W\ 27©.
Vrijdag 25 Maart 1910.
BUITENLAND
FEUILLETON,
Mijn Vriend de Chauffeur.
?V
8"' jHargang.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
P«r S maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post1.50.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant renohgnt dagelijksbehalve op Zon- en Feest-
dagen.
AdvertentiÖnmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 urn
's morgens bp de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRUS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tel
het herhaald adverteeren in dit Bvad, bp abonnement. Ken'
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra**
toegezonden.
Aan hen, die met 1 April
a. s. op dit blad inteekenen,
worden de nummers die ge
durende de maand Maart nog
zullen -verschijnenkoste
loos toegezonden
Kennisgevingen.
Do Burgemeester van Amersfoort;
Gelet op artikel 28, alinea 6 der Woningwet;
brengt ter kennis van 'belanghebbenden, dat
van af heden gedurende 4 weken op de gemeente,
secretarie voor een ieder ter inzage ligt een ont
werp .wijziging en aanvulling van liet uitbreidings
plan der gemeente Amersfoort, vastgesteld door
den Raad der gemeente Amersfoort in zijne ver
gadering van 31 Juli 1906, bij besluit no. 297
(good'gekeurd bij besluit van Gedeputeerde Sta
ten van Utrecht, den 6. -September 1906, le af-
dieeling, no. 27) en gewijzigd door' den Raad dei-
gemeente Amersfoort in zijne vergadering van 30
Jtuilli 1907, bij besluit no. 261 (goedgekeurd bij be
sluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht van
den 27. Augufetus 1007, le afdeel ing, no. 3254
2241)
Amersfoort, 24 'Maart .1910.
.De Burgemeester voornoemd,
WULTTIERfi.
De Burgemeester van Amersfoort
GeJet op artjkel '27, alinea 6 der Woningwet;
brengt ter kennis wan belanghebbendendar
van af heden gedurende 4 weken op de gemeente
secretarie ter visie ligt een ontwerp-verordening.
houdende intrekiking van de verordening no. 1
en wijziging van de verordeningen no. 2 en 7, hou
dende hét verbod tot het stellen .van gebouwen
op grond, welke in de naaste toekomst voor den
aanleg van eene straat, gracflit of plein bestemd is.
Amersfoort, 24 Maart 1910.
De Burgemeester voornoemd,
WUUTIBRS.
]>- Burgemeester van Amersfoort
Gelet op artikel 27', alinea 6 dei- Woningwet;
'brengt ter 'kennis van belanghebbenden dat
van af 'heden gedurende 4 weken op de gemeente
secretarie ter visie ligt een ontwerp-werordening
no. 8, houidenilde Ihet verbod' tot het stellen van
gebouwen, op grond, welke in de naaste toekomst
voor den aanleg van eene straat, gracht of plein
bestemd is.
Amersfoort, 24 Maart 1910.
De Burgemeester voornoemd.
WUUTIBRS.
Politiek Overzicht.
Chili en Peru.
Aan den Zuid-Amerikaanschen hemel is
een onweerswolk verschenen. Peru heeft zijn
gezant teruggeroepen uit Santiago. Dat be-
teekent eene onvriendelijke handeling tegen
den naburigen staat en kan tot het volledig
afbreken van de betrekkingen en daarmee
tot ernstige moeielijklieden leiden. De aan
leiding daartoe werd aan Peru gegeven door
het bevel om de Peruaansche priesters te
verwijderen uit 'het- gebied van Tacna en
Arica, waar zij, in plaats van zich te hou
den binnen de perken van hun ambt, de
ontevredenheid tegen Chili aanstookten. De
regeering van Chili heeft bij die gelegenheid
den bisschop in de aangrenzende Peruaan
sche provincie Arequipa, tot wiens ressort
Tacna en Arica behooren, laten mededee-
len, dat zij de kerken in de tot haar gebied
behoorende gewesten zou sluiten, als de bis
schop de Peruaansche geestelijken niet door
Chileense he verving.
