W°. 139. Tweede blad.
8'" Jaargang.
Zaterdag 13 November 1909.
JCOLONIËN.
BINNENLAND.
AMERSFOORTSCH DAG
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post 1.50.
kfzouderlijke nummers 0.05.
r-v.-o Couran verschijn dagelijks behalv op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeel ingen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer -0.10,
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
O OST-1NDÏE.
Overlijden van kapitein Voorwijk.
In de eerste dagen van October word de ka
pitein der artillerie Voorwijk, tijdens de ma
noeuvres, die te Soemborlawang nabij Sr age n
werden gehouden, stervende onder een boom
aangetroffen.
Aan Indische bladen ent leen en wij daarom
trent het volgende:
.Reeds den dag vóór de ontdekking van dit
droevig voorval, liet was, meent onze zegsman,
bij een algemeene rust, toen alle officieren voor
een verzetje bij elkaar waren gekomen, miste
men hem Maar niemand had er eenig erg in.
Misschien is hij bezig aan zijn paperassen, merk
te een kameraad nog op.
Toen den volgenden morgen de oefeningen
weer zouden beginnen, mankeerde Voorwijk op
het appèl. Toen maakte men zich eeTst ongerust
over hem en een der officieren kreeg van den
overste opdracht hem op te zoeken.
Intusschen werd de politie door een dessa-
man gewaarschuwd, dat hij op een heuvel ach
ter Djenkiloeng een officier gezien had, in zit
tende houding, geleund tegen een boom, maar
het leed. geen twijfel volgens dien dessaman of
de man was dood. Zijn paard had hij in de na
bijheid van een boom gebonden. De politieman,
na zelf zich van een en ander op de hoogte te
hebben gesteld, rapporteerde dit aan den over
ste.
Men toog er been. Kapitein Voorwijk bleek
nog in leven, hoewel zwaar gewond. Loopen kon
hij niet meer. Onder geleide van een dokter
en een luitenant werd hij per goederentrein naar
Solo vervoerd.
De kogel in de borst gedrongen is in de rug-
gegraad blijven zitten.
Dinsdag 5 October is de heer V. overleden.
De vermoording van den assistent
resident Dunnewold.
De volgende bijzonderheden ontleenen wij
aan het Bat. N ieuwsbl.
Zooals reeds vermeld, was den wedono zijn
ontslag aangekondigd. Het vorig jaar van hier
naar Tangerang overgeplaatst, heeft hij daar
•'iet voldaan. De assistenit-resident liad daarom
voorgesteld hem te ontslaan; met het oog op
het groote gezin dat hij te zijnen laste had,
was dat voorstel veranderd in een voorsiel tot
overplaatsing. Maar het schijnt, dat de wedono
er achter gekomen is diat het voorstel hier ter
hoofdplaats, niet in goede aarde was gevallen,
hem wel degelijk een ontslag boven bet hoofd
hing althans eergisteren was hij bij den con
troleur, den heer Van Gogh, dien hij bad en
smeekte om toch liet ontslag af te wenden. Hij
ging eerst heen, toen de heer Van Gogh be
loofd had, in bet belang van zijn vrouw en kin
dieren, bij zijn chef een goed woord voor hem
te doen. De heer Van Gogh wees hem er echter
tegelijkertijd op, dat met de assistent-resident,
maar de resident in hoogste instantie besliste;
wilde hij dus zekerheid, dan diende hij zich te
wenden tot den resident. Dezen raad schijnt hij
ter harte genomen te hebben, gisteren begaf
hij zich tenminste naar Batavia, naar hij zeide,
om den resident te ontmoeten. Of dit inderdaad
gebeurd is, valt nog niet te zeggen zeker is
dat de wedono, gisteravond! teruggekeerd, om
acht uur nog gehoor vroeg bij zijn chef, die
hem echter liet aanzeggen dat hij in het late
avonduur ndet meer ontvangen kon worden.
