W. 41.
BUITENLAND^
FEUILLETON.
Mijn Vriend ie Chauffeur.
s>a" Junrgaiig.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortl.OO.
Idem franco per post -1.50
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Tsij Com an verschyn dagelijks behalv op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeelingen enz.geliove men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zendon.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Het aftreden van erfprins
Hohenlohe.
De zomerrust in Duitschland is weder
onderbroken door eene verrassende politieke
gebeurtenis. De tweede ondervoorzitter van
den rijksdag, erfprins van Hohenlohe-Lni-
genburg, heeft midden in de vacantic zijn
ambt nedergelegd. Hij heeft van dozen stap
rekenschap gegeven in een brief aan den
voorzitter, die de verklaring inhoudt, dat
hij indertijd de candidatuur voor dit arabt
lieeft aanvaard om de gedachte te dienen
van eene nieuwe toenadering der partijen, die
tot aau de beslissing over de finsncieele her
vorming in gewichtige politieke vragen heb
ben samengewerkt. Daarna gaat het schrij
ven aldus verder: „Intusscheu hebben de
gebeurtenissen bij eene reeks van aanvul
lingsverkiezingen voor den rijksdag en de
onlangs bekend gemaakte verklaring van het
officieeJe orgaan der nationaal-liberale partij
getoond, dat de klove tuesclien de voormalige
blokpartijen belangrijk dieper is geworden.
Aan de «bij het (begin van de zitting gerecht
vaardigde poging, waardoor de mogelijkheid
van eene nieuwe toenadering zou worden
open gehouden, is de bodem ingeslagen, en
daarmee is de innerlijke reden voor mijn
toenmalig optreden in het presidium ver
vallen. Terwijl ik in deze ontwikkeling van
de zaken op zich zelf nó§ geen dwingend
motief meende te moeten zien om het door
mij aanvaarde ambt- neder te leggen, kwam
daarentegen met het oog op den inhoud en
de uitwerking van de Borromeus encycliek
bij mij de vraag op of in den nu ontstallen
toestand liet voortduren van mijn lidmaat
schap van een presidium, zooals lrot zicli
vertoont door de partij-politieke verbinding
van zijne bestanddeelen, vereenigbanr is
met de beginselen, die mij tot dusver in
het. openbare leven hebben geleid. Ik moet
deze vraag na nauwgezet onderzoek van do
aangehaalde feiten ontkennend beantwoor
den".
De toestand bij de opening van den rijks
dag na den val van Bülow, waarop de erf
prins in zijn schrijven zinspeelt, was deze:
De liiber aal - coriserva tie ve meerderheid was
uiteengegaan, en in den rijksdag had zich
bij de stemming over de hervorming van de
rijksfinanciën eene nieuwe meerderheid ge
vormd, bestaande uit conservatieven, cen
trum, Polen en anti-semieten. De beide
grootste partijen van deze meerderheid be
zetten, naar oud gebruik, de beide posten
van voorzitter en ondervoorzitter. Zij tracht
ten de nationaal-li'beralen te bewegen tot
aanneming van het ambt van tweeden on
dervoorzitter, hetgeen dezen echter beslist
weigerden, omdat zij geen aandeel wilden
hebben in het nieuwe zwart blauwe blok. De
beide groote partijen van de meerderheid
waren nu in groote verlegenheid. Daaruit
werd een uitweg gevonden, toen de erfprins
van Hohenlohe-Langenburg, die tot geen
der partijen van den rijksdag behoort en
slechts hospitant is bij de vrij-conservatie
ven, zich liet bewegen de keuze tot tweeden
ondervoorzitter aan te nemen. Het centrum
stemde toen voor den erfprins, ofschoon het
hem, omdat hij onder verdenking stond van
anti-clericale gezindheid, steeds bestreden
had en hem als directeur van het departe
ment van koloniën had doen vallen.
Deze anti-clericale gezindheid heeft de
erfprins nu in zijn schrijven aan den voor
zitter van den rijksdag ten duidelijkste
doen kennen door als een der redenen voor
zijn ontslag nemen de Borromeus-encycliek
op te geven. De woorden van den erfprins
beteek en en, dat hij met het oog op deze
encycliek niet meer zitting wil hebben geza
menlijk met een katholieken ondervoorzit
ter en dat hij ook niet een door de stem
men van iiet centrum gekozen ondervoor
zitter wil zijn.
