Jf\ 24». 8m Janrfang. Vrijdag 4 Maart 1910. BUITENLAND. FEUILLETON. DROOMLEVEN. OORTSCH DASBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem frauco per post- 1.50. Afaonderiijlre nummers 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur 'e morgens Dg de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C". Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - O.IO. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents by vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen t«3 het herhaald adverteeren in dit Bvad, by abonnement. E«r* circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvrat^ toegezonden. Politiek Overzicht De crisis in Griekenland. Gisteren is te Athene bij de Kamer liet voorstel ingebracht tot bijeenroeping van de vergadering, die tot taak zal hebben de grondwet te herzien. Het voorstel werd door den minister-president Dragoemis ver dedigd met het betoog, dat dit de eenige uitweg is om uit den tegenwoordigen toe stand te geraken. Gevaar, dat de vergade ring zich zou opwerpen tot eene constitu ante, achtte hij niet aanwezig. Toch lijikt dat gevaar volstrekt niet her senschimmig, en dan heeft men het vooruit zicht, dat in Griekenland alles op losse schroeven zal worden gesteld, ook de re- geerir-gsvorm. Door den gewezen minister president Theotokis werd de klacht geuit, dat de hoofden der militaire beweging, die nu feitelijk het heft in handen hebben, eene macht in den staat vormen buiten de grond wet. Dat feit is niet te betwisten, maar dat het daartoe gekomen is, daaraan zijn de staatslieden, die elkaar zoo lang in het landsbestuur hebben afgewisseld, niet zon der schuld. Ook de Koning gaat hier niet vrij uit, die door zijne zwakheid er veel toe heeft bijgedragen om den militairen bond te brengen tot de macht, dien bij nu uit oefent. Kenschetsend voor de zwakke hou ding van Koning en regeering beiden is hetgeen onlangs gebeurd is met den kroon prins, die, na eerst door den Koning terug ontboden te zijn, toen hij bijna aan het ein de van zijne reis gekomen was, heeft moeten omikeeren op verzoek van den Koning zelf. Aan de Frankf. Ztg. wordt daarover uit Athene geschreven ,,Het verijdelen van de terugkomst van den kroonprins is een slag, toegebracht aan het aanzien van de dynastie en eene belee- diging van den kroonprins, dien Koning George met oenig beleid bad kunnen ver mijden. Het is niet aan een verzoek van den kroonprins te wijten, dat hij zich op weg begaf om terug te keeren uit zijne verbanningdat steunde op een besluit van den Koning zelf. Met het oog op het feit, dat in den officierenbond de antipathie te gen den kroonprins de oude is gebleven, is dit besluit bij de tot dusver door den Ko ning ingenomen zwakke houding aan velen onverwacht en ondoelmatig voorgekomen. Nadat het officieel bekend was gemaakt, ontstond er dadelijk twijfel of niet de offi cierenbond zich er tegen zou verzetten, om den Koning eene nieuwe indruk makende nederlaag te bereiden. Dat dit feitelijk gebeurd is, is behalve aan den Koning te wijten aan den minister president Dragoemis. Voordat hij den Ko ning kennis gaf, dat hij zijne terugkomst wenschte, had Koning George ruggespraak gehouden met minister-president Dragoe mis; het antwoord van dezen luidde, dat naar zijne persoonlijke meening er geene politieke bezwaren bestonden tegen de te rugkomst. Zoowel de Koning als Dragoemis echter mochten niet vergeten wat ieder weet: dat het op de persoonlijke meening van den minister-president niet aankomt, maar op de besluiten van den officieren- bond. Ook was de houding vai» het hof, na dat generaal Zorbas een voorloopig protest had laten hooren, niet zooals behoorde, maar liet kwetste zeer de gevoelens van hen, die niet uit blinde loyauteit aan den Ko ning hangen, maar het constitutioneele ge zag van