w°. as.
Dinsdag 5 Juli 1910.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Mijn Vriend de Chauffeur.
d" JuHrgatig.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post - 1.50
Afzonderlijke nummert - 0.05.
P^' CïU an verschijn dagelijks behalv op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeelingen 9nz.gelieve men vóór 11 urn
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1regels f 0.50.
Elke regel meer -0.10,
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaateruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Bene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
De strijd in Oostenrijk.
Van graaf Taaffe,, eea nu roods lang over
leden staats man,, die gedurende een aantal
jaren het ambt van minister-president in
Oostenrijk heeft vervuld, is het gevleugelde
woord afkomstig: In Oostenrijk wordt
„fortgcwurstelt". Dat is een© in de par
lementaire taal eigenlijk niet gangbare uit
drukking men zou haar in onze taal kun-
non overzetten met: voortmodderen. Maar
nog altijd herinnert de gang van zaken in
hot Oostenrij'keche parlement aan de uit
drukking, waarmee graaf Taaffe hem heeft
gekenschetst.
Niet zonder moeite is in de vorige maand
de begrooting afgedaan, zoodat ifien nu
gedurende de tweede helft van hot loo-
pende dienstjaar zal kunnen werken mot
een© regelmatig vastgestelde begrooting.
Maar nu ie Leiden in last. De regeering wil
gaarne nog het een en ander afdoen van
het vele, dat sedert lang op afdoening
wacht. Maar dat wordt haar buitengewoon
moeielijk gemaakt. De Poolsche fractie, an
ders nogal vegoeringsgezind, stolt ditmaal
voor hare mede-werking een eisch, die niet'
voor vervulling vatbaar is; zij verlangt in
een door haar genomen besluit de uitvoe
ring van een© wet op d© waterwegen, zonder
©r rekening mee te houden, dat de vervul
ling van dezen eisch eene uitgave zou vor
deren van 1200 millioen kronen, een be
drag dat bij den tegenwoordigeu financi-
eelen toestand eenvoudig niet te betalen is.
Niet minder bont maakt het de Slavische
unie. eene voreeniging waarbij alle oppo
sitie-elementen van Slavisch ras zich heb
ben aangesloten. Zij heeft de kwestie der
huisvesting van de Italiaausche rechtsfa
culteit, die zoo lang reeds een bron van
moeielijkheden is, ter hand genomen om er
een stormram tegen de regeoring van te ma-
kern. Na langdurige en moeielijke onderhan
delingen was het kabinet-Bionerth er einde
lijk in geslaagd het verzot van de Duit-
schors tegen de voorloopige vestiging van
deze faculteit te Woenen te overwinnen;
er scheen allo uitzicht te zijn, dat het zou
gelukken, althans voor de oerste vier ja
ren aan deze faculteit een onderdak te be
zorgen in de hoofdstad van het rijk. Maar
op hot laatste oogenblik hebben do afgevaar
digden van de Slovenon, den in het zuiden
van do monarchie wonenden Slavischen
volksstam, goedgevonden een spaak in het
wiel te steken. Zij hebben den minister-pre
sident laten weten, dat zij hunne onder
steuning van hot door de regeering ten
behoeve van de Italiaansche faculteit inge
diende wetsontwerp afhankelijk stelden van
de vervulling van deze dri© voorwaarden
1. do erkenning in Oostenrijk van de we
tenschappelijke waarde der door de univer
siteit to Agram afgegeven diploma's; 2. de
oprichting van Sloveensche leerstoelen aan
de universiteiten te Praag en to Krakau
3. de belofte om binnen. 5 a 10 jaren eene
rechtsfaculteit en eene theologische facul
teit met Sloveensche onderwijstaal te ves
tigen te Laibach. De regeering hoeft gewei
gerd op deze edschen in te gaan, maar nai
maken de Slovenon hunne bedreiging waar,
dat zij door toepassing van het in het Oos-
tenrijtksöhe parlement zoo dikwijls reeds
proefhoudend gebleken middel van obstruc
tie het tot stand komen van het wetsontwerp
zullen tegengaan. Zij zijn nu bezig met het
voeren van obstructie in de commissie, en
als daar hun verzet mocht worden gebro
ken, dan kunnen zij in de openbare zit
ting 't nogmaals beproeven. En hunnb
bondgenooten van de Slavische unie leveren
hun daarbij hand- en spandienst.
