S\ 133, S"e Jam ganx. Vrijdag 29 October 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. DE WISKOTTENS. OORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post1.110. Afzonder; ijle nummers0.03. Deze Courp.nt veraohjjnt dagelyks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmedeóeelingen enz., gelieve men vóór 11 urn 's morgens bjj de Uitgeven in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. lntercornm. Telephoonnummer 66. PRUS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents big vooruitbetaling. Groote letters naar plaateruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Bec circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra*» toegezonden. Kennisgevingen. Do Burgemeester en Wethouders van Amers foort, Celet op arte. 6 en 7 der Hinderwet, Brengen ter kennis van het publiek, dat een door J. D. van den lloorn, alhier, ingediend verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het uitbreiden van zijne bakkerij door het plaatsen van een kanaaloven. in het perceel, alhier gele gen aan de Lavendelstraat no. 3. bij het kadas ter bekend onder Sectie E. no. 3737, op de Secre tarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Don derdag, den 11 November aanstaande, des voor- middags te half elf uren gelegenheid ten Raad- huize wordt gegeven om, ten overstaan van het Gemeentebestuur of van een of meer zijner leden, bezwaren tegen het oprichten van de in richting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le Kd der Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru dentie, alleen zij gerechtigd, die overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeentebe stuur of één of meer zijner leden zijïr versche nen. teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. .Amersfoort, den 28. October 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, J. G. STENFERT KR-OESE. WUIJTLBRS. Politiek Overzicht Dreigende niinistercrisis in België. Uit de berichten der laatste dagen om trent de beraadslagingen in de Belgische Kamer gehouden is gebleken, dat het con flict inzake het militaire vraagstuk zich aan merkelijk beeft verscherpt, zoodat de orga nen der openbare meaning thans openlijk verkondigen, dat de crisis werkelijk begon nen is. La/ten wij den oorsprong daarvan nog eens in het kort nagaan. Men wieet hoe sinds maanden het ontwerp inzake heft militaire vraagstuk aan de orde is. In November 1908 belaft de minister van oorlog, generaal Hellebaut, in de Kamer verklaard, dat de ondervinding, opgedaan met de militiewot van 1902 onfortuinlijk was geweest, en dat het. effectief van hert. leger, zoowel in tijd van vrede als van oor log, verre er van was het vereisebte cijfer te bereiken. En hij hield dientengevolge eene lofrede op den algemeenen persoonlijken dienstplicht, waarmede hij den bijval ver wierf der linkerzijde, welke reeds lang voor dit stelsel was gewonnen. Als antwoord hier op heeft de groote meerderheid der rechter - zijdle, als altijd gehecht aan het vrijwiiLli- geirschap, levendig tegen de voorstellen van den minister geprotesteerd. Zelfs na de par lementaire enquête die de conclusies van mi nister Hellebaut bevestigde, bleef ze onver murwbaar. Minister Scbollaert, voorzitter van den ministerraad, trachtte als toen een vergelijk tot stand te brengenéén zoon per gezin werd tot den dienstplicht aange wezen. Toen de Kamer in de afdeeLimgen bijeenkwam, werd dilt nieuwe itegeerings- voorstel verworpen en werd een aantal amen dementen ingediend, waardoor de toestand nog ingewikkelder werd gemaakt. De regeering had gerekend op eernige Ical- m-eering tij diens de vac an ties en vooral op de feesten der katholieken. Want bet mili taire vraagstuk in België is een vraagstuk waarbij die befaamde, in zeker klein land aan de Noordzee warm gekoesterde, antithe se, ook bij onze zuidelijke naburen