5
B. en. W. aan te nemen en de behiandelii
niet nit ffie stellen.
Alle de raad dien praktischén weg wil be
wandelen dan «moet 'hij 'het voorstel van B.
ien W. aianmemén. De rpidieni, Waarom dlit
voorstel ds gjedaan, is vroeger door den heer
van Duinen beaamd Het. vroeger© uitbred-
dlngeplerin was opgemaakt vóór den aanlog
van den nieuwen weg naar BiïkihiovenHet.
is natuurlijk, dét- de aanleg van dien weg
invloed heeft op alle daar liggende gronden.
Nu is de groot© verdienste van dit plan,
dat er goede verbindingen worden verkregen
met den nieuwen weg naar Birkhoven. Als
het er om te doen is een© goede bebouwing
van het getheele complex der daar aanwezige
gronden te krijgen, dan kan men niet beter
doen dan het nieuwe uitbreidingsplan, dat
dóór B. en W. wordt voorgesteld, aan te
nemen, waarop uitstekende verbindingswegen
zijn geprojecteerd. Het plan van de vereeni-
ging Handel en Nijverheid, waarop de heer
van Duinen zich heeft beroepen, wilde, dat
B. «n W. eten plan zouden1 maken om zich
zelf te bevoordeel en. Diait is een veld1, waai'
de gemeente buiten moet blijven. Men moet
saoo ielte in de openbare zitting niet zeggen.
Dan handelt men .over plannen om dé ge
meente te -bevoordéelen ten koste van de in
gezetenen.
De heer van Duinen Mijnheer de
Voorzitter, de geachte wethouder heeft ge
zegd, dlat ik ïiajileitte, maar ik had iets
mede te deel en. De grond', waarop ik doel
de, is dezelfde grond waarover ik liet straks
had, dien ik wilde dat de gemeente zou heb-
ben gekocht voor het aanleggen van eéue
eigen bad- en zweminrichting, Voor den
aankoop van diezen grond heb 'ik mij dus
geïnteresseerd
Dat ilk mij nu anders heb uitgespro
ken dan in-de commissie van fabricage, daar
van kan mij geen verwijt worden gemaakt.
De wethouder heeft zelf gezegd: „Toen ik
in hét dagelijkseh bestuur kwam, was het
uitbreidingsplan er reeds." Dat is door de
commissie van fabricage reeidfe aangenomen in
den tijd, toen dé wethouder Viseer voorzitter
was. Maar juist, in den laaltsten tijd höb ik
een anderen kijk gekregen op het uitbrei
dingsplan. Dat heb ik straks reeds gezegd.
Het verwijt, dlat 'ik nu in tögein&praak b©n
gekomen met mijne vroegere meemng, kan
mij dus niet treffenDe wethouder heeft dien
datum van 18 Maart jü. genoemd!, waarop
de commissie van fabricage hét uitbreidings
plan ineb algemeen© stemmen zoude hébben
goedgekeurd. Maar di© goedkeuring betrof
Slechts eene w ij z i g i 11 g in het plan, op
verzoek van eenige request-rant en, en die
w ij zi g i n g is goedgekeurd.
De heei* Plomp keurde het af, dat van B.
en W. werd verlangd een plan te maken,
dat dé gemeente bevoordeeld© ten koste van
dé grondeigenaren. Daar staat tegenover,
diat zoo als nu de zaak is behandeld, de ge
meente nu ie benakteéld! ten faveure van de
grondeigenaars. Wanneer mien had gedaan
wat Handel en Nij veih.ei.dl wilde, dan zou dé
gemeente de kosten van den wég, dien zij nu
zelve heeft aangelegd, niet behoeven te dra
gen-. Dan zou 'het voorste] ged'aau zijn om
denzelfdén weg, dlie nu als hoofdweg in hét
nieuwe uithreidliingsplan is aangegeven, tén
laste «van de eigenaars te 'brengen; de ge
meente had het geld vootrloopdg kunnen vor-
schietenwijl zij belang haldl bij het spoedig
tot stand komen van dien weg, en later op
dé eigenaars den prijs kunnen verhalen.
Wat ik verlang is alleen dit, dat dé zaak
zal worden onderzocht. Ik kan niet in-zien,
idat dit zoo dwaas is, dat ik daarom moet
worden afgemaakt en dlat men tot mij zegt:
„Gij weet het niet." Ik vraag niets dan on
derzoek. „Wat gij wilt is onpraktisch'', zegt
de wethouder. Laat het zoo zijn, maar laat
ons 't omdérzoekenHet is alleen het belang
van de gemeentedat mij doét spreken. B.
en W. -zijn nu reeds door een Amsterdam-
sche makelaar voor een laMdg feit gesteld.
