S\ 133,
S"e Jam ganx.
Vrijdag 29 October 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE WISKOTTENS.
OORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post1.110.
Afzonder; ijle nummers0.03.
Deze Courp.nt veraohjjnt dagelyks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmedeóeelingen enz., gelieve men vóór 11 urn
's morgens bjj de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. lntercornm. Telephoonnummer 66.
PRUS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents big vooruitbetaling.
Groote letters naar plaateruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel
het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Bec
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra*»
toegezonden.
Kennisgevingen.
Do Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Celet op arte. 6 en 7 der Hinderwet,
Brengen ter kennis van het publiek, dat een
door J. D. van den lloorn, alhier, ingediend
verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het
uitbreiden van zijne bakkerij door het plaatsen
van een kanaaloven. in het perceel, alhier gele
gen aan de Lavendelstraat no. 3. bij het kadas
ter bekend onder Sectie E. no. 3737, op de Secre
tarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Don
derdag, den 11 November aanstaande, des voor-
middags te half elf uren gelegenheid ten Raad-
huize wordt gegeven om, ten overstaan van het
Gemeentebestuur of van een of meer zijner
leden, bezwaren tegen het oprichten van de in
richting in te brengen.
Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le Kd der
Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru
dentie, alleen zij gerechtigd, die overeenkomstig
artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeentebe
stuur of één of meer zijner leden zijïr versche
nen. teneinde hunne bezwaren mondeling toe te
lichten.
.Amersfoort, den 28. October 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
J. G. STENFERT KR-OESE. WUIJTLBRS.
Politiek Overzicht
Dreigende niinistercrisis in België.
Uit de berichten der laatste dagen om
trent de beraadslagingen in de Belgische
Kamer gehouden is gebleken, dat het con
flict inzake het militaire vraagstuk zich aan
merkelijk beeft verscherpt, zoodat de orga
nen der openbare meaning thans openlijk
verkondigen, dat de crisis werkelijk begon
nen is. La/ten wij den oorsprong daarvan
nog eens in het kort nagaan.
Men wieet hoe sinds maanden het ontwerp
inzake heft militaire vraagstuk aan de orde
is. In November 1908 belaft de minister van
oorlog, generaal Hellebaut, in de Kamer
verklaard, dat de ondervinding, opgedaan
met de militiewot van 1902 onfortuinlijk
was geweest, en dat het. effectief van hert.
leger, zoowel in tijd van vrede als van oor
log, verre er van was het vereisebte cijfer te
bereiken. En hij hield dientengevolge eene
lofrede op den algemeenen persoonlijken
dienstplicht, waarmede hij den bijval ver
wierf der linkerzijde, welke reeds lang voor
dit stelsel was gewonnen. Als antwoord hier
op heeft de groote meerderheid der rechter -
zijdle, als altijd gehecht aan het vrijwiiLli-
geirschap, levendig tegen de voorstellen van
den minister geprotesteerd. Zelfs na de par
lementaire enquête die de conclusies van mi
nister Hellebaut bevestigde, bleef ze onver
murwbaar. Minister Scbollaert, voorzitter
van den ministerraad, trachtte als toen een
vergelijk tot stand te brengenéén zoon
per gezin werd tot den dienstplicht aange
wezen. Toen de Kamer in de afdeeLimgen
bijeenkwam, werd dilt nieuwe itegeerings-
voorstel verworpen en werd een aantal amen
dementen ingediend, waardoor de toestand
nog ingewikkelder werd gemaakt.
De regeering had gerekend op eernige Ical-
m-eering tij diens de vac an ties en vooral op
de feesten der katholieken. Want bet mili
taire vraagstuk in België is een vraagstuk
waarbij die befaamde, in zeker klein land
aan de Noordzee warm gekoesterde, antithe
se, ook bij onze zuidelijke naburen anders
nog al eens gefrequenteerd, in hét niet ver
zwond. Het gold hier, wij hebben dit
destijds reeds iu een artikel over België's
politieken toestand uiteengozet een dier
wetsvoorstellen, waarbij een andere schei
dingslijn in het spel was en fracties uit de
linker- en de rechterzijde gezamenlijk kon
den optrekken, hetgeen dan ook is geschied.