anders nog al eens gefrequenteerd, in hét niet ver zwond. Het gold hier, wij hebben dit destijds reeds iu een artikel over België's politieken toestand uiteengozet een dier wetsvoorstellen, waarbij een andere schei dingslijn in het spel was en fracties uit de linker- en de rechterzijde gezamenlijk kon den optrekken, hetgeen dan ook is geschied. In de gelederen dier katholieken beerschte vooral de verdeeldheid. Daarom hoopte men dat de Katholieke feesten, dit jaar gehouden, een verzoening zouden tot stand brengen. IJdele hoop. Het conflict busscben de z.g. oude en jonge rechterzijden heeft zich nog verscherpt en de polemiek is gestegen tot een toon van ongehoorde bit terheid. Op het congres te Mee hellen heeft de afgevaardigde Woeste, de leider der oude rechterzijde, den val van het ministerie voor speld. Eenige diagen later heeft hij in de Revue Generale een oorlogsverklaring aan d© Katholieke democraten gericht. Én in een Dinsdag gehouden Kamerredevoering heeft hij formeel zijn vertrouwen ont zegd aan liet ministerie, dat Hij te veel aan den invloed der Katholieke democraten, on derworpen acht. Zijne redevoering, koud, gematigd, doch vast besloten heeft grooten indruk gemaakt. De crisis is thans slechts nog een kwestie van tijd. De situatie is volkomen zuiver om lijnd. De echte conservatieven willen het mi- nisterieele ontwerp niet zooals het daar ligt, omdat het in hunne oogen een bedreiging n et zich brengt van mogelijke vergrooting van het contingent en der militaire lasten. De regeering wensebt zich niet te vereeni gen niet de amendementen van de centrale sectie ui<t de Kamer, vooral niet die welke een jaarlijks wederkeérendë vaststelling van het contingent beoogen, omdat deze amen dementen dien geest van het wetsontwerp vertroebelenEn ten slotte wildle de linker zijde geen andere oplossing dam dien alge meenen persoonlijken dienstplicht. Ondier deze omstandigheden was bet duidelijk dat het kabinet Schoilaerb een échec tegemoet ging. De president vam dien ministerraad scheen het te voorzien, toen hij Zondag j.l. te Leuven de volgende woorden sprak vol van bitterheid „Twee jaar ben ik met de algemeen e leiding van 's lands zaken belast geweest. Geloof mij dat ik er volstrekt geen bekoring in lieb gevonden. Sedert twee jar ren heb ik niet anders dan worsteling ge kend. Ware dit slechts de worsteling tegen den vijand die u met open vizier aantast, dan zou het niets zijn. Maar stompen in dein rug te ontvangen, waarover men zelfs niet spreken lean, ziedaar wat vooral liord en pijnlijk is." Welke de uitslag zal zijn van deze crisis, die thans onvetrmijdieTij'k geworden is, its moeilijk te voorspellen. Men oppert aller lei mogelijkheden, doch de constellatie der politieke j r-tijen ten opzichte van kabinets vorming is zoo ingewikkeld, dat liet maar beter is zich niet aan voorspellingen te wa- Betgië. Brussel, 280c t. In het wetsontwerp bevattende hervormingen in den Congostaat, stelt de minister van Kol. voor den Congo voor de vrije handel open te stellen in drie stadia, elk van een jaar, het eerste begin nende 1 Juli 1910. België zal voor zich 600,000 vierkante hectaren reserveereu. In de rede in de Belgische Kamer door den minister van Staat Woeste, den leider der conservatieve rechter-fractie gehouden, heeft Woeste betoogd lo. Dat naast generaal Hellebant de mi nister van spoorwegen mede verantwoorde lijk is voor den huidigen toestand; 2o. dat het land geen verhoogiug van effectieven wil, vooral niet in de verhou ding als men wil instellen en die eene jaar- lijksche lichting van 20.000 man zou kun nen aanvoeren; 3o. dat het oorlogseffectief niet heeft op gehouden te klimmen sedert 1900 en dat, als de wet van 1902 al hare uitwerksels zal bereikt hebben, het cijfer van 180.000 zal verkregen worden 4o. dat de tekorten in het vredeseffectief voortkomen uit