i'. 14a.
8"' Jaargang.
Donderdag 18 November 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE WISKOTTENS.
f
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf 1.00.
Idem franco per poet - 1.50.
Afzonder; gIre nummers- 0.05.
Deze Cour ent versohijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
kdvertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
'8 morgens bg de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bestaan zeer voord eelige bepalingen UA
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Ee»'
oiroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvrat»
toegezonden.
Kennisgevingen.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort
trengen ter algemeene kennis, dat op lieden bij
jen van Gedeputeerde Staten dezer provincie in
.fschrift is ingekomen een verzoekschrift van
Villem Vasteuburg, koffiehuis- en logementhou-
ler. wonende alhier1, om vergunning voor den
(erkoop van sterken draink in het klein voor
;ebruik ter plaatse van verkoop, alleen aan
Dgeergasteiï. in een localiteit van het perceel
fc> -iO aan den Zuid-Singel te Amersfoort;
dat een ieder binnen twee weken na dagteeke-
iing dezer, schriftelijk bezwaren bij hen kan in.
lienen tegen het verleenen der vergunning.
Amersfoort, den 16. November 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris. De Burgemeester,
G.STBNPERT KROESE. WUIJTIERS.
Politiek Overzicht.
De ouderdomsverzekering in
Frankrijk.
II. (Slot).
Het ontwerp der Senaatscommissie gaat
lelfs pog verder. Naast de verplichte ver-
iekering stelt 'het ook de vrijwillige verzeke-
•ing in voor diegenen, welke een of ander
Bedrijf zender personeel uitoefenen, d. w.
i. de massa der kleine industrieel en, welke
folgens de commissie uit den Senaat even-
teer tot op zekere 'hoogte deze sociale voor-
jorg behoeven menschen die direct noch
verknemers noch werkgevers zijn. Daar
onder rekent het voornamelijk de kleine
iachters en handwerkslieden met eigen be-
Irijf. Hun aantal wordt door de commissie
folgens de berekening van het ministerie
ran arbeid aangegeven als 3,486,000. Het
itaat hun vrij op dezelfde wijze als de ver-
iekeringsplichtigen door dezelfde eigen bij
lragen als deze en onder dezelfde voorwaar-
ien zich het ouderdomspensioen te verzeke
ren onder denzelfden toeslag van den Staat
|ot aan een derde, d. w. z. 60 francs op de
vLzoo verkregen rente van 180 francs op den
leeftijd van 65 jaren. De uit deze drievou
dige bijdrage der verzekeringsplichtigen en
tot vrijwillige verzekering gerechtigden be-
i evens van de werkgevers en den Staat ver
kregen sommen heeft de Senaatscommissie
kis volgt 'berekend en verdeeld. Bijdragen
Jer pensicentrekkeiiden bij betaling van de
aiinimum-bijdrage 62,5 millioender vrij
willige deelnemers bij betaling van een ge-
iniddelde bijdrage van 9 francs (waarvan 3
Irancs vrijwillige verhooging) 31,3 millioen;
pan den Staat in overeenkomst met boven
genoemde bijdragen 52,4 millioen in het
serste jaar, stijgende tot 153,4 millioen in
het 80e jaar der wet. Zouden ook de ver-
tekeringsplichtige werknemers hunne bij -
flragen met 3 francs verhoogen, ten einde
rich eene daarmede overeenkomende hoogere
Duderdomsrente te verzekeren, dan zou dit
Diet delasten der werknemers vermeerderen,
doch die van den Staat, en wel tot 185,9
inillioen in het 80 jaar der wet, evenals eene
jjrootere vrijwillige bijdrage der andere pen
sioengerechtigden wederom den Staat meer
belasten zou. In .de belegging dezer bijdra
gen voorziet het ontwerp aldus, dat de bij
dragen der loonarbeiders worden gekapitali
seerd. Van de bijdragen der werkgevers zal
jlit slechts in den aanvang mogelijk zijn,
Zoolang namelijk in de eerste jaren de uit
te betalen rente niet do som dezer bijdragen
en der staatstoelagen bereikt. Dan echter
zullen ze jaarlijks voor de uitbetaling dezer
rente worden gebruikt. In elk geval berekent
echter de rapporteur van den Senaat ook uit
de kapitaliseering van de bijdragen der
rentetrekkenden, een aangroeiing van het
voorhanden verzekeringskapitaal tot 6.5 mil
liard in 't 80e jaar deV wet. Van de techniek
van het ontwerp zij nog aangestipt, dat de
werkgever zijne bijdragen onmiddellijk aan
den Staat te betalen heeft, evenals de be
lastingen, den verzekeringsplichtige even
wel de vrije keus wordt gelaten, ze in
handen van zijn werkgever in den vorm
van premiezegels in een voor dit doel, hem
als aanwijzing zijner rechten dienend, ver-
zekeringsboek, of aan de rijks-ouderdomsver-
zekerings'bank, of aan een onderling verze
keringsfonds, of aan elke andere door den
Staat gevolmachtigde en aan zijn toezicht on
derworpene bank af te dragen.
