xV'. 136. Donderdag 11 November 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. DE WISKOTTENS. jHaryang. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem frauco per post- 1.90. Afzonder'jjke nummers 0.09. Deze Oour*nt verschijnt dagelijksbehalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiönmededeel ingen enz., gelieve men vóór 11 uur 's morgens D{j de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 15 regels f 0.9O. Elke regel meer -0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 29 een te bij voeruitbetahn#. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bfl abonnement. Sep-* circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra*^ toegezonden. Politiek Overzicht De kiesreciitliervorming iu Frankrijk. De Fransche Kamer heeft Maandag de beraadslagingen ten einde gebracht over de kiesrechthervcrming, en, naar wel te voor zien was, op eene negatieve wijze. Nadat het congres der radicale partij en vervol gens de radicale Kamer-meerderheid beslo ten hadden in de tegenwoordige wetgevende periode, welke in Mei van het volgende jaar ten einde loopt, de kiesrechthervorming niet meer ten uitvoering te brengen, terwijl ook het kabinet besloten was elke verandering in het vigeerende systeem op het oogenblik van de hand te wijzen, had den deze beraadslagingen in werkelijkheid niet anders dan een zuiver theoretisch be lang. Wat men vooral in Frankrijk zoekt, dat isde parlementaire atmosfeer te zuiveren en het peil der volksvertegenwoordiging, naarmate zulks mogelijk is, te verhoogen. De thans gevolgde manier van verkiezen der afgevaardigden en senatoren biedt een aantal nadeelen, voornamelijk daardoor, wijl zij de groote politieke organisaties niet in de gelegenheid stelt den gewenschten samen hang aan den dag te leggen en de kiesver- eenigingen in ieder district meester van den toestand zijn. Deze toestand geeft aan de zijde der candidaten aanleiding tot een zeker tegen elkaar opbieden, niet alleen ten aanzien van de politieke programma's (dit laatste is trouwens niet specifiek Fransch maar ook en vooral wat aangaat de behar tiging der zuivere plaatselijke belangen, die ten slotte nog meer gaan gelden dan de al- gemeene belangen des lands. In het eerste en voornaamste artikel van de thans besproken kiesrechther vorming had men gemeend de ware remedie tegen dit alles te vinden. In heteerste deel daarvan werd de invoering voorgesteld van de „scrutin de liste", een kiesstelsel, hetwelk daarin be staat, dat een meerdere kiesdistricten om vattend gebied (provincie of departement), als onverdeeld geheel op de door de afzon derlijke partijen gestelde candidaten stemt. Onder sub 2 van dit artikel werd daarbij de evenredige vertegenwoordiging voorgeschre ven. Door de aanhangers van deze hervormin gen zijn in den loop van het debat, dat acht volle zittingen in beslag heeft genomen, zoo veel treffende argumenten aangevoerd, dat de meerderheid is gaan wankelen in haar besluit en slechts het ingrijpen der regee ring het besluit voorkomen heeft om deze hervormingen onmiddellijk in te voeren. Bij de apart over elke dezer bepalingen gehouden stemming, werden beiden met groote meerderheid aangenomen, de „scrutin de liste" met 379 tegen 142, de evenredige vertegenwoordiging met 281 tegen 135 stem men. Voor het beginsel der evenredige verte genwoordiging hebben gestemd de meeste socialisten, de leden der „Union Democra- tikue" en der Union Républicaine, de ge matigde republikeinen, de geheele rechter zijde en 69 radicalen. Minister Millerand, die zich onlangs voor de kiesrecht-hervor ming heeft uitgesproken, onthield zich van stemming, zelfs bij de eindstemming waar het om de vertrouwens-kwestie ging. Het geheele artikel echter werd verwor pen met 66 stemmen meerderheid. Deze kras se tegenstelling vindt haar