De aanleiding tot de terugroeping van
den Peruaanschen gezant uit Santiago wijst
op de oorzaak van de sedert dertig jaren
tusschen Chili en Peru bestaande gespannen
verhouding. Den len April 1879 had Chili
aan Bolivia en Peru den oorlog verklaard.
De oorlog duurde tot in het jaar 1884. Den
29en November 1884 stond Bolivia aan Chili
de provincie Atacama af. Peru had reeds
vroeger vrede met Chili moeten sluiten.
Den 20en October 1883 stond het de pro
vinciën Tarapaca voor altijd, Arica en Tac
na voor tien jaren af. In 1893 zou eene
volksstemming beslissen, aan wien het voor-
loopig door Chili bezette Peruaansche ge
bied voor goed zou worden toegewezen. De
overwinnende partij zou aan de partij, in
wier nadeel de beslissing uitviel, 10 mil
lioen soles (12 millioen gulden) betalen.
Chili verlangde in 1893, dat dit bedrag
vóór de volksstemming bij een onpartijdigen
derde zou worden gedeponeerd. Toen Peru
daartoe eindelijk in staat was, verlangde
Chili verder, dat aan de volksstemming niet
alleen de voor 1883 in het gebied gevestigde
Peruanen, maar ook de sedert ten gevolge
van de ontwikkeling der salpeter-industrie
bij menigte in het land gekomen Chileenen,
Bolivianen en vreemdelingen zouden mogen
deelnemen. Een in 1899 te Santiago geslo
ten verdrag, dat ook deze moeielijkheid uit
den weg ruimde, werd door het Chileensche
congres verworpen. Daarna bleven de on
derhandelingen geruimen tijd rusten beide
partijen maakten toerustingen tot oorlog,
maar bedachten zich nog in tijds.
In 1908 deed Chili nieuwe voorstellen.
Het wilde voor Tacna en Arica het dubbele
van de in het vredesverdrag van 1883 be
dongen som, dus 20 millioen soles, betalen,
den spoorweg AricaTacna tot de Peruaan
sche provincie Arequipa verlengen en aan
Peru een gunstig handelsverdrag toestaan.
Dit wex-d door Peru geweigerd. Ook een
voorstel van Chili van November 1908, om
het betwiste gebied te verdeelen volgens
eene van de zee tot aan de Cordilleras door
de dalen van Chacalluta en Arica loopende
lijn te verdeelen, waardoor twee vijfden
met Tacna aan Peru, drie vijfden met Ari
ca aan Chili ten deel zou, vallen, leidde
tot niets. Eindelijk werd besloten een
scheidsrechter aan te roepen. Dit ambt werd
opgedragen aan den Koning van Spanje.
Deze had aanvankelijk te veel met zich zelf
te doeneerst thans, nu de Marokkaansche
oorlog geëindigd is, kan hij zich aan deze
taak wijden. Misschien zal men, als hij
zijne uitspraak heeft gedaan, zien gebeu
ren, dat de in het ongelijk gestelde pai*tij
niet van zins is zich aan zijne beslissing te
onderwerpen. Of het dan tot een oorlog zal
komen, staat, intusschen te bezien, want
Peru heeft alle reden om Chili en zijn leger,
dat georganiseerd is door den chef van den
generalen staf Emil Körner, een voormalig
Duitsch officier, te ontzien. Chili echter- is
in den benijdenswaardigen toestand van den
zaligen bezitter.
Duitschland.
