IMP
grond tot verstoordheid tegen de propagan
disten van de daad.
In de laatste zes maanden is in Buenos-
Ayres viermaal met bommen geworpen. Twee
dier aanslagen hadden een noodlottige» af
loop. De Argentijnache regeering weet. dat
er in Argentinië 10,000 a 11,000 lieden zijn,
voor het meerendeel immigranten uit Italië,
Rusland of Catalonië, die met de anarchis
tische beweging sympathiseeren en haar
krachtig steunen. Nu in heel Argentinië de
staat van beleg is afgekondigd, kan de re
geering daarvan partij trekken door zonder
vorm van proces verdachten te laten ar-
resteeren, in hechtenis houden en uit het
land verwijderen. Naar in een Engelsch
blad vermeld wordt, zullen gedurende de e.k.
dagen 3000 anarchisten uit Argentinië wor
den verwijderd. Bladen waarin het anar
chisme wordt aangeprezen worden onder
drukt.
Do man, die den aanslag pleegde op den
prefect van politie te Buenos-Ayres en diens
secretaris en die daarna trachtte zelfmoord
te plegen, leeft. nog.
Men denkt dat het een Rus ismaar de
man bewaart een hardnekkig stilzwijgen.
Venezuela.
Castro is volgens een bericht uit Madrid
in de N e w-Y ork Herald van plan,
tot het einde van het jaar in Malaga te blij
ven, dan naar de Veroenigde Staten te
trekken en zich daar te vestigen. Hij ver
trouwt, zegt bij, in den geest van recht
vaardigheid van het Amerikaansche volk,
dat z. i. zeer verschilt van het gedrag door
do Amerikaansche regeoring gevolgd ten
opzichte van de Venezuelaansche zaken.
„Als het Amerikaanscho volk alle feiten
kent-, zal het zinet langer gelooven dat ik
revolutionaire ambities heb", betuigt hij
verder, „en zal liet zien welk een groote
schade de ware Amerikaansche belangen in
Venezuela is toegebracht door Roosevelts
incorrecte houding. De Amerikaansche re
geering nam een ontzettende verantwoorde
lijkheid op zich door Gomez verraad te
steunen." Castro gaat dan voort te vertel
len dat dit blijkt uit den tegenwoordige»
verwarden toestand en op dezen af te geven.
Nicaragua.
Washington, 18 Nov. Twee Ame
rikanen, die ontdekt werden in hot revolu-
tiennaire leger in Nicaragua te dienen, zijn
gevangen genomen en door president Zelaya
ter dood veroordeeld. Uit telegrammen, door
hot ministerie van buitenlandsche zaken ont
vangen, is gebleken, dat de vonnissen reeds
ten uitvoer zijn gelegd.
Twee Amerikaansche oorlogsschepen heb
ben bevel ontvangen ten spoedigste naar
Nicaragua te vertrokken.
De ontmoeting tusschen president Taft en
den nieuwen gezant van Nicaragua is voor
onbcpa&lden tijd uitgesteld.
Reizigers, komende van Jïew-Orleans,
hebben verklaard, dat meer dan 500 perso
nen, die verdacht worden van revolution-
naire neigingen, op bevel van Zelaya zonder
vorm van proces zijn doodgeschoten en dat
de terechtstellingen door Zelaya bevolen nog
steeds voortduren.
Allerlei.
v— Het proces-Stein heil doet zijn gevol
gen in de Fransche rechtspraak gevoelen.
Op het bureau vau de Kamer is een wets-
outwerp-Lhopiie&u gedeponeerd, dat ver
moedelijk lieden besproken zal worden en
dat bepaalt, dat de voorzitter vau het Hof
van Assisen voortaan geen andere vragen
zal stellen dan die betreffende de identiteit
vau beklaagde. Het vragenstellen zal
voortaan overgelaten worden aan den advo
caat-generaal en aan den verdediger.
Ondervraagd door een reporter van de
Matin, verklaarde Barthou, de minister van
Justitie, dat behalve deze nog andere her
vormingen te wachten zijn.
Een buiten-parlementaire commissie zal
beuoemd worden om in de eerste plaats te
onderzoeken, hoe de procedure, die tegen
woordig bij hot Hof van Assisen in ge
bruik is, in overeenstemming te brengen is
met do moderne rechtsbegrippen en in de
tweede plaats om te onderzoeken hoe de
methode der gerechtelijke iustructie gewij
zigd kan worden, ten einde deze sneller te
doen zijn en meer gezag te doen hebben.
