6 one er 'toe moeten brengen dergelijke plaat sen op het uitbreidingsplan aan te bren gen. Heb verwondert .me, dat B. en W., alvorens dit stuk zoo maar botweg aan den raad terug te zenden, niet eenls bet advies hebben ingewonnen van den inspecteur der Volksgezondheid, die belast is mdt het ge ven van adviezen inzake uitbreidingsplan nen. Ik helb zulke wel gedaan en kan meê- deelen, d!at deze ambtenaar geheel ,aan mijne zijde staat. Ik zie me dan ook genoodzaakt, mijnheer de voorzitter, voor te stellen het plan nog maals aan B. en W. te renvoyeeren, opdat dezo thans aan de wenschen der Gezond heidscommissie voldoen. De heer Sanders. Mijnheer de voor zitter, hetgeen de heer Rij kens hie'eft ge zegd verbaast mij nog all. Hij 'heeft gezegd, dat arb. 28 van die woningwet rege len geeft tot verbetering van de huis vesting. Dat is juist. Maar hij gaat te ver als liij dat. artikel wil uitbrei den tot parken eu open-luchtspelen. Die worden niet genoemd in het .artikel en er is zelfs een amendement aangenomen oim! ze er uit .te laten het izijn juist zaken, die dbor het artikel zelf zijn uitgesloten. De beer Rijkens gaat (verder dan de wetgever heeft gewild en blijkens, de toelichting door de Tweede Kamer is gewenscht. Zoover kan de raad dus ook niet. gaan. Dus wat het ge achte lid wil, is in principe onjuist. Maar is 'het zakelijk Voor Amersfoort gewenscht? Dat heeft 'hij trachten aan te toonen en hij heeft gewezen op wat in Amsterdam en an dere groot© steden is gedaandat wil hij ook hier doen. Dat is volkomen juist van het .standpunt van die gemeenten, maar liet zon onjuist zijn alls Amersfoort d e uzelf dOn weg opging. In de eerste plaats zijn de fi nanciën van die gemeenten niet .gelijk met die van Amersfoort. Verder als men eene vergelijking ging maken van de gelegenhe den voor openluchtspelen en wandelingen in de verschillende gemeenten, en men, verge leek dan ib.v. Amsterdam met, 600,000 inwo ners en Amersfoort met 23,000 inwoners, dan izoiu men zien, dat voor dergelijke doel einden hier veel meer terreinen beschikbaar zijn dan in Amsterdam. De nood dwingt daar tot uitgaven, die wij hier niet behoeven te doen, .zoOaflis door B. eti W. reeds is gezegd. Hier ligt Birkhoven -vlak bij het 'terrein waarvoor wij het ,plau van bebouwing vast stellen, en het izou de financieel© draag kracht van de gemeente te boven, gaan, als wij voor dab doel /terrein aankochten. Ik begrijp niet, dat men nogmaals terug zending van het plan verlangt. De vorige maal is gezegd, dat de gemeente de gronden direct moet koopen, dien men voor open liuclhiepelen wil beste/mimen. Toen is gewezen op de kosten, die dit zou (mleebrengen. Nu zegt men: „Op het oogenblik is 't niet noo- dig den grond (be koopen, later wel". Ik begrijp de consequentie niet van zulk eene houding. Hoe men in eene zaak, waai- de web izoto duidelijk spreekt., en waan- liet be lang van Amersfoort, dat wij moeten voor staan, zoo goed is behartigd men heeft grond voor pleinen gereserveerd van 40 M. breed en 100 M. lang kan wenschen, dat nog het advies van den inspecteur der volksgezondheid zal worden ingewoninlen,, be grijp ik niet Het is natuurlijk, dat de in specteur er voor zal zijn om zooveel mogelijk ruimte vrij te houden. Maar wat in het al gemeen wenschlelijfc is, moet door B. en W. eu door den raad getoetst worden aan de praktijk. Dit is het