Als tweede reden voor zijn, altreden geeft
de erfprins op, dat hij bij de aanvaarding
van liet ondervoorzitterschap heeft gedacht
aan de mogelijkheid van eene verzoening
der partijen van het oude Bülow-blok, de
liberalen en conservatieven, en dat hij thans
die mogelijkheid als uitgesloten beschouwt
met het oog op zekere voorvallen van den
jongs ten tijd. Deze gebeurtenissen, waarop
de erfprins zinspeelt, zijn 1. eene verkla
ring .van de nationaal-liberale partij-corres
pondentie, die in krasse termen tegen den
rijkskanselier-gerioht was, en 2. de houding
van de vrijzinnige partij bij eenige parti-
eele verkiezingen voor den rijksdag, waarbij
de vrijzinnige kiezers door het partijbestuur
deels niet belemmerd, deels direct opge
wekt worden om bij herstemmingen tus-
schen een conservatief en een sociaal-demo
craat, te stemmen voor den sociaal-demo
craat.
Deze stap js een bewijs hoe sterk ook bij
staatslieden van aoA gematigd liberale ge
zindheid als de erfprins van Hohenlohe-
Langenburg de weerzin tegen de als het
zwart-blauwe Jylok gekenschetste coaLitie
is. Het is niet zonder bcteekeaiis' als een
zoo gematigd man ronduit verklaart, dat
zijne beginselen hem verbieden iets met
die coalitie te doen te hebben. Het inte
ressante naspel van dezen stóp zal komen
in het najaar, als de rijksdag weer bijeen
komt. Dan staat, de conservatief-clcricale
meerderheid opnieuw voor de vraag, wien
zij moet- kiezen als tweede ondervoorzitter.
In December van het vorige jaar heeft erf
prins Hohenlohe haar uit de verlegenheid
gered. Nu komt zij andermaal voor de
moei el ij kb eid te staan, en het bezwaar om
er eene oplossing voor te vinden, is er
niet geringer op geworden.
Duitschland.
Volgens een door Berlijnsche en Parijsche
bladen verspreid bericht, zou het voornemen
beslaan Keizer Wilhelm voor den vredes
prijs van de Nobelstichting van dit jaar in
aanmerking te doen komen. Het gerucht is
ontstaan uit een woord, dat ex-president
Roosevelt moet hebben gezegd tijdeus zijn
bezoek aan Stockholm. Roosevelt zou name
lijk gezegd hebben, dat Keizer Wilhelm het
recht had den Nobelprijs te verwachten,
omdat door de energie van den Keizer de
Europeesclile oorlog, die ten gevolge van de
inlijving van Bosnië en de Herzegowina
heeft gedreigd, verminderd is.
De voorzitter van het Noorweegsche vre
desprijs-comité Loevland heeft nu dit be
richt ongegrond verklaard. Hij heeft gezegd,,
dat zulk een voorstel niet voor Februari
van liet volgende jaar kan worden inge
diend, zoodat aan Keizer Wilhelm in geen
geval de prijs van dit jaar kan worden
toegekend.
België.
Brussel, 9 Juli. De synode van
de Belgische Christelijke Zendingskerk heeft
een krachtig protest aangekomen tegen de
encycliek Editae Sacpe.
Frankrijk.
Tuisschen de vakvereeniging van spoor
wegpersoneel en do regeering wordt in de
laatste dagen een tweegesprek gevoerd in
de pers. De vakvereeniging heeft gedreigd
met een staking van het spoorwegperso
neel De regeering liet hierop officieus ant
woorden, dat zij dan de dienstplichtige le
den van het spoorwegpersoneel onder de
wapenen zou roepen. Daarop antwoordde de
vakvereeniging, dat de opgeroepen spoor
wegbeambten niet onder de wapenen zouden
komen. Zij, die gevolg gaven aan de oproe
ping, waren besloten tot lijdelijk verzet en
als men hen niettemin tot- den dienst ver
plichtte, dan kouden zij er steeds toe over
gaan de hun toevertrouwde locomotieven
ongescfiikt te maken om "dienst te doen. De
regeering liet hierop weer officieus verkla
ren, dat op een weigering om aan het bevel
om op te komen te gehoorzamen, gevange
nisstraf staat van 1 maand tot 1 jaar. Voor
lijdelijk verzet, d. i. weigering om te ge
hoorzamen in dienst, is do straf gevange
nisstraf van 1 tot 2 jaar. Wie in geval van
mobilisatie bij weigering van gehoorzaam
heid zich nog schuldig maakt, aan vernie
ling van machines, die pleegt het misdrijf
van weigering van gehoorzaamheid door
complot, waartegen in het militair strafwet
boek de doodstraf is bedreigd.