In de gelederen dier katholieken beerschte
vooral de verdeeldheid. Daarom hoopte men
dat de Katholieke feesten, dit jaar
gehouden, een verzoening zouden tot
stand brengen. IJdele hoop. Het conflict
busscben de z.g. oude en jonge rechterzijden
heeft zich nog verscherpt en de polemiek
is gestegen tot een toon van ongehoorde bit
terheid. Op het congres te Mee hellen heeft
de afgevaardigde Woeste, de leider der oude
rechterzijde, den val van het ministerie voor
speld. Eenige diagen later heeft hij in de
Revue Generale een oorlogsverklaring aan
d© Katholieke democraten gericht. Én in
een Dinsdag gehouden Kamerredevoering
heeft hij formeel zijn vertrouwen ont
zegd aan liet ministerie, dat Hij te veel aan
den invloed der Katholieke democraten, on
derworpen acht. Zijne redevoering, koud,
gematigd, doch vast besloten heeft grooten
indruk gemaakt.
De crisis is thans slechts nog een kwestie
van tijd. De situatie is volkomen zuiver om
lijnd. De echte conservatieven willen het mi-
nisterieele ontwerp niet zooals het daar ligt,
omdat het in hunne oogen een bedreiging
n et zich brengt van mogelijke vergrooting
van het contingent en der militaire lasten.
De regeering wensebt zich niet te vereeni
gen niet de amendementen van de centrale
sectie ui<t de Kamer, vooral niet die welke
een jaarlijks wederkeérendë vaststelling van
het contingent beoogen, omdat deze amen
dementen dien geest van het wetsontwerp
vertroebelenEn ten slotte wildle de linker
zijde geen andere oplossing dam dien alge
meenen persoonlijken dienstplicht. Ondier
deze omstandigheden was bet duidelijk dat
het kabinet Schoilaerb een échec tegemoet
ging. De president vam dien ministerraad
scheen het te voorzien, toen hij Zondag j.l.
te Leuven de volgende woorden sprak vol
van bitterheid „Twee jaar ben ik met de
algemeen e leiding van 's lands zaken belast
geweest. Geloof mij dat ik er volstrekt geen
bekoring in lieb gevonden. Sedert twee jar
ren heb ik niet anders dan worsteling ge
kend. Ware dit slechts de worsteling tegen
den vijand die u met open vizier aantast,
dan zou het niets zijn. Maar stompen in
dein rug te ontvangen, waarover men zelfs
niet spreken lean, ziedaar wat vooral liord
en pijnlijk is."
Welke de uitslag zal zijn van deze crisis,
die thans onvetrmijdieTij'k geworden is, its
moeilijk te voorspellen. Men oppert aller
lei mogelijkheden, doch de constellatie der
politieke j r-tijen ten opzichte van kabinets
vorming is zoo ingewikkeld, dat liet maar
beter is zich niet aan voorspellingen te wa-
Betgië.
Brussel, 280c t. In het wetsontwerp
bevattende hervormingen in den Congostaat,
stelt de minister van Kol. voor den Congo
voor de vrije handel open te stellen in drie
stadia, elk van een jaar, het eerste begin
nende 1 Juli 1910. België zal voor zich
600,000 vierkante hectaren reserveereu.
In de rede in de Belgische Kamer door
den minister van Staat Woeste, den leider
der conservatieve rechter-fractie gehouden,
heeft Woeste betoogd
lo. Dat naast generaal Hellebant de mi
nister van spoorwegen mede verantwoorde
lijk is voor den huidigen toestand;
2o. dat het land geen verhoogiug van
effectieven wil, vooral niet in de verhou
ding als men wil instellen en die eene jaar-
lijksche lichting van 20.000 man zou kun
nen aanvoeren;
3o. dat het oorlogseffectief niet heeft op
gehouden te klimmen sedert 1900 en dat,
als de wet van 1902 al hare uitwerksels zal
bereikt hebben, het cijfer van 180.000 zal
verkregen worden
4o. dat de tekorten in het vredeseffectief
voortkomen uit de verschillende wijze van
berekening der gewone verloven
5o. dat de vermindering van diensttijd
niet de vermindering van manschappen zal
vergoeden, aangezien die vermindering
slechts onaanzienlijk kan zijn.
Aan dit resumé voegt het ,,H. v. A." de
volgende opmerking toe
De indruk der redevoering van Woeste
is groot gedweest. Zij had ook iets droevigs,
omdat men de groote inspanning van den
redenaar gevoelde om zijn plicht te vervul
len, daar hij een bevriend ministerie be-
kampte, plicht, die hem nog pijnlijker was
door zijn eigen ondragelijk lichamelijk lij
den.
Frankrijk.