oorzaak in het optreden van minister Briand, die, de ver trouwens-kwestie stellende, op verwerping van het artikel aandrong. Zoo ver ging de liefde der Kamer, dat wil zeggen der radi cale meerderheid, voor de „scrutin de liste" en de evenredige vertegenwoordiging nog niet, dat ze ook hot ministerie er aan opof ferde; ze herriep de reeds genomen beslui ten en nu behoudt ze voorloopig allebei het huidige kiesstelsel en het ministerie Briand. Toch kan men zeggen: „de kiesrecht hervorming is dood, leve de kiesrechther vorming". De evenredige vertegenwoordi ging heeft zelfs ijverige aanhangers onder do regeeringde ministers Cruppi en Mille rand hebben zich onlangs duidelijk in dien geest uitgesproken. Briand, de minister president zelf, is er geen tegenstander van in zijn regeeringsprogramma heeft hij be loofd met de practische toepassing er van bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen een proef te nemen. De vervanging der ver kiezing in de afzonderlijke districten door de „scrutin de liste" houdt hij evenbens voor eene noodzakelijkheid de kiesrechther vorming staat in zijn regeerings-program- ma. Zij staat in zijne rede te Perigneux ge houden en ze is het onderwerp geweest van de groote redevoering, welke Briand op 28 October gehouden heeft. Over deze redevoe ring, welke ondanks de erkenning van de noodzakelijkheid der kiesrecht het-vorming concludeerde tot verwerping van de onmid dellijke invoering er van, was de radicale meerderheid zoo verrukt dat zij besloot haar in alle gemeenten van Frankrijk te doen aan plakken. Zij heeft daarbij over het hoofd gezien, dat deze rede de meest onverbloemde critiek op het tegenwoordige kiesstelsel was die men zich denken kan. Tegenover de regeerings-meerderheid, die hare verkie zing aan de districts-verkiezingen dankt, heeft de minister openlijk verklaard: „De districts-verkiezing heeft een duidelijk ge brek en dit bestaat in het plaatselijke egois me dat er in steekt." En niet minder open lijk heeft hij aan de meerderheid verklaard, dat ze van dit stelsel van georganiseerde plaatselijke zelfzucht moest afzien. „De republikeinsche partij," zeide hij, „moet de kiesrechthervorming op haar programma zetten, zij moet de hervorming verwezenlij ken." Waarom heeft nu de minister-president, ondanks zijne overtuiging van de noodzake lijkheid der kiesrechthervorming, zich tegen hare onmiddellijke invoering verzet en er zelfs een kabinetskwestie van gemaakt? In zijne rede van 28 October heeft hij de eigen lijke gronden van zijn verzet aangegeven. Ze zijn tweeërlei. Briand wist dat de radi cale meerderheid tegen de directe invoering van de kiesrechthervorming gekant was, en hij wilde, naar hij verklaarde: „tegen de meerderheid, die hem haar vertrouwen had geschonken, geen staatsgreep plegen." De tweede grond is de omstandigheid, dat hij geloofde, dat het kiezerscorps op de grondige reorganisatie, welke aan de kies rechther v.orming verbonden was, niet vol doende was voorbereid, zoodat de republi keinsche partij bij de eerstvolgende verkie zingen een sprong in het duister zou doen, vooral omdat ze lang zoo goed niet was ge organiseerd als hare tegenstanders de socia listen en de revolutionairen. Het eerste be zwaar scheen uit den weg geruimd te zijn door den uitslag der meergenoemde stem mingen over de kiesrechtbervorming. Briand let echter niet alleen op cijfers, doch ook op de beteekenis er van. Hij heeft gezien dat slechts een klein deel der radicalen voor de evenredige vertegenwoordiging stemde; het mee ren deel stemde er tegen. De regee- ringsmeerderheid heeft zich alzoo gesplitst en Briand zou de evenredige vertegenwoor diging hebben moeten doorvoeren met eene meerderheid, die grootendeels uit zijn tegen standers bestaat en zijn eigenlijke meerder heid tot een minderheid maakt. In