De minister-president heeft ook in de Ka
mer het zijne gedaan om de spoorwegbeamb
ten af te schrikken om in staking te gaan.
Toei' in de vorige week ouder gewoonte een
voorstel werd ingediend om amnestie te ver-
leenen voor politieke en stakingsmisdrij-
ven verzette hij zich daartegen met allen na
druk, met het gevolg, dat de Kamer liet
met groote meerderheid verwierp. Dat is
eene waarschuwing voor de spoorwegbeamb
ten, dat als zij staken eh dientengevolge
met den strafrechter in aanraking komen en
veroordeeld worden, zij niet op genade voor
recht hebben te rekenen.
Engeland.
Zoo als uit het rapport van de com missie
over het wetsontwerp betreffende de civiele
lijst van de Koning blijkt, werd door den
afgevaardigde van de arbeidspartij Barnes
het voonstel gedaan om van de civiele lijst
148,000 p. st. te schrappen. Dit voorstel
bleef zonder ondersteuning; de tweede ver
tegenwoordiger van de arbeidspartij
Shackleton, stemde met de meerderheid voor
de vooretellen van de regeering.
Het wetsontwerp, dat ten doel heeft do
geloofsbelijdenis, die in den kroninigseed is
opgenomen, te zuiveren van hare aanvallen
tegen de katholieke kerk, zal vóór de va-
cantie afgedaan worden. De reden daarvan
is waarschijnlijk hierin te zoeken, dat liet
verzet tegen het wetsontwerp toeneemt. Oo'k
do strijdbare dissenters roerein, de trom te
gen het wetsontwerp, omdat daarin 6taat
uitgedrukt, dat de monarch behoort tot de
wettelijk gevestigde protestantsóhe kerk. De
disinters willen wel 'hooren van het pro
testantisme van den monarch, maar niet van
de staatskerk. De regeering schijnt be
vreemd te zijn, dat in de vacantie eene be
weging tegen het wetsontwerp zou kunnen
ontstaan, die moeielijkheden kan teweeg -
bicngeu, zoodat eene spoedige afdoening
raadzaam is.
Italië.
Men meldt uit Rome, dat de afge
vaardigde Merlani tot de ministers van
financiën en justitie de vraag zal richten,
koe het toch mogelijk is, dat een bedrag van
85,000 lires werd uitgetrokken voor inkt-
kekers in het nieuwe paleis van justitie.
Spanje.
De Madridscke handelsvereeniging heeft
bij den minister-president een verzoekschrift
ingediend, waarin verklaard wordt, dat de
Madridsche zakenmenschen door de concur
ren tie van de congregatiën, die evenmin
huur als belastingen, directe of indirecte,
en loonen betalen, met den ondergang be
dreigd worden. Er wordt verzocht, dat de
regeering krachtdadige maatregelen zal
nemen om aan dezen toestand een einde te
maken.
Om aan dit verlangen grooteren nadruk
bij te zetten, zal eerstdaags eene algeineene
winkelsluiting op touw gezet worden.
Oostenrijk.
De school autoriteiten te Weenen hadden
onlangs de vereeniging Vrije school" aan
geschreven van de kerkelijke overheid de
toestemming te verwerven voor de opdracht
van het godsdienstonderwijs aan het bij de
vereeniging in dienst zijnde personeel, om
der bedreiging dat de scholen moesten wor
den gesloten als aan deze aanschrijving niet
werd voldaan. Het departement van onder
wijs heeft deze beschikking bekrachtigd en
het daartegen door het bestuur der vereeni
ging ingestelde hooger beroep is thans door
het gerechtshof voor bestuunsgeschillen af
gewezen.
Daarmee is de in deze zaak mints g er ui-
men tijd gevoerde strijd beslist ten gunste
van de clericalenhet gevolg van de uit
spraak, die nu in hoogste instantie gewezen
is, is dat de onderwijsinrichtingen van de
vereeniging „Vrije school" zullen worden
gesloten
Griekenland
Athene, 10 Juli. De havencomman
dant heeft den commandant van het Ru-
meensche schip Imperatul Trajan leedwezen
betuigd over het met dat schip voorgeval
lene.