Wanneer het niet gelukt deze obstructie
baas to worden, dan zal de zomer zitting
van den rijksraad wel spoedig gesloten wor
den. JDan krijgt do Italiaansche rechtsfa
culteit hare voorloopige huisvesting te Wee-
non niet door eene wet, maar door middel
van een keizerlijk besluit. Maai' inmiddels
heeft deze strijd in het gebouw van den
rijksraad te Weenen een echo gevonden in
Lemberg., waar de studeerendo jongeling
schap van Rutheenscheu stam daarin aan
leiding vond 'om nog eens weer te mani
festeeren ten gunste van eene Rutheensche
universiteit. Zij heeft dit gedaan op al te
hardhandige wijzeaan de klem van redenen
heeft zij argumenten van anderen aard toe
gevoegd. De Rutheensche en de Pool
sche studenten zijn met elkaar slaags
geraakt en de politie, die de rust moest
ttachten te herstellen, trok tegen beiden
van leer. Er ontstond een verwoed gevecht,
waarin verscheidene gewonden en zelfs een
paar dooden zijn gevallen. De Neue Freie
Pr esse schrijft over dit incident:
„Plotseling is er weer brand uitgebroken.
De opwinding van het jaar 1907 wil zich
herhalenArrestatiën in massa van Ru
theensche studenten schijnen een uitge
breid© instructie aan te kondigen, en reeds
hoort men uit den mond van do jonge Ru
thenen weer het parool van de hongersta
king. Nog kan men niet duidelijk zien,
aan welken kant de overmaat- van haast
groot-er was. Men mag echter 'hopen, dat
ook ditmaal kalm oordeel en zachtheid de
overhand zullen behouden. Hoe plotseling
de studenten hier en ginds ook losbraken,
zij handelen uit edele motieven. De strijd
om de Lombergsche universiteit is een cul
tuurstrijd, Gfaliciö is groot genoeg om naast
de oude Poolsche de opkomende Rutheen
sche cultuur te voeden. Nergens aniders
ligt de gedachte aan vreedzaam overleg meer
voor de hand."
Duitschland.
B e r 1 ij n, 4 J u 1 i. De Staatsanzeiger
bericht, dat jhr. Carel van Vredemburch,
oud-raad van legatie bij het Nederlandsche
gezantschap te Berlijn, benoemd: is tot rid
der 2e klasse van de Krononorde.
Belfiid.
Brussel, 4 J uli. Do Etoile beige be
richt. dat het Belgische Koningspaar den
15tn September een bezoek zal brengen aan
het hof te 's Gravenhage.
Brussel, 4 Juli. De Chronique be
richt, dat de ministers Heemskerk, de Waal
Malefijten Regout- gisteren hebben godejeu
neerd bij den minister van wetenschappen en
sckoone kunsten, die hen later bracht naai
de tentoonstelling van schoone kunsten uit
deu tijd van Rubens.
Frankrijk.
P a r ij s, 4 Juli. De Kamer beeft een
voorstel van Breton aangenomen, tot be
noeming van een commissie van 44 leden
voor het algemeen kiesrecht, gekozen vol
gens don scrutin de list© met evenredige
vertegenwoordiging. Verder word aangeno
men een voorstel van Jaures tot openbaar
making van de nota's, waarin d© benoeming
van deze commissie wordt gevraagd.
Hot doel van Breton is do gebreken van
het stelsel van evenredige vertegenwoordi
ging aan. te toonen.
De minister van koophandel Jean Dupuy
heeft in eon-e rode, die liij t© Bordeaux in
do handolshoogesc'hool hoeft gehouden, van
de nieuwe tariefwetgeving gezegd, dat zij
niet volmaakt is, maar dat hot land zich
er bij heeft neergelegd. Hot buitonland
daarentegen maakt bezwaren. Duitschland
legt eene óntevredenheid aan den dag, die
niet gering moet worden geteld, en hoeft do
toepassing bevolen van eene verleden jaar
aangenomen wet, dio tot dusver niet in haar
vollen omvang in werking was gebracht. Wij
zullen ons best doon, opdat de Duitscho re
geering niet een uieodogeuloozen tariefoor
log met ons begint.