den staat niet vernederd wenschen te zien. In plaats van nu terstond den kroonprins aan te bevelen zijne reis uit te stellen, onderhandelde de Koning over de voorwaarden van eene door den officieren- bond te verleenen vergunning. Verontschul digend verzekerde het hof, dat de kroon prins niet zou komen oin met zijn vader te raadplegen over den politicken toestand, maar dat de Koningin wegens haar gevaar lijk ooglijden den wensch koesterde haren zoon terug te zien. Verder bood het hof aan, dat de kroonprins, om demonstratiën te vermijden, zoomin in Korfu als in Patras aan land zou gaan, maar per schip recht streeks naar Piraeus zou gaan en zich van daar, zonder Athene aan te doen, terstond naar Tatoi zou begeven. De officierenbond heeft de voorstellen van zijn hoogsten be velhebber niet als voor discussie vatbaar beschouwd, en de kroonprins heeft een nieuw échec geleden, waarmee hij de reke ning van zijn vader kan belasten. De Ko ning heeft prins Andreas naar den kroon prins in Brindisi gezonden, om hem mon deling opheldering te geven. In ieJer geval is er nu in geen weken of maanden aan zijne terugkomst te denken, omdat de offi cierenbond vooraf de sluiting van het par lement en het besluit tot bijeenroeping van de nationale vergadering verlangt. De reden voor de houding van den offi cierer.bond is gemakkelijk te vinden. Aan de talrijke elementen, die van den beginne af vijandig of skeptisch stonden tegenover de revolutionaire hervormingsbeweging, en aan de nog talrijker kringen, die hunne ver wachtingen bedrogen vinden door de ver richtingen en de gevolgen van de revo lutie, ontbreekt het centrum waaromheen zij zich kunnen groepeeren. Dezen persoon vermoedt de officierenbond in den kroon prins, die inderdaad bereid zou zijn open lijk en krachtig op te treden tegen de dik- tatuur, als niet de eerbied voor den Ko ning "hem tegeuhield." Duitschland. Ber 1 ij n, 3 M a ar t. De commissie, die over liet wetsontwerp tot wijziging van de kieswet voor het huis van afgevaardigden rapport moét uitbrengen, heeft in de tweede lezing het wetsontwerp aangenomen met 15 tegen 13 stemmen. Voor stemden de con servatieve en de centrumleden. België. Brussel, 3 M a a r t. De Kamer b©' handelde heden verschillende interpol latiën over de uitgifte van Congoleesche fondsen, de overdracht van de goederen van de Kroonstichting van den Congo en de stich ting Nioderfüllbach. De sociaal-democraat Yandervelde bracht in herinnering, dat de Koning had verklaard een bedrag van 15 millioen na te laten en dat onen later ontdekte, dat de nalatenschap die belegd was in maatschappijen en stich tingen en beheerd werd door stroomannen, een zeer aanzienlijk bedrag vertegenwoor digde, dat volgens de bladen een som van 70 miliioen bedroeg, waarvan 25 millioen aan Congoleesche fondsen. Hij stelde de vraag, waar deze fondsen vandaan kwamen en of zij verkregen waren door schenking of op andere wijze. Spr. voegde daaraan toe dat hij geen oogenbllk gelooft, dat de Ko ning uit winstbejag had gehandeld, hij wil de de noodiigo hulpbronnen nalaten voor den Congo, terwijl hij aan zijne dochters het strikt noodzakelijke verzekerde. Men zou slechts door een onderzoek van de fi nanciën van den Congostaat en van do Kroonfondsen kunnen uitmaken, of de Ko ning alleen uit vaderlandsliefde aldus had gehandeldde boeken zijn echter verbrand. Spr. eindigde met de verklaring, dat de stichtingen en maatschappijen, door den Koning opgericht, in België voor de wet niet geldig zijn en dat in deze zaak de. ver antwoordelijkheid op de regeering rust. De minister van justitie verklaarde, dat- de regeering van meening is, dat de Congo leesche waarden den Belgischen staat toe komen in overeenstemming met de akte vau overneming Hij herinnerde aan de nobele wijze van handelen der prinsessen