*48.
O'" Jaargang.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE ROODE PIMPERNEL.
ERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Par 8 maanden roor Amorsfoortf l.OO.
Idem franco por post- 1.80.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
De zo Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertontiënmedodoelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in to zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1B regels f
Elko regol moer - ®.ie.
Dienstaanbiedingen en aanvragen *3 rents bjj vooruitbetaling.
Grooto letters naar plaatsruimte.
Voor handel on bodryf bestaan zeer voordoeliae bepalingen lot
hot herhaald ndvertoeron in dit Blad, by abonnemeat. Ewne
eirculairebevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag
toogezondon. [am
Politiek Overzicht.
De grondwet voor Elzaa-
Lotharingen.
Het ontvwrp eener gnomlrwyl voor Elzas-
Lotlu ringen is na eerste lering in don Rijks
dag tei verdere behandeling naar cene com
missie van acht-en-twiinrtig leden verwezen.
Men weet dnt dit ontwerp als voornaamste
punten behelst <he invoering van oen twee
kamerstelsel, gepaard aan het meervoudig
ouderd»omskieorcch4, doch aun het rijkstand
go.-n vertegenwoordiging schenkt in den
Duitsche n bondsraad. Vooral tegen deze
laatste beschikking rezen al direct na de
opei baarmakvng bezwaren, zoowel van de
Elzassers als van de Duitsche vooruitstre-
veawle partijen en het spreekt van zelf, dat
doic ernstige bedenkingen bij de besprekin
gen in dom Rijksdag terdege ventolking heb
ben gevonden. Zoo zeide de Elzasser afge
vaardigde. Preiss in de zitting van Zaterdag:
„Wij vinden tegenwoordig voor onze goede
zaak minder gehoor in den rijksdag dan
vroeger. Ons bestuur heeft een koloniaal
cachet en beantwoordt niet aen de liberale
meeningen onzes volks. I>e gebeurtenissen te
Metz (de afgevaardigde bedoelde de jongste
relletjes der vereemdging „Lorraine Sporti
ve") hebben niels gemeen met rcvolution-
naire neigiin.gjen. Met het uitzon derings-
régime moet eindelijk eens gebroken wor
den. Wij verlangen de erkenning van het
rijks land als gelijkgerechtigden zelfstandigen
bondsstaat. Slechts door een goede grond
wet kunnen de Elzassers lot tevreden bur
gers des rijks gemaakt worden. Wij verlan
gen eenvoudig rechtvaardigheid."
En die Elzasser centrum-afgevaardigde
Wetterlé sprak de woorden: „Men wil ons
niet mondig maken. Onze fout is, dut we
eens Franschon geweest zijn. Het regeeren
van Berlijn uit moet ophouden!"
De staatssecretaris voor Elzas-Lotharingon
Zorn von Butach, kwam tegen deze woor
d-a i op, welke volgens hem niet anders dan
de bestaande tegenstellingen verscherpten.
„Ons Elzassiseli particularisme zoo
zeide Zorn von Bulach „handhaven
wij vol trots, doch niet in don zin van den
afgevaardigde Wetterlé. Wij willen verzoe
ning. Ons verleden verloochenen wij niet.
Ook ik ben trotseh op mijn verleden. Ook ik
ibjn niet als Duitsoher geboren. Ik zeg ech
ter tot mijzelf, dat er oogenllikkon zijn,
waarop mem het belang >dc« lands boven
het gevoel des harten stellen nvoet. De poli
tiek van Wetterlé is voor Eizas-Lokhartnigen
niet nuttig. Wel zijn er twee tegenstrijdige
stro omtogen in (het land, maar het is plicht
ze niet te verscherpen, doch ze met elkaar
in overeenstemming te brengen. Het mee-
rendeel der bewolking is loyaal on wenscht
zioh rustig en vreedzaam du Duitse hen geest
ie ontwikkelen. De insinuaties van Wetterlé
(brengen geen rust en ook geen vrede. De
groote meerderheid der bevolking van Elzas-
Lotharingon aanvaardt het ontwerp met
dankbaarheid. Ook ik had voor mijn land
zelfbestuur gewenscht; niettemin beschouw
ik het ontwerp als vooruitsbreveoxd. Wan-
n>eer een volledig zelfbestuur nog niet werd
verleend, dan mag dit op rekening worden
gesteld van diegenen, welke dergelijke rede
voeringen houden als (die van Wetterlé."
