BIJVOEGSEL Amersfoortsch Dagblad. Gemeenteraad AMERSFOORT. bij het vax Openbare vergadcrng van den -raad der gemeente Amersfoort van Dinsdag 5 April 1910, des namiddags te half twee ure. Voorzitter de heer burgemeester j'hr. J. W. A. Barchman Wuytiers. Tegenwoordig de heeren wethouders M. L. Celosse en T. Sanders, de heeren R. G. Rijkens, M. R. N. Oosterveen, J. C. Rolan- dus Hagedoorn, A. A. Hamers, A. M. Tromp van Holst-, D. Gerritsen, A. H. van Kalken, N. Veis Heyn, C. J. Plomp, S. J. van Duinen en H. W. van Es veld en de secretaris mr. dr. J. G. Stenfert Kroese. Afwezig de heeren H. Kroes, J. W. Joris- sen, W. Salomons en D. RuyS met kennis geving. De notulen van -de vorige vergadering worden goedgekeurd. Ingekomen zijn de volgende «tukken Besluit van de Gedep. Staten van Utrecht van 21 Februari 1910, 3e afd. no. 284/461 tot goedkeuring van diet raadsbe sluit van 25 Januari 1910, no. 19, strekken de tot wijziging van de begrooting dienst 1910. Voor kennisgeving. Schrijven van de Gedep. Staten van Utrecht van 28 Februari 1910, 3e afd. no. 600/496, 'houdende bericht dat bij Konink lijk besluit van 18 Feibruari 1910, no. 28, tot 1 September 1913 vrijstelling is verleend van de verplichting tot oprichting ©ener bur- gerdagschool en dat aan de burgeravond school in bepaalde vakken onderwijs moet worden gegeven. Als voren. c. Besluit van de Gedep. Staten van Utrecht van 7 Maart 1910, 3e afd. no. 604/ 575, tot goedkeuring van het raadsbesluit- van 22 Februari 1910 no. 54, betreffende wijziging van de begrooting dienst 1910. Als voren. d. Besluit van de Gedep. Staten van Utrecht van 7 Maart 1910, 3e afd. no. 586/ 569, tot goedkeuring van het raads-besluit- van 22 Februari 1910, no. 53, tot overname van grond van de Maatschappij Amersfoort tot exploitatie van onroerende goederen te Amersfoort. Als voren. e. Verslag van Burgemeester en Wet houders overeenkomstig art. 52 der Woning wet over 1909. Zal worden gedrukt en opgenomen in het gemeenteverslag. f. Verslag van -de Commissie van Toe zicht op het Middelbaar Onderwijs over 1909. Als voren. g. Verslag van de Gezondheidscommissie over 1909. Als voren. h. Eene dankbetuiging van de regelings commissie voor het houden eener huisvlijt- tentoonstelling te Amersfoort voor de toe gekende medailles. Voor kennisgeving. i. Een adres van -dr. P-h. H. Peyrot tot opheffing van een bouwverbod. In handen van B. en W. om prae-advies. j. Een adres van de vereeniging van Nederland-s olie Loodwitfabrikanten betref fende het gebruik van loodwit en zinkwit. In handen van B. en W. om prae-advies. k. Een adres van de Naamlooze Vennoot schap ,,01so" spaarlichtmaatschappij, hou dende verzoek een proef met ,,01so" bran ders te houden. In handen van B. en W. ter afdoening. De heer Gerritsen. Mijnheer de voorzitter, kan dit stuk niet aan de gas- commissie worden gezonden, opdat (het, naar aanleiding van het advies van die commis sie door B. en W. worde afgedaan? De heer Sanders. Er is niets geen bezwaar -het adres eerst in handen van de commissie voor de gasfabriek te stellen. In- tusschen is bet daar reeds behandeld, en de inlichtingen, die de directeur aan de com missie heeft verschaft, waren van dien aard, dat niet op het adres kon worden ingegaan. Maar er is geen bezwaar bet adres nog eens te behandelen in de commissie. De heer Gerritsen. Ik dank voor de inlichtingen De Vooriitt-er. Er is nog een adres ingekomen van A. C. Beijer om ontheffing van de bepaling van art. 8 lid 1 der bouw verordening, dat ik voorstel als spoedeischend ■te behandelen. De adressant mag volgens de verordening niet hooger bouwen dan de breedte van de straat; hij vraagt vergun ning om te bouwen tot eene hoogte van 7.30 M. in plaats van 6.35 M. Aangezien in het ontwerp nieuwe bouwverordening, dat in bewerking is, bepaald wordt, dat mag worden gebouwd tot eene .hoogte van an derhalf maal de breedte van de straat, stel len B. en W. voor het verzoek toe te staan. De heer Oosterveen. Mag ik vra gen, waar de adressant wil bouwen? De heer Sanders. Hij wil bouwen in de Krommestraat naast het perceel van Hoge vest. De heer Plomp. Is er een speciale reden om af te wijken van de verordening in dit geval? De Voorzitter. De verordening be paalt, dat niet hooger mag worden gebouwd dan de -breedte van de straat. De raad kan echter van dat voorschrift ontheffing ver- leenen. Naar aanleiding daarvan heeft de adressant zich tot den raad gewend, en hij verzoekt een spoedig antwoord. De heer Sanders. Ik kan -hieraan nog toevoegen, dat aan Hogevest ook vrijstel ling is verleend van de bepaling