Jf\ 24».
8m Janrfang.
Vrijdag 4 Maart 1910.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DROOMLEVEN.
OORTSCH DASBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem frauco per post- 1.50.
Afaonderiijlre nummers 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
'e morgens Dg de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C".
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents by vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen t«3
het herhaald adverteeren in dit Bvad, by abonnement. E«r*
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvrat^
toegezonden.
Politiek Overzicht
De crisis in Griekenland.
Gisteren is te Athene bij de Kamer liet
voorstel ingebracht tot bijeenroeping van
de vergadering, die tot taak zal hebben de
grondwet te herzien. Het voorstel werd
door den minister-president Dragoemis ver
dedigd met het betoog, dat dit de eenige
uitweg is om uit den tegenwoordigen toe
stand te geraken. Gevaar, dat de vergade
ring zich zou opwerpen tot eene constitu
ante, achtte hij niet aanwezig.
Toch lijikt dat gevaar volstrekt niet her
senschimmig, en dan heeft men het vooruit
zicht, dat in Griekenland alles op losse
schroeven zal worden gesteld, ook de re-
geerir-gsvorm. Door den gewezen minister
president Theotokis werd de klacht geuit,
dat de hoofden der militaire beweging, die
nu feitelijk het heft in handen hebben, eene
macht in den staat vormen buiten de grond
wet. Dat feit is niet te betwisten, maar dat
het daartoe gekomen is, daaraan zijn de
staatslieden, die elkaar zoo lang in het
landsbestuur hebben afgewisseld, niet zon
der schuld. Ook de Koning gaat hier niet
vrij uit, die door zijne zwakheid er veel toe
heeft bijgedragen om den militairen bond
te brengen tot de macht, dien bij nu uit
oefent. Kenschetsend voor de zwakke hou
ding van Koning en regeering beiden is
hetgeen onlangs gebeurd is met den kroon
prins, die, na eerst door den Koning terug
ontboden te zijn, toen hij bijna aan het ein
de van zijne reis gekomen was, heeft moeten
omikeeren op verzoek van den Koning zelf.
Aan de Frankf. Ztg. wordt daarover uit
Athene geschreven
,,Het verijdelen van de terugkomst van
den kroonprins is een slag, toegebracht aan
het aanzien van de dynastie en eene belee-
diging van den kroonprins, dien Koning
George met oenig beleid bad kunnen ver
mijden. Het is niet aan een verzoek van
den kroonprins te wijten, dat hij zich
op weg begaf om terug te keeren uit zijne
verbanningdat steunde op een besluit van
den Koning zelf. Met het oog op het feit,
dat in den officierenbond de antipathie te
gen den kroonprins de oude is gebleven, is
dit besluit bij de tot dusver door den Ko
ning ingenomen zwakke houding aan velen
onverwacht en ondoelmatig voorgekomen.
Nadat het officieel bekend was gemaakt,
ontstond er dadelijk twijfel of niet de offi
cierenbond zich er tegen zou verzetten, om
den Koning eene nieuwe indruk makende
nederlaag te bereiden.
Dat dit feitelijk gebeurd is, is behalve
aan den Koning te wijten aan den minister
president Dragoemis. Voordat hij den Ko
ning kennis gaf, dat hij zijne terugkomst
wenschte, had Koning George ruggespraak
gehouden met minister-president Dragoe
mis; het antwoord van dezen luidde, dat
naar zijne persoonlijke meening er geene
politieke bezwaren bestonden tegen de te
rugkomst. Zoowel de Koning als Dragoemis
echter mochten niet vergeten wat ieder
weet: dat het op de persoonlijke meening
van den minister-president niet aankomt,
maar op de besluiten van den officieren-
bond. Ook was de houding vai» het hof, na
dat generaal Zorbas een voorloopig protest
had laten hooren, niet zooals behoorde,
maar liet kwetste zeer de gevoelens van hen,
die niet uit blinde loyauteit aan den Ko
ning hangen, maar het constitutioneele ge
zag van den staat niet vernederd wenschen
te zien. In plaats van nu terstond den
kroonprins aan te bevelen zijne reis uit te
stellen, onderhandelde de Koning over de
voorwaarden van eene door den officieren-
bond te verleenen vergunning. Verontschul
digend verzekerde het hof, dat de kroon
prins niet zou komen oin met zijn vader te
raadplegen over den politicken toestand,
maar dat de Koningin wegens haar gevaar
lijk ooglijden den wensch koesterde haren
zoon terug te zien. Verder bood het hof aan,
dat de kroonprins, om demonstratiën te
vermijden, zoomin in Korfu als in Patras
aan land zou gaan, maar per schip recht
streeks naar Piraeus zou gaan en zich van
daar, zonder Athene aan te doen, terstond
naar Tatoi zou begeven. De officierenbond
heeft de voorstellen van zijn hoogsten be
velhebber niet als voor discussie vatbaar
beschouwd, en de kroonprins heeft een
nieuw échec geleden, waarmee hij de reke
ning van zijn vader kan belasten. De Ko
ning heeft prins Andreas naar den kroon
prins in Brindisi gezonden, om hem mon
deling opheldering te geven. In ieJer geval
is er nu in geen weken of maanden aan
zijne terugkomst te denken, omdat de offi
cierenbond vooraf de sluiting van het par
lement en het besluit tot bijeenroeping van
de nationale vergadering verlangt.
