1°.
148-
8"' Jaargang.
BUITEN LAN
FEUILLETON.
DE W1SKOTTENS.
AMERSFOO
DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonder, ij Ire nummers0.05*
Deze Cours nt versohijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
morgens bg de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 85 eents bg vooruitbetaling
Groote letters naar plaateruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen t«4
bet herhaald adverteeren in dit Biad, bg abonnement. Ew
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvr**»
toegezonden.
Kennisgevingen.
Burgemeester eti Wethouders van Amersfoort;
Overwegende, dat zich te Amersfoort gevallen
van Trichinenziekte bij varkens hebben voorge
daan
brengen de navolgende bepalingen van de
verordening op de keuring en den verkoop van.
Vee en van Vleesch en Spek in herinnering
Artikel 1. Geen vee, waarvan men het vleeech
bestemt om verkocht te worden, met uitzonde
ring van nuchtere kalveren, mag binnen de Ge
meente geslacht worden, zonder door den daar
toe aangesteJdeni keurmeester te zijn gekeurd,
die, in geval van goedkeuring, daarvan een
schriftelijk bewijs afgeefto, en het vee met een
bepaald' teeken waarmerkt.
Gestorven of tengevolge van bijzondere om
standigheden gedood vee, waarvan liet vleeech
•ter verkoop bestemd! is, mag niet worden afge
hakt dan na de voorzegde keuring.
Artikel 2 Onder de benaming van ,»vee"
worden verstaanpaarden, runderen, ezels, scha
pen, geiten en varjeens.
Artikel 4. De slager of vleoschhouwer is ver
plicht, ieder stuk vee na de slachting, onafge-
liakt en van bet in artikel 1 bedoeld! teeken
voorzien, aan den den haak te laten hangen en
de daarbij behoorende ingewanden te bewaren,
tot dat. het op nieuw door den Keurmeester zal
zijr. gekeurd.
Artikel 5. In geval van goedkeuring wordt
daarvan aanteekening gedaan op het bewijs,
dat (even als het bewijs in artikel 1 bedoeld)
tot na de afhakking, en zoo lang eenig gedeelte
van het geslachte stuk vee bij den vleeschhou-
wer voorhanden is, moet. bewaard blijven.
Bij afkeuring wordt het bewijs ingetrokken.
Geven voorts een ieder, die een varken wemseht
te slachten, hetzij voor eigen gebruik, 'hetzij voor
verkoop van het vleesch. in overweging, hier
van vooraf aan het Bureau var» politie kennis to
geven
Amersfoort, 19 November 1909.
De Burgemeester,
WUIJ TIERS.
De Secretaris,
J. G. STRNFERT KROESE.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort,
brengen ter algemeene kennis, dat bij hun be
sluit van heden, ingevolge artikel 8 der Hinder
wet, aan C. Bruijnis, alhier, d© vergunning is
geweigerd tot het oprichten eeuer smederij voor
herstelling en vervaardiging van eleetrische ver-
lichtings- en andere toestellen in het perceel
gelegen aan de Korte Bergstraat, kadastraal
bekend, gemeente Amersfoort sectie D no.
2359.
Amersfoort; den 18. November 1900.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort.
De Burgemeester,
WD LJ TIERS.
De Secretaris,
J. G. STENiFERT KROESE.
Burgemeester em Wethouders van Amersfoort,
Gelet op art. 37 der Drankwet
Brengen ter openbare kennis:
le. dat bij hen is ingediend een verzoekschrift
om verlof tot verkoop van alcoholhoudenden
drank, anderen dan sterken drank, voor ge
bruik ter plaatse van verkoop door Joseph van
Ekelen, in het perceel Stooveetraat no. 14 al-
liier
2e. dat binnen twee weken na deze bekendma
king ieder tegen het verleenen van het verlof
schriftelijke bezwaren bij Burgemeester en Wet
houders kan inbrengen.
Amersfoort dien 22 November 1909.
Bur genieester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WDIJTLERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Politiek Overzicht
Dc ontbinding van den Finsclien
Landdag.
Donderdag is de Finsche Landdag door
een besluit van den Czaar in zijne kwaliteit
van grootvorst van Finland ontbonden, te
gelijktijdig zijn tegen 11 Februari 1910
nieuwe verkiezingen uitgeschreven en is de
bijeenroeping van den nieuwen landlag op
1 Maart van het volgende jaar 'bepaald.
Daartnede is het reeds lang dreigende con
flict tusscheu de Russische regeering en het
Finsche grootvorstendem in een nieuw,
acuut stadium getreden, welks definitieve.i
afloop nog niemand vermag te voorspellen.