zijne Kamer-redevoering van Maandag heeft Briand van deze overweging geen gewag ge maakt hij zal daarvoor zijn redenen gehad hebben. Des te nadrukkelijker stelde hij het andere argument op den voorgrond, dat noch het kiezerskorps, noch de republikein sche partij op den ommekeer, welke de kies rechthervorming met zich brengt-, is voor bereid. Voor zulk een omwenteling, die hals over kop moet worden ingevoerd, wilde Briand de verantwoordelijkheid niet op zich nemen. Of dit argument steekhoudend "is? De derde republiek heeft reeds twee malen een radicale verandering der kieswet mee gemaakt, namelijk in de jaren 1885 en 1889. Beide keeren werd tot de wijziging eerst eenige maanden vóór de groote verkiezingen besloten. De volgende verkiezingen hebben in Mei 1910 plaats, zeé maanden blijven daartusschen nog over, Waarin omvangrijke voorbereidingen kunnen worden getroffen eene nieuwe indeeling der kiesdistricten be hoeft niet meer te geschieden, daar deze als zoodanig reeds voorhanden zijn. Doch hoe het zij, Briand heeft tegenover zijne verdeelde meerderheid de hervorming niet dadelijk willen invoeren en nog liever zijn afscheid willen nemen. Dit besluit mag van zijn standpunt uit begrijpelijk en, gelet op vroegere uitspraken, consequent zijn, zeer wel mogelijk is het, dat Briand daarmede juist aan zijne meer derheid een slechten dienst heeft bewezen. Het ministerie is niet versterkt uit dit debat te voorschijn gekomen. De afwijzing der hervorming is koren op den molen der te genstanders en de weinige hervormingsge zindheid der radicalen zou bij de eerst volgende verkiezingen wel eens een be langrijke, zoo niet beslissende rol kun nen spelen De radicalen hebben op het laatste oogenblik weer hun oude vrees voelen opkomen, dat de kiesrecht hervorming hun een aanmerkelijk aantal ze tels zou kosten, welke zij door verwerping der hervorming denken te behouden. In deze verwachting zouden ze zich wel eens kunnen bedriegen. Jaurès heeft onlangs becijferd, dat in ongeveer zestig kiesdistricten de radi cale meerderheid slechts weinige stemmen bedraagt en slechts door socialistischen steun is bereikt. Deze steun zal bij de volgende verkiezing vervallende kiesrechthervor ming zou hem voor de radicalen hebben behouden. De tijd kan dus wel eens aanbre ken, dat de radicalen en Briand over den dag van Maandag berouw zullen krijgen. Duitechland. Het ontwerp eener grondwet voor Meck lenburg in eindelijk gereed gekomen. Vol gens dit ontwerp zal de nieuwe Landdag 106 afgevaardigden tellen, van welke 50 worden verkozen bij algemeene, publieke, indirecte verkiezingen (drie-klassenstelsel), 25 door de ridders worden aangewezen, 25 door de steden, 5 door de groothertogen (deze leden worden voor hun leven benoemd) en een door het vorstendom Ratzeburg. Kiezer is ieder, die 25 jaar oud is, een jaar belasting heeft betaald en eigen huis en haard heeft. Een afgevaardigde kan slechts worden ge kozen in do plaats zijner inwoning. Berlijn, 11 Nov. De 150e geboorte dag van Schiller i6 gisteren in het geheele rijk door feestvoorstellingen in de schouw burgen en feestelijkheden op scholen en an dere inrichtiingen plechtig herdacht. De feestvoorstellirug in het „Kómgliche Schau- spielhaus" werd door de Keizerlijke familie bijgewoond. België. J Belgische Senaat en Kamer zijn Dins dag in gewone zitting bijeengekomen. De bestuursverkiezingen hebben in beide Ka- mei geen verandering gebracht in de sa menstelling van het bestuur. De Senaat is verdaagd tot begin December. In de Kamer heeft men de vraag behandeld of men de beraadslaging der militaire quaestie weder zal openen, of eerst na het onderzoek der be grooting in de afdeelingen, dat twee dagen in beslag zal nemen. De clericalen hebben het uitstel doorgezet tegen de geheele oppositie en eenige jong- cloricalen in. Blijkbaar wil de rechterzijde door dit nieuwe uitstel tijd winnen om het eens te worden, daar, gelijk wij reeds heb ben gemeld, na Vrijdag een wijziging in de stemming is gekomen, waardoor de moge lijkheid, dat de regeering de hervorming met de linkerzijde zal tot stand brengen, gerin- g.