klerken aandrong, miaar bun zaak is thians
niet aan die ordb. Sprieker beplbi'tt© ©e'n
jaa/rlijksch© toelage van f 600 voor suram
in ©Tarrs onl besebikbaarstellinig vam nteeir
klancoren dbr 7dfo klasse voor het beheer
der klerken.
De lieer Roessingh hoopte ook dat
die minister 't niet bij de thans voorgedra
gen regeling zal laten, maar eiem grondige
reorganisatie zal' ter hand n'emienToieklen-
iiiiing van siallaris aan surminiaraii^s is een
aangelegenheid, welike slechts bij die reor
ganisatie kan wotrdbn beslist. Wannleer spr.
wast bij dlern Minister ebn gunstig onthaal
te zulten ontvangen, zou hij voorstellen,
aan. het aanhangige wetsomtyörp terugwer
kende kracht te geven.
De hieefr T y d m a n vroeg inlichtte g©n
omtrent die voorgestelde verlaging vani het
maximum-salaris van dten directeur van
het Ilaagscliie postkantoor van f 5000 tot
f 4500. De tegenwoordige functionaris heeft
volgens zij.n aanstelling, rlecht op een. op
klimming tot f5000 en onbillijk zou 't dus
zijn, hiöm in salaris te dioon achteruitgaan
De heer Van Doorn was teleurge
steld, dat de minister zich schijnt te willen
afniaklen van een flinke reorganisatie vaftii
het korps.
Spieker ontraadde het geven, vaan torug-
wierkiendle kracht aan de thans aanhangige
salaris regeling. Voor die toekomst zou dit
een bedenkelijk antecodlenlt oplfeverten
De lueer S an n g e verdedigde liet
voorgedragen wetsontwerp, waarnaar d©
commiezen en directeuren reeds eenige ja
ren uitzien. Volgaarne verklaarde spreker,
zie h bereid mede te wérken om d'en coini-
miiesriang zonieter verzwaring van dJe eiscben
open te stellieai voor Mérkten., dlie dlaartoe
voldoende on twikkeld zijn,. Tegen het geven1
v,an terugwerkende kracht aan het ontwerp
bijv. tot 1 Juli, zooals blijkbaar de Weer
Bogaardt bedoel de, zou spr. geen bezwaar
heb ben
De Min. van, Waterstaat, uit
voerig de geschiedenis van het aanhangige
vraagstuk dier sailarisregel'inig van commile-
zenl en directe uren bij post en telegrafie
nagaand©, sitblde in bet licht, dat hij het
wetsontwerp van zij.n voorganger niet on
gewijzigd kon handhaven, maar da> fiuian-
cieele strekking daarvan moest inikximpen.
Minister Bevetrs had zieh doen inlichten
door bij de zoakt bellang hebbenden derge
lijke adviezen moeten ecihiter binnen zdkler©
grenzen worden. gehouden. Hulde brengende
aan den arbeid, door d'irecteuiten en oo.m-
mlozen, bier te land© gepraesteerd, oordteel-
d? de minister toch, dat de thans bij het
gewijzigd ontwerp voorgedragen salarisre
geling alleszins bevredigend is te noemsem.
Wanneer m;en bij deze gelegenheid tevens
voor atn.dierie categorieën vairf. het personeel
had willen zorgen, zou dit dte kosten, heb
ben. opgevoerd tot m'eer dan een millioen.
De quaestie der bezoldiging der surnume
rairs moet wachten tot een algeheele reor
ganisatie. De bezoldiging der directeuren en
commiezen behoefde daarop niet te wach
ten, omdat, hunne organisatie geregeld is.
Zij ontvangen thans niet meer dan in 1905
voor andere categorieën is uitgegeven. De
periodieke vorhoogingen worden gegeven bij
voldoende geschiktheid en dienstijver. Een
goede prikkel voor dienstijver is beslist noo
dig. Natuurlijk dat bij eene voorbijgaande
ongeschiktheid de periodieke verhooging
alsnog gegeven kan worden. Een geschikt
ambtenaar bijvoorbeeld heeft een blauwtje
geloopen en ziet het beeld van haar in al
zijn poststukkenHij werkt een dag of veer-
ttien slecht, maar herstelt dat weer; zoo
iemand onthoudt men dan zijne verhooging
niet. Onjuist is het dat er ambtenaren zijn,
die bij de nieuwe classificatie achteruit
gaan. Is de protégé van den heer Tydeman,
de postdirecteur van 's Gravenhage, een
unicum, dan wil de minister, zonder eenige
toezegging te doen, dit nog wel eens nagaan.