De Rumeensche deserteur, die van het
schip was weggevoerd, im aan den comman
dant overgeleverd. Hel incident is hiermee
geëindigd.
Turkije.
Uit Uskub wordt bericht, dat de ontwa
pening van de bevolking van het vilajet
voortduurt. Tot dusver zijn omstreeks
100,000 wapenen ingeleverd.
Verscheidene honderden recruten uit Ma-
l ssia en Lutua hebben op de reis naar Klein-
Azië Uskub gepasseerd.
Volgens een bericht uit Saloniki hebben
de troepen bij Debrezir een gevecht van drie
uren gehad met twee sterke Albaneesch©
henden, welker aanvoerders gedood werden.
Acht gewonde opstandelingen werden door
de troepen gevangen genomen. Do verlie
zen van de troepen zijn onbekend. Volgens
regeeringsberichten bereiden de reactionaire
Arnauten de oprichting van .talrijke benden
Een circulaire van den minister van bin-
nenlandsche zaken wijst er op, dat ondanks
de laatste aanschrijving de boycot voort
duurt, dat het binnentreden in Grieksche
handelszaken verhinderd wordt en dat men
ook tegen Turksche zaken dwangmaatrege
len noemt onder het voorwendsel, dat zij
aanhangers zijn van de Grieken. De regee
ring spoort de provinciale autoriteiten aan,
onverwijld een einde te maken aan den
bóycot en tegen hen, die zich verzetten, de
wettelijke maatregelen te nemen.
Konstantinopel, 9 Juli. De
bladen hebben uit Damascus bericht ont
vangen, dat een gevecht heeft plaats gehad
tusschen Drusen en Arabieren 150 Drusea
zijn gedood.
Kreta.
Konstantinopel, 9 Juli. De
Porte 'heeft de gezanten bij de beschermen
de mogendheden opgedragen te proteeteeren
tgen de inmenging van den Koning der Hel
lenen en do Grieksche regeering in de bin-
nenlandsc'he aangelegenheden van Turkije
door de tot de Krefcensers gerichte raadge
vingen om toe te geven aan de wenschen
van de mogendheden.
Op de nieuwe bezwaren van Tunkije we
gens oorlogstoebereidselen van Griekenland!
antwoordde de Grieksche regoering, dat meri
te doen had met de gewone tijdperken voor
militaire oefening. 7000 manschappen zijn
dadelijk naar hunne haardsteden gezonden.
Kanea, 9 Juli. De consuls van de
beschermende mogendheden hebben, omdat
zij merkten dat de christelijke leden van de
nationale vergadering ondanks herhaalde
samenkomsten niet tot overeenstemming
konden komen, de regeering verwittigd, dat
zij, als Maandagmorgen het besluit van de
mogendheden niet js uitgevoerd, de kanto
ren van de invoerrechten zouden doen be
zetten.
Kanea, 9 Juli. (5 uur 's namid
dags.) l>e regeering is er in geslaagd 59 van
de 114 christelijke leden bijeen te brengen
voor eene zitting van de Nationale vergade
ring.
Van dezen stemden er 55 noor de toe
lating van de Mohammedaansche leden.
De vergadering heeft daarna hare zit
tingen vier maanden verdaagd.
P a r ij 6, 9 Juli. Pichon Lichtte den
Ministerraad in omtrent den toestand op
Kreta. Op het oogenbiik is weigering mo
gelijk van het Kretenzer bestuur, om zich
te schikken naar de beslissing der vier be
schermende mogendheden. De consuls-gene
raal van Frankrijk, Engeland, Italië n
Rusland, deden het uitvoerend comité van
Kreta de volgende verklaring toekomen
Indien het bestuur van Kreta niet over
eenkomstig de bepaling toestaat te verga
deren met de deputatie Muzelmannen en
als aan Turksche ambtenaren belet wordt,
vrij hun posten te vervullen of anderszins
onredelijk worden bejegend, noopt diezelf
de bepaling de vier mogendheden, de voor
naamste havens van Kreta te bezetten en
beslag op de invoerrechten te leggen. Deze
maatregelen zullen uitgevoerd worden als
vóór Maandagmiddag aanstaande niet naar
genoegen der mogendheden is beslist. In ge
val het antwoord van het uitvoerend comité
ontkennend of onvoldoende is, zal onmid
dellijk de ontscheping plaats hebben.