-- is geworden. Engeland. Aan een feestmaal, dat de Kamer van Koophandel te Liverpool den Duitschen minister van Koloniën Dernburg aanbood, werden opnieuw wederzijds verzekeringen afgelegd van de vriendschappelijke gevoelens der beide volken jegens elkaar. Dernburg zeide o.a. dat de Britscke en Duitsche regee ring vooral moesten samenwerken bij het aanplanten van katoen. Sp«nje. Ter vervolge op de publicatie van het de kreet, waarbij de constitutioneele waarbor gen te Bar lona worden hersteld, heeft de heer Suarez Inclan, de civiele gouverneur van die plaats, den directeuren van de scho len, welke naar aanleiding van de jongste ongeregeldheden gesloten werden, aange schreven binnen een termijn van dertig da gen bij het civiele bestuur documenten in te zenden, uit welke kan blijken, dat de door hen tot dusver bestuurde onderwijsinrich tingen v -ens de wet recht van bestaan heb ben. De regeering zal de scholen niet alle tege lijk weder openstellen, maar over ieder ge val afzonderlijk beslissen. Ooitenrijk-Hongsrije. Bij de audiënties en onderhandelingen die gisteren te Weenen tusschen den Keizer Aehrenthal, Bienerth en Wekerle onafge broken plaats hebben, besprak men het be kende plan tot oplossing der Hongaarsche crisis door Wekerle voorgesteld. Het be treft naar men weet de kwestie der baar be talingen en de militaire concessies. Naar verluidt verkreeg ook thans Wekerle niet den steun der Oostenrijksche ministers. Wekerle verklaarde zijne voorwaarden als onvermijdelijk ten einde een volkomen over winning der radicalen te verhinderen. Do Keizer besloot vóór de beslissing nog graaf Andrassy en Kossuth in audiëntie te ont vangen. Do geheele Hongaarsche pers is 't er over eens, dat de groep van Jusih over de ge matigde elementen der onafhankelijkheids- pm eeft gezegevierd. Men verwacht nu spcedig een beslissing, daar de groep van Justh van verdere onderhandelingen niet we ten wil en besloten is zonder voorafgaande regeling van het bankvraagstuk geen voor- loopige begrooting goed te keuren en vooral niet met Wekerle samen te werken. OndeT den druk van de Justh-groep heeft Kossuth reed- zijn toestemming gegeven voor de bij- eenrceping van het huis van afgevaardigden en Ir ueieggen eener partij-vergadering. Op d. v.rgadering zal het dan óf tot een vol ledige breuk tusschen de aanhangers van Kossuth en die van Justli öf tot een verzoe ning moeten komen. Wekerle geeft intusschen de hoop nog niet op, dat hij, in weerwil van de schijnbare sterkte der Justh-groep, meester in het par lement zal blijven, mits de kroon tot do noodige concessies overgaat. Wekerle is van meening, dat de aanhangers van Justh alleen daarom zoo in aantal zijn toegenomen, omdat men te Weenen talmt met de toezegging der verlangde concessies. Zoodra Kossuth met de andere ministers krachtig wil samenwerken om tot een oplossing te geraken, zal de Justh-groep slinken en met behulp van het tegenwoordig reglement van orde bedwon gen kunnen worden. De houding der Kroon, in zake de concessies en de houding va® Kossuth in zake do eendrachtige samenwer king met de andere ministers zijn de beide groote factoren, waarvan de verdere afwik keling der crisis afhangt. In 't uiterste ge val zou de regeering niet terugschrikken voor ontbinding der Kamer. Als de Kroon ten slotte definitief mocht weigeren de verlangde concessies te verleenen, dan zal Wekerle ver zoeken van zijn taak ontheven te worden en der Kroon als zijn meaning te kennen geven, dat een parlementaire oplossing der hangen