meeiite de plannen voor eene gecombineer de H. B. S. en Vakschool voor den Handel maar liet varen, aangezien er thans door de Vereeniging Handel en Nijverheid reeds plannen voorbereid zijn tot het stichten van een vakschool voor den Handel. Die plan nen rusten op gezonden bodem. We hebben ons dan alleen bezig te houden met te trachten onze H. B. S. overgenomen te krijgen. Ik ben voor het voorstel-Gerritsen De heer G e r r i t s en. Zooals wel te ver wachten was, mijnheer de voorzitter, zijn er natuurlijk vele argumenten tegen mijn voorstel aangevoerd. De heer Plomp sprak o. m. van een H. B. S., die men zich in Bussum voorstelt te bouwen, maar ik wil naar aanleiding van die mededeeling dan toch even opmerken, dat het nog zéér twij felachtig is, of die school te Bussum wel tot stand zal komenmaar bovendien, al was het als vaststaande te beschouwen dat Bus sum een H. B. S. krijgt, dan nog zou dat argument z'n waarde missen. Wij hebben im mers in Hilversum precies hetzelfde gehad en ondanks die nieuwe H. B. S. in Hilver sum, is het aantal leerlingen op onze school toegenomen; men mag dus gerust zeggen, dat het er niets toe doet of er in Bussum een H. B. S. komt, of niet komt. Ik ben in- tusschen wel bereid mijn voorstel, gehoord de discussie, te wijzigen, n.l. in dien zin. dat B. en W. zullen worden uitgenoodigd een commissie te benoemen, die zal onder zoeken de noodzakelijkheid van den bouw eener nieuwe H. B. S. te Amers foort., welke commissie over hare bevindin gen zal rapporteeren. Misschien lukt het mij daarmede den heer Plomp tevreden te stel len en voor mijn voorstel te winnen. De heer Plomp. Het is mij nog 'liet duidelijk, mijnheer de voorzitter, waarom do heer Gerritsen juist speciaal op een commis sie aandringt. B. en W. zitten zelf toch veel beter in die zaak dan een commissie, waarvan het niet te verwonderen is, dat zij zich eerst grondig op de hoogte zal moe ten stellen. Bovendien, B. en W. zijn in het bezit van de desbetreffende stukken, en bevoegd tot het voeren van corresponden tie met de regeering. Dit alles mist een te benoemen commissie en ik vind toch ook, dat het niet aan gaat, B. en W. een taak uit handen te nemen, die tot dusver geheel door dat college is behartigd. De heer Gerritsen. Ook ik, mijn heer de voorzitter, zou die taak het liefste aan B. en W. overgelaten zien. Maar ik zeide het reeds, wij weten allen, hoezeer het dagelijksch bestuur met werk is overladen. Een commissie zou haar dus verlichting van arbeid kunnen brengen. Er worden m. i. te weinig commissies benoemd, waardoor te veel werkzaamheden worden gelegd op de schouders van B. en W. Commissiën kun nen B. en W. gedeeltelijk van dien last ont heffen, door voor hen het werk voor te be reiden De heer C e 1 o s s e. Mijnheer de voor zitter, ik acht het voorstel van den heer Gerritsen voor het Dagelijksch Bestuur niet aannemelijk Dat bestuur heeft reeds tal van besprekingen over de zaak gehouden en er correspondenties over gevoerd, weet dus nauwkeurig wat er in de geschiedenis der nieuwe H. B- S. quaestie is voorgevallen. Nu zou het toch zeer te bezien zijn, of het geheele dossier dier onderhandelingen zou kunnen worden beschikbaar gesteld ten dienste eener commissie, met andere woor den of men die taak uit handen van B. en W. zou kunnen nemen om haar over te dra gen aan anderen, die uit den aard der zaak met het geval niet zoo bekend zijn. Dat zou nu toch een verkeerde wijze van handelen zijn, waartegen ik een waarschu wende stem wil laten hooren. Ik geloof dat de heer Plomp het daar straks zeer juist aangaf, toen hij zeide dat alleen B. en W. de eenig bevoegden zijn, om een zaak, die onder hun leiding het eerste is begonnen, nu ook te vervolgen. De heer Gerritsen wil een commissieik zou willen vragen waartoe? Ik weet nog altoos niet de motie ven die er bestaan om deze zaak uit han den van B. en W. te nemen en over te dra gen aan anderen. Het is toch de gewone weg, een adres als het hier aanhangige te zenden aan B. en W. voor prae-advieshet spreekt van zelf, dat B. en W. bij hun overwegen van de zaak, zullen in aanmerking nemen wat hierover in den Baad is gezegd, en de verschillende wenschen onder de oogen zullen zien, ik noem met name die van den heer Rijkens. Ik herhaal nog eens, dat ik den tijd allerminst gekomen acht, om de behandeling dezer zaak aan B. en W. te onttrekken en ik geef den Raad dan ook met aandrang in overweging, het voorstel van den heer Gerritsen niet aan te nemen. De heer Veis H e y nDe heer Gerrit sen baseerde zijn voorstel op de overweging, dat B. en W. overladen zijn met. werk en een commissie hen zou kunnen ontlasten. Ik zou zeggen, als B. en W. inderdaad mee- neu, dat ze het niet afkunnen, dan zullen zij zelf wel een commissie benoemen en daartoe den Raad een voorstel doen. Maar ik acht het zeer onjuist gezien hen daartoe te dwingen. De Voorzitter. Ik breng in stem ming het voorstel van B. en W. om het adres naar hen te renvoyeeren ten fine van prae-advies. Bij stemming wordt dit voorstel aangeno men met 12 tegen 4 stemmen. Tegen stem men de heeren Tromp van Holst, van Dui-» nen, Gerritsen en Rij keus. m. Eene dankbetuiging van E. Lindten- 