Naar aanleiding van onjuiste mededee-
lingen, die de eerste lord van de admirali
teit Mc Kenna in het Engelsc'hie lagerhuis
heeft gedaan over den bouwtijd van de groote
Dmische pantserschepen en over het aantal
van deze op een bepaald tijdstip beschik
bare schepen, levert de Nordd. Allg. Zei-
tung eene uitvoerigegedocumenteerde
tegenspraak. Het officieuse blad baalt aan
wat de Engelsche minister den 14en April
1910 heeft gezegd, en schrijft dan:
„Deze opgaven bevatten vergissingen, die
niet onweersproken mogen blijven. In de
eerste plaats zij vermejd, dat de Engelsche
eerste minister in overeenstemming met
toongevende Duitsche opvattingen zich over
de begrippen „datum van de opdracht om te
bouwen" en „kiellegging" den 26en Juli
1909 als volgt heeft uitgedrukt: „Wij ver
staan onder bouwbegin net verleenen van de
opdracht om te bouwen". „Het tijdstip van
de kiellegging is praktisch van geen betee-
kenis."
„In Duitschland is het tijdstip van 't
verleenèn van de opdrachtom te bouwen, dat
ook voor den heer Mc. Ken na het uitgangs
punt vormt, afhankelijk van het toestaan
van den eersten termijn van de bouwsom
door de wetgevende macht, d. i. van het
begin van het dienstjaar waarvoor de be
williging geschiedt. De opdracht tot het
bouwen van een nieuw schip vóór 1 April
zou in strijd zijn met de wettelijke bepa
lingen en is dus niet mogelijk. Wanneer dius
de opdracht om te 'bouwen niet door uiter
lijke omstandigheden constructieve over
wegingen, vertraging van de debatten in den
rijksdag, onderhandelingen met de construc-
tiewerven eene vertraging ondergaat,
dan wordt de opdracht tot den bouw in April
van het jaar der bewilliging gegeven en
moet met dezen datum als begin van don
bouw gerekend worden.
Blijkens de in het vorige jaar in den
rijksdag officieel afgelegde verklaringen van
den rijkskanselier en van den staatssecreta
ris van het rijksdepartement van marine,
worden bij de Duitsche linieschepen de voor
den bouw vereischte gelden in vier jaarlijk-
sche termijnen beschikbaar gesteld; de
bouwtijd bedraagt d'us 36 a 40 maanden.
Daaruit is de tijd, die ongeveer noodig is
voor de voltooiing van ieder linieschip, ge
makkelijk te berekenen." Met cijfers wordt
aangetoond, dat de bouw van de Nassau 40,
van de Westfalen 37, van de Rheinland 37
en van de Posen 36 maanden gediuurd heeft,
doorpen dus een bouwtijd van 38.6 maanden.
„I>erhalve verkeert- de heer Mc Kenna in
dwaling, wanneer hij voor de schepen van
de Nassau-klasse een bouwtijd van 26 maan
den aanneemt. Ook het op deze onderstelling
opgebouwde vermoeden, dat de bouw van de
in 1910 bewilligde Duitsche schepen zou
kunnen worden bespoedigd tot 26 maanden,
mist allen grondslag. Duitschland zal,
zooals meermalen officieel verklaard is, in
het jaar 1912 en wel in het najaar van
dit jaar! slechts 13 groote schepen
niet, zooals de heer Mc Kenna als mogelijk
lveeft aangeduid 17 beschikbaar hebben."
België.
In do Kamer was Woensdag het regee-
ringsvoorstel aan de orde om een mUlioei
uit te trekken voor subsidies aan de vrije,
d. w. z. katholieke scholen.
Socialisten en liberalen kwamen heftig
op tegen het voorstel en stelden voor de be
handeling te verdagen. Toen de regeering
dit niet wilde toestaan, verlieten alle 1 'en
van de linksche partijen, op vijf na, de zaal
en daarop werd het krediet toegestaan met
77 stemmen tegen 5.
Frankrijk.
P a r ij s, 2 4 Maart. De Kamer heeft
12 wetsontwerpen aangenomen tot goedkeu
ring van de overeenkomst tót regeling van
internationale geschillen en van andere over
eenkomsten, te 's Gravenhage den I8eu Octo
ber 1907 onderteekend.
Engeland.