Charles Dlokans in Genua.
vWat aardsche roem 4och nietig en
vergankelijk iel Charles Dickens heefteen
heel jaar in Genua geleefd. Daar heeft 'hij de
KersuiachigescihiedeniB „Christmas carol"
gasohreven, eveneens aldaar 'den roman,
„Martin Ohuzzlewit" ontworpen, en todh
herinnen'. in Ibeel die stad, dae hij .zoozeer ge
liefd 'heeft, rich geen mensch zijner meer.Een
medewerker van Herpers Magazine ging in
Genua op zoek naar het Palazzo P e-
«chiere, waarin de beroemde romandich
ter gedurende zijn verblijf aan Ihet strand
der itddefil&ndsche zee gewoond 'heeft; de
nauwkeurige verslaggever mocht de brief
kaarten- en kunsthandelaren den naam. van
Charles Dickens nog zoo vaak voorspellen
men had onder de Arkadiers der Gallerïa
Mazziiu niet de minste idee van den man,
die een sieraad der Engelsche literatuur is
go we est.
„Op zekeren dag echter", zoo vertelt do
correspondent, „hoonde ik, toen ik weer
eens, zonder begrepen te worden, de woorden
„Palazzo Pewhiere" uitsprak, een kinder
stem achter mij uitroepen: „Daar (heeft im
mers Dickens gewoond I" „Wat weet ge
van hemt" vroeg ik vedbaasd. „Ik hen
in Engeland geweest", antwoordde een
baasje van bij de vijftien jaar. „lik heb daar
lezen geleerd en kan den David Copper-
field" bijna opzeggen. Ik ben doen hiér dik
wijle hij het Palezzo Pescliiere geweest en
probeerde, door -de half geopende deur naar
binnen te kijken, maar ik kon niets zien,
want de portier heeft je goed in de gaten
en laat niemand naderbij."
Die Amerikaansdhe journalist had nu ©en
geleider, oen tolk, men kon bijna tzeggen een
vriend. Dank zij de woordenrijke bemidde
ling van den jongen Pietfo gelukte het hem,
den wachter van het Palazzo Pescliiere, die
hem eerst, barscli den toegang weigerde,
gunstig te stemmen en van Ihem na lange
onderhandeling gedaan te krijgen, het park
en de paleisvertrekken te miogen bezichti
gen .,Er bestaat", zoo schrijft hij, „in heel
Italië geen paleis, dat bekoorlijker is dan
dit. Het ligt op eene vedhooging en is om
geven door prachtige parken, die met beel
den, vazen, fonteinen, marnieren ba-rins,
terrassen, sinaasappels- en citroenboomen,
heerlijke rozenstruiken en oamel'iën kwistig
bedeeld zijn. De vertrekken zijn smaakvol
ingericht en van de vensters uit ziet men een
panorama, hetwelk in (heel de wereld zijns
gelijken niet vindt de stad Genua, den ha
ven en het strandMen waant zich in
een toove-rpaleis uit „Duizenkl-en-een-nacht
verplaatst." In een aan een vriend gerichlen
brief toont Dickens zich geheel verrukt over
zijn heerlijke woning „Komt", schrijft- hij,
..komt, ge kunt in Genua wel werken. Ik
zal u in oen kntnier zeelten, die inet fresco's
is versierd en die zco groot is ais een kathe
draal, maar be hagel ijker om in thuis te gera
ken."
Kr was in heel Italië geen ëtad, waar
Dickens zich zoozeer thuis gevoelde als in
Genua.
Het raadeel van den zelfmoord.
vMaar eiken dag weer opnieuw weien
de nieuwstijdingen vau zelfmoorden of po
gingen daartoe in de meest verscheiden
standen der samenleving te gewagengeen
etmaal kan verloopen dat niet oen of ander
ongelukkig menschenkiud des levens lasten
te machtig aan eigen leven zich vergrijpt.
Volgens de officieele statistieken neemt
de zelfmoord van jaar tot jaar schrikbarend
toe. -Het record in zelfmoorden onder -de
Europeesehe staten bezit Duit-schland, en
in Duitschland het hertogdom Saksen-Al
tenburg. Dan volgen Denemarken, Frank
rijk, Engeland, Italië. Het laatste land is
Spanje, en toch is dit land een der armste
staten van Europa, waaruit de gevolgtrek-
king gemaakt kan worden, dat zelfmoord
veel minder dan men gewoonlijk aanneemt-,
uit gebrek wordt bedreven.