Het derde, tegelijkertijd den Senaat ter
beraadslaging onderworpen wetsvoorstel, is
dat van de regeering. In den grond der zaak
sluit zich dit ontwerp bij dat der Senaats
commissie aan, hetwelk het artikel voor arti
kel volgt. In de bijzonderheden echter toont
het eenige verschilpunten aan, welke in
hoofdzaak de volgende zijn: De regeering
stelt zonder onderscheid voor alle verzeke
ringsplichtigen eene minimum-bijdragen van
9 in plaats van 6 francs voor. De toeslag
van den Staat op de door de bijdragen der
verzekeringsplichtigen verkregen ouderdoms
rente geschiedt door even zulke j aarlijksche,
een derde van gene bijdragende staatsbij-
dragen a capital aliëné van den verzekerings
plichtige. De uitbetaling dei' rente van 120
francs is verbonden aan de voorwaarden van
eene regelmatige premicstorting der verze
keringsplichtigen gedurende minstens 30
jaar. De werkgevers hebben hunne bijdragen
tot een zelfde bedrag .als de minimum-bij
drage der verzekerinigsipliohtigen in denzelf
den vorm te storten, doordat het premie-
zegel, door de laatsben ingeplakt, ook liunne
bijdragestorting mede omvat. Het vrije be
schikkingsrecht des verzekeringsplichtigen
over zijne rente begint eerst met het 360
francs te 'boven gaande overschot. De vrij
willige o'uderdomsverzekering bepaalt zich
tot de kleine pachtboeren, zonder de kleine,
alleenarbedenide grondeigenaars of andere
nijveren, er in te betrekken. Gedurende de
eerste dertig jaren zal het recht op eeno
jaarrente va.n 120 francs verbonden zijn aan
de voorwaarde, zoovele jaarlijksche 'bijdragen
te hebben gestort als er jaren sedert het
in werking treden der wet verloopeu zijn.
Het ontwerp der regeering plaatst, over 't
geheel genomen, in 't bijzonder gedurende
de eerste jaren den Staat ten opzichte dei-
door hem te .brengen offers in betere con
ditie als het senaatsontwerp. Het regeerings-
ontwerp stelt namelijk de gelegenheid open
in de eerste jaren uit de bijdragen der werk
gevers het overschot op de vervallen pen
sioenen, e?ne beduidende som, te kapitalisee-
ren en den Staat hiervoor eerst vanaf het
twintigste jaar der wet een toeslag van 22
millioen op te leggen, die echter spoedig
daarop reeds 63 millioen zal bedragen en
alsdan den maatstaf van den door het Se
naatsontwerp bepaalden rijks toeslag zal be
reikt hebben.