Wat de terugwerkende kracht aangaat,
verklaart de minister dat daarvan geen
sprak© kan zijn. Er zijn vete
takken van dienst in het post- en telegraaf-
bedrijf, welke opgedragen kunnen worden
aan personen met geringe ontwikkeling.. Er
zijn wel commiezen die klerkendienst kun
nen verrichten, maar omgekeerd is dit niet
het geval. De klerken doen commiezendienst
ter rouleering van dienst en ter practische
opleiding. De houding door de klerken aan
genomen is den minister zeer onsympathiek.
Het beoogt niet anders dan om zonder
examen commies te worden en daaraan zal
de Minister nooit toegeven.
Aan de klerken is gelegenheid gegeven om
op gemakkelijke wijze examen voor aspi
rant-commies te doeu, en willen zij dat doen
dan moeten zij zich eenige opoffering ge
troosten. Ook wijst de minister er nog op
d A er onder de 1300 klerken oen massa zijn
die niet in het commiezenkorps thuis belmo
ren en die blij mogen ziin dat zij f 700 ver
dienen. Een ander middel dan examen om
de bekwaamheid te beoordeelen is er nu oen-
maal niot. De wetenschappelijke ontwikke
ling kan niet geheel op zij worden gezet.
De belangen en de grieven van de klerken
zal de minister niet uit liet oog verliezen,
evenmin als die van andere ambtenaren
maar de minister zal hun niot welgezind
kunnen zijn wanneer zij blijven aandringen
op samensmelting van de commiezen met d©
klerken. Aan dien eisch zal de minister
nooit toegeven. Dat zou eene zwakheid zijn
welke van hom met te wachten is. Het ware
klinklare onzin in conunercieelen en wiskun
digen zin om de commiezen te willen in
krimpen en daartoe te willen komen door
bij do 600 commiezen nog 1300 klerken t©
voogon
Met alle gerustheid kan de minister d©
Kamer de aannaming van dit wetsontwerp
aanbevelen.
Na replieken wend dte al gemeente beraad
slaging gesloten eai het Wetsontwerp zonder
stemming aangtenomtert.
De vergadering wordt verdaagd tot nadere
bijeenroeping.
Berichten.
Kwartgu lden v*©r©©n.iging
voor Heide-ontginning. Dinsdag
middag werd te 's Gravenhage als alge
meen© vergadering van die Kw-artguLdenvetr-
©en.ig.Lng voor Heklie-ontginaling gehouden,
geleid door jhr. Hora Siceama van. de Hark
stede, eerevoorzitter en waanniemenid direc
teur van den Oranjeboud van Orde.
j Uit het jaarverslag bleek, dat die ont-
vangsten dit jaar f 5688.10J bedroegen en
het liedeinlhal 9510 was.
De voorzitter deed eenige mededeelingen
1 ovier d»& verschillende ontginningen en stond
oenigen tijd stil bij die ontginning van het
Drouwiener Zand iu Drenthe. Hot vastleg
gen van dit stuifzand bewijst groote dien
sten aan de ocwonendte boeren, waarvan de
akkers nu voor onderstuiven beveiligd wor-
tten.
D© voorzitter eindigde met eene opwek
king om genoemde vereeniging te steunen
door zich als Bd aan te melden. Contributie
één of meer kwartjes.
*-Tijdelijke ambtenaren
der Rijksverzekeringsba nk.
Het bestuur der Vereeniging van tijdelijke
ambtenaren bij de Rijksverzekeringsbank
verzoekt het volgende te willen plaatsen.
Het is reeds meer dan eens voorgekomen,
dat een ontslagen, tijdelijk ambtenaar bij
sollicitatie naar eene particuliere betrekking,
duidelijk kon bemerken, dat de werkgever
den sollicita/niL niet erg genegen was, om
datdoze van de Rijksverzekeringsbank
kwam 1
't Is waar, er is bij d© beschouwing dier
inrichting wel eens wat al t© veel gegenera
liseerd, waardoor de publieke opinie zich
vierkant verzette tegen, alles, wat in betrek
king stond tot de Rijksverzekeringsbank.
Men berekend© bij het generaliseeren.
niet, welke gevolgen zulk een wijze van
doen na zich kan sleepen, vooraf voor hen,
die het slachtoffer zijn geworden van de
reorganisatie aan de Bank.