en voegde daaraan toe, dat ook prinses Louise geen on welwillende gevoelens koestert jegens de regeer'ng, die hoopt, dat zij hare toevlucht niet zal behoeven te nemen tot rechterlijke tusschen komst, maar van zins is hare rech ten u> doen gelden op alles, wat aan den Staat toebehoort. D vraag van de geldigheid der stichting Niederfüllbach,, behoorde in de Kamer niet behandeld te worden. De regeering mag zich de taak der rechtbanken niet aanma tigen en evenmin in het openbaar mededee- len, welke instruction zij aan hare advoca- ten gegeven heeft. In antwoord op het verwijt, dlat hij gee nerlei maatregelen heeft genomen, herinner de Je minister eraan, dat het Hof van Parijs de conclusion van een der partijen, eischend, dat de inboedel van het kasteel Ballincourt verzegeld zou worden, heeft verworpen. Wau neer Bclg'ë zelf dien eisch had gesteld, zou hei evenmin succes hebben gehad.. Do minister van koloniën zegt: „Ik heb verklaard, dat de Staat aan de stichtingen de sommen had overgegeven, die door dezen waren overgemaakt voor rekening van den Staat; deze verklaring was te goeder trouw gegeven, ik moet thans echter erkennen, dat zij op enkele punten onjuist was." Vinder vei de riep uit: „Gij zijt door den Koning om den tuin geleid". De mini iter antwoordde, dat hij op het ooget blik verder niot op de zaak kan in gaan, maar niets laat toe te zeggen, dat de fondsen, die na den dood van den Koning ontdekt zijn, aan de kroonstichting behoo- ren. Do minister verklaarde dat hij in deze zaak met volledige oprechtheid heeft gehan deld als de regeering misleid is, dan heeft de Kamer niets meer gezien dian zij. In antwoord op eene interruptie zeide de minister, dat hij niemand op een dwaalspoor had geleid. Janson, liberaal, constateerde dat 30 mil lioen uit dc kas van den Congo verdwenen zijn. en hij vroeg met welk gelid het buiten gewoon weelderige leven te Ballincourt be kostigd wordt. De Duitsche stichting is z. i. onwettig. Ook werd door hem betwist de geldigheid van de andere stichtingen en liet verwonder de hem, dat de hoogstgeplaatste rechterlijke ambtenaren zich hebben willen leenen om de wetten van het land te schenden. De ree» tsgeleerde raadsman, tot wien de Koning zich wendde, was de regeeving en deze heeft de Kamer op een dwaalspoor geleid. I De zitting werd daarna gesloten Frankrijk. De Kamer heeft bij de behandeling van de wet op de middelen een voorstel aange nomen, waarbij de regeering wordt verzocht aan de door de overstroomingen getroffen personen in ruime mate vermindering van belastingen toe te staan. Van de door de regeering voorgestelde nieuwe belastingen en heffingen zijn die. tot invoering van een kenteeken van oor sprong voor mousseerende wijnen en van een recht op de entree gelden van renbanen verworpen. Wat daardoor te kort komt zal gedekt worden door verhooging van het be drag der uit te geven schatkistbiljetten. Engeland. Londen, 3 Maart. Prins en prinses Heinricli van Pruisen zijn heden avond van het Victoria-station vertrokken om naar Vlissingen te gaan. Tweede telegram. Prinses Hein- rich is niet mee op reis gegaanzij zal nog in Londen blijven. Londen, 3 Maart. Do eerste minis ter Asquith verklaarde, dat het voornemen der regeering onveranderd blijft om het Huis te verzoeken de begrooting te behan delen voor het voorjaarsreces. De regeering zal lvet Huis voorstellen niet de begrooting te beginnen, zoodra de motie betreffende de Lords door het Lagerhuis zal zijn aangeno men. Onder toejuichingen van de ministeriëelen herhaalde Asquith zijne verklaring, dat de regeering slechts aan het bewind zal blijven, wanneer zij de zekerheid heeft, dat de voor stellen omtrent het Hoogerhuis niet alleen in het Lagerhuis zullen worden aangenomen, maar ook tot wet -zullen worden verheven. Lord Lansdowne heeft, terwijl hij de be lofte deed dat hij de afdoening der wetsont werpen om de regeering te machtigen een leening te sluiten en de oorlogsleening af te lossen, zou bevorderen, verklaard, dat hij op 7 Maart er de aandacht op zal vestigen, dat de regeering tot dusverre in gebreke is gebleven voorstellen te doen om zich de noo- dige inkomsten te verzekeren voor het loo- pende financieele jaar. Behalve in St.