Toen nu hedenmorgen de wedono zich reeds
vroeg aanmeldde, kon de assistent-resident
moeilijk vermoeden welke booze plannen hij
koesterde. Hij werd dus toegelaten. Kort na
dat hij in het kantoor was gekomen., hoorde men
een schot, om m iddel ijk gevolgd door een tweede
en een derdeeen der menschen buiten het kan
toor zag den assistent-resident, van zijn stoel
opgestaan, wankelen en neerstorten. Hij gaf
den geest nog vóór een der te hulp gesneldeu
hem had kunnen bereiken.
Op de schrijftafel vond men een geopenden
brief, afkomstig van den wedono, waarin deze
den assistent-resident verweet, dat hij zijn on
geluk wilde. Ooggetuigen hebben gezien, dat de
wedono, het kantoor binnen gaande, een brief
uit den zak haalde. Men vermoedt nu, dat hij
den assistent-resident den gevonden brief heeft
overhandigd en van de gelegenheid, dat deze
het epistel opende en las, gebruik heeft ge
maakt om a bout portant een schot te lossen.
Het eerste schot trof den assistent-resident in j
de borst; de kogel doorboorde het hart. De
ongelukkige schijnt nog opgestaan to zijn, en
met de hand een afwerende beweging gemaakt
te hebben, om het tweede schot af te wenden
althans dit tweede schot trof, alvorens het j
lichaam binnen te dringen, een der vingers van
de rechterhand.
Ook dit schot was maar al te goed gericht,
het drong eveneens de borst binnen; de dood j
moet bijna or middel ijk ingetreden zijn. En nadat
hij zijn slachtoffer had zien vallen, bracht de j
moordenaar liet wapen aan het hoofd en trok
af; de kogel drong ij ij den neus het hoofd bin-
nenmen vond hem nog levend, maar de dood
trad spoedig in.
De heer Dunnewokl heeft als controleur
eemg6 jaren te Tjittjoeioek gediend, waar men
nog goede lieugenis aan hem bewaart. Hij laat
een weduwe en vier nog jeugdige kinderen,
drie jongens en een meisje achter.
Kameroverzicht.
Eerste Kamer.
In de vergadering van Vrijdag ie voort
gezet de behandeling van het wetsontwerp
betreffende het onderzoek naar het vader
schap.
De heer Kist oordeelde, dat aan het ont
werp een mooie gedachte ten grondslag ligt,
nl. deze, dat de wezenlij ke vader ver
plicht is mede te zorgen voor de opvoeding
van het onechte kind. In het algemeen is
Spr. dan ook voor een dergelijke verplich
ting tot onderhoud. Echter zal het in vele
gevallen een harde verplichting zijn voor
dengeen, dien ze treft. Daarom mag gebiecht
worden, dat er zekerheid besta, dat het be
ginsel dezer verplichting naar recht en waar
heid zal wordJem toegepast. Die zekerheid
biedt, volgens spreker, het ontwerp niet. De
vader wordt vermoed te zijn degene, die bin
nen zekeren termijn met de moeder gemeen
schap heeft gehad. Dit vermoedien steunt
echter niet op recht en waarheid, al wordt
't door het ontwerp in'den vorm van een)
wettelijk vermoeden als bewijsmiddel toege
laten. Dit vermoeden toch sluit niet uit, dat
een ander dan de aangesprokene de wezen
lijke vader kon zijn. 't Is een loterij, 't kan
voorkomen, dat de moedier wellicht die meest
vermogende zal uitkiezen.
De in liet ontwerp aangenomen rechts
grond is naar sprekers meening onhoudbaar,
en daarom kan hij zijn stem niet aan het
ontwerp geven.
De heer P e 1 i n c k motiveert zijn stem
voor het ontwerp. Wel geeft hij eenige wijzi
gingen in overweging. Waar n.l. a'ls grond
slag voor den onderhoudsplicht van het kind
wordt aangenomen het feit, dat de man bin
nen zekeren termijn met de moeder gemeen
schap heeft gehad, zou men die verplichting
naar de draagkracht kunnen omslaan oven-
hen, die binnen bedoelden termijn met de
moeder gemeenschap hebben gehad. Ook
diende bepaald te worden, dat de onder
houdsplicht geregeld wordt overeenkomstig
den standi van de moeder.