Van deze drie ontwerpen zal nu dat der
Kamer voor de beraadslagingen in den Se
naat ongetwijfeld nauwelijks meer in aanmer
king komen. In werkelijkheid gaat het voor
den Senaat thans om het eigen ontwerp en
de hierbij door de regeering ingediende wij
zigingsvoorstellen. In de grondbeginselen
de dwang\erzekering aller loontrekkenden,
met uitzondering evenwel, wat nog dient te
worden vermeld, van de reeds bij speciale
kassen verzekerde spoorwegbeambten en de
eveneens bij afzonderlijke wetten verzekerde
mijnwerkers; de kapitaliseering van de bij
dragen der verzekeringsplichtigende opne
ming in dc wet van werkgever en Staat als
op sociaal-politiek gebied gelijke verplichtin
gen hebbende betalers der toeslagen stem
men ze overeen. Hunne verschillen zijn ech
ter niet van dien aard, dat een fiasco van
het on'werp te vreezen is, noch ook zal de
uit de verkiezingen van het volgende jaar
geboren Kamer de onvriendelijke behande
ling kwalijk nemen, die de Senaat het voor
stel van haar voorganger van 1906 heeft doen
ondergaan, wanneer eenmaal het uit .de be
raadslagingen des Senaats voortgekomen
werk bij haar in behandeling komt. Want
het schijnt uitgesloten dat nog voor de ver^
kiezingen de tegenwoordige Kamer tijd zal
vinden het te behandelen en tot wet te ver
heffen. Men mag alzoo naar den tegenwoor-
digon stand van het vraagstuk verwachten,
dat het jaar 1910 eindelijk d'e verwezenlij
king der lang gewenschte hervorming zal
brengen.
België.
Brussel, 17 Nov. De Kamer heeft
aangenomen het eerste deel v.an het eerste
artikel van heil door de regeering ingediende
ontwerp, bepalende dat één zoon per gezin
zal moeten dienen.
Frankrijk.
Br Land heeft het, naar bericht wordlt, bij
zijn vriendleu verbruid, en, zooals té doen
gebruikelijk is, schijnt al reeds een tegen-
ministerie in dien maak, dat slechts een ge
legenheid afwacht om den man., die met wat
al te groot gezag begint op te treden, ten
val te brengen. Ook onder Cliemenceau
werden herhaaldelijk zulke mijnen gelegd.
Het is echter niet waarschijnlijk dat d'e mi
nister-president zich zal laten verrassen.
Een Parijsch correspondent verneemt, dat
hij bij de aanstaande behandeling der be
grooting een stemming zal uitlokken om
zich van de trouw dier meerderheid te verze
keren.
Een rapport-Doumer over Marokko, aan
de Kamer uitgedeeld leert, dat, ondanks de
groote moeilijkheden die Frankrijk in Ma
rokko heeft ontmoet, in 't geheel nooit meer
dan ruim 35,000 man gebruikt zijn in het
Ch au ja-gebied, in de Oedsjdastreek (N.-O.)
en de boven-Gir (Z.-O:) en dat, niettegen
staande de uitgebreidheid van het gebied,
de Franschen over meer dan twee jaren niet
meer dan 173 dooden en 584 gewonden had
den. Het opperbevel is dus vrij zuinig ge
weest op de menschenlevens.
Engeland.
Londen, 17 Nov. De Koning van
Portugal kwam hedenmiddag, vergezeld van
den prins van Wales, van uit Windsor alhier
aan. Er werd een rijtoer gemaakt door do
versierde straten. Onder geestdriftige toe
juichingen reed men naar Guildhall, waar
een adres in ontvangst werd genomen van
hei gemeentebestuur en een lunch, aange
boden door den Lord-Mayor, werd gebruikt.