De rede waarmede de rijkskanselier von
Bethmaum ILollwcg in het debat is tusschen
beide gekomen, heeft een be toeken is die Iki-
v*ï het speciale onderwerp nog een eind-
weegs uitgaat, «laar de rijkskanselier ook
andere politieke vraagstukken van meer al
gemeen©!» aard heeft aangeroerd. Wat de
Elzas-Lotiharingsche grondwet aangaat, staat
die rijkskanselier op het standpunt, «lal bet
rijkstand zijne zelfstandigheid hebben moet.
llij verklaarde zelfs mot te waardeeron open
hartigheid, dat het zijns inziens een fout ge
weest is h« t rijkstand zóó tang op de toe
kenning zijner zelfstandigheid te laten wach
ten. Ai.d -rzij cis verzekerde de rijkskanselier,
dat de rijksregeering niet in staat was aan
all'e wtenschen der Elzassers tegemoet te ko
men, ofschoon hij het begrijpelijk verklaarde,
dat het rijkstand ook een stom in den bonds
raad verlangde, welke men echter niet er
aan kan toestaan, daar de rijksregeering
genoopt is rekening tc houden m.t de fei
telijk? machtsverhoudingen in den bondsraad
en met de historische ontwikkeling. Bij alle
tegen octkoming aan de wensehon der Elzas-
Lotiharingicrs, liet de rijkskanteolier er echter
geen twijfel over bestaan, of de regeering
zou tegen «le jegens Duitschland vijandig ge
zinde stoomingen inet alle energie optreden.
In aansluiting aan de Elzas-« taalkunde
meer tot de algemoene politiek komende,
dieed de kanselier cetrige behartigenswaar
dige opmerkingen hooren over liet Duitsche
parlieularisme. In tegenstelling met die Prui
sische conservatieven, die van liet Duiitsche
rijk een groot Pruisen willen maken, verte
genwoordigt de rijkskanselier die mooning,
dat het particularisme gerechtvaardigd is
voor zoover het streeft naar het behoud van
hot eigenaardige der bijzondere Duitsche
rassen. Von Bethmann Hol 1 weg sprak het
goede woord: „Het rijk moei «le verschillen
de stammen vereenigon, maar niet onder
werpen."
Van bijzondere bel eekenis is dat ge
deelte der rede van den rijkskanselier, dat
verhand hield met het kiesrecht. Van liberale
zijde was namelijk veelvuldig gewezen op
het contrast, hetwelk daarin bestaat, dat de
rijkskanselier, die aam Elzas-Lotha ringen een
betrekkelijk ruim kiesrecht vcrieencn wil, als
Pruisisch mindster-president het verlangen
van het niet-conservatieve diecl der Pruisi
sche bevolking naar eon minder beperkt
kiesrecht weigert in te willigen. De kanse
lier poogde Zaterdag aan te toonen, dat hier
geen contrast bestaat. Het kiesrecht moest
namelijk in elk land weer een anderen vorm
aannemen, naarmate de omstandigheden wa
ren. (Dc toestanden in Pruisen en Elzas-Lo-
♦haringen zijn echter volstrekt niet zoo uiteen
loopend als de rijkskanselier meent en von
Belhmawn IIo 11 weg zal toch moeilijk kunnen
beweren, dat de Pruisische bevolking nog
niet dien graad van ontwikkeling bereikt
heeft, welke* de Elzas-Loliharingsche de be
voegdheid geeft tot <le uitoefening van een
uitgebreid stemrecht). Von Bethmann IIoll-
weg verklaarde verder, dat de positie van
Pruisen als leidende maohl in het Duitseh©
rijk onmogelijk maakt het Pruisische
kiesrecht democratisch iin te richten, omdat
de invloed dien de massa op hot Pruisische
parkffnent, de Pruisische regeering én daar
mede op «le Duitsche rijksregeering zou ver
krijgen, op ontwrichting van het rijk moest
ui Ho open.