De heer Van Velzen verdedigde het
ontwerp, betoogende, dat het niet meer dan
billijk is, dat de verwekker de financieele
gevolgen van zijn daad draagt, 't Zal ook
velen weerhouden om aan hun zinnelijke lus
ten toe te geven..
De heer Van der Feltz, hoewel er
kennende, dat de aangevoerde theoretische
en juridische bedenkingen tegen het ontwerp
niet geheel zonder grond zijn, oordeelde, dat
deze bedenkingen hier toch niet te zwaar mo
gen wegen en men veeleer moet letten op de
bestemming van het ontwerp, zijnde een
groot maatschappelijk belang te bevorderen.
Terecht geeft het ontwerp aam het matuur
lij ke kind geen recht en wordt er geen.
familieband geschapen, maar verplicht het
den verwekker alleen, waar steun noodig is,
in het onderhoud van het onechte kind bij
te dragen. De huwelijksband) wordt hierdoor
in geem enkel opzicht aangetast.
De Minister van J ustitie aan
het woord komenldj, trad im een uitvoerig*
verdediging van het ontwerp, dat van groote
zedelijke beteékenis en van hoog maatschap
pelijk belang is, hetgeen hij nader in het
licht stelde.
De Minister trad in een breedvoerig his
torisch ibetoog, ten bewijze, dat eeuwenlang
alom is bekend geweest het recht van een
alimentatie-actie ten behoeve van het on
echte kind. Hier te lande is in 1838 gebro
ken met deze rechtsregel, drie met onthou
ding van familierechtelijke relatiën aam het
natuurlijke kind, aan dat kind tcch tegen
over den natuurlijken vader een recht tot
onderhoudsplicht toekende. Waarom daar
mede toen gebroken is ligt in het duister,
maar een fabel is 't, dat zulks is geschied
omdat het recht tot het instellen van die
actie tot veel misbruiken) zou hebben aan
leiding gegeven. De Minister verdedigde
voorits het stelisel van het cntwerp, volgens
hetwelk het feit der gemeenschap recht
geeft op het .instellen der alimentatie actie.
Die gemeenschap is naast de geboorte van
het kind het eenigste te bewijzen fedt.
Wel zal 't voorkomen, dat die gemeen
schap niet rechtstreeks is-te bewijzen, maar
ook op grond van. vermoedens kan een feit
bewezen worden. Men denke slechte aan het
uitspreken van een echtscheiding wegens
overspel. Een man, die gemeenschap heeft
met een vrouw, weet dat er mogelijkheid is,
dat er uit die gemeenschap een kind wordt
geboren. Uit die waarschijnlijkheid nu vloeit
de .onderhoudsplicht voor den man voort.
Dat. nu volgens liet gewijzigde ontwerp ver
moed «wondt de vader te zijn van liet on
echt kind, hij die binnen een bepaalden tijd
met de moeder gemeenschap heeft gehad,
levert gem verschil van practische beteeke-
nis op ,want ook hierbij blijft de gemeen
schap het te bewijzen feit en als zoodanig
de basis Voor de alimenltatde - acta eIn de
vorm is het ontwerp dius slechts gewijzigd
en 6preker kon zonder bezwaarde verdedi
ging van het ontwerp op zich nemen. Wel
zijn er bedenkingen tegen het ontwerp aan
te voterto, maar de lichtzijde er van ver
jaagt de schaduw.
Na de rede van den minister werd de be
raadslaging gesloten en het wetsontwerp
aangenomen met 25 tegen 14 stem
men.
Tegen stemden de beeren Kist, Waller,
Rahusen, Merckelbach, Staal, Havelaar,'
Laan, Stork, Scholten, Breebaart, Bloem
bergen, v. d. Biesen, Bosch v. Draken steyn
en de Voorzitter.
Aan de orde was daarna het wetsontwerp
tot goedkeuring eener overeenkomst met de
N. V. zeehaven en kolenstation Sabang te
Amsterdam betreffende een aankoop van
een deel van hare bezittingen op het eiland
Wé en de daarmede verband houdende rege
lingen en tot wijziging en verhooging van
de begrooting van uitgaven van Nederl.-
Indië voor 1909.