de verschillende wijze van berekening der gewone verloven 5o. dat de vermindering van diensttijd niet de vermindering van manschappen zal vergoeden, aangezien die vermindering slechts onaanzienlijk kan zijn. Aan dit resumé voegt het ,,H. v. A." de volgende opmerking toe De indruk der redevoering van Woeste is groot gedweest. Zij had ook iets droevigs, omdat men de groote inspanning van den redenaar gevoelde om zijn plicht te vervul len, daar hij een bevriend ministerie be- kampte, plicht, die hem nog pijnlijker was door zijn eigen ondragelijk lichamelijk lij den. Frankrijk. P a r ij s, 2 8 Oct. De Kamer behan delde heden de kiesrechthervorming. Minis ter Biiand verklaarde dat hij om redenen van politieken aard op het oogenblik niet ge loofde verandering te moeten brengen in de wijze van raadplegen van het land. De mi- ninister ontkende niet, dat er een beweging gaande is in het land ten gunste van her vorming, doch vreesde dat de kiezers niet in staat zullen zijn het nieuwe kiesstelseil te begrijpen. De meerderheid mag niet ver dwijnen tengevolge van het mechanisme van een ontijdige hervorming. Briand consta teerde, dat op het oogenblik de Kamer zelf niet bereid is de hervorming goed te keu ren en hij drukte ten slotte do republikei nen van de uiterste linkerzijde op het hart zich niet te laten verleiden tot compromit toerende coalities. P a r ij s, 2 8 Oct. De Staatscourant bevat de benoeming van Mayna, vice-consul te Amsterdam tot consul te Bahia; van De- livio, consul-generaal te Amsterdam tot idem te Rotterdam; en van Menant, vice-consul te Honoloeloe tot vice consul te Amsterdam. Engelanf. Londen, 28 Oct. De afgevaardigde Renwick stelde aan minister McKenna de vraag, of het waar was, dat enkele teeke- niugen, niet voor openbaarmaking bestemd, die ten gebruike waren gegeven aan contrac tanten voor den bouw van een der jongste eersteklas oorloggschepen en die thans we der in het bezit van de Admiraliteit moes ten zijn, verdwenen zijn. Minister McKenna gaf een bevestigend antwoord. Het schip is echter sedert eeni- gen tijd in dienst gesteld en de teekeningen hebben derhalve veel van hare waarde ver loren. Nader is gebleken, dat het bedoelde schip de „Indomitable" is. Londen, 2 8 O e t. Bij de verkiezingen in het Londensche district Bermondsey, ter vervanging van een overleden liberaal lid, is Dumpbreys, de unionist, verkozen met 4278 stemmen. Hughes, de liberaal, kreeg 3291 stemmen en Salter, de socialist, 1435. Londen, 28 Oct. Terwijl heden de stemming plaats had voor de verkiezing van een lid van het Lagerhuis, voor het district Bermondsey, werden op twee stembureaus door vrouwen pogingen in het werk gesteld om de stembiljetten te bederven, door inkt potten boven de lessenaars te ledigen. Deze potten bleken een bijtend vocht in te hou den. De voorzitter van een der stembureaus bekwam spatten in het gezicht en moest in het ziekenhuis worden opgenomen. Een der vrouwen is gearresteerd. Spanje. De verdaging der Cortes heet to zijn ge schied omdat dje regeering geen geaadegift van de conservatieve meerderheid wil aan- Generaal Weyler is door koning Al- fons tot opperbevelhebber in de Spaansche provincie Catalonië benoemd. Of deze keu ze gelukkig is te noemen, zal de toekomst moeten uitwijzen. Weylers antecedenten beloven echter niet al te veel. Hij werd ge durende den Spaansch-Amerikaanschen oorlog voorafging, naar het eiland ge stuurd om de revolutie te onderdrukken. Hij leed er echter jammerlijk fiasco, on danks de ongehoorde wreedheid, waarmede hij jegens de Cubaanscbe bevolking op trad en die hem den bijnaam verschafte van „de beul van Cuba Madrid, 29 Oct. De genneenteraads- evrkiezingen in het land zijn bepaald op 12 December. De Senator Sol y Ortega heeft aan de re geering verzocht de door den krijgsraad in Barcelona uitgesproken nieuwe doodvonnis