Naar aanleiding hiervan merkt de Berlijn -
sche correspondent der Neue Freic Presse
op: „Wannneer de rijkskanselier dc afhanke
lijkheid der rijksregeering van het Pruisi
sche parlement aantoont, dan bewijst hij
daarmede alleen hoe gerechtvaardigd het is
een hervorming van het Pruisische kiesrecht
tc verlangen op dezen grond, dat het domi
neered «Ier reactionnaire Pruisische conser
vatieven in den Pruisischen landdag even
eens de Duitsche rijkspolitiek dwingt een
rcactiounairen weg in te slaan."
Duitechland.
Bij «Ie herdenking van den verjaardag van
Keizer Wilhelm dom dc Duitsche kolonie te
St. Petersburg heeft de Duitsche gezant graaf
Pourtalès een toast op Czaar Nikolaas uit
gebracht, daarbij ccnige woorden wijdende
aan dc jongste monarchen-ontmoeting te
Potsdam. „In Duitschland zoowel als in Rus
land', zeide de gezant, „kwam de blijde vol
doening over het hoogst bevredigende resul
taat der tusschen beide monarchen en hunne
raadslieden gevoerde vertrouwelijke gedach-
tcnwisselingcn bij het groote nieercndecl der
bevolking tot uiting op cc» wijze, die geen
twijfel laat of een goede verstandhouding van
nabuurschap beantwoordt aan de wenschen
van beide volken. Wanneer de betrekkingen
tusschen twee landen op zulke grondslagen
berusten, rechtvaardigen ze dc hoop dat zc
duur/aam zullen zijn. Xe zijn te vast gewor
teld dan dat pogingen om ze tc verstoren,
uitzicht op succes zouden kunnen hebben.
Moge de erkentenis dat deze vriendschap aan
hel welzijn van beide lauden beantwoordt
en den vrede onder de volkeren bevordert, in
steeds ruinvtr kring doordringen; moge zc
ook diegenen bekeeren, welke zich in dit
opzicht nog niet willen laten overtuigen. Aan
onze heide doorluchtc heerschers komt ech
ter onverwclkbare dank toe voor hunne
aanhoudende bemoeiingen om de vertrou
wensvolle verstandhouding tusschen beide
rijken le onderhouden en legen stoornis be
schermen".
Ook de rede, welke de Duitsche gezant
bij den Pauselijkcn Stoel dr. von MüHlbcrg
aan een feestmaal te Rome heeft gehouden,
is niet van een politiek tintje vrij. Deze wees
op <lc crisis van het afgeloopen jaar, tijdens
welke de godsdienstvrede in Duitschland,
zoowel als dc betrekkingen zijner regeering
met het Yatieaan bedreigd schenen. Men ver
keert in Rome in cene dwaling, wanneer men
er beweert dat de katholieke godsdienst in
Duitschland vervolgd wordt, zoo zeide dr.
von Mühlberg. De toespraak welke de Kei
zer in het klooster tc Beuron heeft gehou
den, bevatte een zoo duidelijke erkenning van
de waarde van het geloof voor het Duitsche
volk, dat daarover bij iederen patriot de
scheidende punten in beide godsdiensten ver
dwenen en slechts dc elementen overbleven,
welke dc beide christelijke confessies moeten
vereenigen tot den gcmeenschappelijken ar
beid voor hel vaderland en tot bescherming
van de belangen der beschaving".
Ken pleister op de Borromaeus-encyclick!
De Berlijnsche politic-president von Jagow
heeft ter gelegenheid van den verjaardag
des Keizers een toespraak tot de politiebe
ambten gehouden, waarin hij o. a. hel vol
gende zeide: „Bebel heeft te Maagdenburg
verklaard, dat de Pruisische staat „«enig in
de wereld" is; wanneer wij dezen staat een
maal in onze hand hebben, dan hebben wij
alles" Nu, in het afweren epner sociaal-de
mocratische gezagsheerschappij, waarmede
met zoo groote openhartigheid wordt ge
dreigd, heeft het politic-presidium dc eer in
dc eerste rijen te staan, vooraan ons dapper
politiekorps. En ik maak van deze gelegen
heid gebruik om tegenover de ontelbare aan
vallen, ontsproten uil verbeelding en sugges
tie, ook te dezer plaatse op grond van een in
grijpend onderzoek het uit te spreken: liet
eereschild der politie is onbesmet. Ze heeft
een onberispelijke tucht aan den dag gelegd.