Eén ding echter schijnt zekerde tijd van
de geheime schermutselingen en kuiperijen
is voorbij en de openlijke strijd kan elk
oogenblik uitbreken. Wel is waar een strijd
zonder bomaanslagen of gewapend verzet.
De Finnen vormen niet alleen een cultuur
volk een epitheton, dat hunnen onder
drukkers heden nog door menigen kenner
van Rusland wordt ontzegd doch zijn,
wat gewichtiger is, politiek te veel geschoold
om niet in ie zien dat ze zelf de grootste
schade z.uden lijden, wanneer ze den bodem
van het recht verlieten en geweld tegenover
geweld plaatsten. Van hunne zijde dreigen
het Russische rijk geene aanvallen. Wel
echter omgekeerd. Minister Stolypin moet
reeds eene door den Czaar ondei-teekende
oekase in den zak dragen, waarbij de w et-
ge. ende Finsche landdag in een uitsluitend
'beraadslagend college zal worden veran
derd, welks besluiten in den vorm van wets
ontwerpen aan de Russische doema en aan
den Russisohen rijksraad zullen worden
voorgelegd. Mogelijk zou het zijn, zoo heet
•het in St. Petersburg, dat de onderteekening
van den Czaar voor zulk een ontwerp tot
reorganisatie der Finsche grondwet nog ont
breekt, aan het verkrijgen dier keizerlijke
bekrachtiging val echter niet meer te
twijfelen, want de Russls.he minister-pre
sident moet zelf de vader van dit denkbeeld
i 1Hij, die reeds zooveel bereikt heeft,
zal o_k deze zaak wel tot een gelukkig einde
brengen. Honderd dertig millioen mensehen
bovendien zijn sterker dan drie millioen.
Daarom kan het werk rustig begonnen wor
den den Czaar en zijne getrouwen dreigt
immers geen gevaar.
Met begrijpelijke spanning en bezorgd
heid ziet men de komende weken en maan
den in Helsingfors tegemoet. Reeds bij de
beraadslaging over het Czarenbesluit over
de belasting voor legerdoeleinden in den
landdag, kwam deze ernstige, bezorgde
stemming in de redevoeringen van verschil
lende afgevaardigden duidelijk tot uiting.
In 't bijzonder dient uit te komen, dat de
landdag niet lichtvaardig en zonder lijp
overleg heeft besloten den eisch van de a
Czaar als onwettig af te wijzen. Men weet,
waarover liet daarbij ging. De Czaar had in
October van uit Livadia een manifest aan
de Finnen uitgevaardigd, waarin niet vol
komen negatie van den landdag en van de
regeering van Finland eenvoudig wordt,, be
volen, dat de staaLikas van Finland in de
volgende tien jaren van 10 tot 20 millioen
toe aan de Russische schatkist zou hébben
te betalen als schadevergoeding ervoor dat
de Finnen voorloopig geen miliiiedieust ver
vullen.
Men moet daarbij niet vergeten, dat de
militaire dienst in Finland door den Ozaar
is opgeheven, zonder het grootvorstendom
daarin te kennen. Bij de beraadslaging in
den landdag nu, over deze nieuwste Russi
sche corlogscontributie in vredestijd werd
liet onwettige van het manifest van den
Czaar éénstemmig geconstateerd. Er werd
echter menige stem gehoord, die zich waar
schuwend tegen verwerping van den eisch
verhief, omdat als gevolg daarvan licht de
tijd zou kunnen komen, ,,dat het volk van
Finland niet meer in de 'gelegenheid zou
zijn aan zijn ireening door middel zijner
gekozen volksvertegenwoordigers uiting te
geven". Hij die zoo sprak was de oude sena
tor Danielson-Kalmari, de leider der Oud-
Finnen, die in een toegeven aan de Russi
sche politiek van willekeur een beteren weg
voor Finland zién. Niet omdat zij Finland's
rechten minder achten dan de Jcng-Fin-
nen, of de Zweedsche pa/tij, doch omdat zij
de overmacht van den sterkere vreezen, die
nog meer vernielen kan dan reeds vernield
is. De Landdag heeft anders beslist; hij
heeft den eisch afgewezen, omdat deze on
wettig was. Wellicht is de landdag daarbij
ook gedreven door de herinnering dat tot
dusver alle Russische willekeur mislukt en
teruggeslagen is en heeft hij de hoop ge
koesterd, dat hetgeen het verleden tot nu
toe heeft beschermd, ook in de toekomst be
waard zal blijven.