de moeilijkheden niet mogelijk is en dat er ook niemand kan gevonden worden die in staat is een oplossing te vinden. Turkije. Engeland heeft concessie voor de scheep vaart op de Euphraat en de Tigris verzocht, doch dat verzoek stuit te Konstantinopel op groote moeilijkheden. In een reeks van arti kelen die sterk de aandacht trekken, be strijdt de Jeni Gazette, die tot dusver voor het lijfblad van den vroegeren grootvizier Kiamil doorging, deze concessie en herinnert aan Egypte. Thans weet de Agence Ottoma- ne te berichten, dat de Engelsche gezant Lowther verklaard zou hebben, van drie Turksche ministers de formeele verzekering te hebben ontvangen, dat de Compagnie Lynch met de Turksche „Tigris-maatschap- pij" zou worden samengesmolten. De minis terraad heeft echter de beslissing over de verleening der concessie verdaagd. In Duit sche kringen is men blijkbaar misnoegd over deze onderhandelingen van Turksche minis ters met een gezant in een zuivere handels- quaestie. Griekenland. Het Atheensche blad Skrip meldt, dat de officieren van de Grieksche pantserschepen 58 DOOK RUDOLF HERZOG. De korte reis naar Diisseldorf kwam het meiisje ©indfeloos voor. En, voortdurend doken er nieuwe tafereelen voor haar op, droevige, schrikaanjagende beelden, die ze vedjoeg, om ze zelf weer terug te roepen. Aan Ernst bad ze getelegrapheerd. Haar broer was aan het station.. „Wat is er aan de hand, Anneke?" „Ja, dat zou ik jou wel eens willen vra- gen." „Mij? Ik word geheel onvoorbereid om tien uur in dén morgen uit een diepen, slaap goihaalld en zou op mijn. nuchtere maag nog moeten waarzeggen ook. Dait is toch wel een beetje te veel verlangd." „Heb je Ewald Wiskotten gevonden?" „Ik heb in 't geheel niet naar hem ge zocht.'' „Als er echter een ongeluk „Och, wat, een ongeluk. Van de academie weggestuurd hebben ze hem wegens gebrek aan talent. Dat worden naderhand de ori gineelste kunstenaars. En nu schaamt hij ridh, houdt hier of daar de handen voor het gezicht en roept: „Kiekiek, waar ben ik?v „Ernst, doe niet zoo mal. We moeten Ewald Wiskotten terstond gaan opzoeken. Vader wil het." „Ik geloof", merkte Ernst Kölsoli geeu wend op, „dat als ik verloren ging, jullie niet met een extra-trein komen zoudf. En ik ben toch het eigen vleesch en bloed." „Onkruid vergaat niet." „Jij wijsneus Goeie hemel, kleintje, zet niet zoo'n boemannengeziebfc. Ik ben je gevangene. Vooruit maar!" Ze reden naar Zinters en troffen de doch ter des huizes aan. „Kunt u ons niet zeggen, juffrouw, waai* mijnheer Wiskotten nu woont?" „Dat raakt me niet. Zoo'n hongerlijder als die „Waar zijn dan zijne dingen heenge bracht?" „De groenteboer van hier naast heeft ze in den zak van zijn jas meegenomen. Alleen do rekening heeft-ie vergeten te betalen." „Kom, Ernst, we gaan naar den groen- ten'boer. Gretchen Zinters, de handen in de zakken van haar schort, bewoog zich niet van de plek. „Als u zijn meisje bent, nou, dan wensch ik u geluk!" De deur viel dicht. Anna Kölsch trad on beschroomd het huis van den buurman bin nen. „Rat/ingerstraszo", antwoordde haar de groentenboer en beschreef haar bet huis. „De kamer is zoo groot als een muizen hol." Broeder en zuster bestegen de vier trap pen van het "bouwvallige huis, dat tot onder het dak door arme gezinnen bewoond werd, 'beeldjeskooplieden, die op straat met hun waar ventten., losse werklui, voddenrapers iedere kamer bijna had een anderen huur der. En in het slechtste en kleinste vertrekje huisde Ewald Wiskotten. De deur was gesloten. Anna klopte aian. Binnen een geruisch. Toen stilte. Nu sloeg Ernst Kölsch krachtig tegen de deur. „Doe open, kerel. Ik ben Kölsch! Ik weet dat je thuis bent. Anna is bij me." Geen antwoord. „Ewaldriep bet meisje zacht. „Verduiveld, rust wil ik hebben 1 Het gaat mij goedIk heb jullie niet noodigl" Zeer 