wat ik den heer Rij keus wilde antwoorden. De heer R ij k e ni e. Mijnheer de voorzif ter, mag ik nog een oogenblik het woord om den wethouder te antwoorden? De heer Sanders spreekt er van, dat hij; hei niet begrijpt. Dat is het juist waarom ik had gewild, dat er prae-advies van den inspecteur van de volksgezondheid was gevraagd1. Dan had men verstand: van de zaak kunnen krijgen. „Het be lang van de gemeente is goed behartigd", •is er v rider gezegd. AOs (men zij n eigen werk voor zich heeft, dan is 't ge/makkelijk dat mooi te vindien. Maar ik vind het niet mooi en daarom wil' ik, dat B. en W. h;et nog eens zullen bekijken en er advies over zul len inwinnen. In de oude stad hebben wij heb voorbeeld hoe woiiecüielijk het is, dat meb het verlangen van de gezondheidscommissie rekening wordt .gehoudenDaar mist men do gelegenheid Voor open luchtapelen, eu men kan haar .otok voor grof geld- niet fcrijlgen. Men «preekt over de nabijjheddi van Birk- ihoven. Maar de bedoeling is niet, dat do menscilien teem eind' moeten loopen om "te bunnon spelen1; de bedoeling is, dat er eene speelplaats komt vlak bij de huizen. Ik moet mijn voorstel handhaven. De Voorzitter. Ik moet den heer Rijken opmerken, dat het niet mogelijk zal zijn aan zijn verzoek te voldoen. De wet 'laat dat niet toe. De heer R ij k e n si. Dat is nwe opvat ting, mijnheer de voorzitter. In Amsterdam en in den Haag denkt men er anders over. De Voorzitter. In Amsterdam zijn- eigen terreinen .van de gemeente als bestemd voor openluchtspelen in het uitbreidings plan opgenomen. Hier betreft het ter rein, dat nog moet worden gekocht. De 'heer R ij k en s. In den Haag is ook zulk terrein wel degelijk opgenomen. De Voorzitter. Ik izal het voorstel van den heer Rijikenis in omvraag brengen. Bij de stemming, wordt het voorstel van den heer Rijkens Verworpen met 9 tegen 4 stemmenVoor stemden de heeren Rijkens, van Esveld, Gerritsen, Rolandus Hage doorn. Hierna wordt liet voorstel van Burge meester eu Wetliouders zondier hoofdelijke stemming goedgekeurd'. 7. Voorstel van B. en W. betreffende het vaststellen en opheffen van zg. bouw verbo den. Wordt met algemeen© söemmen conform besloten. 8. Voorstel van B. en W. tot wijziging van de verordening betreffend© de s'braat- politïe. De heer Rolaiiid'us Hagedioorn. Mijnheer dc voorzitter, ik ben onwillekeu rig er toe gekomen bij heb nagaan van de punten, waarop dit voorstel .betrekking heeft, het geheel e reglement na te gaan. Ik heb 'bevonden, dat. er veile zaken: in zijn, die verbetering of wijziging zouden behoe ven. Ik ben begonnen met daarvan een lijstje op te maken, maar ik ben daarmee geëindigd, omdat dit mij niet voorkwam d!e goede (manier te zijn. Maar ik vind het wel van belang, dat de verordening in haar geheel wordt nagegaan. Ei- komen dingen in voor, die an. i. geen zin 'hebben. Om een voorbeeld te noemenalls ik geen zak zand: op mijn stoep mag leggen, dan begrijp ik niet waarom dat niet mag. Omdat nu veran dering wordt gebracht in een enkel punt, wil ik er op wijzen, dat het wensdhelijk is de verordening nog op andere punten te wijzi gen. Al's men nauwgezet er voor gaat zit ten, dan zal men zaken ontdekken, die slecht zijn omdat zij niet kunnen worden nageleefdEr staat b.v. dat het (verboden is los vee over de straat te drijven. Ilk heb niet eens, maar wei honderd keeren tusschen een