Daarom wil ik hét advies van iemand, «die
daarop kijk heeft.
De heer Sanders. Mijnheer d© voor
zitter, de heer van Duinen komt niet mét
een© beantwoording van wat ik héb gezegd.
Hij komt met gratuite beweringen, die bij
niet kan bewijzen. Dal is niet die w©g om
t© bomen tot eene vruchtbare discussie. Ik
zie geen enkele reiden, nadat- ik den heer van
Duinen lub gel word, om zijn voorstel tot
verdaging aan t© nemen
De heer van Duinen. Ik ben integen
deel van meening, dat er aJle grond is om
het uitbreidingsplan niet «tan te nemen, voor
dat het advies is ingekomen, dat. d!oor mij is
gevraagd.
De lieer Sanders. Wab is aangevoerd
om het uitstel t© motiveeren, handelde over
zaken, die niet mot. het uitbreidingsplan
samenhangen.
De heer v a n D u i u e n. Ik ziou niet we
ten waarom niet.
De heer Sanders. Mijnheer de voor
zitter, de discussie wordt op deze wij zo min
der praktisch. Op gron'd' van wat ik héb ge-
'zeigid, dat niet woerllegd is door dien héér
van Duinen, brengt hét gemeentebelang
mee, het uitbreidingsplan tén spoédiigste vast
te stellen.
De lieer Oosterveen. Mijnheer de
voorzitter, zou er óverwegend bezwaar zijn
om nog eene zitting te wachten met dé vast
stelling van dit planDe heer van Duinen
heeft- pumon genoemd, die niet voorkomen
in het voorstel van B. en W. Hij wil o.ia
den grond koopen, waarop een bouwverbod
wordt.gelegd. Ik zit niet in die zaken; ik
zou er gaarne nog eons over denken. Als
er geen bepaalde haast is mét de beslissing,
laat ons dan nog, wat er med^ wachten. Er
zijn punten aangevoerd, die hierbij minder
te pas kwamen. Het voorstel van Handel en
Nijverheid bij den aanleg van de Barchman
Wuytier&l'aan is hier aangehaald. Dat voor
stel kwam toen te laat.
De heer Rijk ens. Mijnheer de voor
zitter, de loop van de discussie doe|b mij
nogmaals vragen of, -als ik nu het plan zelf
niet bespreek, ik later gedegenheid' zal krij
gen daarover het woord t'e voeren.
De Voor z i 11 e r. Mijn voornemen is
oarslt het voorste] van den héér van Duiniem
in stemming te brengen. Als dat voorstel
verworpen wordt, dan komt het voorstel van
B. en W. tot wijziging van het uitbreidings
plan in behandeling.
De heer V el H e y n. Mijnheer dé
voorzitter, mag ik het oordeel van B. en W.
vernemen over de vraag welk effect de aan
neming van het voorstel van den heer van
Duinen zal sortoeren 1
De Voorzitter. De heer Sanders
hééft namens B. en W. medegedeeld. d!at
het wenschelijk is liét voorstel tot wijziging
van liet uitbreidingsplan dadelijk aan te
nemenB. en W. kunnen zich met de verda
ging van dé beslissing niet vereenigen.
De heei" Sanders. Mijnheer de voor
zitter, de heer van Duinen heeft, toen hij
zijne motie tot verdaging voorstelde, geen
praktisch ahotief opgegeven, welk nut de
verdaging zo-u bobben. Het eenige wat ik
uit zijne rede als motief héb kunaaien dlistoiT-
leeren is dé kwestie van het bouwverbod.
Maar wat daarover werd! gezegd, was vol
komen onjuist. De gemeente behoeft den
grond, waarop een bouwvérbod is gelégd),
niet te koopen. Wat mei dlien grond zal ge
beuren, is een© zaak van gemeen overleg
tusschen de gemeente en de eigenaren. Ik
herhaal, ik zie in de verdaging geen nut.
De heer Veis H e y 11Zou de voor
steller van de motie mij dan willen zeggen,
welk effect héb uitstel zal hebben 1
De heer van Duinen. Als de leden
meenen voldoende op de hoogt© van de zaak
te zijn en gjeen andere inlichtingen te behoe
ven, dan heb ik niet verdér te spreken. Ik
deel die meaning echter niet. Wanneer zij
wel op de hoogte meenen t© zijn, laat dan
de behandeling doorgaan. Ik ben tegen de
vaststelling, omdat ik 't niet in- heb belang
acht van de gemeente.