P a r ij s, 2 8 Oct. De Kamer behan
delde heden de kiesrechthervorming. Minis
ter Biiand verklaarde dat hij om redenen van
politieken aard op het oogenblik niet ge
loofde verandering te moeten brengen in de
wijze van raadplegen van het land. De mi-
ninister ontkende niet, dat er een beweging
gaande is in het land ten gunste van her
vorming, doch vreesde dat de kiezers niet
in staat zullen zijn het nieuwe kiesstelseil
te begrijpen. De meerderheid mag niet ver
dwijnen tengevolge van het mechanisme van
een ontijdige hervorming. Briand consta
teerde, dat op het oogenblik de Kamer zelf
niet bereid is de hervorming goed te keu
ren en hij drukte ten slotte do republikei
nen van de uiterste linkerzijde op het hart
zich niet te laten verleiden tot compromit
toerende coalities.
P a r ij s, 2 8 Oct. De Staatscourant
bevat de benoeming van Mayna, vice-consul
te Amsterdam tot consul te Bahia; van De-
livio, consul-generaal te Amsterdam tot idem
te Rotterdam; en van Menant, vice-consul
te Honoloeloe tot vice consul te Amsterdam.
Engelanf.
Londen, 28 Oct. De afgevaardigde
Renwick stelde aan minister McKenna de
vraag, of het waar was, dat enkele teeke-
niugen, niet voor openbaarmaking bestemd,
die ten gebruike waren gegeven aan contrac
tanten voor den bouw van een der jongste
eersteklas oorloggschepen en die thans we
der in het bezit van de Admiraliteit moes
ten zijn, verdwenen zijn.
Minister McKenna gaf een bevestigend
antwoord. Het schip is echter sedert eeni-
gen tijd in dienst gesteld en de teekeningen
hebben derhalve veel van hare waarde ver
loren. Nader is gebleken, dat het bedoelde
schip de „Indomitable" is.
Londen, 2 8 O e t. Bij de verkiezingen
in het Londensche district Bermondsey, ter
vervanging van een overleden liberaal lid,
is Dumpbreys, de unionist, verkozen met
4278 stemmen. Hughes, de liberaal, kreeg
3291 stemmen en Salter, de socialist, 1435.
Londen, 28 Oct. Terwijl heden de
stemming plaats had voor de verkiezing van
een lid van het Lagerhuis, voor het district
Bermondsey, werden op twee stembureaus
door vrouwen pogingen in het werk gesteld
om de stembiljetten te bederven, door inkt
potten boven de lessenaars te ledigen. Deze
potten bleken een bijtend vocht in te hou
den. De voorzitter van een der stembureaus
bekwam spatten in het gezicht en moest in
het ziekenhuis worden opgenomen. Een der
vrouwen is gearresteerd.
Spanje.
De verdaging der Cortes heet to zijn ge
schied omdat dje regeering geen geaadegift
van de conservatieve meerderheid wil aan-
Generaal Weyler is door koning Al-
fons tot opperbevelhebber in de Spaansche
provincie Catalonië benoemd. Of deze keu
ze gelukkig is te noemen, zal de toekomst
moeten uitwijzen. Weylers antecedenten
beloven echter niet al te veel. Hij werd ge
durende den Spaansch-Amerikaanschen
oorlog voorafging, naar het eiland ge
stuurd om de revolutie te onderdrukken.
Hij leed er echter jammerlijk fiasco, on
danks de ongehoorde wreedheid, waarmede
hij jegens de Cubaanscbe bevolking op
trad en die hem den bijnaam verschafte
van „de beul van Cuba
Madrid, 29 Oct. De genneenteraads-
evrkiezingen in het land zijn bepaald op 12
December.
De Senator Sol y Ortega heeft aan de re
geering verzocht de door den krijgsraad in
Barcelona uitgesproken nieuwe doodvonnis
sen niet te bekrachtigen. De regeeriing heeft
geantwoord bevel te hebben gegeven, diat
geen doodvonnis mag wordien voltrokken,
vorr ze opgrond van d'ö processtukken hare
goedkeuring eraan beeft gehecht.
De Humanité bevat dea tekst van het
testament van Ferïer.
Het begint aldusIk teeken voor alles
boo krachtig mogelijk verzet aan tegen de
onverwachte straf, die men mij heeft opge
legd, en verklaar overtuigd te zijn, dat
mijn onschuld binnen zeer korten tijd
openlijk erkend zal worden.