Na alles evenwel wat tot op heden be
kend is geworden, schijnt het nauwelijks
dat deze geheime hoop van den Finsclien
landdag in vervulling zal gaan. Want het
laat zich aannemen, dat minister Stolypin
zijn plan, Finsland tot eene Russische pro
vincie te maken, tot uitvoering zal brengen,
ondanks het verzet dat hem in Helsingfors
zou kunnen worden geboden.
België.
Drie dagen lang hebben professoren en
studenten der Vrije Universiteit te Brussel
den dag herdacht waarop 75 jaar geleden
die instelling gesticht werd.
Het plan der oprichting ging uit van de
mannen, die in 1830 België tot een onafhan-
kelijken modernen staat maakten, geestdrif
tige vrijmetselaars, die de orthodoxen der
seminaria van Leuven en Mechelen wilden
bestrijden. In 1873 werd een technische hoo-
geschool daaraan toegevoegd. Hoogleeraren
van alle volken hebben in deze 75 jaren aan
de Vrije Universiteit gedoceerd.
Frankrijk.
De Fransche m'inister-pre®ide(nt Briand
heeft Vrijdag in de Kamer een succesvolle
rede gehouden. Niet alleen heeft hij door
zijn beslist optreden en welsprekendheid
Cocherys belastingen gered en orde en rust
•hersteld, maar ook heeft hij nog eens de
vrije school krachtig verdedigd.
Het financieel debat was zoover gekomen,
dat de heer Lasies er op aandrong, dat de
nieuwe belastingen zouden worden terugge
zonden naar de begrootingscommissie. Toen
trad Briand naar voren en zette uiteen, in
welke positie de Kamer kwam als dit zou
gebeuren. Het was mogelijk dat de belastin
gen werden verworpen, maar beneden de
waardigheid der Kamer en der regeering,
dat zij niet werden behandeld.
„Wat hebt gij- te vreezen zeide
Briand. „Er is een tekort, veroorzaakt door
zekere uitgaven, die betaald moeten worden.
Wat zijn die uitgaven? Strekken zij u niet
tot eer? Gij hebt de u gevraagde hervor
mingen verwezenlijktde meeste zijn door
u goedgekeurd op het aandringen van het
land. Waarom dan u schamen over uw
werk? Wie zal u een verwijt maken van de
wet op den tweejarigen dienst? Zeker zij
kost duur, maar een vergoeding is het wel
zijn van het land, als al die jonge lieden
een jaar eerder naar hun gezinnen terug-
keeren.
In alle gemeenten woonden grijsaards,
door den ouderdom verzwakt, die de hand
uitstrekten en gij hebt dien grijsaards brood
gegeven. Gij kunt zonder vrees tot het land
zeggen„Betaal daarvoor, dat is eervol.
(Levendige toejuichingen).
Gij hebt ook de zorg gehad voor de groot
heid van dit land, dat innig gehecht is aan
den vrede. Onder alle omstandigheden was
het Frankrijk, d;at het wachtwoord uit
sprak, tot den vrede, en de Republiek komt
de eer toe, alles te hebben gedaan om den
oorlog te vermijden. Maar wij moeten voor
zien in alle eischen van de nationale verde
diging. Dat is de krachtigste en wezenlijk
ste waarborg voor den vrede. Zult gij deze
lasten verbergen? Zeker niet. De republi-
keinsche meerderheid heeft bijzondere plich
ten tegeoover het land. Zij lieeft in de eerste
plaats de begrooting goed te keuren. Dat
moet, snel, omdat andere vraagstukken zich
zullen voordoen.
Briand's betoog in zake den schoolstrijd
was, dat, nu de wereldlijke school aangeval
len wordt, de Kamermeerderheid vast aan-
ean gesloten moet blijven.
Gij weet, zoo ongeveer sprak Briand, aan
welke felle, onrechtvaardige en hartstochte
lijke aanvallen de staatsschool bloot staat.
Maar wij zullen haar verdedigen. Aan dit
werk van de Republiek mag niet geraakt
worden. Die verdediging zullen wij voeren
met de koelbloedigheid en met matigheid,
tegelijkertijd het recht der ouders en het
zedelijk belang van het kind betrachtende.
De vijanden van de staatsschool beweren,
dat er hun aan de zedelijke zorg van het
kind gelegen is.