-George's in the East-, heeft nog een tweede verkiezing plaats gehad om aan een lid der regeering een zetel in het lagerhuis te verschaffen. De kanselier van het. hertogdom Lancaster, de heer Pease, die bij de algemeene verkiezingen niet was herkozen, is in Yorkshire zonder strijd ge kozen in plaats van Sir William Holland, die had bedankt om een zetel voor hem be schikbaar te stellen. Bij de verkiezing in St.-George's in the East werd de liberaal gekozen met grooter meerderheid dan hij in Januari had gekre gen zijne meerderheid steeg van 434 tot 509. De Iersche kiezers moeten dus op hem gestemd hebben, hetgeen aanleiding geeft om te vermoeden, dat Redmond den door de regeering ingeslagen koers stilzwijgend goedkeurt. Herbert Gladstone zal als viscount zijn naam blijven dragen de titel wordt aan den familienaam toegevoegd. Oostenrijk. Uit Weenen wordt aan de Vossische Ztg. bericht, dat de vervreemding in liet diplo matieke verkeer tusschen Rusland en Oos- tenrijk-Hougarije indertijd is geschied op verlangen van den Russischen minister van buitenlandsehe zaken Iswolski, die den ge zant van Oostenrijk-Hongarije, graaf Berch- told, uitgenoodigd zich voortaan te bepalen tot den sehxiftelijken omgang met het depar tement van buitenlandsehe zaken te Peters burg. Oostenrijk-Hongarije kwam dezen wensch aanstonds na. Eenige maanden later echter noodigde Iswolski even plotseling graaf Berchtold uit den persoonlijken om gang te hervatten. Graaf Berchtold schreef daarover naar Weenen, waar men geen reden had daaraan niet te voldoen, ofschoon men er geen groot gewicht aan hecht. Er is volstrekt geen sprake van, dat Oos tenrijk-Hongarije eene nieuwe verstandhou ding met Rusland zoekt, om .den status quo op den Balkan nog meer te bekrachtigon Zoomin in Petersburg als in Weenen voelt men behoefte eene Balkanovereenkomst te onderteekenen. Dat normale betrekkingen tusschen Oostenrijk en Rusland terugkeeren, wordt daarentegen als wenschelijk aange duid. Rusland. Petersburg, 3 Maart. Het PeterS- burgsche Telegraaf agentschap maakt belt volgende comminuqué beikendHet verblijf van Koning Ferdinand te Petersburg heeft opnieuw gelegenheid geboden de traditionee- neele -betrekkingen van vriendschap tusschen bedde landen te doen uiticomen. De Russisch© eu de Bulgaarsch© ministers van buitenlano.- sche zaken hebben o-ver vragen, die voor beide landen van belang zijn, van gedach ten kunnen wisselen en zijn daarbij tot de conclusie gekomen, dat men aan beide zijden den levendigen wensch koestert niet© onbe proefd te laten om den vrede en de rust in do Balkanstaten te handhaven. De komst» van den Koning en de Koningin van Bul garije kan er slechte toe bijdragen (het- algemeen vertrouwen in een vreedzame ontwikkeling der Bal kan aan geJ ege n heden te versterken. Het optreden van de Chineezen in Tibet verwekt in de Russische pers algemeene ongerustheid, omdat men daarin de uitdruk king ziet van eene nieuwe aggressieve rich ting van de Chineesche politiek, die in den laatsten tijd bij herhaling door schending van Russisch-Chineesclie verdragen, b.v. in de kwestie der tolkantoren en van het ver bod van den graanuitvoer naar Noord- Man-dsjoerije, een den Russen vijandig ka rakter heeft aangenomen. De Golos Prawdi ziet in de onevenredige sterkte en in de uitrusting van het Chineesche expeditie korps den wensch om van den tocht naar Tibet partij te trekken tot