Ik wenseh, dat men bij geenerlei gele
genheid, noch binnenkort noch later om
welke riedien ook, bij mijn stoffelijk over
schot- betoogingen van politieken of gods-
dienstigen aard zal houden, naardien de
tijd dien men gebruikt, om zich met doo-
dlern bezig te houden beter besteedt wordt
aan de verbetering van den toestand, waar
in d levenden verkeeren, die daaraan mee-
rendeels groote behoeften hebben.
Wat mijn stoffelijk overschot betreft, be
treur ik, dat er geen lij koven hier ter stede
bestaat, zooals te Milaan, Parijs en zoovele
andero steden, want ik zotf verlangd heb
ben dat het verbrand werd en zou dan de
hoop uitgesproken hebben, dat binnen niet
te langen tijd de kerkhoven in liet belang
van de openbare gezondheid verdwenen en
v-ervangen werden door lijkovens of door
andere inrichtingen, waarin men nog beter
lijken snel zal kunnen vernietigen. Ik
wensoh ook, dat mijn vrienden weinig of
niet over mij spreken, omflat men afgoden
schept wanneer menmenscben verheft, wat
voor de toekomst van het menschdom een
groot ngeluk is .Do daden enkel, onver
schillig van wie zij uitgaan, moeten be
schouwd, verheerlijkt of verguist worden
laat men ze prijzen om ze na te volgen
wanneer zij aan het algemeen belang dien
stig schijnenlaat men ze hekelen, opdat
zij zich niet herhalen, indien men ze scha
delijk voor het algemee nwelzijn acht."
Ferrer heeft aan een vertrouwd vriend
lastgevingen en de noodige middelen ach
tergelaten, om zijn on,der wijs werk en de
uitgaven van de Moderne School voort te
zetten.
Spanje in Marekko.
Madrid, 29 Oct. Onder reserve
wordt medegedeeld, dat de ministerraad een
aanstaande beëindiging der krijgsverrichtin
gen van Melilla en het sluiten van vrede
onder de oogen heeft gezien. De regeering
gelooft, dat de stappen der gedelegeerden
van den Sultan bij de stammen een. krach
tige uitwerking zullen hebben. De Staatscou
rant bevat een besluit, waarbij 68 millioen
peseta's worden toegestaan voor de kosten
van den veldtocht van Melilla.
Madrid, 28 Oct. De heden avond
gehouden ministerraad hield zich uitslui
tend bezig met de krijgsverrichtingen in
Marokko, en 'besloot dat de militaire opera-
tiën, welke nog ter uitvoering overblijven
om het veldtochtsplan tot een einde te bren
gen, zullen worden ondernomen zoodra de
toestand der wegen troepenbewegingen zal
mogelijk maken.
De Spanjaarden maken de laatste weken
weinig vorderingen in Marokko. Volgens een
correspondentie uit Melilla aan de Times is
dit. daaraan te wijten, dat de Spanjaarden
de bergstreken, wier bezetting liet hoofd
doel van den veldtocht moest zijn, vermij
den, en zich er toe bepaald hebben, langs
de kust van de Mar-Ckica, een ondiep
meer, vooruit te rukken, waardoor een be
slissende slag onmogelijk is geworden.
Sedert de bezetting van Seloean zijn al
de zwakke aanvallen van de Spanjaarden
op de stellingen der Mooren in het gebergte*
vruchteloos gebleven, weshalve zij in de
telegrammen als verkenningstochten wor
den aangeduid. De waarheid is, dat de be
velhebber heeft ingezien, dat de veldtocht
niet zonder grcot gevaar van de Spanjaar
den zei ven in de bergen voortgezet kan wor
den Daarom beproeft generaal Marina den
veldtocht te rekken. Eerst heette het, dat
men op het resultaat der bemoeiingen van
het gezantschap van Moeley Hafid naar de
Rif-stammen wilde wachten daarna gaf de
verandering van ministerie een welkome
reden voor 8e vertraging aan de hand, en
thans moeten de onweders der laatste dagen
en de vele zieken als verontschuldiging voor
de werkeloosheid der Spaansche troepen
dienen. Volgens den correspondent van de
Times schijnt het evenwel tamelijk zeker,
dat de Spanjaarden zich in de toekomst tot
een verdedigende houding zullen bepalen,
blokhuizen zullen oprichten en andere ver
dedigingswerken aanleggen Later zal dan
gezegd 'worden, dat het doel van den veld
tocht daarmede bereikt is. Maar, dat zou
slechts een praatje zijn want de thans door
de Spanjaarden bezette punten zijn zoo
slecht gekozen, dat een ©enigszins onder
nemende vijand al de Spaansche troepen aan
de Mar-Chica gemakkelijk van hun opera
tie-basis zou kunnen afsnijden.