De reden voor de houding van den offi
cierer.bond is gemakkelijk te vinden. Aan
de talrijke elementen, die van den beginne
af vijandig of skeptisch stonden tegenover
de revolutionaire hervormingsbeweging, en
aan de nog talrijker kringen, die hunne ver
wachtingen bedrogen vinden door de ver
richtingen en de gevolgen van de revo
lutie, ontbreekt het centrum waaromheen
zij zich kunnen groepeeren. Dezen persoon
vermoedt de officierenbond in den kroon
prins, die inderdaad bereid zou zijn open
lijk en krachtig op te treden tegen de dik-
tatuur, als niet de eerbied voor den Ko
ning "hem tegeuhield."
Duitschland.
Ber 1 ij n, 3 M a ar t. De commissie, die
over liet wetsontwerp tot wijziging van de
kieswet voor het huis van afgevaardigden
rapport moét uitbrengen, heeft in de tweede
lezing het wetsontwerp aangenomen met 15
tegen 13 stemmen. Voor stemden de con
servatieve en de centrumleden.
België.
Brussel, 3 M a a r t. De Kamer b©'
handelde heden verschillende interpol latiën
over de uitgifte van Congoleesche fondsen,
de overdracht van de goederen van de
Kroonstichting van den Congo en de stich
ting Nioderfüllbach.
De sociaal-democraat Yandervelde bracht
in herinnering, dat de Koning had verklaard
een bedrag van 15 millioen na te laten en
dat onen later ontdekte, dat de nalatenschap
die belegd was in maatschappijen en stich
tingen en beheerd werd door stroomannen,
een zeer aanzienlijk bedrag vertegenwoor
digde, dat volgens de bladen een som van
70 miliioen bedroeg, waarvan 25 millioen
aan Congoleesche fondsen. Hij stelde de
vraag, waar deze fondsen vandaan kwamen
en of zij verkregen waren door schenking of
op andere wijze. Spr. voegde daaraan toe
dat hij geen oogenbllk gelooft, dat de Ko
ning uit winstbejag had gehandeld, hij wil
de de noodiigo hulpbronnen nalaten voor
den Congo, terwijl hij aan zijne dochters
het strikt noodzakelijke verzekerde. Men
zou slechts door een onderzoek van de fi
nanciën van den Congostaat en van do
Kroonfondsen kunnen uitmaken, of de Ko
ning alleen uit vaderlandsliefde aldus had
gehandeldde boeken zijn echter verbrand.
Spr. eindigde met de verklaring, dat de
stichtingen en maatschappijen, door den
Koning opgericht, in België voor de wet
niet geldig zijn en dat in deze zaak de. ver
antwoordelijkheid op de regeering rust.
De minister van justitie verklaarde, dat-
de regeering van meening is, dat de Congo
leesche waarden den Belgischen staat toe
komen in overeenstemming met de akte vau
overneming Hij herinnerde aan de nobele
wijze van handelen der prinsessen en voegde
daaraan toe, dat ook prinses Louise geen on
welwillende gevoelens koestert jegens de
regeer'ng, die hoopt, dat zij hare toevlucht
niet zal behoeven te nemen tot rechterlijke
tusschen komst, maar van zins is hare rech
ten u> doen gelden op alles, wat aan den
Staat toebehoort.
D vraag van de geldigheid der stichting
Niederfüllbach,, behoorde in de Kamer niet
behandeld te worden. De regeering mag
zich de taak der rechtbanken niet aanma
tigen en evenmin in het openbaar mededee-
len, welke instruction zij aan hare advoca-
ten gegeven heeft.