Die taak zoo richtte zich de minister
tegen zijn tegenpartij zullen wij ook te
genover u opnemen. (Langdurig applaus
links). Wij zullen in uw scholen doordrin
gen. (Herhaalde uitroepen recht.) Wij zeg
gen, dat de kinderen des volks, onverschil
lig tot welke maatschappelijke groep zij be-
hooren, allen beschermd moeten worden. En
indien het noodig is voorzorgsmaatregelen
te nemen in het belang van de kinderen op
de staatsschool, zult gij begrijpen, wanneer
wij u eenige stichtelijke documenten onder
de oogen hebben gebracht, dat het ook noo
dig is voorzorgen te nemen in 't belang van
de kinderen op de bizondere scholen. (Lang
durig applaus links.) En we zullen dat zoo
doen. dat, evenals bij de scheiding van kerk
en staat, het land op onze hand blijft.
Herhaaldelijk werd de minister onder het
laatste deel van zijn rede door uitroepen van
rechts gehinderd, maai- hij ging onverstoor
baar voort.
Ten slotte deed de minister een beroep
op de meerderheid om ter verdediging van
de school eensgezind te blijven.
De rede van Briand heeft den storm be
daard vóór hij was opgestoken. De radica
len hebben verklaard, dat zij van hun pro
testen tegen de nieuwe belastingen geen po-
litieke quaes tie zullen maken, zich echter
j kritiek voorbehouden over elk afzonderlijk
voorstel.
Engeland.
Een zeer druk bezochte Congiomeeting
vulde gisterenavond <fe Albert Hall te Lon
den. Er waren, naar de correspondent der
N. R. Ct. mededeelt, minstens 12,000 per
sonen aanwezig; honderden moest den toe
gang worden geweigerd.
De aartsbisschop van Canterbury zat voor.
In z ,n openingsrede gaf hij een uitvoerig en
aaneengeschakeld overzicht der geschiedenis
van den Congo sedert de ontdekking door
Stanley. De voorzitter zette uiteen welke
verantwoordelijkheid Europa droeg bij de
vestiging van den Congostaat, en wees in
zonderheid op Engeland's verantwoordelijk
heid ten deze. Zonder de medewerking van
Engeland toch was de Congoconventie nim
mer tot stand gekomen. Engeland mag niet
dulden dat het wanbeheer in den Congo
voortduurt, onverschülig wie daaraan schul
dig staat. De spreker was van oordeel, dat
de door België in d»en Congo ingevoerde
hervormingen onvoldoende zijn, maar hij
zeide vertrouwen te stellen in het edele en
schrandere Belgische volk. Dit moge op het
oogenblik nog niet volledig begrijpen welke
gruwelen in den Congo worden bedreven,
maar eenmaal zal het ontwaken en dan zal
het er op staan dat 'het afschuwelijke in den
Congo heersehende stelsel wordt afgeschaft
(daverende bijvalsbetuigingen). De spreker
bev. l den volgende sprekers aan gematigd
in hun taal to zijn, waaraan echter niet al
len gevolg hebben gegeven.
Dominé Clifford stelde een motie voor.
Hij brandmerkte Koning Leopold als een
dief van land in den Congo, die daarvoor
behoorde te worden getuchtigd;, en die geen
oogenblik vertrouwen swaardig en geloof
waardig is.
Enkele in de zoal aanwezige Belgen kwa
men tegen deze taal van den heer Clifford
opde aartaébeisschop van Canterbury had!
echter van te voren verklaard, dat den aan
wezigen Belgen geen gelegenheid kon wor
den geschonken om in de Albert Hall te
antiwoorden op de tegen Koning Leopold
en België gerichte aanvallen. Zij zouden la
ter elder's daarop kunnen antwoorden.
Ettelijke sprexers, meerendeels geestelij
ken en prelaten van de verschillende gezind
ten, lichten de motie van Cliffordt toe, wel
ke, de rol en de verantwoordelijkheid van
Engeland bij de vorming van den Congostaat
aanroerende, verklaart, dat zoolang het stel
sel van onderdrukking in den Congo voort
duurt, het Engelsche volik verplicht is zon
der aarzelen den oisch te handhaven diat een
afdoende .hervorming in den Congo tot stand
worde gebracht.
De motie werd bij acclamatie aangenomen.
Italië.