sen niet te bekrachtigen. De regeeriing heeft geantwoord bevel te hebben gegeven, diat geen doodvonnis mag wordien voltrokken, vorr ze opgrond van d'ö processtukken hare goedkeuring eraan beeft gehecht. De Humanité bevat dea tekst van het testament van Ferïer. Het begint aldusIk teeken voor alles boo krachtig mogelijk verzet aan tegen de onverwachte straf, die men mij heeft opge legd, en verklaar overtuigd te zijn, dat mijn onschuld binnen zeer korten tijd openlijk erkend zal worden. Ik wenseh, dat men bij geenerlei gele genheid, noch binnenkort noch later om welke riedien ook, bij mijn stoffelijk over schot- betoogingen van politieken of gods- dienstigen aard zal houden, naardien de tijd dien men gebruikt, om zich met doo- dlern bezig te houden beter besteedt wordt aan de verbetering van den toestand, waar in d levenden verkeeren, die daaraan mee- rendeels groote behoeften hebben. Wat mijn stoffelijk overschot betreft, be treur ik, dat er geen lij koven hier ter stede bestaat, zooals te Milaan, Parijs en zoovele andero steden, want ik zotf verlangd heb ben dat het verbrand werd en zou dan de hoop uitgesproken hebben, dat binnen niet te langen tijd de kerkhoven in liet belang van de openbare gezondheid verdwenen en v-ervangen werden door lijkovens of door andere inrichtingen, waarin men nog beter lijken snel zal kunnen vernietigen. Ik wensoh ook, dat mijn vrienden weinig of niet over mij spreken, omflat men afgoden schept wanneer menmenscben verheft, wat voor de toekomst van het menschdom een groot ngeluk is .Do daden enkel, onver schillig van wie zij uitgaan, moeten be schouwd, verheerlijkt of verguist worden laat men ze prijzen om ze na te volgen wanneer zij aan het algemeen belang dien stig schijnenlaat men ze hekelen, opdat zij zich niet herhalen, indien men ze scha delijk voor het algemee nwelzijn acht." Ferrer heeft aan een vertrouwd vriend lastgevingen en de noodige middelen ach tergelaten, om zijn on,der wijs werk en de uitgaven van de Moderne School voort te zetten. Spanje in Marekko. Madrid, 29 Oct. Onder reserve wordt medegedeeld, dat de ministerraad een aanstaande beëindiging der krijgsverrichtin gen van Melilla en het sluiten van vrede onder de oogen heeft gezien. De regeering gelooft, dat de stappen der gedelegeerden van den Sultan bij de stammen een. krach tige uitwerking zullen hebben. De Staatscou rant bevat een besluit, waarbij 68 millioen peseta's worden toegestaan voor de kosten van den veldtocht van Melilla. Madrid, 28 Oct. De heden avond gehouden ministerraad hield zich uitslui tend bezig met de krijgsverrichtingen in Marokko, en 'besloot dat de militaire opera- tiën, welke nog ter uitvoering overblijven om het veldtochtsplan tot een einde te bren gen, zullen worden ondernomen zoodra de toestand der wegen troepenbewegingen zal mogelijk maken. De Spanjaarden maken de laatste weken weinig vorderingen in Marokko. Volgens een correspondentie uit Melilla aan de Times is dit. daaraan te wijten, dat de Spanjaarden de bergstreken, wier bezetting liet hoofd doel van den veldtocht moest zijn, vermij den, en zich er toe bepaald hebben, langs de kust van de Mar-Ckica, een ondiep meer, vooruit te rukken, waardoor een be slissende slag onmogelijk is geworden. Sedert de bezetting van Seloean zijn al de zwakke aanvallen van de Spanjaarden op de stellingen der Mooren in het gebergte* vruchteloos gebleven, weshalve zij in de telegrammen als verkenningstochten wor den aangeduid. De waarheid is, dat de be velhebber heeft ingezien, dat de veldtocht niet zonder grcot gevaar van de Spanjaar den zei ven in de bergen voortgezet kan wor den Daarom beproeft generaal Marina den veldtocht te rekken. Eerst heette het, dat men op het resultaat der bemoeiingen van het gezantschap van Moeley Hafid naar de Rif-stammen wilde wachten daarna gaf de verandering van