Het wetsontwerp wordt zonder stem
ming aangenomen, eveneens het wets
ontwerp tot wijziging en verhooging der In
dische begrooting voor 1909, ten behoeve
van de haven verbetering te Semarang.
Traktementen- Posten Tele-
graafdirecteuren.
De Minister van Waterstaat,
het Eindverslag beantwoordende, zegt dat er
voor hem geen aanleiding bestaat om bij ge
schillen tussehcn hoogere en lagere ambte
naren een scheidsgerecht bijeen te roepen.
Het wetsontwerp z. h. s. aangenomen,
waarna de Kamer op reces gaat.
Berichten.
De lintjes-quaestle.
In de memorie van antwoord op het voor-
loopig verslag over hoofdstuk I (Binnen-
landsclie Zaken) worden de in dit verslag
gemaakte opmerkingen aangaande de lintjes
kwestie beantwoord.
De regeering zou de paragraaf in het voor-
loopig verslag met stilzwijgen zijn voorbij
gegaan, ware het niet, dat aan haar vragen
zijn gesteld.
Bij de beantwoording daarvan moeten,
naar de regeering meent, de volgende over
wegingen haar leiden.
De vragen zijn gesteld naar aanleiding
van grieven, aangevoerd tegen een afgetre
den minister, die deswege is ter verantwoor
ding geroepen. In hoever de leden der Ka
mer zicli daartoe gedrongen kunnen achten,
staat uitsluitend aan hen ter bëoordeeling,
maar het is duidelijk dat de ministers de
verantwoording niet voor hunnen ambts
voorganger kunnen voeren.
In zoover als zij door het beantwoorden
van de gestelde vragen zich op dietn weg
zon begeven, acht de regeering zich daartoe
niet slechts niet geroepen, maar ook niet
gerechtigd.
Het zoude ook eene afwijking zijn van de
goede constitutionneele practijk, welke hier
te lande nagenoeg "zonder uitzondering is
gevolgd.
Voorts kan het niet op den weg der re
geering liggen, om op de gestelde vragen in
te gaan, in zoover als zij implicite of uit
drukkelijk een oordeel inhouden of bedoelen
een oordeel uit te lokken over den aard,
zelfs van niet-ambtelijke handelingen, welke
de afgetreden minister zou hebben verricht,
of van niet-ambtelijke correspondentie,
welke hij zou hebben gevoerd.
Eindelijk moet de regeering zich onthou
den van het geven van inlichtingen omtrent
het bestaan en den inhoud van adviezen en
voorbereidende aanteekeningen of lijsten,
welke alle een vertrouwelijk karakter dragen
en moeten blijven dragen, zal de regeer ing,
ook in de toekomst, ongestoord kunnen over
wegen, welke maatregelen zij heeft te ne
men en het noodige kunnen doen ter voor
bereiding van hetgeen zij straks als regee-
ringsdaden zal hebben te verantwoorden.
Met inachtneming van het bovenstaande,
kan de regeering dus slechts inlichtingen
geven buiten verband met de aangelegen
heid welke in deze paragraaf is besproken,
en moet zij zich tot het volgende bepalen
1. Er bestaan geen vaste regelen, die ple
gen gevolgd te worden bij het verleenen van
decoraties aan ingezetenen. In vele gevallen
worden adviezen of informatiën gevraagd
aan autoriteiten onder wie de te decoreeren
personen ressorteeren.
2. Omtrent de adviezen gelden eveneens
geene vaste regelen, en moet de regeering
zich hare vrijheid voorbehouden. Onder dat
voorbehoud kan worden gezegd, dat meestal
de voordracht geschiedt door den minister
onder wiens ressort het gebied valt, waarop
de te decoreeren persoon zich verdienstelijk
heeft gemaakt.
3. De inkleeding van deze vraag maakt,
dat een antwoord implicite eene beoordee
ling van de handelingen van een ambtsvoor
ganger zou inhouden, in zoover als door de
woorden „Komt het meer voor", waarmede
de vraag aanvangt, te kennen wordt gege
ven, dat door hem de weg is aangewezen,
door het volgen waarvan iemand aanspraak
zal kunnen maken op eene ridderorde, 't Is
duidelijk, dat die beoordeeling niet op den
weg der regeering ligt en derhalve is de
vraag niet voor beantwoording vatbaar.