Veel vijanden, veel eer. Ons echter, het poü-
tiebestuur van Berlijn, is dc speciale taak toe
vertrouwd van onmiddellijke» beschermer
van de allerhoogste persoonlijkheid des Kei
zers. Moge dit ccn aansporing lot trouwe
plichtsvervulling zijn".
Wat zullen bij deze toespraak de agenten,
die den ouden arbeider Hermann met sabel
houwen hebben doodgeranseld, zich gevleid
gevoeld hebben 1
Frankrijk
Aan een feestmaal van de Russische Ka
mer van Koophandel te Parijs onder voor
zitterschap van den nieuwen Russischen ge
zant Jswolski en waarbij dc ministers Pi-
chon en Jean Dupuy tegenwoordig waren,
verklaarde Iswoteki dat hij bij de aanvaar
ding van zijn ambt, zich tot taak gesteld had,
al zijn krachten te wijden ,aan de handha
ving en bevestiging der zoo nauwe banden,
die Frankrijk en Rusland vereenigen, llij
wenschto den leden der Kamer geluk, dat zij
krachtig bijdroegen tot do hartelijke verhou
ding tusschen de beide bevriende en verbon
den landen en tot hot bereiken van hel vre-
desdoel, waarheen alle regeeringen van Eu
ropa .stroven. Is wolski dronk vervolgens op
Frankrijk en presklent Fallières.
Daarop nam minister Pichon hot woord,
hij zeide zich te verheugen, dat hij zich kon
aansluiten bij eon verklaring, uitgaande van
ccn man die als minister van Buitenlandsobe
Zaken dc diplomatieke quacsties op do
vriendschappelijkstc wijze met hem behan
deld had.
Frankrijk zou, nu het het voorrecht bezat,
dezen man als gezant in zijn midden te zien,
die quaestics ook in liet vervolg in dcnzelf-
den geest behandelen. Pichon dronk op den
Czaar, den bondgenoot en vriend van Frank
rijk. Bciide dronken werden met levendigen
bijval begroet.
Engeland.
Londen, 3U Jan. Aan een feestmaal,
aangericht door don Britschen internationa
len bond van journalisten, drong Samuel, do
postmeester-generaal, er op aan, dat de jour
nalisten de goe«le verstandhouding tusschen
Engeland en Duitschland zouden bevorderen.
Hij voegde daaraan toe dat er weinig kwes
ties zijn die der tegenwoordige regeering
nader aan het hart liggen dan dc voortdu
rende en «luidclijke verbetering van de En-
gelsch-Duilscho betrokkingen.
1 tallS.
R o m o, 3 0 J a tl. Dc Senaat behandeld© de
interpellatie over dc aanslagen op dc vrij
heid van het spoorwegverkeer en over de
maatacgelen, om herhaling daarvan tc voor
komen.
Mii'isler-prcsident Luzzatfi zeide, dat d©
regccring alle «noodige maatregelen genomen
had, om deze aanslagen krachtig le onder
drukken. Zij zal tor wille van dc veiligheid
en de waardigheid van den staat onn-rbid-
nelijk zijn, waar het gelét de wet tc? doen
eerbiedigen en de openbare diensten, waar
mede de macht <ni dc economische en mili
taire verdediging van liet vaderland zoo
nauw verband houden, tc beschermen. (Al
gemeen e bijval).
De minister van openbare werken zeide,
dat dc regeering gereed as* om alle gebeur
lijkheden hol hoofd te bieden. Er kan niet
worden geduld, dat ongestraft ©en aanslag
op dc publieke diensten wordt gepleegd. D*
minister weet, dat als het gaat om de ver- j
dediging van nationale levensbelangen, d<
regeering kan rekenen op den zeer krachti
gen steun van hel parlement «mi van heu i j
tand.
Luzzatti, weder het woord nemende, zei<W|
nog dat de regeering sinids lang is voorbc-V
rei l op dc mogelijkheid van een spoorweg- j
stoking. maar «lat verhindert niet, dat zij!
het parlement de maatregelen aanbeveelt, die'
zij billijk en noodig acht, en die niet zijn in- j
gegeven d'oor vrees, maar door «de neiging' i
tot het in acht nemen van billijkheid op', |3
.sociaal gebied.