Londen, 17 Nov. Aan het feestmaal
in Guildhall werd deelgenomen door 800
personen. In antwoord op een door den Lord
Mayor uitgebrachten dronk, herinnerde Ko
ning Manuel aan de redle, die koning Carlos
vijf jaar geleden over de voortdurende ver
bintenissen, tusschen bedde koninklijke hui
zen en over den gemeenschappelij ken roem
van beide landen had gehouden. Koning
Manuel sprak zijn hartgrondigen dank uit
voor de hartelijke ontvangst, die hem te
beurt was gevallen en voor de treffend* sym
pathie betoond aan de nagedachtenis van
zijn vader. Hij voegde daaraan toe, dat het
bijna onmogelijk zou zijn het oude verbond
in politiek opzicht te verbeteren, maar dat
er op het gebied van den handel nog veel te
doen is in het belang vna beide landen en
dat die Portugeesche regeering geen moeite
zal sparen om dit doel te bereiken
Londen, 18 Nov. Runoman, eer
ste minister, naar aanleiding van Lansdow-
ne's motie sprekende te Huil, zeide dat de
motie een gebeurtenis vormde zonder haars
gelijke in de laatste 300 jaar. Sprekende
namens de regeering verklaarde Runcman
dat men geen onderhandelingen met de
Lords wilde over de begroeting daar het
Lagerhuis de middelenwet heeft gereed ge
maakt en dat ze zoo moet blijven; zij wei
gert absoluut den vergelijk over eenige be
lasting of clausule. Het Hoogerhuis had
niet meer recht om de wet te verwerpen
dan de kroon om de bekrachtiging te wei
geren.
Londen, 17 November. Bal
four bepleitte in een rede te Manchester
krachtig een tariefherziening met preferen-
tieele tarieven voor de koloniën, als eenig
alternatief voor de begrooting, welke voor
alle grootindustrie nadeelig zou zijn.
De rede was voor een groot deel gewijd
aan de weerlegging van de vrees, dat de
tarief herziening schadelijk zou zijn voor de
katoenindustrie te Lancashire, daar zij de
kosten van de levensmiddelen der arbeiden
de klasse zou vermeerderen.
Balfour verklaarde, dat hij nooit zou mee
gaan met eenige verandering, welke kon
worden beschouwd als de oorzaak van zulk
een vermeerdering.
Krachtig verdedigde Balfour het recht van
het Hoogerhuis om de beslissing van het
volk in te roepen over ernstige aangelegen
heden, ten aanzien waarvan het wensche-
lij'k is dat het zijn wil uitspreekt. De hoofd
taak van het Hoogerhuis .is toe te zien, dat
de regeering populair is en dat het volk
niet verraden wordt door haastige slecht
overwogen wetgevende maatregelen. Wat ook
de uitslag moge zijn, Lord Lansdowne's han
delwijze om een beroep te doen op de tus-
schenkomst van het volk, zal de juiste zijn.
Het bestuur van d'e Engelsche Anti-Swea
ting League heeft in de bladlen een oproep
geplaatst, ten einde gelden bijeen te bren
gen ten beihoeve van de organisatie dér
huisarbeiders in de confectie en cartooi-
nage-bedrij ven en de kettingmakerijOp
1 Januari zal namelijk die wet op die
huisindustrie in werking treden., een wet,
die voorloopig alleen betrekking zal hebben
o,p de huisarbeiders in de genoemde bedrij
ven. Zonder medewerking van de arbeiders
zelf, en zonder controle, zal van d)e uitvoe
ring dlezer wet, zoo vreest de Anti-Swcating
League, niet veel terecht komen. Daarom
wil dezen bond nu trachten de huisarbeiders
te organiseeren.
Denemarken.
Kopenhagen, 17 Nov. De Koning
is hedenavond 8 u. 10 over Gjedör naar
Hamburg vertrokken, vanwaar hij de reis
naar Weenen voortzet.
Op het station waren de geheele konink-
lijko familie en verscheidene ministers aan
wezig om afscheid te nemen.
Spanje.
Uit het rijk van Koning Alfonso komen
weer onrustbarende berichten, welke doen
vreezen, dat men daar reeds weder voor een
kabinets-crisis staat.