Op eene in het lagerhuis gedane vraag,
of er tusschen Engeland en Franifcrijk een
verdrag of eenige afspraak bestaat, waar
door de Franse he vloot verplicht is den
Britse hen handel, die naar de Middelland-
sche zee gaat om zich van het Suezkanaal
te bedienen .tegen elk gevaar te hese her-,
men en waardoor in bert geval van een>
conflict de volledige heerschappij van de
Engelsche en de Fransche vlag in de Mid-
dellandsche zee verzekerd is, heeft de
eerste Minister Asquith verklaart, dat
eene overeen ko mst of verdr ag v an dilent
aard tusschen Engeland en Frankrijk ndiet
Italië.
Rome, 24 Maart. Officieus wordt
gezegd dat het bezoek, hetwelk de Duitsche
rijkskanselier aan Rome heeft gebracht, een
nieuw getuigenis heeft afgelegd van de ban
den van hartelijk vertrouwen, die Duitsch
land en Italië vereenigen. De politiek, welke
is gegrondvest op den driebond, zal behoed
blijven tegen persoonlijke veranderingen i.i
de beide landen. Rome en Berlijn stemmen
overeen met Weenen in den wensch om den
stams quo in het Oosten en de wclv3irt
der Balkanst&ten te handhnyen.
Hongarije.
Uit alle streken van liet land ontvangen
de beide ministers, die bij de sciiandaal-
tooneelen van verleden Maandag in het nu
ontbonden huis van afgevaardigden gewond
weiden, betuigingen van sympathie. In d-;
club van de regeeringspartij werd de minis
ter-president gehuldigd hij antwoordde op
eene toespraak, dat. geene aanvallen, van
welken aard ook, hem in zijne besluiten zou
den doen wankelen. Hij botreuYde slechts,,
dat de houding van eenige afgevaardigden
afbreuk had gedaan aan de houding van het.
parlement.
Eenige loden van de Justh-partij hebben
zich, naar aanleiding van liet gebeurde, -n
de partij afgescheideneene geheele gr iep
leden heeft het partijbestuur uitgenoodigd
het gebeurde beslist te veroordeelen en elke
gemeenschap met de bedrijvers van het
schandaal af te wijzen, onder bedreiging,
dat zij anders uit de partij zouden treden.
Dientengevolge heeft het partijbestuur eene
verklaring bekend gemaakt, dat de uitspat
ting van enkelen niet aan de geheele partij
ten laste moet worden gelegd.
Het is nog steeds niet authentiek vastge
steld, welke leden aan het schandaal hebben
deelgenomen. Een worden wel is waar ver
scheidene leden genoemd, maar alleen van
de weinigen, die zich vrijwillig hebben e
meld, heeft men zekerheid. Het aantal deel
nemers moet echter veel grooter geweest
zijn; dat blijkt reeds hieruit, dat tot dus
ver niemand heeft erkend met inktkokers te
hebben gegooid, ofschoon verscheidene van
die projectielen op den minister-president
en de in zijne nabijheid staande personen
zijn neergekomen.
Over de toelaatbaarheid van gerechtelijke
vervolging der bedrijvers heeft de oud-
minister graaf Apponvi verklaard, dat
geen twijfel over kon bestaan dat afgevaar
digden, die zulke handelingen hebben ge
pleegd, niet onder bescherming van de on
schendbaarheid staan. Als men wilde he-
weren, dat dergelijke handelingen door de
onschendbaarheid worden gedekt, dan zou.
er ook een moord gepleegd kunnen worden
in de vergaderzaal van het huis van afge
vaardigden, zonder dat men den dader kon
straffen.
Rumenië.
Eene commissie onder leading van den
president der Joodse!» gemeente te Bu-
karest is bij den koning van Rumenië op
audiëntie geweest om den koning te wij
zen op de nadeedüge gevolgen, die een aan
tal door het parlement aangenomen wetten
voor de Joden zouden hebben.