In antwoord op het verwijt, dlat hij gee
nerlei maatregelen heeft genomen, herinner
de Je minister eraan, dat het Hof van Parijs
de conclusion van een der partijen, eischend,
dat de inboedel van het kasteel Ballincourt
verzegeld zou worden, heeft verworpen.
Wau neer Bclg'ë zelf dien eisch had gesteld,
zou hei evenmin succes hebben gehad..
Do minister van koloniën zegt: „Ik heb
verklaard, dat de Staat aan de stichtingen
de sommen had overgegeven, die door dezen
waren overgemaakt voor rekening van den
Staat; deze verklaring was te goeder trouw
gegeven, ik moet thans echter erkennen, dat
zij op enkele punten onjuist was."
Vinder vei de riep uit: „Gij zijt door
den Koning om den tuin geleid".
De mini iter antwoordde, dat hij op het
ooget blik verder niot op de zaak kan in
gaan, maar niets laat toe te zeggen, dat
de fondsen, die na den dood van den Koning
ontdekt zijn, aan de kroonstichting behoo-
ren.
Do minister verklaarde dat hij in deze
zaak met volledige oprechtheid heeft gehan
deld als de regeering misleid is, dan heeft
de Kamer niets meer gezien dian zij.
In antwoord op eene interruptie zeide de
minister, dat hij niemand op een dwaalspoor
had geleid.
Janson, liberaal, constateerde dat 30 mil
lioen uit dc kas van den Congo verdwenen
zijn. en hij vroeg met welk gelid het buiten
gewoon weelderige leven te Ballincourt be
kostigd wordt.
De Duitsche stichting is z. i. onwettig.
Ook werd door hem betwist de geldigheid
van de andere stichtingen en liet verwonder
de hem, dat de hoogstgeplaatste rechterlijke
ambtenaren zich hebben willen leenen om
de wetten van het land te schenden. De
ree» tsgeleerde raadsman, tot wien de Koning
zich wendde, was de regeeving en deze heeft
de Kamer op een dwaalspoor geleid.
I De zitting werd daarna gesloten
Frankrijk.
De Kamer heeft bij de behandeling van
de wet op de middelen een voorstel aange
nomen, waarbij de regeering wordt verzocht
aan de door de overstroomingen getroffen
personen in ruime mate vermindering van
belastingen toe te staan.
Van de door de regeering voorgestelde
nieuwe belastingen en heffingen zijn die.
tot invoering van een kenteeken van oor
sprong voor mousseerende wijnen en van
een recht op de entree gelden van renbanen
verworpen. Wat daardoor te kort komt zal
gedekt worden door verhooging van het be
drag der uit te geven schatkistbiljetten.
Engeland.
Londen, 3 Maart. Prins en prinses
Heinricli van Pruisen zijn heden avond van
het Victoria-station vertrokken om naar
Vlissingen te gaan.
Tweede telegram. Prinses Hein-
rich is niet mee op reis gegaanzij zal nog
in Londen blijven.
Londen, 3 Maart. Do eerste minis
ter Asquith verklaarde, dat het voornemen
der regeering onveranderd blijft om het
Huis te verzoeken de begrooting te behan
delen voor het voorjaarsreces. De regeering
zal lvet Huis voorstellen niet de begrooting
te beginnen, zoodra de motie betreffende de
Lords door het Lagerhuis zal zijn aangeno
men.
Onder toejuichingen van de ministeriëelen
herhaalde Asquith zijne verklaring, dat de
regeering slechts aan het bewind zal blijven,
wanneer zij de zekerheid heeft, dat de voor
stellen omtrent het Hoogerhuis niet alleen
in het Lagerhuis zullen worden aangenomen,
maar ook tot wet -zullen worden verheven.
Lord Lansdowne heeft, terwijl hij de be
lofte deed dat hij de afdoening der wetsont
werpen om de regeering te machtigen een
leening te sluiten en de oorlogsleening af te
lossen, zou bevorderen, verklaard, dat hij
op 7 Maart er de aandacht op zal vestigen,
dat de regeering tot dusverre in gebreke is
gebleven voorstellen te doen om zich de noo-
dige inkomsten te verzekeren voor het loo-
pende financieele jaar.