4. Hier wordt niet eenvoudig gevraagd, of
iemand, die minister is, eene som gelds met
eene bepaalde bestemming, die hem toever
trouwd wordt, mag aannemen en die aan
het aangewezen adres mag doen toekomen,
maar er wordt van de regeering eene beoor
deeling gevraagd van niet-ambtelijke hande
lingen en correspondentie van een ambts
voorganger. Hot is duidelijk, dat dit niet-
op haar weg ligt.
5. Op de hierboven aangegeven gronden
meent de regeering geene mededealdngen te
kunnen doen omtrent eene voorloopige lijst.
Door de afdeelingen der Tweede Ka
mer zijn benoemd tot rapporteurs over de
hierna te noemen wetsontwerpen, de heeren
wier namen achter de titels zijn vermeld, als
wijziging dei- Lager-onderwijswetnadere
wijziging van de Begrafeniswet; Begrooting
Landsdrukkerij, aamvull'ingsbegrooting idem
en regularisatie begrooting Binnenl. Zaken,
Van Wijnbergen, Van Doorn, Pollema, Van
der Molen en De Geer;
wijziging Ongevallenwet, id. art. 77 der-
zelfde wet, wettelijke bepalingen betreffende
het gebruik van trekhondenaanvullings-
begrooting Landbouw, enz.,; wijziging der
zelfde begrootingaanvullingsbegrooting
fonds uitvoering Tiendwet; aanvulling wet
betrekkelijk de instelling van dat Tiend
fonds wering van den Amerikaanschen
ki-uisbessenmeeldauwVan Veen, Rink,
Kooien, Van Vliet, Nolens;
Begrooting van Curasao 1910, de leden
der begrootingscommissie
wijziging en aanvulling der Burgerlijkee
Pensioenwetonteigening voor den verkeers
weg Spui-Buitenhof, Den Haag; id. voor dë
uitbreiding van het stationsemplacement
Apeldoornregularisatie Waterstaatsbegroo-
ting 1908; id Hooge Staatscolleges en Fi
nanciën id. QorlogsbegrootingVan Nis
pen tot. Sevenaer (Rheden), Van Hamel,
Middelberg, Eland, Van Asch van Wijck;
wijziging Justitiebegrooting 1908; natu
ralisation slot rekening Suriname 1905
id. Curasao 1906wijziging art. 72 Indi
sche Comptabiliteitswet Van-Lennep, Vlie
gen, Van de Voort van Zijp, van Hoogstra
ten en Van Lynden van Sandenburg.
Bakkersnacht ar beid. On
der de argumenten, die minister Talma te
hooren krijgt in deze dagen, is er één, die om
z'n eigenaardigen vorm de aandacht ver
dient.
Het is een bakkerspatroou uit liet Noor
den, die te kennen geeft dat hij zijn per
soonlijke, natuurlijke rechten onaantastbaar
acht voor de bemoeiing van de zijde des
wetgevers, in zake afschaffing van den nacht
arbeid.
Hij schrijft: „Wie zal mij kunnen verbie
den zelf voor mijn huisgezin te werken, wan
neer ik dat zal noodig achten?
Ik heb op mij genomen voor mijn huisge
zin te zorgen, dien eed zal ik gestand doen.
Ook al komt er een wet die mij verbiedt,
in mijn eigen huis voor mijn eigen zaak te
werken, wanneer ik dat voor het onderhoud
van mijn gezin zal noodig achten, toch zal
ik des nachts blijven werken.
Ook al zal de wetgever, gebruik makende
van bet recht van den sterkere, mij verbie
den des nachts te werken, ik zal aan deze
wet niet gehoorzamen. Ik ontzeg den wet
gever het recht zich er mede te bemoeien,
wanneer ik zelf in mijn eigen huis zal mogen
werken.
Mijn arbeidskracht is mij gegeven om die
ten nutte van mijn gezin aan te wenden, een
hoogere macht dan de wetgever heeft mij
deze arbeidskrachten geschonken, opdat Ik
deze voor mijn zaak zal benutten. Zou ik
mij nu door een wet, een maaksel van men
schen, laten weerhouden, datgene te benut
ten, wat mij door een lioogere macht is ge
geven
Ook al zou 90 pet. der belanghebbenden
er voor zijn zich dien dwang te doen opleg
gen, de wetgever kan mij, zonder mijn goed
vinden, dezen dwang niet opleggen."