Voor ons ligt een Pruisische statistiek,
waaruit wij een en ander putten willen. In
het jaar 1878 eindigden in Pruissen 4689,
in het jaar 1890 bijna 6000 en in 1900 zelfs
6660 personen hun leven op moedwillige
wijze. In 1907 klom het getal tot 7643!
De beweegredenen, die tot een zoo vreese-
lijk besluit aanzetten, blijven als zoo dik
werf geheimzinnig verborgenbij 1534
dezer ongelukkigen stond met voor het ge
wone, onoplosbare raadsel. Overigens vond
men bij vergelijk met andere jaren, dat in
Pruissen meer dan een vierde deel der zelf
moorden in geestelijke afdwaling werden be
gaan, en ook bij heel veel anderen speelt de
„psychische oorzaak", de storing in het ziele-
evenwioht, walging van het leven enz. eene
belangrijke rol. Bij het vrouwelijk geslacht
echter geeft zielsziekte aanmerkelijk meer
aanleiding tot zelfmoord als bij het manne
lijke; evenzoo slaan de vrouwen wegens
lichamelijk lijden en onder den drang der
hartstochten vaker en spoediger de hand aan
zich zelf dan de mannen. Bij de laatsten
weer vormen levensmoeheid, rouw en ellen
de belangrijke beweeggronden tot zelfmoord.
Over het algemeen bevinden zich onder de
zelfmoordenaars bijna vier maal zooveel
mannen als vrouwen.
Onder de middelen, die de levensmoeden
ter uitvoering van hun ontstellend voor
nemen ten dienste staan, telt de statistiek:
ophangen, verdrinken, doodschieten, vergift,
overrijden laten door den spoortrein, van een
hoogte springen, een snede in de halsslag
ader, inademen van vergiftige gassen, ope
nen der polsader, doorsteken, worgen en
oversnijden der buik. In het algemeen hangt
de aard van den zelfmoord van de sociale
positie en liet geslacht af. Mannen verkie
zen begrijpelijkerwijze schietwapenen en de
strop, vrouwen nemen tot het water en ver
gift liever haar toevlucht. Daarbij groeit de
drang naar zelfmoord zeer in het oog loo
pend met de ouderdom. Dat echter soms nog
zeer jeugdige personen zich van kant maken,
is een treurig feit. Zoo ontnamen zich in
1907 in Pruissen niet minder dan 44 kin
deren het leven, tusschen de 10 en 15 jaren,
in Berlijn zelfs 3.
Het onderzoek waardig is de quaes tie om
trent den invloed van jaargetijde en deel
van den dag, waarin aan eigen leven eec
eind gemaakt wordt. Bij de mannen vond
het grootste getal zelfmoorden in Juli, bij
de vrouwen in de schoone maand Mei plaats,
een klein deel van beide geslachten viel in
Februari. Van de jaargetijden wees het voor
jaar de meeste zeldmoorden aan, waarna zo
mer, herfst, winter volgden. De werking
der temperatuur is hierbij onloochenbaar
aangetoond. In Spanje komen de meeste
zelfmoorden voor bij bepaalde heete winden.
Omtrent het uur van den dag bewees
zich, dat de meeste zelfmoorden voormid
dags geschieddendaarop volgde de namid
dag, dan de nacht, de avond, de middag
uren en eerst daarna de morgenschemering.
Andere statistiek-jaren, hierbij tot vergelijk
opengeslagen, gaven dezelfde uitkomsten. En
dan geschieden de meeste zelfmoorden op
Maandag. Men legt dit feit den slecht door-
gebrachten Zondag ten laste Zaterdags
avonds zijn althans bij de arbeidende be
volking de minste zelfmoorden op te tee-
keneu, omdat dan het loon uitbetaald wordt
en de Zondag in het vooruitzicht is. Het
vrouwelijk geslacht pleegt- op Zondag het
meest de hand aan zich zelf te slaan Men
verklaart dit aldusde man zit te midden
zijner kroeggenooten, de ellende zijner fami
lie in drank vergetendde vrouw echter
gevoelt in haar verlatenheid -des te smarte
lijker en in haar troostelooze gemoedsbezwa-
ring beneemt zij zich het droef bestaan. In
hoeverre deze verklaring juist is, valt voor
hands nog niet uit te maken, en bij zelf
moord staat ieder geval zoo geheel op zich
zelf
De gemiddelde ouderdom der zelfmoorde
naars ligt tusschen het veertigste en het
zestigste jaar; daarmede verdwijnt dus groo-
tendeels de roerende legende, dat liefdeleed
het hoofdmotief van den zelfmoord zou zijn.