Van Belgische zijde zijn do bedreigingen
niet minder ernstig, maar in do maatregelen
van vergelding, die daar tegen ons worden
genomen, is zulk eene overdrijving, dat geen
'regeering ter wereld zulk een aanval zou
kunnen dulden. Ik geloof niet, dat het mo
gelijk zal zijn zulke buitensporige maatre
gelen voor de Belgische Kamer te verdedi
gen. Wanneer men ze aanneemt, dan zal dit
een volledig verbod van alle Franscho goe
deren en den economischen breuk tusschen
de beide landen beteekenen. Ondanks deze
incidenten hebben wij gemeend, dat liet
onze plicht is, in liet belang van de gansche
economische toekomst van het land, de her
ziening van de tarieven van invoerrechten
zoo doortastend mogelijk te verrichten, of
schoon wij 't helaas \\egens het tarief van
1902 slechts vrij onvolledig konden doen.
Met het oog op het gevaar van eene sta
king, dat dreigt bij den oproerigen geest,
die in de kringen der Franscho spoorweg
beambten heerscht en van zekere zijde zeer
wordt aangewakkerd, heeft de regeering be
sloten voorloopige maatregelen te nemen,
teneinde storing van het verkeer te voorko
men. Volgens een bericht uit Parijs beeft
de minister van oorlog voorgesteld bij een
eventueel© staking het voorbeeld van de
Italiaausche regeering to volgen en de spoor
wegen geheel en al onder militair beheer te
stéllen en het geheele militaire spoorweg
personeel voor geruimeu tijd onder de wa
pens te roepen.
Engeland.
Heden beginnen de groot© Engelsche
vloot-manoeuivresDe verschillende eska
ders, die er aan deelnemen, zijn op voet van
oorlog gebracht en alle voorbereidselen zijn
geëindigd. Er is 17,000 man opgeroepen
om de bemanningen to completeer©»Voor
de eerst© maal zijn alle Dreadnought^ in
eskader bijeen, en do Dreadnought zelf
draagt de vlag van den admiraal, sir Wil
liam May. Het manoeuvre-plan is geheim
en de 13 admiraals, die aan de manoeuvres
deelnemen, weten elk slechts zooveel van
het plan, als hun commando aangaat. Men.
weet alleen,, dat de spiegelgevechten zul
len plaats hebben in een driehoek tusschen
de Engelsche kust, Gibraltar en de Azo-
ren In het geheel d'oen 350 schepon mee.
Denemarken.
Kopenhagen, 4 Juli. De Koning
heeft- hedenavond de volgende, hem door
Claus Berntsen aangeboden lijst van minis
ters goedgekeurdBerntsen, minister-pre
sident, minister van landsverdediging en
ad interim van eeredienst; graaf Ahlefeld-
Laurvig, minister van buiten:], zaken; An
ders Nielsen, minister van landbouw; Tho
mas Larsen, minister van openbare wer
ken; Irsen Soenderup, directeur der hypo
theekbank van het koninkrijk Denemarken,
minister van binnenlandsche zaken; Bülow,
advocaat bij den lioogeai raad, minister van
justitiegroothandelaar Mus, minister van
handel en scheepvaart.
Voor het ministerie van eeredienst zal
eerstdaags een titularis benoemd worden.
De minister-president en de ministers van
landbouw en van openbare werken zijn lo
den van het Folk ©thing.
Spanje.
Madrid, 4 Juli. In de Kamer trok
Azcarate, naar aanleiding van de laatste mi-
nisterieele crisissen, te velde tegen de mo
narchie, die buiten en boven de grondwet
handelt.
Minister-president Canalejas antwoordde,
dat bij den val van Moret alles zoo duide
lijk 6Q constitutioneel mogelijk in zijn werk
is gegaan. Hij gelooft, dat het gevaarlijk zou
zijn die grondwet te wijzigen; dat belet in-
tusschon niet do verschillende punten tie ver
wezenlijken, die zijn aangegeven in de troon
rede.
Over hot Marokko-vraagstuk sprekende,
zeide CanalejasWij hebben te doen met
verbintenissen, waarvan wij ons niet kun
nen losmaken. Bij die mogendheden, waar
mee Spanje nauwe vriendschapsbetrekkingen
onderhoudt, wordt do nationale politiek uit
een geheel ander oogpunt bekeken dan do
vorige sprekers deden.
In zijn antwoord zeide Azcarate, wat do
politiek van Spanje in Marokko betreft,
dat men Ceuta moet behouden om het t©
eeniger tijd te kunnen uitwisselen tegen Gi
braltar.
Oostenrijk.