'hovius voor de hean toegekende gratificatie. Voor kennisgeving aangenomen, n. Een verzoek van L. G. Ponne tot ver krijging van oon cessie ivoor het oprichten eener centr'aie en het leveren van elecitri- sdhen strtoom voor licht en kracht, gediu- rendè 39 jaren. De Voorzitter. Ik steil voor dit request te renvoyeeren naar B. en W. ten fine van prae-advies. De heer van Duinen. Ik heb er niets tegen, mijnheer de voorzitter, om dit adres naar B. en W. te renvoyeeren, maar wifljdie toch gaarne even de aandacht van het Dagelijksch Bestuiur vestigen, op hetgeen elders geschiedt. Bk zou B. en W. .willen wijzen op Groningen, waar onder leiding van mannen van naam, een onderzoek "S aangevangen naar het wensahelij'ke van een groote centrale, waarbij een groot deel van de provincie zich zal aansluiten. Misschien zou oök voor deze gemeente zijn te onder zoeken in hoeverre er dorpen zijn die zich. bij een centrale zonden wililen aansluiten. In andere gemeenten heeft men ondervon den, hoe een centrale, groot ingericht en berekend op veel productie, betrekkelijk weinig kost en hoe een centrale op kleine söhaail gebouwd en met geringen afzet, nog al du ar in exploitatie is. Ik beveel een en ander in de aandacht van B. en W aan. De Voorzitter. B. en W. zullen daarmede gaarne rekening houden. De heer R ij k e n s. Misschien stellen B en W. er belang in, (mijnheer de voorzitter*, te weten, dat ea* hier op 't o ogenblik reeds; 130 ingezetenen behoefte gevoelen tot aan- sluibinig Ibij een eLectril&che centrale. De Voorzitter. Ik dank u voor die mededeelingenen wil gaarne de toezegging doen, dat wij de zaak van alle kanten zul len bekijken en den Raad daaromtrent in lichten. Z. h. s. wordt besloten het adres te ren voyeeren naar B. en W. ten fine van prae- advies. o. Een adres van het bestuur der Votor- loopige 'Amealsfooritsche Vnijwiiülalge Brand weer, houdende opmerkingen betreffende de adviezen in zake de Vrijwillige brandweer. Zal wonden behandeld bij punt 16 dér agenda. p. Een adres van dè hleeren Jehbink en anderen houdende verzoek tiot regeling deif school gelldlheffing naar draagkracht en tot 'betere regeling van het lager onderwijs, zoo dat aansluitingsklassen worden gevormd voor bet onderwijs op gymnasium, H. B. 8. en de vakschool voor handelsonderwijs. Gerenvoyeerd naar B. en W. ten fine van prae-advies. q. Een ajdïres omtrent pillaatsing van kra men op de markt. Wordt terzijde gelegd', als zijnde niet ge zegeld. De Voorzitter. Ik moet alsnog mededeeling doen van een kennisgeving van den heer Rolandus Hagendoorn, dat hij ver hinderd is, deze vergadering bij te wonen. Tevens moet ök er aan herinneren, dat door den 'lieer Kroes m een vorige vergadering werd geklaagd over het water in d!e leiding op Puntenburg. Wij hebben naar aanleiding Van deze klacht one geiwend tot die water leiding maatschappij en als resultaat van die onderhandelingen ban ik den raad thans mededeelendat de maatschappij zich be reid heeft verklaard er voor te willen zorg dragen dat behoorlijk op geregelde tijden wordt gespuid. De 'heer Kroes. Ik neem met genoe gen kennis van deze medtedeeling, doch ik zal mijn aandacht op die zaalk gevestigd! hou den, om te controleenen of ook inderdaad! die toezegging wordt nagekomen. De Voorzitter. Dan verander ik de vergadering thans in eene met gesloten deuren. De V o or z i 11 e r. De openbare ver gadering wordt hervat. Ik stel de agenda aan de orde. 1. Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot uitbreiding van "net personeel aan de opeubare lagere school 3e soort aan de Puntenburgerlaan. Het voorstel strekt om één onderwijzeres voor do handwerken dadelijk aan te stel len voor de laagste klasse en één, zoodra de vijfde méér dan 27 leerlingen zal be dragen. Wordt z. h. s. goedgekeurd. 2. Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot het toekennen van eene grati ficatie aan den onderwijzer C. A. Heunks. Het voorstel strekt tot het toekennen eener gratificatie van f 71.03 wegens waar neming van de functie van hoofd der school aan de school in de Koningsstraat. Wordt z. h. s. goedgekeurd. 3. Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot het geven van verlof wegens ziekte aan de onderwijzeres mej. van Sloo- ten-Spruyt. Het voorstel strekt tot het verleenen van verlof, te rekenen van af 12 October tot 1 December. Wordt z. h. s. goedgekeurd. 4. Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot verlenging van het verlof, ver leend aan de onderwijzeres mej. M. C. C. Beek. Het voorstel strekt tot het verlengen van verlof wegens ziekte met behoud van sala ris, en wel tot 1 Januari a.s. Wordt z. li. S'. goedgekeurd. 5. Benoeming van een onderwijzer aan de Openbare Lagere school 2e soort aan de Hellingstraat (vacature-C. J. F. Prins). De voordracht, luidt: lo. A. W. Boeckhorst, te Groenlo. 2o. J. B. Nakken, te Woudenberg. 3o. G. ten Broeke, te Oosterhuizen. Benoemd wordt de heer A. W. Boeck horst te Groenlo miet 14 stemimien1 stem wordt uitgebracht op den heer G. ten Broeke en 1 stem in blanco. 6. Benoeming van een onderwijzer aan de Openbare Lagere school 3e soort aan

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 6