Het testamen* van een onthalsde.
vOnder de onlangs in Valence te
rechtgestelde bandieten bevond zich ook een
zekere David, wiens persoonlijkheid van
algemeen psychologisch belang is. David
was de hoofdman der schavuiten van het
Dröme-departement en de ziel van hun
plannen en euveldaden. Hij kenmerkte zich
bij het bedrijven der misdaden bij de in
structie en tijdens de slotzitting door vol
komen gemis aan zedelijk inzicht, moreele
gevoelloosheid dus had hijmaar daarnaast
tegenwoordigheid van geest, brutale dries-
heid, koelbloedigheid, slagvaardigheid en
een onbedwingbare neigmg met geestighe
den te spelen. Al deze eigenschappen bleven
hem tot het laatste toe bij. Hij schertste
nog op den gang naar het schavotde neer-
suizende valbijl sneed hem met het hoofd
een bijna voltooide aardigheid af
Toen men "hem bij stortregen, alleen met
sokken aan de voeten, naar buiten voerde,
riep hij, bij den eersten stap in een plas:
„Duivels, ik begin natte voeten te krijgen.
Ik zal nog zoo waar een verkoudheid op
doen 1" De verslaggevers bemerkende,
groette hij met een hoofdknik de handen
waren hem op den rug gebonden en zeide
lachende: „Goeden morgen! Al zoo vroeg
uit de veeren?"
De gevangenis-geestelijke trad op hem
toe. Hij maakte met het hoofd een afweren
de beweging en meende met hoonende stem
en uitdrukking: „Laten we het nu maar
eens voor goed houden zookom een andere
keer maar weer eens terug, met St. Jutte-
mis bijvoorbeeld."
Hij hield zijn sigaret in den mond, toen
de beulsknechts hem reeds op het valluik
der guillotine hadden uitgestrekt. Het
hoofd onder het mes begon hij nog: „Allo,
mijnheer Deibier, geachte toeschouwers, ik
heb de eer u te groethier ruischte de
bijl en maakte aan de griezelige, humor, gal
genhumor met recht, een einde.
In zijn cel heeft David na zijn terdoods-
veroordeeling zijn laatste wil op papier ge
zet. Deze luidde als volgt
Dit is mijn testament. Daar mij de vrije
beschikking over mijn eigendom gelaten is,
vervoeg ik hierover aldus: 1. Ik vermaak
aan den minister van financiën, den heer
Cochery, het bedrag der 'kosten van mijn
proces, dar. kan hij ze bij de vloot-knoeie-
rijen voegen, en een nieuwe belasting be
denken om den menschen nog meer af te
zetten. 2. Mijn vest en verdere santekraam
aan den heer Feynier (den cantine-waard
der gevangenis) als schadevergoeding voor
de gebroken glazen en notedopjes, waarme
de ik den goeien sukkel heb geplaagd. 3.
Mijn oude sokken mag de gevangeniswerk-
verpachter hebben, die zich met het zweet
der gevangenen mestte, dan kan hij ze laten
destilleerenom er een haargroeizalfje van
te maken, tegen den tijd dat hij een mane
schijntje krijgt, als hij er al geen heeft.