De voor dezen toch zoo pijnlijke gedacht©
heeft bij vele patroons postgevat: Wat- van
de Rijksverzekeringsbank kom'l, deugt niet.
't Is reeds voorgekomen, dat oen lid van
eene firma tot een nog aan de R. V. B.
werkzaam zijnde sollicitant zeide: ,,lk
zou niet gaarne aan mijne collega's vertel
len, da* u van de Rijksverzekeringsbank
komt'
Commentaar zeer overbodig 1
De werkgevers bedenken toch wel, dat d©
tijdelijke ambtenaren, voor zooveel ontsla
gen, hun ontslag niet kregen, omdat zij
niet bruikbaar waren, doch omdat zij, als
gevolg van de verec- voudigde administratie,
overcompleet waren.
Zeker is het., dat het grootst© deel der
tijdelijke ambtenaren, zoo niet allen, hunne
adimmi strati eve opleiding niet hebben geno
ten in de ambtenaarswereld en diat de smet,
dje, 't zij wel of niet verdiend, op de amb
tenaren wordt geworpenzeker niet het
corps „tijdelijken" der R. V. B. mag wor
den aangewreven.
't Is daarom te hopen, dat bij sollicita
ties van ontslagen tijdelijke ambtenaren der
R. V. B. d© werkgevers, vóór zij een oor
deel vellen, informntiën inwinnen bij de g&-
zaghebbenden der genoemde bank en zullen
zij met name bij den secretaris-generaal,
den H.E.G. heer P. J. Kaaymakers, ten
alle tijde een goed göhoor vinden.
Volkszang! Aan d© Direc
teuren en Besturen van meer den 900 Ge
mengde Zang-vereenigingen in den lande is
door do 11. H. Veldkamp en De Boer het
verzoek gericht om het frissclie schoollied
af en toe uit te voeren.
Zij meenen, dat de zangvereenigingen in
Noderlaud de .groote zoowel als de klei
nere ©en nationale taak te vervullen
hebbenden Volkszang 1© bevorderen.
Do sdhoolLioderc-n met hun bevatte-lijken
tekst zullen, onder goed© leiding uitge
voerd, stellig inslaan bij het- publaok.
De school en de zangvereenigingen, d©
laatste niet het minst, kunnen zorgen, dat
er e&n repetoiro van liederen komt, dat
goed gekend en mooie gezongen een bol
werk wordt tegen banalen straatzang.
Ter bovordering van diit nationaal stre
ven is bij de Firma P. Noordhoff versche
nen een vierstemmige zetting van ©en 40-
tal schoolliederen. waaronder oo-k koren
van D. d© Lange, It. Hol, Fr. Coenen. Ar
nold Spoel, J. J. Viotta en W. F. G. Nico-
laï, onder den titel
„Kun je nog zingen, zing dan mee!"
Do vierstemmige bewerking is van den.
heer P. Jonker, die ook do pianobegeleiding
schreef van den -bekenden zangbundel
„Kun je nog zingen, zing dan mee!"
Mogen reeds dezen winter vel© zangge-
zGlsëhappon die nationale taak met geestdrift
aanvaarden in het belang van den Nedcr-
landschen Volkszang
Terpen iu Friesland Door
de administratie der vermogensbelasting
worden de vluchtheuvels der oude Friezen,
de z.g. terpen in aanmerking gebracht als
bezit bij de vaststelling 'van den aanslag.
De waarde dezer hoogten is vrij aanzienlijk,
toch is liet feitelijk <loodliggend kapitaal,
daar d© huurprijs met zooveel liooger is dan
vau ander uituemend land. Het gevolg van
dezen maatregel is, dat de eigenaren der
terpen deze in allerijl gaan verkoopen, ten
einde de waard© van den bovengrond ren-
tegevend te kunnen beleggen.
Zoo werd Maandag verkocht de terp
„Groot Tolsum" nabij Tzum, ter grootte
van 8.6 pondemaat (een p.m. is 36J are)
welke f 21.508.60 heeft opgebracht.
De kooper moet alles op een vastgesteld
peil binnen een bepaalden tijd afgraven,
waarna de ondergrond weder ter beschik
king komt van den oorspronkelijken eige
naar.
De uiterst vruchtbare aarde wordt naar
elders vervoerd ter bemesting.
Leeuw. Ct.
Een oud© burcht ge
sloopt. Te Dalen (Dr.) zal ©en oud©
burcht, die huize Kynwn©Ll, gesloopt worden.