Dé Voorzitter. U handhaaft dus
uw voorstel tot verdaging.
De heer van Duinen. Ja, om daar
door t-e komen tot d© benoeming van des
kundigen om een. advies uit te brongen. Dat
liangt er mee samen.
De heer Sanders. Mijnheer da voor
zitter, ik moat even memoreeran-,- dat hét
motief van den heer van Duinen voor zijne
motie straks aen ander was dlan nu. Hij heeft
gronden voor zijne motie aangevoerd, die
weerlegd zijn Die gronden handhaaft hij
niet, maar bij zegt nu Als de leden niet
voldoende ingelicht zijn, dan handhaaf ik
mijn voorstel. Ik begrijp eene dergelijke
inconsequentie niet.
De hoer van Duinen. Mijnheer de
voorzitter, mijn voorstel strekt tot verda
ging van de behandeling, opdat de loden
zich door een deskundige kunnen laten voor
lichten. I'k heb gezegd, dat als- die ledien
meenen die voorlichting niet nioodig te
hebben zij de behandeling van hét voorstel
van B. en W. moéten laten doorgaan. Ik
begrijp niet- welke inconsequentie daarin zit.
De- Voorzitter. Wanneer nie
mand meer het woord verlangt, breng ik
het voorstel van dén heer van Duinen in
stemming.
Het voorstel van den lieer van Duinen
wordt verworpen met- 8 tegen 7 stemmen.
Voor slemden de heeren Ruys, Salo
mons, Van Duinen. Oosterveen., Rijkens,
van Esveld en Rolandus Hagedborn.
De Voorzitter. Het voorstal van
B. en W. komt nu dus in besprékmg.
De heer R ij k e n s. Mijnheer de voor
zittel", ik heb eeui paar opmerkingen over
het voorsteleene van algemeen-en aard en
oen© van bijzonderen aard. Op net uitbrei
dingsplan is een laan geprojecteerd, die
loopt van den Utrechtschen weg af, ten zui
den en in 't verlengde van de Paulus Buys-
laaii. Nu is op dien grond gebouwd eene
woning van den heer de Groot. Ik zou,
willen weten wat de rodie-n is geweest om dien
eigenaar te vergunnen, precies op de grens
to bouwen van dan grond, dlie voor weg is
bestemd'. Wat men aan den een gunt, kan
mer aan een andier niet weigeren-, zon
der dat willekeur gaat lieorschetnmaar
men krijgt op die manier ©ene straat in
plaats van ©en laan. Is de bedoeling om
daar eene straat af"1 to leggen! Ik geloof
liét niet. De toestand kan verbeterd w»r-
oen. Wanneer men eenvoudig de verleng
de Paulus Buyslaan 3 of 4 meter verder
naar het noorden laat beginnen., dan krijgt
dé lieer de Groot grond' voor zijn huis. Dat
zal geen bezwaar kunnen opleveren, want
men komt dan ook terecht op grond van de
Groot. Die zal zich daartegen wel niet ver
zet ton.
Het andere punt'is van al'gemeenén aard,.
Ik heb gezaen, oav d.. ::<'7oi.d'.ie::;ls-«vn'mis
sie ©en afwijzen-f advies heeft uitgebracht
op dit plan. Dit i.s gesellied omdat op het
plan geen plaats voor openluchtspelen is
aangegevenIk ben dlat eens met d© ge
zondheidscommissie. Wij voélen in de oude
stad het gemis van plaatsen, diio voor open
luchtspelen kunnen worden bestemd. Do
jeugd! speelt daarom toch, maar het publiek
heeft daarvan den last. Wanneer nu op het
uitbreidingsplan een plaats voor open
luchtspelen kan worden aangewezen, dan'
mag men diat niet achterwege laten. Ik stel
voor het plan te renvoyoeron aan B. en W.
met verzoek alsnog rekening t© houden met
dat bezwaar van die gezondheidscommissie.
De heer Sanders. Mijnheer de voor
zitter. wat hét eensfoe punt betreft, dlat'
door den heer Rijkens ter sprake werd ge
bracht, daarover moet ik zeggen, dat voor
het perceel van de Groot ten opzichte van
de rooilijn aan de verlengde Paulus Buys
laan inderdaad is afgeweken. Daarvoor kwa-