4. De huio van mijn knie de politieagent
Chauvin in Valence, wiens scherpen reut
en list algemeen bekend zijn, opdat hij daar
van een tabakszak looie, als aandenken aan
een „stoker"; daar hij een goede speur
hond is, zal hij dan steeds het luchtje van
een bandiet bij zich hebben. 5. Ik wensch
zes maanden ziekte en dan het krepeeren
toe aan al degenen, die bij den uitspraak
van het doodvonnis hoera geroepen hebben,
om mij te eeren. 7. Ik hoop, dat Deibier in
zijn messen eenige schaarden mag maken,
zoodat hij meerdere malen zal moeten aan
zetten, om mijn twee lieve en dierbare vrien
den het hoofd af te snijden. 8. Ik sta den
rechters toe, die mij veroordeeld hebben,
voor zoover zij liefhebbers van de edele hen
gelsport zijn, hun vischhaken van de wor
men te voorzien, die aan mijn lijk zullen
knagen. Ze zullen daar vast een heel visch-
gerecht mee vangen. 9. Laatste wensch voor
de publieke veiligheidik -stel voor, dat
men op hoeken en pleinen in plaats van
kruizen er. andere vogelverschrikkerij klei
ne guillotines bouwt. Zoo zal in ons schoon
Frankrijk zonder twijfel de misdaad afne
men, want je kunt niet- gelooven, hoe of
deze nietige speelrommel apachen en ander
tuig afschrikt. Dat zou ze op den rechten
weg terug kunnen voeren. Wie weet? En
nu: goede nachtl Geschreven in mijn cel,
gezond naar lichaam en vooral naar geest.
Louis David.
Dit is een „menschelijke oorkonde", zoo
afschuwelijk als het maar kan.
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Voorgezet is Dondprdag de behandeling
der suppletoire Indische begrooting voor
aankoop van den spoorweg BataviaBuiten
zorg van de Ned.-Ind. spoorwegmaatschap
pij.
De Minister van Koloniën beval nader
uitdrukkelijk 't sluiten van den koop aan.
De heer Bos bestreed dien aankoop, om
dat z. i. vier en een half millioen door den
6taat meer aan de maatschappij zal worden
betaald dan de economische waarde van de
lijn is. Door aanleg van een lijn Makassi
Buitenzorg kan de regeering zich van de
maatschappij onafhankelijk maken. Spr.
hoopte dat de beslissing omtrent 't ontwerp
voorloopig zal worden aangehouden opdat de
Kamerleden zich vooraf uit de behandelingen
op de hoogte van de beraadslaging kunnen
stellen
Ook de heer Bogaardt best-reedt
eveneens den aankoop, welke een uitgaaf zal
vorderen van 13 millioen, een bedrag abso-
lui t niet in overeenstemming met het onge
rief dat er door wordt weggenomen. Spr.
gaf schorsing in overweging.
De M i n i s t e r beruste in verdaging der
stemming. Daarop is de stemming tot na
der uitgesteld.
De suppletoire Indische begrooting voor
uitrustings- en reiskosten van den Gouver
neur-Generaal Idenburg, op 's hoeren Scha
pers verzoek in stemming gebracht, werd
aangenomen met 65 tegen 6 stemmen.
Daarop zijn aangevangen de algemeene
beschouwingen der staatsbegrooting. Te
vens komt hierbij in bespreking 't voorstel
tot verhooging van den drankaccijns. De
heer Roessingh kwam uitvoerig op,
tegen de vaagheid en uitdrukking der regee
ring, dat zij blijft- streven naar toepassing
van christelijke rechtsbeginselen. Door
dergelijke uitdrukkingen te bezigen en 't
christendom als uithangbord te gebruiken
brengt men den godsdienst, in de politiek tot
schade van de ethische zijde van 't christen
dom. Daarom hoopte spreker dat de regee
ring zoo weinig mogelijk dergelijke uitdruk
kingen zal bezigen.
De heer Troelatra ging allereerst
den uitslag van den stembusstrijd na, daar
bij met voldoening constateerende, dat zijn
partij aaaumerkelijk in stemmental is voor
uitgegaan, hetgeen haar den plicht oplegt
met kracht te blijven werken tot heil van de
Nederl. arbeidende klasse en om een prik
kel te zijn op sociaal en politiek gebied. De
achteruitgang der vrijliberalen schreef spre
ker hieraan toe, dat zij als bolwerk voor 't
conservatisme niets meer beteekenen. Dat
zij niet meer beteekenen, hebben zij volko
men aan de sociaal democraten verdiend.
Ook de liberale unie en vrijz. democraten
hebben weinig r6den zich over den uitslag
der verkiezingen te verhéugen.
De Liberale Unie stichtte verwarring door
haar militair standpunt, door haar program,
waarop algemeen kiesrecht en 't blanco ar
tikel voorkwamen en regeling der verzeke
ringsplannen, waaromtrent ook de Vrijz.
