S°. »75.
O"* Jaargang
Maandag 27 Februari 1911.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE ROODE PIMPERNEL.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco por post1.30.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmodcdeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens by de Uitgevers in Le zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrcchtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 60.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f O.öO.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 88 cents by vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Bens
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Kabinetscrisis in Frankrijk.
Door een onvoorzienen aanval van radico-
socialistische zijde is de positie van don Fran-
schcn minister-president Briand plotseling
zeer wankel geworden. De aanleiding daar
toe is nie' gegeven door een der vraagstuk
ken van den dag, gelijk daar bijvoorbeeld
zijn de vele spoorwegkwesties, de stakings-
wetten, de vlootversterking of de kiesrecht-
hervorming, doch door een debat over de
toepassing van de wetten van 1901 en 1904
op de scheiding van ;*k en slaat. Men heeft
Briand onverschilligheid en laksheid in deze
aangelegenheid verweten en de minister
president heeft daarop in de Kamer onmid
dellijk de vertrouwenskwestie gesteld. Daar
bij is de door de regeering aanvaarde motie
van den afgevaardigde Drelon, wat betreft
het gedeelte waarin het optreden der regee
ring goedgekeurd en het vertrouwen in haar
uitgesproken wordt, met slechts 24 stemmen
meerderheid aangenomen, terwijl de geheele
motie de minimale meerderheid van 16
stemmen verkreeg. Hieronder vallen ook de
stemmen der ministers en onderstaatssecre
tarissen die tevens afgevaardigde zijn, zoodat
het resultaat der stemming niet veel verschilt
van een formeele nederlaag. Vandaar dat de
ministers onmiddellijk in kabinetsraad zijn
bijeengekomen om erover te beslissen of zij
al dan niet aan het bewind zullen blijven. Zij
hebben hun besluit aangehouden tot na de be
grafenis van den minister van oorlog, Brui^
welke heden plaats vindt, doch het staat zoo
goed als vast dat het kabinot-Briand, dat
sinds 24 Juli 1909 aan hot bewind is geweest,
zijn ontslag zal indienen.
Dit kabinet was dan ook tot dusver beter
gewoon. Het heeft steeds een meerderheid
van tusschen de 150 en 200 en meer stemmen
gehad. Wel eenigszins opvallend en verdacht
was fceti, dal, Briapd meer en meer de ver
trouwenskwestie moest gaan stellen. Daarin
is altijd een zekere dwang gelegen want
niet iedere afgevaardigde is geneigd aan het
uitbrengen zijner stem het gevaar van een
minister-crisis vast te knoopen en in vele ge
vallen zal Hij liever nog eenmaal zijn ver
trouwen in de regeering uitspreken dan de
verantwoordelijkheid voor een crisis op zich
laden, welker oplossing wel eens het tegen
deel zou kunnen brengen van hetgeen de af
gevaardigde beoogt. Dc uitslag van dergelij
ke stemmingen, die geschieden onder den
druk der kabincts-kwcstie, is dus altijd een
vertrouwensvotum onder voorbehoud en een
voorziichtig staatsman zal er niet al te zeer
op bouwen. En is de verkregen meerderheid
daaroij nuiheriek zeer zwak, gelijk Vrijdag
het geval was, dan valt het te begrijpen dal
hel kabinet ernstig de vraag overweegt of
't het vertrouwen van het parlement nog in
die mate bezit dat 't schip van staat verder
met succes kan worden bestuurd.
Dc reden welke het kabinet Briand tot af
treden bewoog is ongetwijfeld de erkenning
dat het bij de openlijk vijandige stemming
van oen groot deel der radicalen niet in staat
is verder de regeering te blijven voeren.
Een van de omstandigheden die de stem
ming van Vrijdag kenmerken bestaat daarin
dat bijna alle voorname leiders der gematig
de radicalen en der democratische linkerzij
de voor Briand hebben gestemd, bv. Barlhou,
Delcassé, Deschanel, en van de onafhankelij
ke socialisten Millerand. Daarentegen behoo-
ren de toonaangevende leiders der radico-so-
rialisten, als Berteaux, Buisson, Pelletan, Du-
mont, C.ruppi, en de vroegere staatssecretaris
Henault tot de minderheid. En blijkt alzoo
een volledige splitsing te hebben plaats ge
grepen onder de links reupblikeinsche par
tijen.
Een lastig vraagstuk voor den president
der republiek mag het herten, om den nieu
wen leider van het kabinet en diens mede
werkers te kiezen, maar ook een moeilijke
vraag is het hoe de toekomstige meerderheid
zich zal vormen en wat het criterium der al-
gemecne politiek zijn zal. Briand is komen
te vallen tegenover den stormaanval van het
anti-clericale radicalisme; de politieke logica
zou dus zijn opvolger voor de noodzakelijk
heid moeten plaatsen om een scherpe anti-
clericale politiek te volgen. Keeds thans stelt
men zich daarom de vraag of door dezen
gang van zaken op Briand's aftreden ue te
rugkeer naar het Cowbisme zal volgen.