der verorde ning. Dat is in dit geval 'bepaald noodig. Het huis heeft twee verdiepingen, eene win kel verdieping en eene kamer daarboven. De winkel is 3,50 M. hoog, wat zeker niet te veel isde hoogte van de kamerverdieping is ruim drie Meter, waar nog de hoogte van de balkenlaag af moet. Uit een oogpunt van licht en lucht, wat het doel is van de bepaling der verorde ning, is er geen bezwaar om de hoog te, die wordt gevraagd, toe te staan. In de verordening, die door Gedep. Staten is vast gesteld, staat, dat de hoogte gelijk moet zijn aay de breedte van de straat in de nieuwe verordening echter, die in -bewerking is, zal worden opgenomen, dat de hoogte gelijk kan zijn aan anderhalf maal de straatbreed te. Dat is tegenwoordig vrij algemeen aan genomen. De heer van Esveld. Mijnheer de voorzitter, ik vind toch vreemd, dat als wij eene verordening hebben, daarvan klakke loos kan worden afgeweken. De -heer Sanders. Het staat er bij, dat de raad van de bepaling vrijstelling kan verleenen. De heer van Esveld. Ja, wij mogen het doen, -maar dan moeten er deugdelijke redenen voor zijn. Ik kan mij voorstellen, dat het wensclielijk is, dat niet hooger wordt gebouwd dan de straat breed is. "In Utrecht werkt dat voorschrift uitstekend als middel om smalle straten te verbreeden. Waarom wij hier telkens, als iemand gaat bouwen, Zullen afwijken van de verordening, kan ik niet inzien. De heer Veis Heyn. Mijnheer de voorzitter, ik hoor met genoegen, dat er op dit punt wijziging zal komen in de ver ordening. De toestand kan niet blijven, dat als men bouwen wil, de verordening belet goed te bouwen. In eene straat als de Krom mestraat kan men nu niet een behoorlijk huis van twee verdiepingen zetten. Wan neer dat niet anders kan of het huis moet worden misvormd, dan ligt het op onzen weg toestemming te geven om van de verorde ning af te wijken. De heer Sanders. Mijnheer de voor zitter, het komt mij voor, dat de heer van Esveld geen goede voorstelling geeft van hetgeen 'hier wordt, voorgesteld in vergelij king met wat men in Utrecht doet. Het is volkomen juist, dat in Utrecht eene be paling van de bouwverordening gebruikt wordt om verbreeding te krijgen van som mige straten, door in smalle straten de hoogte, waartoe gebouwd mag worden, te beperken. Maar dat is een -zeer bijzonder geval. Hier is ?t niet noodig de Kromme straat te verbreedendat bijzondere geval komt hier dus niet in aanmerking. Er zijn in Utrecht vele straten, de Viestraat b.v. en een aantal andere, waar woningen staan van eene hoogte van 1| maal de straatbreed te. In al die straten denkt men er niet aan voor te schrijven, dat de hoogte gelijk moet zijn aan de breedte van de straat. Men heeft hier alleen er op te letten of de toetreding van licht en lucht voldoen de is verzekerd. Men neemt in ongeveer alle steden aan, dat het voldoende is als ander half maal de straatbreedte vöor de hoogte wordt verlangd. Dan eisoht de billijkheid dat ook hier zoo te -bepalen. Wanneer wij in de verordening eene bepaling hebben, die verouderd is en die wij liever niet toepassen, dan is er geen reden om nu niet van de be paling af te wijken, terwijl wij dat een paar maanden geleden wel hebben gedaan. De Voorzitter. Wensöht iemand hoofdelijke stemming over het voorstel van B. en W.? De heer van Duinen. Mijnheer de voorzitter, ik herinner mij, dat deze zaak ook in de commissie van fabricage is be handeld. Toen is een rapport voorgelezen van den inspecteur van het bouw- en woningtoezicht of van den gemeente-archi tect; dat weet ik niet precies. De commis sie heeft zich daarop unaniem vereenigd met het voorstel, dat aan B. en W. is ge daan. De Voorzitter. Wenscht u voorle zing van het rapport van den inspecteur van het bouw- en woningtoezicht? De heer van Duinen. Ik niet, mijn heer de voorzitter. De heer Sanders. Er staat hetzelfde in wat ik met ©enigszins andere woorden heb medegedeeld. Wordt z. h. o. conform 'het voorstel van den voorzitter besloten. DeVoorzitter. In een van de vorige vergaderingen is door den heer Rijkens in lichting gevraagd of in het fonds tot bevor dering van de verzekering tegen de gelde lijke gevolgen van onvrijwillige werkloosheid konden worden opgenomen vereenigingen, waartoe sleohts ^weinige leden hehooren, die bijdragen voor de verzekering. Er is toen toegezegd, dat nadere inlichtingen -zouden worden gevraagd aan de commissie, die B. en W. bijstaat in het beheer over dat fonds. Het antwoord van de commissie daarop is nu ontvangen ik wil dat aan de vergade ring mededeelen.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 3