ministerie een welkome reden voor 8e vertraging aan de hand, en thans moeten de onweders der laatste dagen en de vele zieken als verontschuldiging voor de werkeloosheid der Spaansche troepen dienen. Volgens den correspondent van de Times schijnt het evenwel tamelijk zeker, dat de Spanjaarden zich in de toekomst tot een verdedigende houding zullen bepalen, blokhuizen zullen oprichten en andere ver dedigingswerken aanleggen Later zal dan gezegd 'worden, dat het doel van den veld tocht daarmede bereikt is. Maar, dat zou slechts een praatje zijn want de thans door de Spanjaarden bezette punten zijn zoo slecht gekozen, dat een ©enigszins onder nemende vijand al de Spaansche troepen aan de Mar-Chica gemakkelijk van hun opera tie-basis zou kunnen afsnijden. 42 DOOR RUDOLF HERZOG. Men kwam overeen, dat de ommegang met de dames !s middags plaats zou "hebben En toen het middernacht sloeg, verklaarde juffrouw Wiskotten kalm: ,,Als nu niet ver trekt, wat niet in het huis hoort, draai ik de lampen uit." ,,D'r uit, Wilhelm; Haast je toch wat! We zijn hier in eene fatsoenlijke familie." De bruidegom had voor die spotternijen slechts een medielijdienidi lachje over. Hij logeerde de eerstvolgende weken bij Gus- tav. Hij wenschte zijne ouders goeden nacht en kuste eerbiedig zijne bruid de hand. De jongere Wiskottens drongen' op. „Is dat alles!" Wilhelm nam zijne broers met een min achtenden blik op en verwijderde zich, om zich bij Gustav en Emilie te voegen. „Wees maar stil, Mabel", troostten haar de achtcrbl ij venden, „wij zullen bet dade lijk wel 'beter doen." „Waag het eens!" dreigde het meisje en gleed vlug achter moeder Wiskotten heen bare kamer binnen. „Goeden nacht, vader", riep zo door hét sleutelgat. „Wel te rusten, dochtertje." „Goeden nacht, August, goeden nacht, roofridders. Droom van mij." „O, jou heks! Wacht, morgen!" Welluidend stierf een zilveren lachje weg. De oude Wiskotten en zijne zoons keken el kander aan. „Prachtmeisje", meesmuilde de oude „Dat zal verduiveld waar zijn", antwoord de August. „Hoor eens, August vloekt August Wiskottens gegroefd voorhoofd kleurde zich rood. „Wel te rusten1", zeule hij kortaf. „Ails we morgenmiddag vrij wil len zijn, zullen we ons morgenochtend drib bel moeten haasten. Ten geschenke krijgt ga geen van allen wat." „Hebben we je wat gevraagd, schoolmees ter?" Na een half uur heerschte er rust en vrede in het huis der oude Wiskottens. „Rook je nog oen sigaar?" vroeg Gristav Wiskotten, thuis gekomen, zijn gast. „Als Emilie er niets op tegen heeft?" „O, ga je gang, met) mij behoeft) geen rekening gehouden te worden. Ik ga onder wijl maar vast naar bed." „Maar een paar trekjes, Emilie", zeido Wilhelm en wenschte haar goeden nacht. „Ik ben ook doodmoe." Gustav kwam uit de kinderslaapkamer. Hij lachte. „Ze slapen als rozen. De jongen met de vuist tegen den neus en het meujo met de duimen ia den mond. Ik kom over vijf minuten ook, Emilie." De beide broeders liepen al rookend in de kamer op en neer. Een kwartier. Toen wierp Gustav zijn eiridlje sigaar ini het aschbakje. „Geef me nogmaals de hand, Wilhelm. Met je vrouw moet ik je van avond extra ge luk wenschen. Zie je, dat is het, wat den Wiskottens altijd ontbroken heeft. Frischl bloed van buitenaf. Eene vrouw, die leveni in de 'brouwerij brengt. Wij drogen anders op den duur te midden van de eeuwige fa- brieksstemming uit." „Ik wist, dat zij je bevallen zou." „Slaop wel." „Jij ook." Emilie was nog wakker, toen Gusta'v de slaapkamer binnen trad. „Je be'bt zeker een beetje met de lady gedweept „Ja, werkelijk, een lady, dat is ze. Bij alle charmante vroolijkbeid itoch altijd een dame." „Ze heeft ook niets anders te doen." „Charmant kan men zelfs met een half dozijn kinderen wezen." „Dat doelt zeker op mij! Niet iedereen kan manziek zijn." „Emilie! ik moet je verzoeken, je in; je