O uitrend de •belastinghervorming door
Giolitti in de Italiaansche Kamer bij ver
rassing voorgesteld, waarvan een telegram
reeds in het kort melding maakte schrijft de
Stampa: Een „coup de théatre" heeft
plaats gehad gedurende de zitting, de mi
nister-president heeft een wetsontwerp inge
diend tot belastinghervorming op progres
sieve basis. Deze „ministerieele bom",
zooals men haar te Rome noemt, heeft over
al een uitstekenden indruk geimaakt en
heeft het gezag van Giolitti, wiens positie
wankelde, tengevolge van de zeevaartover
eenkomsten, weder versterkt.
Giolitti heeft zich hierin buitengewoon
handig getoond, want 'hij heeft op slag all zijn
tegenstanders ontwapend.
61 DOOR
RUDOLF HERZOG.
Anna Kolsdh izat in een hoek der kamer
voor 'haar werktafeltje. Ook zij hield1 Zon
dag. Nu en dan kraakten een paar bladen
bij het omslaan. Verder was het doodstil
oon 'haar heen. Eenmaal sprak haar vader
haar over izijn schouder heen tne.
,,Wel, Anna? Wat voer jij uit
„Ik 'bekijk teakeningen."
„Luistert u ook, juffrouw Anna? Hot '6
een goddelijke kerel, die Reuter."
„Ik 'hoor alles."
Weder de stem van don voorlezer, een
keelgeschraap of een lachen van den toe-
IhodWer en het ritselen der bladen on'der de
hand van het meisje, 'dat langzamerhand
hare omgeving vergeten had
Plotseling schrok ze op. De mannen wa
ren aan een bijzonder grappig gedeelte ge
komen. Hnn 'luid -gelach dreunde door het
vertrek.
Gu®tav Wiskotten draaide zich om, Fa
meus, juffrouw Anna!" Hij sprong op en
raapte de teekeningen op, die van haar
schoot waren gevallen. „Eenrig! Die weet,
wat humor 'isMen. zou willen laclhen en
huilen 'tegelijk."
,,Dank u," zeide ze en nam de teekenin
gen aan.
„U hebt zeker een beetje gedroomd? Wa
ren de teekeningen zob mooi? Wat is 't?
„Eerste liefdesverlangen?" Of soms 'n hei
lige Genoveva met prins Smarie.nrijk?
Daar kruisten zich hunne blikken.
„Meisje," zeide Gustav Wiskotten, „als
ik me yroolijk gemaakt heb oVer iets wat jou
dierbaar is: het was niet 'kwaad gemeend."
,,U moogt ze gerust tien, mijnheer Wis
kortten.'' Maar toch reikte ze hem de tee-
keniingen nog slechts aarzelend toe.
Gustav Wiskotten weerde schertsend af.
Daar viel zijn oog op een der vellen papier,
en 'zijn blik werd strakker. „Wat is dat nu
voor eene zonderlinge meisjesdwepe
rij
Nu traidl Ook de opzichter nadlembij. Zijne
wenkbrauwen trokken zich samen. Hij
knipte met de oogen, alsof liij niet goed zag.
„Wat is dat nou, Anna? Hoe kom je daar
aan
„Is het dan zOovoel bijzonders?'
De opzichter nam de teekeningen, keek
er verbaasd naar, staarde sprakeloos naar
Gustav Wiskotten, die ze hem snel uit de
hand nam, en nu kaken beiden er naar.
„Maar dat is dat zijn
„Kö'lsch, wat zeg jij er van"?"
„Ja, mijnheer Wiskotten. Zegt u het
maar eerst!"
„Maar dat is onbetaalbaar, dat zijn ont
werpen van een pracht van lijnen en eene
verscheidenheid van destinfc kijk hier
eens, deze kostbare lintversiering, en hier,
deze phantastisch mooie kant! Dat is een
fonkelnieuwe stijl! Dat stelt alles in de
schaduw, wat men rtot nu toe dn dat genre
gehad heeft! Waar komen die dingen van
daan? Aan wie belhooren de ontwerpen?"
„Mij," zeide Anna Ze was plotseling
even opgewonden als de mannen.
„U?"
„Jou?"'
„Kunt u ze werkelijk gebruiken, mijn
heer Wiskotten?"
„Meisje, doe -niet zu'lke verschrikkelijk
domme vralgen. Je 'bent jc van hun ge
wicht volk-trekt niet bewustOf ik ze gebrui
ken kanIk lig reeds sinds weken als een
struikroover op de loer en zou innig ver
heugd zijn geweest, indien ik slechts de
helft van zooveel origineele schoonheid ont- j
dekt had. En ondertu-sscllien berust deze
I geheele rijkdom hier in de hand' van een,
I klein meisje. Weet je dan heelemaal niet
wat dat voor eene zondige achterhoudend-
head is? Verduiveld, lach toch niet!"