R o m e, 3 0 Ja «i. D© o nd cisla a Lssc or et a r i s
van buitenlajvdsch© zaken, Di Scalcu, ant-j 1
woordendc op een vraag omtrent de onjuiste
geruchten over de sanitaire maatregelen, i
welke in do buitenlandse he pers zijn ver- j jl
spreid, zeide, dat ide rogeeriug wot iu ge-4
breke was gebleven om «leze geruchten te
doen tegenspreken, terwijl zij tevens de noo
dige maatregelen had genomen om een her
haling daarvan tc voorkomen, wanneer
straks het vijftigjarig feest van dc eenheid
van Italic wordt gevierd.
Oosten rijk-Hongarije.
Boedapest, 30 J a n. In de commissie
voor buitei»laudsohc zaken van dc Oosteai-
rijksche delegatie zette dc an int ster van bui-
teirlanktsche zaken, graaf Achrcmtbal uiteen,
dat er geen kwestie aaanhangig is, diie gevaar
oplevert voor den Europeeschen vrede. Alle
groote mogendheden beijveren zich om «le
betrekkingen tod elkaar steeds vertrouwelij
ker te doen worden, zooals San GiuÜaiio, de
Ilaliaanscbe minister van buitcnlauidschc za
ken, hoe Ut aangetoond.
Hot doel van hel Drievoudig Verbond is
handhaving van den «vrctde, van den territo-
r-iafon status quo in hol algemeeai, en van «dc
integriteit dei Bahum-Statcn. De DuAlschc
Rijkskanselier Bcthmauu 1 Iollweg legde dc
beHekkingen met Engeland en Rusland uil
op cene wijze, die de vricjudcu van vcï-
Iwtcriug der inlcmationale vorhoudiageai met
voldoe-ning moet vervulden en hij sprak over
dc geneigdheid vau Duitscliland out zich mot
Engeland te verstaan, ten eintde openhartig
cn vertrouwensvol mót elkaar van gedachten I
tc wisselen.
Wat dc samenkomst te Podsdaut betreft, kon t 1
dc Rijkskanselier een toenadering tusschen
Duitschland en Rusland conSUtiecrcn, zonder
da' die evenwel een verandering brezigt in de
algemecne richting van hun politiek. Dc toe- j J
nadering berust op algemecne beginselen,
o.a. op de handhaving van den status quo in
hel Oosten en de overeenkomst inzake Poraië.
Aehremlhal verklaa«rde, dat de Rijkskanse
lier hein had ingelicht over deze iKsprekdn-
gcu, en -at hij imd voldoening van die medc-
'leeLiuig kennis had genomen. De minister
oegtle daaraan toe, dat '4 in diet belang der f
monarchic is een autonome, vreedzame ont
wikkeling van Turkije, en de onafhankelijk
heid der andere Balkan-Stalen tc begunsti
gen, en hun levens steun te vcrlecncn. llij
hoopt, dat de betrekkingen met Rusland, die
op hot oogenblik goed zijui, ook iu de toe
komt bevredigend zullen blijven.
In de goede betrekkingen tol Frankrijk en
Engeland kwam geen enkele verandering. De
minisder sprak zijn instemming uit met de
nieouing, door don Franschcu minister Pi
chon geuit, dal er geen tegenstrij'diige bclan-
gon besdaan tusschen Oostenrijk'-Hongar^t: ea
Frankrijk, hoewel zc tot vcrachWlende allian
ties behooren.
door
BARONESSE ORCZY.
ZEVENT1 EN DE IIOOFDSTUK.
De geheimzinnige leuze.
De d«ag was ver gevorderd toen Margueri
te ontwaakte, door ©en lange rust opge-
frischt en versterkt.
In antwoord op liaar vragen, bracht
Louise de tijding mede dat de stalknecht
met Sultan thuis was gekomen en Sir Percy
in Londen bad achtergelaten. De slalkuecht
was van meening dat zijn meester aan boord
zo-u gaaai van zijn jacht, dat bij London
Bridge voor anker lag.