kudde1 varkens gezeten. Een schaap, een kip of een hond gaat op zijde, maar een' varken niet. Zoo zijn er verschillende din gen meer, waarop ik zou willen dat men. indachtig was. Met hetgeen wordt, voorge steld kan ik mij in hoofdizaak zeer goed ver eenigen. Ik behoud tmij echter voor omtrent enkele punten opmerkingen te maken. De Voorzitter. Indien de geachte Spr. mij een lijstje van zijne opmerkingen! doet toekomen, dan zal ik deze gaarne bij) de commissie van wetgeving ter sprake bren gen. De iheer Rolandus Hagodoorn. Is dat wel de goede -weg, mijnheer de voor zitter? Ik zou het liever aan B. en W. enl aan de commissie willen opdragen. De V o o r z i 11 o r. Als wij. uwe opmer kingen kennen, dau zullen .wij er rekening mee houden. De Oreer Rolandus Hagedoora Dat is .zeer vriendelijk. Art. 1. De heer Eolandlue Hagedoorn. Mijnheer de voorzitter, mag ik een inlich ting vragen. Ais er staat: „Het is verbo den", geldt dat dan voor de kom of ook daarbuiten? Ik vraag dat .met 'het oog op het bepaalde in art. 58. De Voorzitter. Alis 't er uitdrukke lijk bijstaat., dau is 'bedoeld de koim; an ders geldt het verbod in het algemeen. De heer Rolandus Hagedoorn. Ik wil verder nog vragen Is de 'bepaling van art. 1b ook van toepassing op militai ren? De Vo or z i 11 e r. Ja. De llieer Rolandus Hagedoorn. Hoe zal dan een oppasser moeten, doen al9 hij het paard van mijnheer en dat van. me vrouw naar den stal heeft te brengen. De Voorzitter. Die oppasser zal dan eerst heb eene paard en vervolgens het andere paard moeten wegbrengen, want liij mag niet twee losse paarden tegelijk bijl de hand leiden. De heer Gerritsen. Daarmee zouden wij in botsing komen met het geheele mili tarisme. Als die bepaling gehandhaafd wordt dan kan men met iederen dag proces-ver baal opmaken. De heer Kroes. N iet alleen voor mili tairen is dat onmogelijk. Stel oen vracht rijder moei- aan 'het station een zwaren wal gen lossen, dan zou de knecht de twee paarden een voor oen naar den wagen moe ten brengen. Dat is iets onhoudbaars. De Voorzitter. In de vigeerende verordening staat het ook zoo. Wilt u er verandering in brengen? De heer K r o e s. Ik zou er zeker voor zijn dat te veranderen. De heer Plomp. Het is moeielijk daarin verandering te brengen. Over twee losse paaiden heeft één man geen macht, als zij uit elkaar* willen gaan. De 'heer R ij kens. U hebt nooit paarden aan de hand gehad. De 'lieer Plomp. Meer dan u denkt. IJ hebt geen verstand van paaiden. Andere zoud'i u dat niet zeggen. Het is zelfs niet altijd mogelijk één paard, dat onwillig is, ie houden. De heer Kroes. Als die bepaling moet worden gehandhaafd, dan zal dat tot groot bezwaar aanleiding geven. Een stalhouder zal zijn knecht niet .met twee losse paarden kunnen uitzenden. Als. hier een verhuisfwa1- gen 'komt, dan zal de voorman zijne paar den niet tegelijk kunnen uitspannen om zo naar stal te brengen. De heer Plomp. Dat zal die voerman met twee knechts moeten doen. Wij maken hier voorschriften in het belang van de veiliglieid van het publiek. Als men den. weg opgaat, dien de he eren uit willen, dau zal men vele bepalingen op zijde zetten. De heer Rol an1 dus Hagedoorn. Er is gezegd, dat de bepaling ook stond inl do oude verordening. Maar ik geef de hei lige verzekering, dat zij niet werd toegepast.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 9