uitdrukkingen een weinig te matigen. Deze bestendige hatelijkheid wordt je tot tweede natuur." „Ach kom, hou toch je imond. Jij bent reeds tot over alle 'twee je ooren verliefd op haar." „Op haar niet, maar op hare manieren." „Wat wil je dan eigenlijk nog van mij?" „Dat je je een weinig door haar aan laat steken. Goeie hemel, bij jouw jeugd kan het lachen en zingen je toch niet moeielij- ker vallen dan het mopperen en leelijk kij ken. Neem toch eens een aanloopje!" „Ik ben je zeker niet goed genoeg meer? Zeg het toch ronduit, dat ik je hinder. Da', je graag van mij af zoudt willen) zijn. Ik ga al. ik heb er ook genoeg van." Ze weende toornig in haar kussen. „Laat mij met rust!" stoof ze op, toen hij kalmeerend d© hand op liaar schouder legde. „Ik ben je Mabel niet, die zich door iedereen aan laat pakken. Je ciliartnantë en zoo fijn be schaafde Mabel!" Gustav Wiskotten trok de hand terug. Hij moest zich geweld aandoen, om tegenover deze belachelijke geraaktheid en gebelgdheid) kalm te blijven. En hij beproefde een droe vige scherts „Beschaving is niet altijd vooruitgang. Ze kan ook d'e ontwikkeling tegenhouden Die verdoemd© beschaving verhindert een mensch soms, een ander tot zijn eigen best wil eens flink af te ranselen." „Vergrijp je maar aan mij! Dan kan je tegenover je Mabol je nog als de arme man voordoen." „Verduiveld, nu heb ik er genoeg van „Ik heb er al lang genoeg van." En ze weende luid in haar kussen. Lang lag Gustav Wiskotten wakker. Aan! zijne zijde was het stil geworden. De duis ternis heerschte zoo volkomen in de kamer, dat ze.zijn borst benauwde en hij de dekens terugsloeg, alsof hij idaardbor vrijer zou kuni en adem halen. Uit) de verte vernam hij hét eentonige geruis, h dier Wupper, die haar rwart water dag en nacht over de sluis stortte. Op het fa'brieksplein weerklonk de tred van den nachtwacht, die de ronde deed. Toon stierf het geluid wegGustav Wis kotten berekende, dat de wachter nu rondom de nieuwe ververij zou loopen, die geduren de de eerstvolgende dagen in gebruik zou worden genomen. Die zou werk leveren. Meer ververs waren reeds aangenomen. Het was te 'hopen, dat de zaak goedi ging. Fritz' uitvinding zou nu in. het groot toegepast worden. Emilie'» vader, de oude Sellarwachter, zou oogen opzetten. Die fa briceerde het 'goedkoope spul. een uitschot van als monsters gebruikt zijden (lint, dat gretig aftrek vond'. Nu, men kon wat de afname betreft tot oen vergelijk komen, als het zoo ver was. Aldus kwam liet ook Emilie ten goede. Emilieze sliep. En hij waak te en dacht aan de fabriek, krampachtig al tijd slechts aan de fabriek. Of dat nooit, nooit anders zou w*oi<den? Door zijn lede maten ging een strOom, die naar het hart drong en het samen perste. Zijne handien openden en sloten zich En zijne oogen boorden zich strak en wijd open in die duis ternisEn plotseling kromp hij ineen en luisterde in zijn eigen binnenste. Het was geweest, alsof iemand in heta riep. Wild' van verlangenEn geheel beneveld door verlangen. Als een doodlrtoede arbeider na de dagtaak. Na do dagtaak? Hij betastte zijne ijzeren armen. Die verlangden niet) naar rust! Die waren voor twee menschen- 'coftijden gesmeed. Doch la£ zijne ziel dan in zijne armen? Konden zijne werkvuisteu ook ziine zinnen onderdrukken? En nu hoorde hij, dat zijne zinnen riepen:. Boven de kolci 'damp eri hei stoof vtan dén, 'arbeid! uit naar eene bron, om zich de oogen to verfrisschen. Naar schoonheid, zalige dwaas heid, fladderende vrouwenkleeren, sluipend© Voetjes, wenkende en werende armen en plotseling bedwelmende vrouwenlippen. Naar het jong-zijnNaar de vreugdeNaar eene andere wereld ergens, ergene - Zijne oogen brandden. Het was hem alsof ze in zeer diepe kassen lagen, waar dje juk beenderen ver buiteni uitstaken. Wordt vér volg d.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1