Naar het Bngehch
89 TAN
C. N. en W. M. WILLIAMSON.
„Dat is uw tante Kathryn niet," zei de
prins zacht maar met een stem, trillend
van opgewondenheid. „Het is een van con
tessa Corramini's dienstboden, gekozen tot
het spelen van deze rol omdat haar ge
stalte in een motor-mantel het meest op die
van uw tante gelijkt. Van uw tante is en
kel de mantel, de hoed en het zijden mas
ker hier. U moet nu de waarheid hooren
en weten wat u te doeu staat."
,,Ik begrijp u niet," stamelde ik. En op
nieuw meende ik te droomen. Ik verbeel
de mij in liet 'Hotel Imprial te Ragusa te
■bed te liggen en wenschte vurig spoedig
wakker te worden.
„Ik zal het u duidelijk maken," vervolg
de de prins. „U weet u weet het sinds
lang hoezeer ik u liefheb. U hebt mij
tot deze daad gedwongen omdat u mij uw
liefde niet wilde geven, omdat u weigerde
mij toe ite beliooren ofschoon ik zonder u
niet leven kan. En omdat ik dat niet kan,
heb ik dit gedaan. Al lang geledon, te Ve
netië beraamde ik het plan. Ik deelde het
mede aan Corramini doch niet aan zijn
vrouw, en hij beloofde mij zijn hulp, om
dat ik, wetende dat hij in fiancieele moei
lijkheden verkeerde, aanbood hem .te hel
pen. Hadt u me gisteravond te Ragusa
niet zoo ruw teruggestooien, dan zou ik
u dit hebben kunnen besparen, want het
plan zou alleen ten uitvoer worden ge
bracht, als alles tevergeefs bleek."
„En toch begrijp ik u nog niet," zei ik
langzaam.
„Dan is u niet zoo vlug van begrip als
anders, mijn beste. Ik hoopte dat juffrouw
Beechy ongesteld zou worden zij is de
eenige die ik vreesde en daarom was er in
die roode Turksche bonbons een middeltje,
niet voldoende om haar veel kwaad te doen,
maar genoeg voor mijn doel. Gaarne had
ik mij ook van de tante ontdaan, doch haar
kon ik niet missen. Want zonder haar
zoudt u nooit zijn meegegaan. Contessa
Corramini weet nergens van, ofschoon zij
een vaag vermoeden heeft dat er iets ge
heimzinnigs .gebeurt. Zij is niet op de
Arethusa, maar op dit oogenbiik te Venetië.
Victorine was behalve u en de tante de
eenige vrouw op het jacht, en Victorine i6
goed betaald voor de door haar gespeelde
rol. Zij nam de taute's mantel en hoed en
masker uit de hut toen de dame met Corra
mini en mij op het dek was, gekleed met een
hoed en mantel toevallig door de contessa
aan boord gelaten. Terwijl de tante overal
naar haar kleeren zocht, stapte u in de auto
mobiel waarin de gemaskerde dame zat. Op
dit oogenbiik zijn wij verder van Schloss
Hrvoya dan van Cattaro. U is te Montene
gro, waar ik u bracht omdat de consul van
Oostenrijk mijn vriend is en hij zal ons
huwelijk sluiten."
,,Hij zal niet!" riep ik ontzet uit.
„Hij moet. U kunt niet weigeren Laat
ik u den toestand nog eens uitleggen voor
het geval, dat hij u niet duidelijk voor I
oogen staat. Uw tante is ver weg. Zij zal
woedend zijn en zich gerechtigd achten u
I scherp te veroordeelen voor de ongepaste
grap, welke u zich tegenover haar veroor
loofd heeft. Diep beleedigd als zij zich
voelt, zal ze u nimmer vergiffenis schenken.
En is er een schandaal, dan zal ze het overal
rond vertellen. Ik ken de vrouwen. Ook
anderen zullen spreken. In de eerste
plaats Victorine; zij zal contessa Corramini
een dramatisch verhaal opdisschen, en Cor-
romini zelf zal er over babbelen en schert
sen in zijn clubs te Venetië, Rome, Floren
ce, Parijs; clubs waarvan menigeen uwer
rijke laudgenooten lid is. Het ware van de
geschiedenis zal niemand ooit te weten bo
men, maar het zal bekend worden dat u
met mij aleen naar Montenegro zijt gegaan
en verscheiden uren in mijn gezelschap
doorbracht. Uw eenige uitkomst is er een
schaking van te maken, en die uitkomst,
bied ik u aan, niet mijn hart en alles wat.
het mijne is. Als u deze plaats niet als
prinses Dalmar-Kalm verlaat, ware het be
ter voor u ze nimmer te verlaten. Nu ben
ik in werkelijkheid de laatste man in uw
wereld, en het is noodzakelijk dat u me
neemt."