oefening van de gereorganiseerde strijdkrachten. Dat moet Europa tot nadenken stemmen. De conservatieve Semstvjina deelt deze opvatting en brengt het optreden van China terug tot eene geheime afspraak met Japan onder opmerking, dat het de vraag is wien de slag, die is voorgenomen, zal gelden Rusland of Indië. Hei singfors, 3 Maart. De Fin- sche Landldiag is hielden door generaal Seyn plechtig geopend. Montenegro. In Antivari, de haven van Montenegro, vertoeft thans een Oostenrijksch-Hongaarsch eskader onder bevel vair den schout-bij-nacht Haus, dat bij zijne komst door de Montene- grijnsche autoriteiten begroet en door de Roman ran 46 ANNA WAHLENBERG. Uit het Zvreedseh D O B BlTIT BiKKÏR-HoiT. Agnes iwidt immers dat hiak-r beurt zou komen, Robert bad. immers in zijn brief ge zegd, dat hij ihlaiair veel te zeggen had Maar ®e vond het onnatuurlijk, hier in spanning te gaan, wachtend op hetgeen zou komen, ter wijl haar ooron vervuild werden met allerlei aamlloos gebabbel en igelach. Als hij tenuisnstie met een hlailf woord, een toespeling (had gemaakt, dan zou ,ze kalmer gteweeet zijn. Maar mets. Soms meende ze dat zie zijn brief nliet goed gelezen had, of schoon ze dien zoo dikwijls herlezen had, d»at ze hem van bulten kende Plotseling kreeg ze echter iete nieuws om aan te dienken. Het ij;verige kamermeisje was binnen ge weest- om iets te halenen bij 'het weggaan bleef (ze voor den ardhitcet staian om te vra gen of "hij ook een vuur wenschte in zijn «slaapkamer. Gewoonlijk wilde hij helt daar niet warm hebben, daarom had men er niet gestookt-, maar liet wias er nog feu „Nee, dank. Ik blijf vannacht toch niet thuis. Ik ga weer weg met den zisuurs- troin" antwoordde hij nonchalant, alsof (hij over een volkomen onbetieekenen-dle zaak sprak, waarover niemand' zacli kon verwon deren. Agnes was onbewegelijk van schrik. Maar Inge borg begón dadelijk te schreien, zou hij dadelijk weer weggaan, nu hij pas gekomen was? Dat was leelijk van hem, echt (Loei ijk I Ze wilde zich nauwelijks laten troosten door alle liefkoorainigen, die ze kreeg. En niet. vóór dat haar vader bedöofd had, dat het niet lang zou duren vóór lüj terug was, en ze hem dan zoo veel als ze wilde moeht zien, vroolijlklbe ze weer wat op. De bagage was dus n.iet adhiter gebleven ■dacht Agnes. Wat moest dat bebeekenen Ja, weer een nieuwe reis?" En nog hiad hij niets tegen haar gezegd, ofschoon ze slechts een paar uur samen had den doorgebracht. Ze zoclit de beklemming die haar overviel, te overwinnen. Waarom zou ze zich nu on gerust maken, al reisde hij ook voor e«n paar dagen weg. Natuurlijk was het slechts een reis voor zaken, die hij niet kon uitstel len. En hdt gelukte haar ook zicih langza merhand te bdbeorschen en dezelfde vreugde te toonen als te voren. Nu was ze bijna overtuigd, dat hij haar vandaag niet zou zeggen wat hij op het hart had, omdat de tijd zoo kort was. Hij zou 't zdker willen uitstellen tot hij terugkwam., wanneer niets hen zou storen. En ze leefde ze zich zoo in deze voorstelling in, diat ze tien slotte ïiious meer verwachtte. Ze praattenlachten en gir.gen miet hun drieen uit wandelen. En ook 'liet- middagmaal verliep zonder dat Ro bert zelfs eanige nadere inlichtingen omtrent zijn avondreis 'had gegeven. Maar kort nadat ze vari tafel opgestaan waren, toen Agnes terugkwam in de zaal, nadat ze weg was geweest om orders te ge ven aan het personeel, vond ze Robert al leen in de kamer. Ingeborg was verdwenen, of uit zich zelf om buiten te spelen, óf weggezonden. En bij den open haard zat Robert te rooken. Zoodra hij haar zag, legde hij de sigaar ech ter weg, en schoof een stoel voor haar bij - En de veranderde uitdrukking van zijn ge zicht trof haar,, zoo dat ze bijna beur hart voelde stilstaan in haar borst Nu was eindelijk liet zoo. lang