Over de obstructie, die in de begrotings
commissie van het huis van afgevaardigden
tegen het wetsontwerp betreffende de Ita
liaansche rechtsfaculteit wordt gevoerd,
wordt bericht, dat van het plan van do to<t
werken gezinde meerderheid om des Zon
dags door to werken, niets gekomen is. Bij
wijze van compromis is de zitting van do
commissie Zaterdagavond om half negen af
gebroken, om Maandagnamiddag te worden
voortgezet. De Slovenen verklaarden zich
bereid dan de algemeene beraadslagingen te
deen eindigen. Heden zou de behandeling
van de artikelen beginnen, waarbij ander
maal moet worden beproefd d© obstructie
baas ie worden.
Over de oproertooneelen, die de Rutheen
sche studenten op de universiteit te Lemberg
hebben verwekt," wordt aan de Vossische
Ztg. uit Weenen bericht, dat die met zorg
door het Rutheensche studenten-comité wa
ren voorbereid. De Ruthenen wilden in het
universiteitsgebouw demonstreereu en het
verlangen kenbaar maken, dat er verband
zou worden gebracht tusschen de oprichting
van de Italiaansche rechtsfaculteit in Wee
nen en van eene Rutheensche universiteit in
Lemberg. 300 telegrammen hadden alle bui
ten Lemberg vertoevende studenten van
Rutheensche nationaliteit opgeroepen, riet
voornemen was eene vergadering in het uni
versiteitsgebouw te houden, zonder toestem
ming van den academisclven senaat. In lang©
rijen trokken de Rutheensche studenten,
met revolvers, browningpistolen, ploerten-
dooders en degenstokkeu gewapend, naar het
universiteitsgebouw. Toen de deken van de
universiteit de studenten op het onwettige
van hunne handelwijze opmerkzaam maakte,
riepen zij: „Smijt hem er uit I Weg met
den Poolschen senaatWij staan ons de ver
gadering zelf toe". Daarna kwam het tot
bloedige botsingen met de Poolsche studen
ten, die in groote menigte kwamen toesnel
len en trachtten de gehoorzaal binnen te
dringen. Er ontstond een geregeld vuurge
vecht, waarbij negen personen, studenten,
pedellen en politieagenten, meer of minder
ernstig gewond werden. Daarna werden de
deuren van de universiteit gesloten. Er werd
eene sterke politiemacht ontboden, die de
studenten opsloot in de gehoorzalen, totdat
zij voor den rechter van instructie konden
worden gebracht, op wiens last zij met den
celwagen naar hot gerechtsgebouw overge
bracht werden, telkens bij acht tegelijK.
De Poolsche bevolking wilde de gevangenen
uit den wagen halen en lynchener moesten
troepen gerekwireerd worden, onder wier ge
leide het vervoer plaatö had. De bevolking
ging voort met demonstreeren en sloeg de
ruiten in bij bekende Rutheensche inwoners
Een escadron ulanen reed met gevelde lans
op de menigte ia en dreef haar uiteen, maar
den geheelen avond bleef het woelig in de
straten en kon het volk slechts met groote
moeite worden weerhouden zich te vergrij
pen aan de Rutheensche lokalen en gebou
wen.
Volgens de Neue Freie Presse bevinden
zich wegens deelneming aan dit tumult 127
personen in voorloopige hechtenis, waaron
der zijn 8 theologen, 80 juristen en philo-
sofea en 32 studenten, die in het bezit zijn
van een diploma van volbracht eindexamen
van eene middelbare schoolzeven van de
beklaagden staan niet- met de universiteit
in verbinding.
Rusland.
P e t e r s b u r g 4 J u 1 i. De Czaar
heeft de door de Rijks doema en den Rijks
raad aangenomen wet betreffende Finland
bekrachtigd.
Uit Petersburg wordt aan de Fraukf. Ztg.
bericht, dat in Finland de aanneming van
het wetsontwerp betreffende Finland door
den rijksraad niet dezelfde kalmte is opge
nomen als do aanneming door de rijke-
doema. Men staat onwrikbaar op het stand
punt, dat dit wetsontwerp voor het Fiusche
volk nooit wet kan worden en zal met allo
vreedzame middelen de Finsche cultuur
trachten in stand te houden en in dezen zin
aanhoudend werkzaam zijn. Met voldoening
wordt in Finland de houding van de oppo
sitie begroet, die men als de ware stemming
van het. Russische volk opvat.