„Ik wist niet," antwoordde ik, mij op
nieuw in het rijk der droomen verplaatst
wanend, dat er mannen als u bestonden,
behalve in romans en op het tooneel. Daar
om was ik eerst niet in staat u te begrij
pen en gaf u het voordeel van den twijfel.
Nu begrijp ik u Laat mij gaan
„Neen!" viel hij me lachend in de rede.
„En als ik het deed welk voordeel zoudt u
er dan van hebben? Het is avond; u is
mijlen ver van uw vrienden, midden in de
wildste bergen van Europa. LI kent de
I taal van het land niet, en niet één der be-
1 wonen een woord van de uwe. Feitelijk is
u alleen in de wereld, alleen met mij. Zelfs
uw hondje is niet hier om te blaffen. Zijn
nieuwsgierigheid dreef hem naar buiten en
hce klein hij ook i6, kan hij niet door het
sleutelgat van de deur binnenkomen. Wel
dra zal de concul hier wezen. Was het ac
cident met de auto niet gebeurd, dan zou
ik naar hem zijn gegaan; nu zal ik hem een
briefje zenden. Hij is een zeer goede vriend
van mij. Hij zal doen wat ik vraag."
„En als ik niet toestem?"
,,U zult verplicht zijn toe te stemmen,
wat u al heel spoedig zelf zult inzien."
Terence Barrvmore's
Gedeelte.
XXV.
Een Hoofdstuk van
Opsporing.
Het verwonderde mij waarom de dames
niet kwamen lunchen, want toen wij haar
van het motod-ritje in het hotel terug
brachten, waren haar laatste woorden
„Om half één zullen wij elkaar terugzien."
Nadat Ralph en Bari en zijn zuster en
ik een kwartier hadden gewacht, gingen
wij aan tafel, daar de signorina meende dat
do dames mogelijk vian plan veranderd wa
ren en de lunch met do kleine patiënt ge
bruikten. Om half twee echter, nog voor
ons maal was afgeloopen, kwam er een
boodschap van juffrouw Beechy. Zij was
wakker en wilde gaarne weten, wanneer
haar mama en haar nichtje weer bij haar
kwamen.
De signorina vloog dadelijk naar de
slaapkamer, en Ralph en ik wachtten in
spanning op haar terugkomst, want in dit
nieuwe licht bezien, leek de afwezigheid der
dames eeirigszins zonderling.
Het Italiaansche meisje scheen een eeuw
weg te blijven, en zoodra zij binnentrad,
begrepen wij dat zij niet veel goeds had
mode te doelen. Haar aardig gezic lutje zag
er bezorgd en opgewonden uit.
„D© gravin en juffrouw Destroy zijn niet
boven geweest," zei ze in liaar eigen taal.
„De kleine Rice ligt al een uur wakker,
zich verwonderend waar "zij toch bileven.
Walt u bij den hotelhouder informeeren?"
Onmiddellijk voldeed ik aan haar ver
zoek en nog voor hij me antwoordde, ver
moedde ik dat Dalmar-Kalm bij de zaak
betrokken was. „Eenige minuten na haar
terugkomst wareu de dames met zijn Hoog
heid in een huurrijtuig weggereden.'
Het leek belachelijk om na deze mede-
deeling eenig onheil te duchten, maar
toch voelde ik mij angstig te moede. In
dien ik haar niet zoo innig liefhad ja,
was dat niet het geval, dan zou er al lang
geen „indien" meer zijn geweest. Veel
hoop had ik niet dat zij ooit iets om mij
zou geven, zelfs niet als ik het met mijn
begrip van fatsoen kon overeenbrengen,
een meisje te vragen over zulk een armen
drommel als ik was te denken. Toch,
soms, in enkele gemoedsstemmingen "snakte
ik er naar mijn geluk te beproeven, vooral
wanneer do gedachte an ij kwelde aan hot
lot dat haar te wachten 6tond, als niet ik
of een andere man er haar voor be
hoedde. Maar onverschillig of zij al dan
nidt ooit meer dan een godin voor mij zou
wezen, was do vrees dat haar eenig letsel
zou geschieden of een ongeluk overkomen
al genoeg, om me buiten mezelf te bren-
gen.
Wordt vervolgd.