De minister-president wil de Cortes bij
een roepen ter goedkeuring van de begroo
ting. Verschillende van zijn collega's ver
zetten zich hiertegen, en wenschen de be
grooting slechts door den Raad van State
te doen aannemen.
Wordt echter de Cortes bijeengeroepen,
dan is het zoo goed als zeker, dat de be
grooting verworpen zal worden, daar de
Cortes een conservatieve meerderheid telt
van 247 afgevaardigden, tegenover 160 mi-
nisterieelenKort na de historische zitting
van 21 October, waarin de heer Maura zich
zelf ten val bracht door den liberalen open
lijk den oorlog te verklaren, verzekerde hij,
dat aan de nieuwe regeering onherroepelijk
iedere medewerking door de meerderheid
zou worden geweigerd.
De minst fanatieke conservatieven hebben
zich bereid verklaard, desnoods de noodige
credieten voor het departement van oorlog
toe te staan, maar onvoorwaardelijk de be
groeting te zullen verwerpen.
Het ministerie verkeert derhalve in een
uiterst moeilijk dilemma. De meeste minis
ters schijnen niet geneigd, het land na ze
ven weken wederom onder de leiding te doen
komen van het conservatief kabinet.
Eenerzijds dus de eerbied voor de consti
tutie, anderzijds vrees voor een nieuwe
reactie.
Met hardnekkigheid loopt het gerucht van
een aanstaand aftreden van den minister
president.
Rusland.
Bij de benoeming van den nieuwen Rus-
sis chen minister van Handel, Tirmasjef,
schijnt de premier Stolipin wederom een
veer te hebben moeten laten.
De door hem voorgestane candidatuur
van den staatsraad von Maller werd door
den Czaar eenvoudig genegeerd en Kokoft-
sef's man, Timasjef, werd' benoemd. Een be
wijs, zegt men, dat in die handelspolitiek
geheel die lijnen van den minister van Fi
nanciën zullen worden gevolgd.
Sommigen willen liieruit zelfs tot een wij
ziging in het kabinet besluitenKokoftsef
zou dan binnenkort Stolipin's plaats in
nemen.
De premier zal het dan. ook, zeilfs wan
neer Kokoftsef hem niet vervangt, wel niet
zoo heel lang mieer uithouden.
Zijn verblijf te Livadia, alwiaar hij zich
14 dagen zou ophouden, heeft hij plotseling
tot op twee diagen bekoTt zonder aanneme
lijke reden.
En. eindelijk bestaat er ten opzichte van
Finland voor Stolipin gelegenheid te over
om, nog meer dan hij dit thans reedis
schijnt te zijn, persona ingrata te worden.
De Czaar heeft afwijzend beschikt op een
adres van den Finschen landdag, waarbij
de afschaffing wordt verzocht van de voor
dracht van Finsche aangelegenheden bij den
Czaar door den ministerraad van het Rijk.
S DOOK
RUDOLF HERZOG.
Hij dloolde doelloos langs den Rijn. Mid
den uit die omhoog voerende vlucht was hij
door eene onverwachte luim van loet nood
lot naar beneden gevallen.. Aan wien voor
deze drie weken geld te vragenVoor deze
korte spanne tijdis, voor deze belachelijke
korte drie weken, die h'em van alles beroo-
wen bonden. .Aan Ernst Kölschl Neen, niet
bedelen. Dat had hij niet verdiend, nu te
moeten bedelen, terwijl hij gewerkt had. Van
de ziekte eener oude, onbekende vrouw, van
eene drie wieken lange onderbreking zijner
plannen mocht hij zijn willen niet afhanke
lijk nuaben. Daar hij een lijdiensjaar uit had
kunnen houden, zouden hem nu, nu het
bergopwaarts ging, drie weken stilstand niet
van hot veckregone berooven. Nu pas gi'ng
het in waarhieid om het bewijs dfer e ven boor-
tagheid, nu, nabij het doel.