N e de r 1 an d s c h e Melkhy-
giómsche Vereeniging. Haar
rapport inzake de Zondags
rust. Woensdagmiddag half driie werd in
het hotel Coomans te Rotterdam de alge
meene vergadering gehouden dër Ned. Melk-
hygiënische Vereeniging.
Tot redacteuren van liet orgaan werden
benoemd dte heeren Th. J. A. Diophuis en
L. Buckmann.
Vervolgens kwam aan de orde de bespre
king der circulaire betreffende „Beperking
van den Zoudagsarbeid". Deze circulaire
was aan de leden rondgezonden en 'hierop
waren 58 antwoorden ingekomen, waarvan
de algemeene conclusie was, dat in hot mlel'k-
bedrijf wel invoering van Zondagsrust mo
gelijk is.
Nadat de voorzitter een overzicht gegeven
had van de ingekomen antwoorden, stelde
het bestuur voer, den verkoop een het bezor
gen na 12 uur to verbieden, uitgezonderd'
den verkoop per glas.
Hiertegen werden van verschillende zijden
bezwaren geopperd.
Nadat eenige amendementen op dit voor
stel verworpen waren, werd besloten, dat op
Zondag na 2 uur geen kleinere hoeveelheid
dan 10 liter melk zal bezorgd worden, tenzij
op voorschrift van den medicus en tenzij
per glas van ten hoogste een liter, op
plaatsen met verlof.
In dieai zin zal tlians een rapport aan dten
minister gezonden worden.
Wat hot werken m de fabriek betreft,
meent het bestuur, dat daaromtrent geen
bepalingen moeten gemaakt worden.
Heden, Donderdag, voeren de iiteeren dir.
J. Poels en dr. S. G. Mogendorff hot woord.
Herziening der Fransche
tarief wetten in verband met
de Nederlandsche kaas. Men be
richt het volgende:
Naar aanleiding van het voorstel der
Fransche regeoring tot herziening van het
bestaande tarief van invoerrechten, waarbij
o.a Nederlandsche kaas beduidend hooger
zoude worden belast, heeft het dagelijksch
bestuur van de Nederlandsche Vereeniging
van Kaashandelaren, onmiddellijk alle po
gingen in het werk gesteld om zoo mogelijk
dit dreigend gevaar af te wenden. Het heeft
al'le afgevaardigden per circulaire gewezen
op de nadoelen, die uit deze verhooging van
rechten konden voortspruiten en een tweede
circulaire in grooten getale verspreid onder
de afnemers van Hollandsche kaas in Frank
rijk met hetzelfde doel.
Blijkens de van enkele afgevaardigden aan
het bestuur toegezonden brieven heeft deze
beweging zeer de aandacht getrokken, met
het gunstige gevolg, dat in de Kamerzitting
van 2/ October 11. besloten is, dat de rech
ten voor Nederlandsche kaas op het bestaan
de tarief van 12 franc per 100 KG. gehand
haafd blijven.
Deze door de Nederlandsche Vereeniging
vin Kaashandelaren op touw gezette en met
succes bekroonde beweging wordt zoowel
door de kaashandelaren als door de kaaebe-
reiders op prijs gesteld.
School- en Kerknieuw*.
l>e heer C. J. Leemlerts, leer aar in aard
rijkskunde en schoonschrijven aan dë hoogere
burgerschool voor jongens te Leiden, heeft om
gezondheidsredenen eervol ontslag gevraagd.
Voorgedragen wordt- voor leeraar in de
staathuishoudkunde aan de H. B. S. te Tiel de
heer H. A. Ronsel, thans tijdelijk.
's-G t a v e ii li a g e12 November.
Examens M. 0. Wiskunde, K. I. Opge
roepen en opgekomen 3 candidatenafgewezen
2 Geslaagd de heer A. H. C. van dfer Knik,
uit Zwolle.