'bleek luisterde het meisje naar deze uitbarsting van woede. Toen daalde ze zwij gend de trap af. „Die zoo brullen kan, heeft zich nog niet voor overwonnen verklaard, Anneke. Troost je, SamaritaanscheJe bent te vroeg geko men.'' „Ernst," zeide ze, en de 6chrik beefde nog in hare stem, toen ze in het atelier van haar broer stonden, „iaat het niet te laat warden. Ga iederen dag naar hem toe! Help hem op, Ernst!" „Verdiend! heeft de driftkop het niet," bromide die aangesprokene. En daarbij kan de bengel wat. Alleen met portretten vlot het niet. Kijk eens, wat hij mij ca deau gedaan heeft. Hij wilde het juist verscheuren, toen ik hem overviel. Daar! Vermaak er je in die coupé mede, dan gaat d'e tijd sneller om. Ik schenk je den hee- ien rommel." Hij rolde dé teekeningen op en schoof ze onder haar arm. „Maar lach nu toch. weer eens, meisje 1" Nog aliijd sprak de angst uit hare wijd geopende oogen. „Ernst „Kindje, ik beloof liet je immers. Ik zal hem niet laten schieten. Mijn© hand er op." Met de ongeopende rol op den schoot spoorde ze naar Barmen terug. HOOFDSTUK II. Weinige dagen voor het vertrek van Ewald Wiskotten uit het buis der Zinters, had Gretchen Zinters de trap naar zijn zol derkamertje bestegen, aangeklopt en was binnen getreden. Ze had een brief in de hand, welke haar zeer scheen te intere&see- i*en. Ewald Wiskotten zat aan de tafel, welke hij onder hel schuin afloopende raampje getrokken had, te zuchten over eene compositie-opgave. „Gretchem! Kom je weer een bij me?" „Hier is 'n brief. Kijk eens gauw, wat er in staat!" „Leg maar neer!" „Ben je dan niet nieuwsgierig? Een sohrift alsof het gedrukt is. Dat is van groote lui." „De buitenkant der dingen is mij on verschillig. Het moet van binnen goed zijn..'' „Dat is nou weer net iets voor jou. Ik ben meer voor 't uiterlijk. Dan weet je te® minste wat j© hebt. Over je innerlijke kan jo de menschen wel van alles wijs ma ken." „Heb ik dat gedaan, Gretchem?" „Je bent in elk geval een vervelende ke rel. Het zou nergens goed voor zijn, als we allebei ons hoofki lieten hangen. En dat mag ik ook niet. ook. Dat wil vader niet vanwege de zaak." „Maar je hadit je toch weil een beetje om mij kunnen bekommeren. Weken, lang zie ik jo niet." Ze trok haar lip op. „Ik heb er niks an. En 't theater speelt alleen maar in den winter." „Daarvoor heb ik op hot oogenblik geen geld," zeide (hij en keek somber en kwaad op z'n teekenpapier. „Je hebt heelemaal nooit geld." „Maar hier! Hier!" Hij sloeg op de tee- kenpiLank. „Dat wordt iets goeds. Nu heb ik het te pakken. Loop maar naar je ken nissen, ga maar met. hen naar do comedie, lach mij maar uit! Eens zal je huilen, om dat je niet in mij geloofd hebt!" Ze wiegde zich op hare slanke heupen en gleed, in zichzelf neuriënd, achter zij®, stoél. „Wat maak je dan, jongen?" En zo vlijde haar lichaam tegen zijn arm en boog haar hoofd voorover, totdat ze wang aan, wang met hem stond. Hij verroerde rich niet. Hij voelde slechts, hoe een heete stroom hem door gloeide, hoe zijn adem langzamerhand, zwaarder en luider ging en rijn wangen be gonnen te branden. Ze streelde niet de vingertoppen zijn haar. ,,Zeg 't toch, Ewald." Toen gaf hij haastig verklaringen. „Een! bruidestoet in Nürnberg. De praAiciëra in rijke gewaden. Do burgers a!s vorsten." „Zoo'n japon .zou ik ook willen hebben. Kan je mij er zoo niet een bezorgen?" „Ik schilder er je een." „Ja, ja, je schildert, me wat," lachte zo tegen zijn wang. „dat weet ik al lang." „GretchenHij omvatte liaar zoo on stuimig, dat de tafel begon te wankelen. „Je moet mij kussen. Hoor je, je moet! En ik bezorg je, wat je zelf maar wilt. Je behoeft er mij alleen maar toe aan te spo ren. Zie je, dat daar, dat doet niemand mij na. Die uitvoering, die phantasie Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1