Democraten verdeeld waren. De halfsachtdge
houding dezer beide partijen is van invloed
op den uitslag der verkiezingen geweest,
want ook bij deze verkiezing heeft het Libe
ralisme zich niet getoond als een kracht
waarin het volk vertrouwen kan stellen. Het
liberalisme staat op een tweesprongzij moet
worden eene of hervormingspartij op den
grondslag van algemeen kiesrecht voor man
nen en vrouwen of zij wordt afgebrokkeld
-door de rechterzijde en de Soc. Democraten.
Nagaande welke verhouding tusschen die
eventueele hervormingspartij en de Soc.
Dem. partij zou worden geschapen, betoogde
spreker dat hij een Democratisch bloc én
noodlottig voor de Liberale pairtijen èn nood
lottig voor zijn eigen partij zou achten om-
d!at daarmede de zelfstandigheid) zou verlo
ren gaan. Door elk op eigen gelegenheid
te blijven, zal men meer kracht- kunnen uit
oefenen.
Daarna kwam spreker tot de bespreking
van t karakter dezer Regeering. Tegen
over de verzwakking aan conservatieve ele
menten links hebben de verkiezingen ge
bracht versterking diea- elementen aan do
rechterzijde. Zal deze Regeering tegenover
den invloed van 't conservatisme sterker
staan dan de Regeering van 1901? Spieker
geloofde dit niet, waar d-e Regeering 't kies-
rechtvraagstuk ophangt- aan de commissie
van uitgebreide grondwetsherziening. Hoe
is dan te aanvaarden hare verklaring, dat
zij niet staat onder conservatieven invloed?
dan moet zij dat werk zelf ter hand' nemen
Wanneer de bedoeling der Regeering is de
grondwet in Christelijben zin te wijzigen,
en het niet opdragen aan een .gemengde com
missie, gelijk haar voornemen is.
Ook met betrekking tot andere zaken, als
den 10-urendag en de ar bei ds verzekering,
valt de invloed van 't conservatisme op de
Regeer ing op te merken. Spreker vroeg of
de Regeering voor alle arbeiders zonder on
derscheid eene verplichte verzekering wil
voorschrijven. Vervolgens kwam spreker tot
de paragraaf, waarin de Regeering zegt te
zullen streven naar toepassing van Christe
lijke rechtsbeginselen. Wat bedoelt de Re
geering met die uitdrukking? Alles is even
vaag en de gestelde vragen ontwijkt de Re
geering in haar Memorie van Antwoord.
Spreker betoogde, dat aan de antithese een
reëele grondslag ontbreekt, en dat 't slechts
een leuze is.
Dit zullen ook de christelijke arbeiders
gaan inzien, in afwijking echter met hetgeen
bij de verkiezingen is gebeurd, is -deze Re
geering gematigd met betrekking tot de an
tithese. In anti-rev. kringen is, wanneer
men slechts let op de uitlatingen van de
Standaard o. a. wat de zending aangaat, de
zucht merkbaar om de oude antithese-poli
tiek in hare volle sterkte op den. voorgrond
te houden. Een groot nadeel van de anti
thee is, dat- het pharizeïsme er medé in de
politiek wordt behaald.
De ridderordanzaak.
De heer Troelstra vervolgt
Dit- phariizeïsane speelt eene groote rlol in
de bekende kuyperzaak. In die zaak zag
spreker niet een moreel bankroet van een be
paald persoon, maar van een stelsel, dat in
dien persoon is belichaamd en dat met dien
persoon ineenvalt. Spr. keurde af, dat de
Regeering geen antwoordt geeft op de vraag
of met betrekking tot de aan Lehmann ver
leende decoratie de gewone weg is gevolgd.
Ook had de Regeering moeten antwoorden
op de vraag of Lehmann op de voorloopige
lijst voorkwam. De Kamer heeft het recht
en de plicht controle te oefenen op 't uitvoe
rend gezag. Slechts 's landsbelang
kan eene weigering van antwoord motivee-
ren. Maar, vroeg sprker, welk Staatsbelang
verbiedt de Regeer ing antwoordt te geven op
bovenbedoelde twee vragen. Als de Regee
ring rich er wel kan afmaken imet te zeg
gen, -dat zij zich geheele vrijheid wil voorbe
houden, wat komt er dan terecht van den
plicht, dien de Kamer tegenover de natie
op zich heeft genomen.