Examen Wiskunde, L. O., art. 80. Opgeroepen,
en opgekomen 3 candidaten. Afgewezen 2. Ge
slaagd de heer V. Esbach, uit Prinsen-hage.
Examens M. 0. Schoonschrijven. Opgeroe
pen en geëxamineerd 5 candidate». Toegelaten
de heeren H. J. Hennis, van Schoten; O. van.
Hoek, van Winschoten en J. W. Kobus, van
Utrecht.
Examen M. 0., Schoonschrijven. Geëxamineerd
candidaten. Toegelaten de heerenC. D. Koo-
ter. van Tilburg; J. G. Koren, P. H. Kroon,
beiden van Utrecht; H. J. Kuijpers, van Til
burg, en H. A. Lavrijsson, van Zwolle.
f-'s G r a v e nh a ge, 11 Nov. Stuurlieden,
examens. Geslaagd groote stoomvaart, derde
stuurman: J. H. Buven van Weelderee.
Stuurlieden-examens. Geslaagd, groote stoom
vaart, tweede st-uurman, T -F. Bastei. B. F.
A. Fohren; groote zeilvaart, derde stuurman,
W. F. puijzer.
Examen apothekers-assistent.
Rotterdam, 12 November. Geëxamineerd 5
vrouwelijke candidaten. Geslaagd de dames B.
H. Wester en J. J. van Haren, beiden geboren
te Groningen.
Ned. Herv. Kerk.
Door het provinciaal kerkbestuur van Gel
derland is tot de evangeliebediening toegelaten
de heer C. van der Was, cand. te Katwijk aan
Zee.
Naar de D. Ct. verneemt, heeft het.
Provinciaal Kerkbestuur van Zuid-Holland
het bezwaar tegen de formeering van liet drie
tal te Dordrecht en de beroeping aldaar van
ds. J. Keiler, te Bleskensgraaf, by beslissing in
hooger beroep ongegrond verklaard.
Het Provinciaal Kerkbestuur van Overyssel
heeft tot de evangeliebediening in do Ned. Herv.
Kerk toegelaten den heer J. M. Doorenbos,
candidaat in de godgeleerdheid aan de univer
siteit te Groningen.
Door het Provinciaal Kerkbestuur van
Zuid-Hol'land zijn na afgelegd examen toegela
ten tot de evangeliebediening in de Ned. Herv.
Kerk: de heeren I). Chr. Goedhart, uit Seïlin-
gen, en H. Kinin, uit Meppel. beiden candidaat
in de godgeleerdheid aan de Universiteit te
Groningen.
Geref. Kerken.
Voor de classis Leiden der Geref. Kerken
heeft het préparatoir examen afgelegd de heer
F. C. Meyster, van de Vrye Universiteit te Am
sterdam.
Den 11. December a. s. hoopt ds. J. J.
Ruys, predikant by de Ned. Herv. gemeente te
s-G-ravenmoer, zijn gouden ambtsjubileum te
herdenken. Meer dan 20 jaren is hij reeds in
deze gemeente werkzaam. Zijn vorige gemeen,
ten warenMaasdam, Oude Wetering, Oud-
Beierland (2e keer), Oud-Alblaa, Ermelo, Hoe
velaken, Hilversum ein Mijnsheerenland.
In de vacature, ontstaan door het emeri
taat nemen van ds. H. C. Lohr, nomineerde de
Groote Kerkekaad der Ev. Luth. Gemeente te
Rotteidam de volgende heeren (alpliabetisch)D.
Dryver, Ev. Luth. predikant ZaandamJ. H.
Grottendieck, Ev. Luth. predikant Dordrecht;
J. W. K. Hoevers, Ev. Luth. predikant Breda;
A. C. Schade v. West rum, Ev. Luth. predikant
Groningen; C. St ader man, Ev. Luth. predikant
LeidenA .D. Wempe, Ev. Luth. predikant
's-Gravenhage.
In de Synode (19101913) werden door don
ring .Rotterdam verkozenals lid (predikant) ds.
J. H. Grottendieck, Dordrecht; als sec.-lid (pre
dikant) ds. Chr. Plaat. Rotterdam.
N. R. Ct.