De koning luisterde met aandacht naar
de vertoogen van de commissie en liet zich
daan-op zeer vleiend uit óver de vader
landslievende houding der Roemeense he
Joden. M'aar hij onthdéild rich van het
doen van bepaalde toezeggingen.
Rutland.
Alexander Gootschkow, de lei-der van de
Oktobrifiten die nu voorzitter is van de
rijksdoema, is een kweekel-ing van de Mos
kovische universiteit en een van de meent
geziene Russische parlementsleden. Zijn
redenaarstalent en zijne gehechtheid aan
het grondwet-manifest van 30 October 1905
hebben hem groot gezag verschaft onder de
gematigde liberale elementen van het land.
Oorspronkelijk directeur van eene bank in
Moskou, legde hij dit amibt neder om bij
do verkiezingen voor de eerste doem& de
Oktobristen partij in "t leven te roepen en
te strijder, voor de verwezenlijking van do
in het October-manifest verkondigde vrijhe
den Eene beslissende rol -begon Goetechkow
echter eersi in de derde doema te spelen,
waarin de Oktobristen-partij, die in aantal
de sterkste partij in de doema i6, de partij
is die den doorslag geeft. Hoewel dóór de
oppositie hevig aangevallen om den steun,
dien hij aan de regeert ng verdeendle, gaf
,'Gioetsc!liiow nieltJbeqmn herhaaldelijk bewij
zen, dat -lüj een trouw aanhanger is van
liet October-manifest en steeds bereid ie op
te komen voor de verwezenlijking van de
toegezegde hervormingen. In hert. vorige
jaar hield hij eene rede tegen dé grootvor
sten in het leger, die zeer die aandacht
tnok, en nog onlangs hield hij eene zeer
scherpe rede tegen <Lo politiek van Stolypin
en verlangde uitdrukkelijk, dat er eindelijk
zou worden begonnen met de verwezenlij
king van de hervormingen.
De verkiezing van Goetechkow tot voor
zitter van de rijksdoema heeft, dus de be-
teekenie van eene overwinning der gema
tigde conetitiutdoneolo elementen in de rijks
doema
Turkije.
Salonika, 24 Maart. Sint-s drie
dagen hebben aan de grens van Montene
gro gevechten plaats tusschen Arivauten
en Móriten eg-rijnen. Een Armaut eu twee
Montenegrijnen zijn gedood.
Konstantinopel, 2 4 Maart.
De leden der commissie tot afbakening der
grens tusschen Tunis en Tripolis zijn gis
teren vertrokken.
Griekenland
Uit Athene wordt bericht, dat er waar
schijnlijk volledige overeenstemming ver-,
kregen zal worden tusschen dón militairen
boni en de partijen. Deze namen de zui
vering van de universiteit, van «ie ambte-,
naren van binnenlandsch bestuur en van.
het leger in gewijrigden vorm aan. Acade-
Hamr het Bngeltch
10 vak
C. N. «n W. II. WILLIAMSON.
„Welk soort wagen hébt ui" vroeg dc
prim*, zich eensfclape tot mij wendend.
„Een PabhanJ," zed ik, mei een blik zoo
onschuldig en zacht ale melk. Ik wiet dat
mijn antwoord hem zou teleurstellen, daar
hij geen enkele aanmerking op de machine
kou maken.
„Hoeveel paardenkracht U
„lete onder d« twintig,' zeide ik dip'o-
matisoh.
Twaalf," verbeterde Terry kortaf. Hij
kan soms zeer irriteeromd' zijn, maar op dit.
oogenbliik was 'hij zoo buitengewoon mooi
en droeg zijm gelaat zulk een troteehe, hoog
hartige uitdrukking, dat toen ik hem aan
keek de wensch om op zijn hoofd' te trom
melen verdween. Bestond er werkelijk
een vrouw die Terry, zondier titel en met
een motor van niet nneer dan twaalf pair-
dek'acht, kon verzaken ter wilde van een
paar hoedendoozen en oer Ooetenrijkscliei
prins?