Spreker raadde de Regeering aan haar
antwoord te wijzigen, want de Kamer mag
en kan zich de houding van de Regeering
niet- laten welgevallen en blijft de Regeering
weigeren, dan ligt het op weg der leden, die
zulk een precedent noodloottig achten, een
uitspraak uit te lokken over dat conflict.
En thans do zaak zelve. Spr. zal er vrij uit
over spreken, al tracht men die geheele
Kuyper-zaak ook voor te stellen als een
personer.haat. De houding der anti-rev. pers
is in deze verregaand brutaal en onvoorzich
tig geweest. Wat zeggen de lieeren over het
geen door Jan van Holland gezegd, is in de
Stichteche Courant, een anti-revol. blad ge
lijk men vreest. (Gelach). Deze veronder
stelt, dat de decoratie van Lehmann door
Prins Hendrik is gepousseerd wegens diens
relation +ot het Roode Kruis.
Zoover gaat men, dat men er de Ko
ningin al in gaat mengen. En waar men van
anti-rev. zijde steeds van alle zaken per-
sonen-quaesties gaat maken, hoe kan men
dit dan den tegenstander euvel duiden?
Veel ligt aan Dr. Kuyper zelf. Wie herin
nert zich niet d'iens vorstelijken intocht in
Dordrecht bij de verkiezingen? Iemand, die
zij zoo op den voorgrond dringt-, moet zor
tlui
b
[ster
gen geen dissonant te doen hooren.
Spr. meent dat de persoon van Dr. KuJ'
per ook om zijn moreele appreciatie
vrij uitgaat. De indruk welke het artikel
Het Volk 'n het land heeft gemaakt
de brieven van den heer Tideman was eei
voudig verbluffend, en men vroeg zich al
is het mogelijk dat die man, die lioogstaam
staatsman, in dat milieu is geraakt?
De Voorzitter verzoekt Spr
buiten de orde te gaan.
De heer Troolstra vervolgend!
schetst wie de heer Lehmann eigenlijk ij
een rijke jood, door den vorst van Mona<
tot baron gemaakt, iemaBd met 16 ridde
orden, die er geld, vèel geld voor over heel
om een Nederlandsche ridderorde te krijgei
De tweede persoon in dit drama is ei
juffrouw van twijfelachtige reputatie, di
aan haar behoefte om aan veel liefde te vol*
doen. veel relatiën aanknoopte en die zii
wist te nestelen in vermogende kringen, eeni
juffrouw gelijk men die in de FranschL-n
maatschappij wel vindt. En aan -die j'uffrouiajs
schrijft een minister, dat er nog meer gel< t
voor de partijkas noodig is. En dat doejjj
nu niet een Paganist, maar deze dr. Kuypemy
de van God gegeven leider der Calvinisten xe t
Al hetgeen Spr. heeft gezegd, beperktsen
zich tot de feiten, die in confess© zijniR.
Dr. Kuyper is niet hier en velen hadden
niet verwacht hem hier meer te zien. Nipp>e
mand kan hem dwingen meer licht te vente
schaffen, maar zijn zwijgen heeft de beteecas
kenis dat er niets ten voordeele van denree
beklaagde te zeggen is. Zijn zwijgen vult de
acte van beschuldiging aan. Hetgeen waarop An
Spr. hier wees, heeft een groot© politieke dei
beteekenis. ;t«n
Hierna leest spreker voor hetgeen O n fuit
Program zegt over ridderorden, om aangee
te toonen welke eisch aan een christelijke 1
consciëntie gesteld mag worden voor het ver-dei
leenen van een ridderorde. Voor ons land zon
is het 't beste, aldus Dr. Kuyper, de ridder-Ba
orden te beperken, te veredelen en te split
sen. (Gelach). Veredeling acht hij noodig!en
voor de zedelijke verbetering onzer politiek va
en boven elk contrasein behooren -de motie- ad
ven voor den ridderslag te staan. Spreker!sie
vraagt niet of er een recht-streeksch ver-
band heeft bestaan tusschen het geven vanj£ei
geld, de anti-revol. partij en de decoratie-I^*
Lehmann. Een parlementaire enquête alleen p0
zou dat kunnen uitmaken. Spr. beschouwt
de zaak alleen uit een oogpunt van de ant-i-j
revol. politiek en vraagt: aanvaardt gij del
beginselen van uwen leider? En aan den
minister Heemskerk stelt Spr. die zelfde
vraag als discipel van Dr. Kuyper. De
piicht eischt van dezen minister, dat hij de
Kamer gerust stelle, dat wij van hem nooit
zoo iets te wachten hebben.