Behalve in St.-George's in the East-, heeft
nog een tweede verkiezing plaats gehad om
aan een lid der regeering een zetel in het
lagerhuis te verschaffen. De kanselier van
het. hertogdom Lancaster, de heer Pease,
die bij de algemeene verkiezingen niet was
herkozen, is in Yorkshire zonder strijd ge
kozen in plaats van Sir William Holland,
die had bedankt om een zetel voor hem be
schikbaar te stellen.
Bij de verkiezing in St.-George's in the
East werd de liberaal gekozen met grooter
meerderheid dan hij in Januari had gekre
gen zijne meerderheid steeg van 434 tot
509. De Iersche kiezers moeten dus op hem
gestemd hebben, hetgeen aanleiding geeft
om te vermoeden, dat Redmond den door
de regeering ingeslagen koers stilzwijgend
goedkeurt.
Herbert Gladstone zal als viscount zijn
naam blijven dragen de titel wordt aan den
familienaam toegevoegd.
Oostenrijk.
Uit Weenen wordt aan de Vossische Ztg.
bericht, dat de vervreemding in liet diplo
matieke verkeer tusschen Rusland en Oos-
tenrijk-Hougarije indertijd is geschied op
verlangen van den Russischen minister van
buitenlandsehe zaken Iswolski, die den ge
zant van Oostenrijk-Hongarije, graaf Berch-
told, uitgenoodigd zich voortaan te bepalen
tot den sehxiftelijken omgang met het depar
tement van buitenlandsehe zaken te Peters
burg. Oostenrijk-Hongarije kwam dezen
wensch aanstonds na. Eenige maanden later
echter noodigde Iswolski even plotseling
graaf Berchtold uit den persoonlijken om
gang te hervatten. Graaf Berchtold schreef
daarover naar Weenen, waar men geen reden
had daaraan niet te voldoen, ofschoon men
er geen groot gewicht aan hecht.
Er is volstrekt geen sprake van, dat Oos
tenrijk-Hongarije eene nieuwe verstandhou
ding met Rusland zoekt, om .den status quo
op den Balkan nog meer te bekrachtigon
Zoomin in Petersburg als in Weenen voelt
men behoefte eene Balkanovereenkomst te
onderteekenen. Dat normale betrekkingen
tusschen Oostenrijk en Rusland terugkeeren,
wordt daarentegen als wenschelijk aange
duid.
Rusland.
Petersburg, 3 Maart. Het PeterS-
burgsche Telegraaf agentschap maakt belt
volgende comminuqué beikendHet verblijf
van Koning Ferdinand te Petersburg heeft
opnieuw gelegenheid geboden de traditionee-
neele -betrekkingen van vriendschap tusschen
bedde landen te doen uiticomen. De Russisch©
eu de Bulgaarsch© ministers van buitenlano.-
sche zaken hebben o-ver vragen, die voor
beide landen van belang zijn, van gedach
ten kunnen wisselen en zijn daarbij tot de
conclusie gekomen, dat men aan beide zijden
den levendigen wensch koestert niet© onbe
proefd te laten om den vrede en de rust in
do Balkanstaten te handhaven. De komst»
van den Koning en de Koningin van Bul
garije kan er slechte toe bijdragen
(het- algemeen vertrouwen in een vreedzame
ontwikkeling der Bal kan aan geJ ege n heden te
versterken.
Het optreden van de Chineezen in Tibet
verwekt in de Russische pers algemeene
ongerustheid, omdat men daarin de uitdruk
king ziet van eene nieuwe aggressieve rich
ting van de Chineesche politiek, die in den
laatsten tijd bij herhaling door schending
van Russisch-Chineesclie verdragen, b.v. in
de kwestie der tolkantoren en van het ver
bod van den graanuitvoer naar Noord-
Man-dsjoerije, een den Russen vijandig ka
rakter heeft aangenomen. De Golos Prawdi
ziet in de onevenredige sterkte en in de
uitrusting van het Chineesche expeditie
korps den wensch om van den tocht naar
Tibet partij te trekken tot oefening van de
gereorganiseerde strijdkrachten. Dat moet
Europa tot nadenken stemmen.
De conservatieve Semstvjina deelt deze
opvatting en brengt het optreden van China
terug tot eene geheime afspraak met Japan
onder opmerking, dat het de vraag is wien
de slag, die is voorgenomen, zal gelden
Rusland of Indië.
Hei singfors, 3 Maart. De Fin-
sche Landldiag is hielden door generaal Seyn
plechtig geopend.
Montenegro.