Den gehoelen dag peinsde hij over hulp
middelen, <fie hem in staat zouden stellen,
zich deze drie weken boven water te hou
den De een of andere eerlijke arbeid, welke
hot ook wezen mocht.' Voor zich, op heit
Golzheraier Sand, zag hij een stellage en
een cantine. Arbeiders met spaden en hou
weel en kwamen er in troepjes uit om bij
dén aanleg van wegen in de bergachtige
Streek gebruikt te worden. De handen uit
de mouw gestoken. Hier kon hij zijn goe
den wil doen blijken Zonder verder naden
ken trad hij naar den opzichter toe en liet
zich aanmonsteren. Tusschen de nieuwe ka
meraden stond hij in de cantine, sombere
en onverschillige gezichten om zich hoen,
menschen, voor wie het leven: nog slechts
beteeken dede spade in den grond slaan,
waarop zij stiefkinderen waren, spotters of
verbitterden
Den volgenden morgen trok Ewald Wis-
kotten er met een troepje op af. De spade
geschouderd, den hoed dicht over de oogen
getrokken, hield liij dapper gel ij ken, tred.
Hem kw^m de grond, welken hij bearbei
den moest, rai«8t vijandig voor, hem scheen
de aarde die zorgende moeder.
Aangepakt, WiskottenP' riep de opzich
ter hem toe. En Ewald Wisbotben pakte
aan.
Het was een groene Paschen in het Wup-
perdal. De sneeuw die op de onherbergzame
hoogten gewoonlijk nog eenmaal flink dik
neer placht *te komen, als de kalender het
begin van liet- voorjaar verkondigd had,
was uitgebleven. In het woud ontspon zich
een nauwelijks merkbaar groen waas. En
die het niet zag, voelde hel. De een vertel
de den ander het groote nieuwsop de ber
gen is het lente. Geen enkele, die zich niet
ve-wonderde en het verder zeide.
Door het woud den loop der kristalhel
dere beek volgend, liep Gustav Wiskotten.
Weinige menschen islecht-s ontmoette hij.
Beneden hadden, de kerkklokken geluid en
waren de huizen des Heeren met de geloo-
vige gemeente gevuld. Hem was het niet
mogelijk, te midden van die velen te zitten.
Op Palmzondag had hij het geprob'eerd en
met de ooren luisterend, niet met het hart,
had hij het uitgehouden. De dominé sprak
goed. Het Wupperdal koos zich slechts uit
gelezen redenaars. Maar de man sprak toch
slechts in het algemeen, voor de smarten
en verwachtingen van allen, niet voor en
kele gevallen. En al had hij het gedaan, dan
had hij toch niet meer kunnen doen, dan
wat licht te laten schijnen in zijn ziel, waai
de schaduwen bleven. En in zijn ziel licht
te laten vallen, dat kon hij zelf beter, daar
toe had hij geen vreemde van ambtswege
noodig. Immers was het hem gedurende de
preek reeds te moede 'geweest, alsof de re
denaar het naast liggende, de alledaagsche
Wereld met hare categorische imperatieven
voorbij gegaan was, om du ver afgelegen
tuinen met vruchten te wenken, wier bloe
sems zij niet gezien hadden, zij allen niet,
die van de le/venslente het meeste ver
wachtten. Goed, goed. Eene opwekking
mocht het zijn, eene verlossing was het
niet. Niet voor hem. Hij had krachtiger ar
gumenten noodig.
Te mid'den van de' bruine, blank: gepolijste
takken van heit struikgewas glansden de witte
katjes. Hij sneed' een bosje af en onderzocht
het jonge hout, waar bet sap uit parelde.