Het gebouw was door dien ©Lgeniaar voor af
braak verkocht, ofschoon do muren nog
becht zijn,.
Om zijn antiek uiterlijk trok deze burcht
jaarlijks veel bezoek. Aldus verdwijnt we»
der een van di© oud©, historisch© gebouwen,
waarvan in Dretnte nog slechts zoo weinig©
zijn overgebleven.
Terug van de Hudson-
Fulton feesten. Een medewerker
van de Tel. heeft een onderhoud gehad
met den Nederlandschen regeeringsverte-gen-
woordiger bij de II ud'sori - F u lton-feesten
den lieer J T. Cremer, die, naar wij meld
den, Zondagmorgen op zijn landgoed Duin
en Kruidberg te Santpoort is teruggekeerd.
De heer Cremer was hoogst ingenomen,
met de ontvangst, welke hem in zijn quali-
te:t van regeeringsvertegenwoorddger was
ten deel gevallen.
„Vooral do ontvangst in liet Opernihaus",
zed de heer Cremer, „was voor ons, Neder-
lcndsche gasten, 'n praohtmomentl Alles in
't fraaie gebouw was met de rood-wit-blauw©
kleuren versierd. En acihter ons, op 't too-
neel, stond een vaandrig met de Holland
se l.e vlag.
Toen heb ik er op gewezen, dat het onze
republiek der Vereeuigde Nederlanden was,
zelf in het bezit van liet roemrucht verle
den van een onafhankelijkhcidskrijg, die 't
eerst de vlag der zich onafhankelijk gestre
den groote Noord-Amerikaansche republiek,
van. het fort Oranje, op St. Eustatius, had
gesal eerd.
De vlag van het vrij© Amerika, vervolgde
ik, werd voor 't eerst gesalueerd door d©
vlag, die bij d.-e feestversiering uw© vlag
is 1"
De president van het feestcomité, d© waar
dige, charmant© grijsaard, generaal Wood-
forJ, kwam daarop naar 'mij toe, drukt© mij
de hand.
Op hetzelfde oogenblik boog de vaandrig,
op den achtergrond, met het rood-wit-bïauwe
dundoek en ontlokte daardoor oen enthou
siast- manifestatie, <lie niet t© beschrijven is
„Dat was voor ons kleine volk", vulde
de heer Cremer met warmt© aan, „n heer
lijk oogenblik."
Ook toen de burgemeester Van Leeuwen
de hulde van oud-Amstendam aan Nieuw-
Amsterdam overbracht, was de geestdrift
enorm
Zoowel op de speech van den heer Van
Leeuwen als op de mijn© volgde het spelen
onzer nationale liederen, iets wat na de
redevoeringen -der vertegenwoordigers der
andere landen niet het geval was.
„Begrijp mij goed", zei de heer Cremer,
„het ligt allerminst in mijn bedoeling, te
beweren, dat het nalaten ervan 'n gobrek
aan attentie tegenover de andere landen be-
teekonde, maar wel het doen uitkomen van
het feit, dat d e feestviering ook ónze feest
viering was.
Zóó was ook in de stad.
De straten, die wij doorliepen, vertoon
den evenzoovele Nederlandsche vlaggen als
Amerikaansche. We zeiden 't ook aan 'n ons
aangeboden feestmaal in de Hollandsche
club: we voelden ons t'huiel"
„Maakten wij, mot ons één© oorlogsschip,
niet 'n ietwail pooveren indruk?'' vroeg d©
verslaggever.
„Neen! De „Utrecht" had do eereplaats,
vla!: voor de officioele tribune, c-n tien wij
een bezoek i.an ons eigen oorlogsschip wil
den brengen, lag 't heel gemoedelijk in 't
dol: der Amermaansche marine."
Met beslistheid kwam do heer Cremer op
tegen de bewering, als zouden onze Jantjes
bij d^ parade een minder gunstigen indruk
hebben gemaakt.
„Met den heer Van Leeuwen op de tri
bune waren wij er aanvankelijk een beotj©
banr voor, vooral om 't gertal.
De Engolsohen kwamen met 'n enorm©
mass zeevo-lktoen <1© Duitsehers, ook 'n
flink aantal, en in den paradepashierop
volgden de Franschen, en op hen onze
Jantjes.
Ronduit gezegd het viel ons me©, ook
in de verhouding tot het andere scheeps
volk.
Wat het aantal betreft, waren onze zeelui
ver in d© meerderheid bij de Italianen.