De nationalistische stroomiug zoekt, na
dat het wetsontwerp betreffende Finland is
afgedaan, naar nieuwe offers. Er zijn aan
wijzingen, dat nu de Duitschers aan de beurt
zijn, en wel in de eerste plaats de Duit
schers in de Oostzee-provinciën, die door
hunne houding in de Finland-kwesti© den
toorn van de nationalistische kringen heb
ben opgewekt. Aan deze stemming geeft een
giftig artikel van de Nowoje Wrem ja uit
drukking, dat het standpunt van de toon
gevende kringen schijnt weer te geven.
Naar het JSngeltch
84 van
C. N. «n W. M. WILLIAMSON.
Ver weg, op het plein zong iemand vol
pathos een aria met een stem, waarvan het
timbre een oneindige bekoring voor me had.
Mijn geheele ziel was in beroering zonder
dat ik er de reden van kon gissen. Wat zou
het beduiden? Ik wist het niet. Maar ik
begeerde gelukkig te zijn. Ik begeerde iets
van het leven dat het mij nog nooit had
geschonken, en wellicht ook nimmer schen
ken zou. Beneden in don tuin klonk een
stem meneer Barymore sprekend tot sir
Ralph. Onbeweeglijk bleef ik staan, elke
zenuw sidderend als ware zo een telegraaf
draad waarover een vraag was gezonden en
een antwoord werd teruggestuurd. Eens
klaps vulden zich mijn oogen met tranen;
verrast en verschrikt wendde ik mij af om
door het open venster mijn kamer binnen
te treden, toen iets mijn japon greep eD
mij terug trok.
„Maida," zeide een stem, die ik haast
even goed kende als do andere welke ik
had gehoord en verloren.
Prins Dalmar-Kalm stond op een balkon
naast het mijne, en over de balustrade bui
gend, had hij een plooi van mijn kleed we
ten to grijpen.
„Laat mij gaan," sprak ik ernstig. „En
die naam is niet voor u," voegde ik er bij.
„Zeg dat niet," fluisterde hij, me steeds
vasthoudend. Ze moet voor mij zijn. U
moet de mijne wezen. U moogt niet weige
ren. Ik kan zonder u niet leven."
Zijn woorden wekten zoozeer mijn erger
nis dat ik hem had kunnen slaan.
„Als u mijn japon niet loslaat, zal ik om
hulp roepen," zei ik even zacht als hij maar
niet een van toorn bevende stem. „Nooit
kan ik iets voor u zijn, al was u de laatste
man in de wereld."
„Heel goed. Ik zal de laatst© man in
uw wereld wezen. En dan zullen wij
zien," antwoordde hij, mijn kleed loslatend.
Het volgend oogenblik was ik in mijn ka-
mor en had de luiken gesloten. De woor
den echter weerklonken in mijn ooren als
een bel, die te hard geluid werd.
XXIII.
Een Hoofdstuk van
Ontvoering.
Den volgenden morgen was Beechy ziek,
gelukkig niet ernstig. Het bleek dat de
prins haar 's avonds een doos Turksche bon
bons had gegeven, en ofschoon zij den man
niet mag lijden, had zij geen weerstand kun
nen bieden aan het suikergoed. Zij be
weerde er maar een paar stukjes van te
hebben gegeten; de doos evenwel getuigde
van liet tegendeel en het arme kind was
verplicht te bed te blijven
Tante Jvathryn en ik waren tot elf uur
bij haar gebleven, maar aangezien zij sla
perig werd, verzocht zij ons weg te gaan.
Dus gingen wij en .maakten met meneer
Barrymore en Sir Ralph een ritje naar de
vroolijke haven van Gravosa, tot mijn groot
genoegen zonder den prins aan wiens mo
torwagen naar we hoorden iets defect was.
Wij hadden plan den volgenden dag ver
der te gaan, tenzij Beechy nog niet hersteld
was. Onze Chauffeulier deed tevergeefs
moeite iets omtrent den weg van Ragusa
naar Cattaro te weten te komen, want daar
dit gedeelte van de wereld nog door geen
motor was bezocht, bestonden er geen ver
trouwbare kaarten nocli behoorlijk© reis
gidsen. Prins Dalmar-Kalm was oven on
wetend als de anderen, althans scheen het
te zijn, en dat nog wel in zijn eigen liyid
En als gevolg konden wij de noodlge avon
turen verwachten.