Spr. is hiermede aan het slot zijner rede.
Nog andere punten zullen door zijn partij-
genooten behandeld worden. Hij hoopt dat
deze lintjesgeschiedenis gunstige gevolgen
moge hebben voor onze politiek.
Verklaring van Dr. Kuyper.
Juist na hot eindigen van de rede van den
heer Troelstra komt dr. Kuyper ter ver
gadering, en vraagt het woord voor een
persoonlijk feit.
De heer K u y p e r zegt, dat in het Voor-
loopig verslag feiten voorkomen, die hem
treffen als oud-minister en die hier in open
baar -debat zijn gebracht. Die grieven be
rusten op vergissingen, waarbij twee aan
spiekers kant. De eerste vergissing betreft
de krijgsgevangenen op Sint-Helena, en de
tweede vergissing is, -dat in de Standaard
wordt gesproken van Juni 1903, terwijl die
datum er niet in stond. Ook spreker heeft
zich van zijn kant vergist. Het eenige doel
van zijn schrijven van 28 Juni j.l. was, de
vreemde beschuldiging van lintjeshandel te
hebben gedreven, van zich af te werpen.
Een tweede ingezonden stuk in de Standaard
had ten doel mede te de-elen, dat hij alleen
zou antwoorden als alle stukken gepubli
ceerd zouden zijn. Nu deze zaak in het par
lement behandeld is, wil Spr. in het open
baar antwoordlij
De eerste vraag is, of de decoratie op 31
Augustus 1903 aan R. Lehmann verleend,
gegeven werd uit gunstbetoon of ter -eere
van verdienste.
De Minister schetst-, wat Rudolph
Lehmann heeft gedaan voor de krijgsgevan
gen boeren op St. Helena. Hij had ge
daan een daad, die hem volkomen aanspraak
gaf op eene decoratie, die dan ook met al
gemeene stemmen in den ministerraad als
volkomen gerechtvaardigd werd beschouwd.
Daar de heer Lehmann consul was, kon hem
geen la-gere onderscheiding worden toege
kend. Naar een geaccrediteerd persoon be
hoefde geen informatiën naar den heer
Lehmann uit te gaan. De Commissaris der
Koningin en de burgemeester vau Amster
dam hadden geen bezwaar tegen de benoe
ming van den heer Lehmann tot consul.
Niet de Grieksche, maar de Nederlandsche
onderdaan werd geridderd.
De voordracht tot eerelid van het Roode
Kruis van den heer Lehmann ging niet uit
van het ministerie van buitenlandsche za
ken, maar van dat van oorlog en marine.
Dat de heer Lehmann geld heeft gegeven
voor een verkiezingsfonds is een particuliere
zaak. Tot het geven" van steun werd de
heer Lehmann gebracht, door hetgeen in
1903 was gedaan door de anti-revol. partij.
Spreker was toen nog voorzitter van het
Centraal bestuur dier partij en heeft als zoo
danig de bijdrage van den heer Lehmann
en anderen in ontvangst genomen.
Hetgeen door spreker in deze zaak ge
schreven werd, geschiedde niet ambtelijk,
maar particulier, en al hetgeen in bet voor
loopig verslag wordt gezegd, berust eenvou
dig op vermoedens, vermoedens, die aller
minst tot bewijs mogen of hier kunnen strek
ken. Nooit heeft de Minister zich in zijne
correspondentie ambtelijk tot iets verbon
den. Nimmer heeft hij een belofte gedaan,
lm zijn briefje aan mcj. Westmeyer wterdi
met opzet- gezegd, dat de minister geen en
kele verplichting op zich nam, omdat de
minister wist, dat hij te doen had met een
nie~ altijd logisch denkende vrouw. Omtrent
het verleen en van de tweede decoratie doet
spr. het zwijgen. Op dë lijst van 31 Aug.
1905 kwam de naam van den heer R. Leh
mann niet voor. Spreker vat zijne voorgaan
de verklaring aldus samende aan Rudolph
Lehmann verleende decoratie is beoordeeld
naar den gewonen maatstaf, en was volko-