In Antivari, de haven van Montenegro,
vertoeft thans een Oostenrijksch-Hongaarsch
eskader onder bevel vair den schout-bij-nacht
Haus, dat bij zijne komst door de Montene-
grijnsche autoriteiten begroet en door de
Roman ran
46 ANNA WAHLENBERG.
Uit het Zvreedseh
D O B BlTIT BiKKÏR-HoiT.
Agnes iwidt immers dat hiak-r beurt zou
komen, Robert bad. immers in zijn brief ge
zegd, dat hij ihlaiair veel te zeggen had Maar
®e vond het onnatuurlijk, hier in spanning
te gaan, wachtend op hetgeen zou komen, ter
wijl haar ooron vervuild werden met allerlei
aamlloos gebabbel en igelach.
Als hij tenuisnstie met een hlailf woord, een
toespeling (had gemaakt, dan zou ,ze kalmer
gteweeet zijn. Maar mets. Soms meende
ze dat zie zijn brief nliet goed gelezen had, of
schoon ze dien zoo dikwijls herlezen had,
d»at ze hem van bulten kende
Plotseling kreeg ze echter iete nieuws om
aan te dienken.
Het ij;verige kamermeisje was binnen ge
weest- om iets te halenen bij 'het weggaan
bleef (ze voor den ardhitcet staian om te vra
gen of "hij ook een vuur wenschte in zijn
«slaapkamer.
Gewoonlijk wilde hij helt daar niet warm
hebben, daarom had men er niet gestookt-,
maar liet wias er nog feu
„Nee, dank. Ik blijf vannacht toch niet
thuis. Ik ga weer weg met den zisuurs-
troin" antwoordde hij nonchalant, alsof
(hij over een volkomen onbetieekenen-dle zaak
sprak, waarover niemand' zacli kon verwon
deren.
Agnes was onbewegelijk van schrik.
Maar Inge borg begón dadelijk te schreien,
zou hij dadelijk weer weggaan, nu hij pas
gekomen was? Dat was leelijk van hem, echt
(Loei ijk I
Ze wilde zich nauwelijks laten troosten
door alle liefkoorainigen, die ze kreeg. En
niet. vóór dat haar vader bedöofd had, dat
het niet lang zou duren vóór lüj terug was,
en ze hem dan zoo veel als ze wilde moeht
zien, vroolijlklbe ze weer wat op.
De bagage was dus n.iet adhiter gebleven
■dacht Agnes. Wat moest dat bebeekenen
Ja, weer een nieuwe reis?"
En nog hiad hij niets tegen haar gezegd,
ofschoon ze slechts een paar uur samen had
den doorgebracht.
Ze zoclit de beklemming die haar overviel,
te overwinnen. Waarom zou ze zich nu on
gerust maken, al reisde hij ook voor e«n
paar dagen weg. Natuurlijk was het slechts
een reis voor zaken, die hij niet kon uitstel
len. En hdt gelukte haar ook zicih langza
merhand te bdbeorschen en dezelfde vreugde
te toonen als te voren. Nu was ze bijna
overtuigd, dat hij haar vandaag niet zou
zeggen wat hij op het hart had, omdat de
tijd zoo kort was. Hij zou 't zdker willen
uitstellen tot hij terugkwam., wanneer niets
hen zou storen. En ze leefde ze zich zoo in
deze voorstelling in, diat ze tien slotte ïiious
meer verwachtte. Ze praattenlachten en
gir.gen miet hun drieen uit wandelen. En
ook 'liet- middagmaal verliep zonder dat Ro
bert zelfs eanige nadere inlichtingen omtrent
zijn avondreis 'had gegeven.
Maar kort nadat ze vari tafel opgestaan
waren, toen Agnes terugkwam in de zaal,
nadat ze weg was geweest om orders te ge
ven aan het personeel, vond ze Robert al
leen in de kamer.
Ingeborg was verdwenen, of uit zich zelf
om buiten te spelen, óf weggezonden. En
bij den open haard zat Robert te rooken.
Zoodra hij haar zag, legde hij de sigaar ech
ter weg, en schoof een stoel voor haar bij -
En de veranderde uitdrukking van zijn ge
zicht trof haar,, zoo dat ze bijna beur hart
voelde stilstaan in haar borst
Nu was eindelijk liet zoo. lang verwachte
uur gekomen, dat merkte ze aan zijn oogen,
die haar onafgewend volgden. Dat merkt©
ee aan de nerveuse handen, die nog nadat- ze
plaats had genomen op de leuning van den
stoel bleven rusten, en aan do onrustige vin
gers die niet stil konden blijven. En de
eerste woorden waarmee hij haar toesprak
werden gezegd met een diepe stem.