Sir Percy had tot zoo ver gereden, alstoen
den schipper van de Day Dream ontmoet en
den stalknecht teruggezonden naar Rich
mond, met Sultan en het leege zadel.
Deze tijding bracht Marguerite meer dan
ooit in verwarring. Waar kon Sir Percy nu
juist met de Day Dream heengaan? Ter
zake van Armand had hij gezegd. Welnu,
Sir Percy had overal vermogende vrienden.
Wellicht heg»! hij zich naar Greenwich, of.
Een tangen vrij©» dag had Marguerite voor
den boeg. Zij was lx-t bezoek wachtend van
haar ou«le schoolkameraad, de kleine Su
zanne de Tournay.
Marguerite verbeidde haar met ongeduld;
zij haakte ©aar een praatje over de» ouden
schooltijd; zij voelde dat ze aan liet gezel
schap van Suzanne de voorkeur geven zou
boven eenig ander, en samen zouden ze
dwalen door het schoone oude park.
Maar Suzanue was nog niet gekomen, en
Marguerite maakte, na zich gekleed te heb
ben, toebereidselen om naar boneden te gaan.
Ze kwam in het portaal, buiten haar ©igen
recks van appartementen, en stond een
oogenblik stil, boven bij de fraaie eiken
houten trap, die naar dc benedenverdieping
leidde. Aan haar linkerhand bevonden zich
dc vertrekken van haren echtgenoot, die zij
nimmer betrad.
Deze bestonden uit een slaap-, kleed- en
ontvangkamer en aan het uiteinde van de
gang uit een klein studeervertrek dat, als
Sir Percy er geen gebruik van maakte,
steeds gesloten bleef. Zijn ei gem vertrouwde
lakei Frank had alleen de zorg over dit
vertrek. Niemand mocht daar ooit binnen
gaan. Lady Blakeney had er nooit aan ge
dacht, en de andere bedienden hadden na
tuurlijk dit streng verbod niet durven over
treden.
Marguerite had dikwerf gekscherend ver
klaard, dat ze strikt de hand eraan hield
er voor te zorgen dat geen nieuwsgierige
oogen in dit heiligdom zouden gluren, uit
vreeze van ontdekking, hoe weinig binnen
de vier mure ervan aan „studie" werd ge
daan: een gemakkelijke armstoel voor Sir
Percy's zoele sluimeruurtjes was wel het
voornaamste meubel dat in het oog viel.
Marguerite dacht aan dit alles toen, zc
haar blikken in dc gang liet rondgaan. Frank
was klaarblijkelijk bezig met de kamers van
zijn meester, want dc meeste deuren ston
den open, die van liet studeervertrek ai
med©.
Een plotselinge, brandende, kinderachtige
nieuwsgierigheid, maakte zich van haar
meester om een kijkje te nemen in Sir
Percy's heiligdom. Het verbod gokt natuur
lijk héér niet en Frank zou zich tegen over
haar ook niet durven verzetten. Toch hoop
te zc (lat de knecht in eon eter andere ka
mers mocht bezig zijn, opdat ze van diV-kijkje
even in het geheim mocht genieten.
Zachtjes, op de teenen, liep ze door de
gang, en als de vrouw van Blauwbaard,
bleef zc een oogenblik op den drempel
staan, zonderling te moede en besluiteloos.
De deur stond op een kier, zoodat zc van
binnen niels zien kon. Ze opende haar
geen geluid vernam ze. Frank was er (lus
niet, en stout slapte zc naar binnen.
De streng© eenvoud van alles om haar
heen greep haar terstond aan(te donkere
en zware gordijnen, liet maissteve eiken
ameublement, dc kaart van Frankrijk aan
den muur deden haar volstrekt niet denken
aaci den lijzigen man, die zioh alteen in
frivol© gezelschappen ophield, bij dc wedren
nen zich amuseerde en a«ls een dandy zijn
rol speelde.
Met het front naar hel raam, in het mid
den van het vertrek, stond een zware schrijf
tafel. die er uitzag alsof z© jaren dienst had
gedaan. Aan den muur links hing ten voe
ten uit, in breede vergulde lijst, het fraai
geschilderd portret eenier vrouw.
liet was Percy's moeder.