„Jawel! Jawel? Ale ik nu eenmaal blij
beul"
„Voor den 'dag er mee! Wien behooren
deze ontwerpen?"
„U, mijnheer Wiskotten. Ik schenk ze
u."
„Verkoop geen gekheidDe zaak is ern
stiger -dan je gelooft! Zijn de teekeningen
vrij? Zijn ze voor de concurrentie bereik
baar Meieje, spreek toch eens een enkel
oogenblik verstandig."
„Mijnheer Wiskotten, jal De teekenin
gen zijn vrij. Geen mensch heeft ze ge
zien. Ik heb ze cadeau gekregen, pae kort
geleden, en en voor mij waren, ze een
aandenken. Ik had er geen vermoeden van,
dat ze voor u zooveel waarde konden heb- j
ben. En nu verheug ik mij evenzeer als 1
u, ach, nog veel veel meer. En slechts u j
behooren ize nu toe."
Gustav Wiekotten wierp de teekeningen
I op tafel en greep het meisje bij de schou- I
ders.
I ,,Anna! Wat moet- dat beteokeneu? Er
staat veel or V^t spel, bedenk dat wel. Heb
bruist on') it, het hoofd, alsof ei- ergens een
gat in geslagen is en alle somberheid er nu
uit kan. Is 'het waar? Kan ik de patronen
gebruiken?"
„Ja, mijnheer Wiskotten', duizendïmaal
jar
Gusrtav jskotten stiet een schreeuw uit.
Als een valk, die een prooi bemeestert. En
toen drukte hij het meisje tegen zich aan,
dat ze in izijne plobseü'inge omhelzing een
kreet slaakte.
„Je :bent als de goede fee uit het sprookje!
Een PaaschengelAnna, kind, waar heb je
die schatten vandaan?''
„Van van
„Anna, dien man moeit je een kus ge
ven."
„Nu zeg ik 't niet."
„Geef hem dan geen kus. Hoe heet de
schelm, die met zoo iets speelt?"
„Hij zal 't niet weer doen."
„Wat
„Hij teekent geen ontwerpen meer. Dat
was slechts spelen voor hem. Hij hij
„Wie?"
..Ewald I"
Van verrassing liét hij haar los. Hoog
rood stond ze voor de mannen en streek heur
haar naar achteren. Kölsch klopte haar op
den 6chouder. Zijne oogen straalden. Spre
ken kon hij niet.
Toen sloeg Gustav Wiskotten zich met do
vlakke hand krachtig op het dijbeen.
„Ewald I Ewald 1
„Nu wilt u de teekeningen zeker niet?"
vroeg ze angstig, en het bloed verdween uit
hare wagen.
En al heette 3e man Beëlzebub, Lucifer,
•Duivelsdrek! Wat geef ik om een naam?
Maar Wiskotten1" Hij haalde diep
adem. „Wiskotten is mij liever-!"
Toen viel het meisje hem om den hals en
na hem haar vader,
j „Nu is alles goed
„Nee, nu >zal 't pas goed worden. Kölsch,
j man, ouwe, trouwe Hagen, sta niet zoo va-
J derlijk ontroerdDe wind slaat om 1 Nu zul-
le:i we de zeilen hijschen
„Mijnheer Gustav, als we met dfie prachti-
ge nouveauté's komen, patent nemen, kan
j Scharwiiohter zich wel opbergen. Dat breekt
hem den nek."
„Laat hij ons dat maar nadoen, Kölsch!
Nu kan hij toonen of hij phantasie bezit of
alleen maar inbeelding. Geen hoen en geen
liaan zal naai' zijn ouwen ho-mimel nog
•kraaien, als wij met de lokvogels komen. Wie
koopt winkeldochters, al krijgt men ze half
cadeau I Haha, Scharwachter, nou heb ik
je"
Hij nam de .teekeningen op, de een na de
ander, hield ze ver van zich af, hield ze
dicht bij de oogen, en Kölsch volgde zijn
voorbeeld
„Ik zou de jongens uit bed trommelen,
Kölsch, als vader zijn slaap niet hebben
moest. Maar morgen! Was het maar reeds
morgen! Ik ben maar blij, dat dat moe
der
i De oude knikte. „Ze heeft u trouw ter
zijde gestaan."
„Ja, moeder
„En Ewaldvroeg Anna heel
zacht.
Wordt vervolgd.