42 DOOR
RUDOLF HERZOG.
Men kwam overeen, dat de ommegang
met de dames !s middags plaats zou "hebben
En toen het middernacht sloeg, verklaarde
juffrouw Wiskotten kalm: ,,Als nu niet ver
trekt, wat niet in het huis hoort, draai ik
de lampen uit."
,,D'r uit, Wilhelm; Haast je toch wat!
We zijn hier in eene fatsoenlijke familie."
De bruidegom had voor die spotternijen
slechts een medielijdienidi lachje over. Hij
logeerde de eerstvolgende weken bij Gus-
tav. Hij wenschte zijne ouders goeden nacht
en kuste eerbiedig zijne bruid de hand. De
jongere Wiskottens drongen' op.
„Is dat alles!"
Wilhelm nam zijne broers met een min
achtenden blik op en verwijderde zich, om
zich bij Gustav en Emilie te voegen.
„Wees maar stil, Mabel", troostten haar
de achtcrbl ij venden, „wij zullen bet dade
lijk wel 'beter doen."
„Waag het eens!" dreigde het meisje en
gleed vlug achter moeder Wiskotten heen
bare kamer binnen. „Goeden nacht, vader",
riep zo door hét sleutelgat.
„Wel te rusten, dochtertje."
„Goeden nacht, August, goeden nacht,
roofridders. Droom van mij."
„O, jou heks! Wacht, morgen!"
Welluidend stierf een zilveren lachje weg.
De oude Wiskotten en zijne zoons keken el
kander aan. „Prachtmeisje", meesmuilde de
oude
„Dat zal verduiveld waar zijn", antwoord
de August.
„Hoor eens, August vloekt
August Wiskottens gegroefd voorhoofd
kleurde zich rood. „Wel te rusten1", zeule
hij kortaf. „Ails we morgenmiddag vrij wil
len zijn, zullen we ons morgenochtend drib
bel moeten haasten. Ten geschenke krijgt ga
geen van allen wat."
„Hebben we je wat gevraagd, schoolmees
ter?"
Na een half uur heerschte er rust en vrede
in het huis der oude Wiskottens.
„Rook je nog oen sigaar?" vroeg Gristav
Wiskotten, thuis gekomen, zijn gast.
„Als Emilie er niets op tegen heeft?"
„O, ga je gang, met) mij behoeft) geen
rekening gehouden te worden. Ik ga onder
wijl maar vast naar bed."
„Maar een paar trekjes, Emilie", zeido
Wilhelm en wenschte haar goeden nacht. „Ik
ben ook doodmoe."
Gustav kwam uit de kinderslaapkamer.
Hij lachte. „Ze slapen als rozen. De jongen
met de vuist tegen den neus en het meujo
met de duimen ia den mond. Ik kom over
vijf minuten ook, Emilie."
De beide broeders liepen al rookend in de
kamer op en neer. Een kwartier. Toen wierp
Gustav zijn eiridlje sigaar ini het aschbakje.
„Geef me nogmaals de hand, Wilhelm. Met
je vrouw moet ik je van avond extra ge
luk wenschen. Zie je, dat is het, wat den
Wiskottens altijd ontbroken heeft. Frischl
bloed van buitenaf. Eene vrouw, die leveni
in de 'brouwerij brengt. Wij drogen anders
op den duur te midden van de eeuwige fa-
brieksstemming uit."
„Ik wist, dat zij je bevallen zou."
„Slaop wel."
„Jij ook."
Emilie was nog wakker, toen Gusta'v de
slaapkamer binnen trad. „Je be'bt zeker
een beetje met de lady gedweept
„Ja, werkelijk, een lady, dat is ze. Bij
alle charmante vroolijkbeid itoch altijd een
dame."
„Ze heeft ook niets anders te doen."
„Charmant kan men zelfs met een half
dozijn kinderen wezen."
„Dat doelt zeker op mij! Niet iedereen
kan manziek zijn."
„Emilie! ik moet je verzoeken, je in;
je uitdrukkingen een weinig te matigen.
Deze bestendige hatelijkheid wordt je tot
tweede natuur."
„Ach kom, hou toch je imond. Jij bent
reeds tot over alle 'twee je ooren verliefd
op haar."
„Op haar niet, maar op hare manieren."