Marguerite bestudeerde die beeltenis, want
zij boezemde haar belang in daarna keerde
zij zich om en wijdde haar aandacht aan
hel massieve schrijfbureau. Het was be
dekt met een massa papieren, allen keurig
saamgebonden, met den inhoud aan de
keerzijde genoteerd ze zagen er uil als
rekeningen cn kwitanties, in volmaakte
orde gerangschikt. Het had Marguerite's aan
dacht le voren nooit getrokken noch had
ze het de moeite waard geacht er naar te
informeeren hoc Sir Percy, van wi©n d©
heclc wereld dacht dat hij geen hersenen
had, het groot fortuin administreerde, dat
zijn vader hem had nagelaten.
Sedert zij diit net, ordelijk vertrek was
binnengetreden, was ze aan zoo velerlei ver
rassingen ten prooi, dat dit duidelijk be
wijs van haar echt-genoots administratieve
bekwaamheden haar niet meer dan oen
vluchtige bewondering afdwong. Maar het
versterkte nu ook haar thans vastgeworteldc
meening dat hij met zijn beuzelige en
dwaze praat ndet alleen een miasker had
voorgedaan, maai met bepaalden toeleg
een bestudeerde rol speelde.
Ze staarde, alsof z© voor een schrikwek
kend raadsel stond, met ontsteltenis voor
zich heen, ©n een niet onder woorden te
brengen vrees, in tegenwoordigheid van
een vreemdsoortig geheten, maakte zich van
lieverlede van haar meester. Een rilliuvg
doorhuiverde haar in dit ijzig en duister
vertrek. Behalve het fraai© portret hingen
geen schilderijen aan den wand, alleen een
paar kaarten van een gedeelte van Franvk-
rijk, de eene van de Noordkust, d© andere
van de omstreken van Parijs. Wat had Sir
Percy daarmee uH te starvn? vroeg zij zich-
z©lve af.
Ze gevoeld© hoofdpijn, ze keerde zich af
van dit zonderling Blauwbaards vertrek,
dat haar ©en onoplosbaar raadsed toesdheen.
Ze hoopte ma-ar dat Frank er haar niet
mocht aantreffen, cn mot ccn laatoten blik
wendde zij zich naar de deur. Bij die be
weging sttet haar voet op het karpet tegen
een klein voorwerp, dat blijkbaar op de
schrijftafel had gelegen m LI tans door (te-
kamer rolde.
Zij bukte zich om j?:.(
was een massieve gouden ring met oen plat
schild.
Marguerite liet di©a draaien door haar
vingems en bestudeerde het devies, dat op
het schild was gegraveerd, liet stelde
voor een kleine stervormige bloem, iai den
vorm (toen zo tweemaal reeds had gezien
eens in de opera, daarna op Lord Grcn-
vilie's bal.
ACHTTIENDE HOOFDSTUK
De R o o d e Pimpernel.
Op welk uogenblik eindelijk de vreemd-
soortigc twijfel bij haar was opgekomen,
hiervan kon Marguerite zich later geen re
kenschap geven- Met den ring, stevig tus-
sahen haar vingers gekneld, was ze het stu
deervertrek uitgesneld, d© trappen af naar
het park, waar ze alleen zijnd,, met dc bloe
men, dc rivier ©11 de vogels, het kleinood
op haar gemak kon beschouwen en liet de
vies ervan, zoo mogelijk, ontraadsel©».
Och! Maar h« t was toch eigenlijk belache
lijk! Zc was bepaald onder den kivloiod
(•ener hallucinatie cn zag iets geheimzinnigs
in de moest aUedaagsche toevalligheden!
Had niet iedereen in d©n laatst©» tijd de
leus bij zich gedragen van die geheimzinnige
Uoodc Pimpernel?
Droeg ze dlc zelf niet bij zich, geborduurd
op haar kanten zakdoeken? Wat vreemds
lag erin, dat Sir Percy dit devies op een
zegelring had laten gravoeren... o» welk
verhand kon ©r dan nog bestaan tusschon
haar modejonker van een echtgenoot met
zijn keurige kleeding, zijn „wat kan het me
schelen" doen cn laten, en den altes tröt-
seerenden samenzweerder, die Franschc
slachtoffers uit de klauwen bevrijdde van
bloeddorstige tijgers d r revohitic?
Xiurdl vr.nuilyd