„Een wagen van twaalf paar.-Jekracht, en
HhTinee writ u een reisje maken met drie
dames, haar kamenier en al haar bagage?"
vroeg 'DalmarWaJlm in zijn uitstekend
Efgclsch. „Maar dat is niet mogelijk!"
Plotte efldng overviel mij een gewaarwor
ding alsof Terry en ik kleine bestrafte jon
gens waren, die met een hianldlkar een reis
rond de wereld willen dóen.
„Zij zullen geen behoefte aan een kame
nier hebben-, prins," zeilde juffrouw Des
troy. „,Ik weet hioe itjante K.'atryns haar
moet opgemaakt worden en de Zusters heb
ben mij geleerd naald en dlraad te gebrui
ken."
Dit wals de eerste maal gedlurende d'e
lunch dat zij de lippen opende, behalve om
met een nonachtige matigheid wat te eten,
en nu verbrak zij haar zwijgen ten bate
van een plan dat gister nog haar zeer af
keurenswaardig had toegeschenen. Het
meisje, belangwekkend door haar bizondere
schoonheid, kreeg 'in mijn oogen nieuwe
waarde. Niet weinig wekte zij mijn nieuws
gierigheid, ofschoon haar woorden zear dui
delijk haar plaats in het trio aangaven.
Waarom brak zij een lans ter onzer verde
diging? Hadden haar rijke bloedverwanten
haar diensten noodig en haar gedwongen
het klooster te verlaten, waaraan zij, te oor-
deelen naar den vertrouwelijk en, t eederen
toon waarop zij „Zusters5' zeidie, zeer ge
hecht moest zijn? Had. een nieuwe windl
•haar mooi blank zeil d:oen o-pbollen en
w e n s c :h t c zij ten slotte ook met ons -
moe te gaan? Wilde zij den prins vertellen
hoe ar-m zij was? Dit waren eenige dór hon
derd en één vragen, in mijn geest ontstaan
door dit enkde zinnetje van de Schoone
Maagd van Destrev.
Ik dacht dat het gezicht van dien prins
betrok, maar mevrouw Kidiclers aandeel in
de verdediging leidde mijn aandacht af.
„Wij verwachten ook niet al onze bagage
te kunnen meenemen," zeide zij. „Mij
dunkt, enkele dungen kunnen ons van plaats
tot plaats per spoor wordten nagezonden.
Kan dat?"
„Natuurlijk!" haastte ik m-ij haar te
verzekeren voor Da' marKalm over de be
zwaren van een diergelijke regeling kon
uitweidlen. ,,jHet is de .gewone manier van
doen. En uw kamenier kan eveneens mét
den trein reizen."
,,-Zij is een Panisiienne en zegt aJtijjd dat-
ze Frankrijk niét wil verlaten, zelfs al bé-
taallde ijk tweemaal haar loon.''
„Probeer met driemaal," s-teldó Beechy
voor. En juffrouw Deatrey„Zooals ik
reeds zeide, Agnes kan gerust thuisblijven.
Tante Katryn en Beechy zullen haar niet
missen en voor mij doet zij nooit iets."
„Hoe jammer,5' klaagde de prins „dat
mijn automobiel j-uist gerepareerd wordt.
Het zou een groot geluk voor mij geweest-
zijn om met de drie dames een reisje te ma
ken, al was het naar hert. eindó der wereld'.
De mijne is niet „iets minder dan twintig,'
zooaTg sir Ralph Morray. rijn wagen van
twaalf paardlekraóht beschrijft, maar iéts
meer dan twintig met een heerlijk ruime
tonneau Rod dé Beige en een kap, waarop
gelegenheid tot het bergen van allerlei 6oort
-biagagé. Tuseclhjen twee haakjes, d'e uwé
heeft toch een kap, sir Ralph?55
„Neen", wa6 ik verplicht te bekennen,
met een beetje droegen mond, waar
schijnlijk te wijten aan het water met ije.