„Wat wil je dan eigenlijk nog van mij?"
„Dat je je een weinig door haar aan laat
steken. Goeie hemel, bij jouw jeugd kan
het lachen en zingen je toch niet moeielij-
ker vallen dan het mopperen en leelijk kij
ken. Neem toch eens een aanloopje!"
„Ik ben je zeker niet goed genoeg meer?
Zeg het toch ronduit, dat ik je hinder. Da',
je graag van mij af zoudt willen) zijn. Ik
ga al. ik heb er ook genoeg van." Ze
weende toornig in haar kussen. „Laat mij
met rust!" stoof ze op, toen hij kalmeerend
d© hand op liaar schouder legde. „Ik ben
je Mabel niet, die zich door iedereen aan
laat pakken. Je ciliartnantë en zoo fijn be
schaafde Mabel!"
Gustav Wiskotten trok de hand terug. Hij
moest zich geweld aandoen, om tegenover
deze belachelijke geraaktheid en gebelgdheid)
kalm te blijven. En hij beproefde een droe
vige scherts
„Beschaving is niet altijd vooruitgang.
Ze kan ook d'e ontwikkeling tegenhouden
Die verdoemd© beschaving verhindert een
mensch soms, een ander tot zijn eigen best
wil eens flink af te ranselen."
„Vergrijp je maar aan mij! Dan kan je
tegenover je Mabol je nog als de arme man
voordoen."
„Verduiveld, nu heb ik er genoeg van
„Ik heb er al lang genoeg van." En ze
weende luid in haar kussen.
Lang lag Gustav Wiskotten wakker. Aan!
zijne zijde was het stil geworden. De duis
ternis heerschte zoo volkomen in de kamer,
dat ze.zijn borst benauwde en hij de dekens
terugsloeg, alsof hij idaardbor vrijer zou
kuni en adem halen. Uit) de verte vernam
hij hét eentonige geruis, h dier Wupper, die
haar rwart water dag en nacht over de sluis
stortte. Op het fa'brieksplein weerklonk de
tred van den nachtwacht, die de ronde deed.
Toon stierf het geluid wegGustav Wis
kotten berekende, dat de wachter nu rondom
de nieuwe ververij zou loopen, die geduren
de de eerstvolgende dagen in gebruik zou
worden genomen. Die zou werk leveren.
Meer ververs waren reeds aangenomen.
Het was te 'hopen, dat de zaak goedi
ging. Fritz' uitvinding zou nu in. het groot
toegepast worden. Emilie'» vader, de oude
Sellarwachter, zou oogen opzetten. Die fa
briceerde het 'goedkoope spul. een uitschot
van als monsters gebruikt zijden (lint, dat
gretig aftrek vond'. Nu, men kon wat de
afname betreft tot oen vergelijk komen, als
het zoo ver was. Aldus kwam liet ook Emilie
ten goede. Emilieze sliep. En hij waak
te en dacht aan de fabriek, krampachtig al
tijd slechts aan de fabriek. Of dat nooit,
nooit anders zou w*oi<den? Door zijn lede
maten ging een strOom, die naar het hart
drong en het samen perste. Zijne handien
openden en sloten zich En zijne oogen
boorden zich strak en wijd open in die duis
ternisEn plotseling kromp hij ineen
en luisterde in zijn eigen binnenste. Het
was geweest, alsof iemand in heta riep. Wild'
van verlangenEn geheel beneveld door
verlangen. Als een doodlrtoede arbeider na
de dagtaak. Na do dagtaak? Hij betastte
zijne ijzeren armen. Die verlangden niet)
naar rust! Die waren voor twee menschen-
'coftijden gesmeed. Doch la£ zijne ziel dan
in zijne armen? Konden zijne werkvuisteu
ook ziine zinnen onderdrukken? En nu
hoorde hij, dat zijne zinnen riepen:. Boven
de kolci 'damp eri hei stoof vtan dén, 'arbeid!
uit naar eene bron, om zich de oogen to
verfrisschen. Naar schoonheid, zalige dwaas
heid, fladderende vrouwenkleeren, sluipend©
Voetjes, wenkende en werende armen en
plotseling bedwelmende vrouwenlippen.
Naar het jong-zijnNaar de vreugdeNaar
eene andere wereld ergens, ergene -
Zijne oogen brandden. Het was hem alsof
ze in zeer diepe kassen lagen, waar dje juk
beenderen ver buiteni uitstaken.
Wordt vér volg d.