Het tochtje duurde maar kort want het
was warm en wij wilden Beechy niet lang
alleen laten. Bij onze terugkomst echter
sliep zij nog, en ik was naar mijn eigen ka
mer gegaan om er mijn motor-mantel te
brengen teen tante Katkryn aan de deur
tikte. Doe je kleeren niet af," zei ze,
„maar ga weer mede voor een rit naar
Gravosa
„En wij komen er net van terug!"
„Ja, maar herinner je dat ik het jacht,
op korten afstand van de kade in de haven
liggend, meende te herkennen? Nu, ik heb
goed gezien; het is dat van de Corraminis.
De prins inviteert ons met hem mede te
rijden niet per automobiel, want die is
nog niet gerepareerd maar iu een rij
tuig, en om aan boord van het jacht met de
county en de contessa te lunchen."
„Het is verstandiger dat u zonder wij
gaat."
„Dat kan niet," beweerde tante Kathryn,
pruilend als oen kind. „De prins zegt dat
het niet kan, omdat het hier verkeerd zou
worden uitgelegd, indien een dame alleen
met- een heer uitreed. Ga dus mede."
„Op die manier verplicht u er mij toe,"
zeide ik onvriendelijk, want het stuitte me
tegen de borst om haar. te vergezellen.
Op het laatste oogenblik liep Airole mij
achterna eu ter besparing van de moeite
om hem terug te 'brengen, nam ik hem in
mijn arm mede. Mogelijk tot belooning van
de opoffering die ik mij getroostte, werd ik
gedurende deu rit aan mezelf overgelaten.
De prins wijdde zich geheel aan tante Ka
thryn en sprak nauwelijks een woord tegen
mij.
Iu die haven lag ©en roeibootje van de
„Axethu&a"door graaf Corraradni gezon
den om. ons af te halen; blijkbaar werdlen
wij dus verwacht ©n haddon wij niiot met
een plotseling opgekomen plan van den
prins te doen
Aan boord van hot jacht dat wij to Ve
netië een paar koer hadden bezocht, h^tt©
graaf Gorramini ons 1 Hartelijk welkom.
„.Het spijt mij zeer dat mijn echtgenoot©
plotseling ongesteld is geworden,'' vervolg
de hij in zijn deftig Engelsch. „Zij lijdt
aan hevige hoofdpijnen en verzocht mij
haar groeten over to brengen en gravin
Dalmar te vragen, haar plaats aan het
hoofd der tafel te willen innemen."
Wij gingen bijna onmiddellijk lunchen,
een heel eenvoudige lunch dde spoedig af-
geloopen was. Do koffie werd gebruikt
onder het over het dek gespannen zeil, en
het was zoo kool in de schaduw en zoo
frisch op liet water en zoo aardig om do
drukte in de haven gade te slaan, dat ik
verzoend, mot liet uitstapje begon te gera
ken., toen ik me plotseling bewust werd
van d© klopping, de klopping van Arethu
sa's hart.
„Wat! Wij varen!" riep ik uit.
„Een korte excursie door den prins en
mij beraamd," klonk het antwoord van
graaf Corramini, „in de hoop dat het u
genoegen zou doen. U maakt geen be
zwaar, gravin?"
„Integendeel, ik vind het op dezen war
men namiddag heerlijk," zeide tante Ka
thryn, stralend van kinderlijke vreugde
over de attenties haar door beide mannen
bewezen
„Arme Beechy!" merkte ik op.
„O, die zal wol lang slapen," kwam het
tante Kathryn luchthartig over de lippen.
„En wordt zij wakker dan zal de „andere
Beatrice," zooals zij signorina Bari noemt,
haar gezelschap houden. Je weet, de gig'
liorina heeft het aangeboden."
Ik maakte geen verdere tegenwerpingen
daar tante Kathryn zich zoo kostelijk amu
seerde. Doch toen de baai van Ombla
achjter ons lag, d© vestingwerken. van Ra
gusa uit het gezicht verdwenen waren en wij
nog een uur hadden doorgestoomd, waagdo
ik te opperen dat het tijd was om terug te
koeren. „Wij kunnen niet eens voor drie
uur in het hotel terug zijn," voegde ik er bij,
op mijn horloge kijkend.
„Laten wij de gravin raadplegen. Daar
komt ze juist."
Wordt vervolgd.