„'Geen kap? Hoe wilt u d'an die dames
voor de regen beschutten?" Dat met oogen
stralend van deugdzame verontwaardiging
en een beweging, die bescherming beloofde
aan drie behulpbehoevende, vrouwelijke we
zens voor de maoh'inaties van een paar ge
wetenlooze schurken.
i Door mijn onbekendheid met auto-e:gen-
j aardigheden had- ik geen wapen om don aan
val af te slaan, maar gelukkig trok Terry
eindelijk zijn degen,
j „De diaanets zullen beschut zijn door haar
miotpr-m'antels ein. onze reisdekens. Ik
weet zeker dat ze geen lust htebiben een der
grootste genoegens van een auto-vit o-p te
offeren voor een beetje persoon-lijk gemak,
wanneer hét eens mocht regenen," zei hij.
„Een kap geeft geen voldoende beschutting
voor den regen, 'behalve voorzien van gor
dijnen of zijwanden van glas, en zelfs zon
der deze dingen belemmert ze het vrije uit
richt.
„Hoe jammer toch dat ik u mijn wagen
niet kan aanbieden" zuchtte de prins.
„Maar gravin, indien u een poosje ztmdt
willen wachten een weak, mogelijk een
dag of tien, dan zou ik
„Maar wij vertrekken overmorgen, niet
waar, Kitty?'' viel juffrouw Destrev hem in
de rede.
„Dat denk ik wel," klonk mevrouw Kid-
ders antwoord, die genageld de wenkbrau
wen fronste wanneer zij als tante Katryn
werd aangesproken en glimlachte bij den
naam Kitty. „Wij zijn hier al moer dan
een week en hebben, dank zij den prins,
al de bozionswaardlighedi?n van Nice en
Mon'te Carlo bezichtigd. Niets weerhoudt
ons, ofschoon er wel eenige moeilijkheden
aan verixjndten zijn om zoo spoedig gereed
te wezen."
„Waarom zoo gehaast, gravin?" vroeg
de prins, zich schouderophalend van mij af
wendend.
„Dat weet ik niet." Haar oogen zochten
de mijne. „Het schikt sir Ralph het best
om dan te vet-rrekken, en bezwaren er tegen
hebben wij eigenlijk niet.''
„Waarheen gaat u?" vroeg Dailjniar-
Kalm. „Misschien kan ik u hier of daar
onderweg ontmoeten
„Dit is nu juist een van dé dingen die
nog niet beslist zijn," verklaarde mevrouw
Kidder, „Ik vind alle streken goed. Het
is vooral dó tocht per automobiel dlie ons
aantrekt, dus kunnen wij zoo wat rondrij
den. U weet, het is ons eeretó bezoek aan
Europa, en zoolang wij op mooie plaatsen
zijn, is het ons vrij wOl gelijk."
„Dat moo^t u vinden,, mama," zeide
Beechy, ..maar wij* niet. Maida en ik
willen graag het Gomömeer rien, waar
Claude Melnotrt? zijn paleis heeft."
„0, ja! In The Lady of Lyons. Dat
vind ik zulk e ?n al leraardigis te comodie.
Kunnen wij daarheen, sir Ralph?"
„Daar moet ik mijn chauffeur over raad
plegen. Hij i6 beter op de hoogte van aar
drijkskunde dan ik. Dat mag wel ook,
want hij besteedt zoo-Veel gold aan kaarten
eii plattegronden dat 'hij er best een vrouw
"an kon ondleriiiouiden. Hé, Terry?'5
„Langs twee kanten kan men het Cohdo-
meer bereiken," zeide hij met een zelfver-
trouwen, dat mij aangenaam aandeed1. „De
I-aliaaueche Riviera volgend! tot Genua' en
"an daar direct naar Milaanof dóór de
Roya\ail'lei, hetzij over Turijn of lange een
k-utcn omweg eveneens naar Milaan.'5
Wordt veniolgd