verwachte uur gekomen, dat merkte ze aan zijn oogen, die haar onafgewend volgden. Dat merkt© ee aan de nerveuse handen, die nog nadat- ze plaats had genomen op de leuning van den stoel bleven rusten, en aan do onrustige vin gers die niet stil konden blijven. En de eerste woorden waarmee hij haar toesprak werden gezegd met een diepe stem. „Nu kan ik je danken," zei hij „Mij danken Waarom zou je mij dan ken?" Maar ze zweeg verder. Ze wist niet meer wat ze had willen zeggen. „Je hebt gelijk, Agnes," zei hij. „Hoe zou ik je kunnen danken? Wat je voor mij hebt gedaan, kan ik je nooit vergelden. Ik meen nu niet wat je voor Ingeborg geweest bent gedurende mijn afwezigheid, maar wat je voor me zelf geweest bent. Den tijd. je weet wel, vóór ik op reis ging. Ik weet niet hoe het mij gegaan zou zijn zonder jou. Een mensch in gewetensnood kan niet al leen zijn. En jij hielp me over 't ergste tot ik me zelf kon redden." Hij brak af maar vervolgde dadelijk daar- op. „En het was erger met. mij gesteld dan je misschien ooit vermoedde." Ze hief stil haar oogen tot hem op. „O," zei zie „Lk zag -wel." „Zag je? barstte hij uit, terwijl hij voor overgebogen haar dichter naderde. „Ja, ik vroeg me dikwijls af, of je het begreep maar ik kon niets zeggen. Hoe zouden w© er over hebben kunnen spreken, dat was immers onmogelijk geweest? Trouwens ik kende me zelf nog niet. Soms kon ik me verbeelden dat ik -slechts aan. een gril dacht dat ik nooit Hij brak weer af, en zag lang zwijgend naar Agnes, als wilde hii haar voorbereiden op wat 'hij op 't punt stond te spreken. „dat ik nooit gehouden ha<ï of zou houden van een ander dan van de lieve op offerende vrouw, die mij 't naast stond" besloot hij. Agnes voelde hoe haar heele lichaam zacht trilde. En ze wist dat, als ze probeerde haar lippen te openen, ze geen geluid zou kunnen geven. „Ik herinner me ook dat ik haar dit ver scheiden keeren verzekerde boen ze nog leef de" vervolgde hij „en ik geloofde zelf dat ik oprecht was, tenminste toen ik het zei. Maar later werd het mij meer en meer duidelijk dat zij niet echt geloofde aan mijn woorden, en i-k inwendig ook niet. ,]a, nu weet- je, 'hoe 'het met mij stond, Agnes, nu is het gezegd. Toen ik half gok was, scheen hot mij dat zij steeds om en bij me was. En ofschoon het me een onbeschrijfe lijke verlichting zou geweest zijn, je alles te zeggen, kon ik niet. 't Was me of zij het zou hooren en het haar gesmart en be- leedigd zou hebben het luid te hooren zeg- Sen Agnes' blik werd vochtig. „Ik begreep -het, Robert," zed z©, „meen je dat ik je niet ken?" „Dank," zei hij en drukte 'haar hand met een heftigen, wannen greep. Maar er was iets in dezen handdruk en in deze dankbetuiging dat haar op wonder lijke wijze onaangenaam was. Het getuigde van een gevoel, dat schuurde tegen haar eigen gevoel, alsof ze van een heel ander 60ort waren. Dat was geen. antwoord, op 't geen ze gezegd had. „Waarom dankt hij mij," dacht ze. „Zijn er dankbetuigingen tusschen ons noodig?' „Nu ben ik echter weer gezond," hernam hij. „En nu weet ik, dat er een leven na dit leven bestaat, en als ze me nu kon hoo ren en zien, zou ze mij mijn geluk gunnen.' „Dat geloof ik" zei Agnes. Zijn hand, die haar niet losgelaten had drukte de hare opnieuw. En weer kwam uit zijn mond dit wonderlijke „dank." Dit gaf haar een onaangenaam gevoel midden in den roes van hoopvolle verwachting, waarin ze gevangen zat. „En jij, Agnes" zei hij terwijl hij nog dichter naderde „zal de eerste zijn, die het hoort." Haastig wierp ze een blik op zijn gezicht, en bleef hem aanstaren. Ze begreep hem niet-. „We troffen el-kaar in Rome," vervolgde hij. ,,'t Was in den laatsten tijd. Zij was daar met haar ouders. Zij is vrij tooals je weet en ik ben ook vrij Wordt

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 1