Hij izat op een met mo's begroeiden heuvel,
Voor zich bet woud, achter zich bet uit
gestrekte, eenzame plateau van 'het berg
achtige land, en. bewerkte ijverig met zijn.
mes de bruine bast, totdat cïit omhulsel van
het 'hout los Üiot en als een «langenhuid er af
viel. Ieder jaar had bij voor zijne kleinen
de eerste fluitjes gesnéden. De armpjes op
zijne knie geleund, hadden >ze voor hemi ge
legen en met verbaasde oogen 'heb ontstaan
van 'het wonderwerk gadegeslagen, totdat
het voleindigd was, totdat de langgerekte,
trillende toon hen in Verrukking bracht en
de vader bun als de wonderdoener der we
reld voorkwam, die kon, wat hij wilde.
Veel had bij niet vermocht. De moeder
dacht anders dan 'die kinderen. Zij was niet
voor lentewonderen, die van de aaride stam
men.
Het hoofd voorover gebogen, het fluitje
aan den mond, zat Gustav Wiskotten en
blies zachte klanken door het woud. Het
klonk als vroeger. En bet voorjaar was er
ook, en het sap steeg op in het hout.
Hij wierp 'het. speelgoed van zich af, plot
seling, alsof 'hij zich de vingers gebrand had.
,,Nou, .nou, nou", 'kalmeerde -hij zich zelf.
,,Hou je kalm. Maar deze luchtdeize lucht
is nauwelijks uit te houden."
Hij sprong op, keek schuw om zich heen,
of hij onbeluisterd gebleven, was en verliet
toen haastig liet pad, om het dichtbegroeide
woud dwars door te gaan. Hier zag hem
niemand en niemand zag zijne gedachten.
Zijn arm lag «om een vrouwenlichaam, welke
beven zijne hand. bespeurde, tegen zijn
•schouder vlijde zich een hoofd, en in een
massa bruin baar speelden de zonnestraal
tjes, die door 'het gebladerte vielen, krijger
tje, en schiepen er roodbruine vlammetjes.
Als bij ze weg wilde kussen, «boog bet hoofdi
zich achterover, sc'helinsche oogen. schitter
den hem tegen, roade lippen ontweken hem
speelsch, om hem plotseling te overvallen,
een losrukken volgde en oene jacht door bet
woud en een Ibuit, die hem in do gevangen
schap het bloed nog heeter maakte dan bij
de achtervolging. Totdat een lachend men-
schenkind -met gesloten oogen, op genade en
ongenade om .zijn hals 'hisng
,,Emiüe
Neen, toch nietEmilie. Haar lichaam was
het, niet haar persoonlijkheid:. En waarom
haar persoonlijkheid? Behoorde die niet
bij dit jonge, 'bloeiende lichaam? Waren zij
reeds grijsaards? Kropen ze reeds op ban
en voeten? Als de jonge natuur 'zich brui
send deed gelden, Zou hij daar in zijne le
venslente dan afstand van doen?
En gebiedend, "verlangend schreeuwde bij
door liet woud.
,,Jou!1"
Uit de een of andere richting kwam een
cch°Toon verliet hij het bosch,
zijn polsen bonsden wild, maar toen bij in
het dal en onder de .menschen kwam, die
uit de kerken stroomden, had hij don vasten
tred en den koelen, berekenden blik van
den fabrikant.
Hij wist, dai 'de fabrikant de overhand
behouden moest. Heden meer dan ooit.
Thuis gekomen, trof hij Anna Költech.
Ze bad zijn woonkamer met bloeiende takjes
van den 'haizolaar versierd. 'Hij koek 'haar
aan.
„Wat ziet u er behaaglijk uit, juffrouw
Anna."
Ze toonde hem haar bandon.
„Ik heb paascheieren gekleurd. U kunt
ltet nog zien. Noemt u dat behaaglijk?"
„Ach ik bedoel niet de handen, ik be
doel uw gezicht, het geheel."
Ze verborg hare banden achter baar rug
en lachte hem "vroolijk toe. En toen, eerst
verwonderd, verstormde het lachen, en in
hare oogen vertoonde zich langzaam eene
zeldzame ontsteltenis. Gustav Wiskotten
had den arm om baar been geslagen
„Anna
Wordt vtrvolffd.