„Nu kan ik je danken," zei hij
„Mij danken Waarom zou je mij dan
ken?"
Maar ze zweeg verder. Ze wist niet meer
wat ze had willen zeggen.
„Je hebt gelijk, Agnes," zei hij. „Hoe
zou ik je kunnen danken? Wat je voor mij
hebt gedaan, kan ik je nooit vergelden. Ik
meen nu niet wat je voor Ingeborg geweest
bent gedurende mijn afwezigheid, maar wat
je voor me zelf geweest bent. Den tijd.
je weet wel, vóór ik op reis ging. Ik weet
niet hoe het mij gegaan zou zijn zonder jou.
Een mensch in gewetensnood kan niet al
leen zijn. En jij hielp me over 't ergste
tot ik me zelf kon redden."
Hij brak af maar vervolgde dadelijk daar-
op.
„En het was erger met. mij gesteld dan
je misschien ooit vermoedde."
Ze hief stil haar oogen tot hem op.
„O," zei zie „Lk zag -wel."
„Zag je? barstte hij uit, terwijl hij voor
overgebogen haar dichter naderde. „Ja, ik
vroeg me dikwijls af, of je het begreep
maar ik kon niets zeggen. Hoe zouden w©
er over hebben kunnen spreken, dat was
immers onmogelijk geweest? Trouwens ik
kende me zelf nog niet. Soms kon ik me
verbeelden dat ik -slechts aan. een gril dacht
dat ik nooit
Hij brak weer af, en zag lang zwijgend
naar Agnes, als wilde hii haar voorbereiden
op wat 'hij op 't punt stond te spreken.
„dat ik nooit gehouden ha<ï of zou
houden van een ander dan van de lieve op
offerende vrouw, die mij 't naast stond"
besloot hij.
Agnes voelde hoe haar heele lichaam zacht
trilde. En ze wist dat, als ze probeerde
haar lippen te openen, ze geen geluid zou
kunnen geven.
„Ik herinner me ook dat ik haar dit ver
scheiden keeren verzekerde boen ze nog leef
de" vervolgde hij „en ik geloofde zelf
dat ik oprecht was, tenminste toen ik het
zei. Maar later werd het mij meer en meer
duidelijk dat zij niet echt geloofde aan mijn
woorden, en i-k inwendig ook niet. ,]a,
nu weet- je, 'hoe 'het met mij stond, Agnes,
nu is het gezegd. Toen ik half gok was,
scheen hot mij dat zij steeds om en bij me
was. En ofschoon het me een onbeschrijfe
lijke verlichting zou geweest zijn, je alles
te zeggen, kon ik niet. 't Was me of zij
het zou hooren en het haar gesmart en be-
leedigd zou hebben het luid te hooren zeg-
Sen
Agnes' blik werd vochtig.
„Ik begreep -het, Robert," zed z©, „meen
je dat ik je niet ken?"
„Dank," zei hij en drukte 'haar hand met
een heftigen, wannen greep.
Maar er was iets in dezen handdruk en
in deze dankbetuiging dat haar op wonder
lijke wijze onaangenaam was. Het getuigde
van een gevoel, dat schuurde tegen haar
eigen gevoel, alsof ze van een heel ander
60ort waren. Dat was geen. antwoord, op 't
geen ze gezegd had.
„Waarom dankt hij mij," dacht ze. „Zijn
er dankbetuigingen tusschen ons noodig?'
„Nu ben ik echter weer gezond," hernam
hij. „En nu weet ik, dat er een leven na
dit leven bestaat, en als ze me nu kon hoo
ren en zien, zou ze mij mijn geluk gunnen.'
„Dat geloof ik" zei Agnes.
Zijn hand, die haar niet losgelaten had
drukte de hare opnieuw. En weer kwam uit
zijn mond dit wonderlijke „dank." Dit gaf
haar een onaangenaam gevoel midden in den
roes van hoopvolle verwachting, waarin ze
gevangen zat.
„En jij, Agnes" zei hij terwijl hij
nog dichter naderde „zal de eerste zijn,
die het hoort."
Haastig wierp ze een blik op zijn gezicht,
en bleef hem aanstaren. Ze begreep hem
niet-.
„We troffen el-kaar in Rome," vervolgde
hij. ,,'t Was in den laatsten tijd. Zij was
daar met haar ouders. Zij is vrij tooals
je weet en ik ben ook vrij
Wordt