Het Journal des Débats en de Temps laten
in de bespreking der jongste gebeurtenis
sen blijken dat ze op de komst eener meer
anti-clericale regeering rekenen. Dc „Débats"
legt er den nadruk op dat de nieuwe minis
ter-crisis geen wisseling van personen doch
cene verandering van politiek met zich zal
brengen, omdat de radicale partij verlangt
naar een leider die haar machtsbegeerte meer
zal bevredigen dan Briand. Dezen laatste
brengt de „Temps" grooten lof. de hoop uit
sprekende dat de toekomst hem de positie
zal brengen welke aan zijn talenten beant
woordt. En het blad laakt in scherpe bewoor
dingen de wijze waarop sommige groepen
uit de Kamer doende zijn geweesl om den
begrootingsnrbeid te doen slabakken en de
langzame manier waarop het onderzoek ge
schiedt van dringende wetsontwerpen, o. a.
de door Briand ingediende stakingsweltcn.
Alles om de regeering in het regecrcn te be
lemmeren.
In gelijken geest luidt hel oordeel van
de „Action" en dc „Petite Républiquc".
Dc „Action" schrijft: „Is het in het vervolg
mogelijk aan den staatsman, die het parle
ment een geheele reeks sociale en nationale
hervormingen voorstelde, zijn taak te vervul
len in zulk een onverdraagzame, hopelooze
atmosfeer, vergiftigd door verdeeldheid, eer
zucht en verraad?
Dit zullen wij ongetwijfeld spoedig weten,
maar indien het parlement voor het land het
parlementaire systeem niet in diskrediet wil
brengen, zal heb wel doen niet dikwijls der
gelijke comedies op touw te zotten, met zulk
een armzalige intrige als die van Vrijdag."
Dc „Petite Républiquc" zegt: „Onder der
gelijke omstandigheden wordt dc taak van
een Kabinet bijna onmogelijk. In plaats zich
te kunnen bezighouden met de verdediging
van de groote belangen van het volk en de
democratie, moet hel dagelijks dc ellendigste
intriges verijdelen. Nog eenigen tijd een der
gelijk stelsel en wij zullen zien hoever de Re
publiek zal afdalen, welke de barbaren dan
gewetenloos zullen hebben geworpen in de
netten der reactie."
Duitechland.
Berlijn, 2 5 Febr. Bij dc beantwoor
ding van verscheidene opmerkingen, ver
klaarde do minister van Oorlog in den Rijks
dag, dat de kosten welke Duitschland voor
de weermacht besteedt, niet waren wegge
worpen, zoolang liet gelukte daardoor het
land te bewaren voor het harde lot van
den oorlog.
De regiemeuten der eergerechten schre
ven zcide hij geen duels voor. De
eeregercchten hadden slechts le onderzoe
ken of de officier voor het tot een uitdaging
tot een duel kwam, zich zoo had gedragen,
als voor een officier noodzakelijk was.
De minister van oorlog vervolgdeEen
achterstelling wegens hel geloof is onwet
tig. Dat sedert de jaren omstreeks 1880 geen
joden lot reserve-officier. zijn benoemd, vindt,
dit geef ik toe, zijn oorzaak in bewuste of
onbewuste anti-semiotische neigingen, het
geen ik misprijs. De vraag is echter, wat
moet er geschieden? Een algemeene order
aan hel leger is volstrekt niet noodzakelijk,
deze bestaat reeds. Waar rechtmatige be
zwaren worden aangevoerd, zal verbetering
plaats hebben. In hel leger zelf bestaan geen
anti-seinietische neigi-ugen
Het is onjuist, dai men in hrt leger blin
delings moet gehoorzamen, leder officier
keurt mishandeling van soldaten af. Alles
geschiedt om mishandeling te beperken. Een
duidelijk bewijs hoe gezond de basis van het
leger iv ligt in de toestanden in Zuidwest-
Afrika, waar officieren en manschappen ge
meenschappelijk hebben geleden en gestre
den en voor elkander hun bloed hebben
gegeven l o ej u ichingen
Maandag zullen de beraadslagingen wor
den voortgezet.
C h arl o 11 e n b u r g, 25 Februari.
De romanschrijver Fried rich Spielhagen is
alhier overleden.
(Frledrich Spiel'hAgea werd 24 Februari
1829 te Maagdenburg geboren en heeft dus
den leeftijd van 82 jaar bereikt.
Na een jeugd, rijik aan afwisseling, vestigde
hij zich in 1861 te Herlijn. Met de roman
„Problematische Naturen" 1861, en 't vervolg
erop „Durch Nacht zum Licht" trad Spiel
hagen in de rij der eerste romanschrijvers
van zijn lijd. Van zijn overige romans noemen
wij nog: „Die von II o heuste! n" (1863), „In
Reih und Gltel" (1867), „Hamnier unci Anvbos"
(1868), „Alizeit voran" (1872), ,,St urm flut"
(1876), „Quisisana" (1880), „Angela" (1881),
„Ulcrahams" (1883), „Noblesse oblige" (1888)
en „Eiw neucr Pharao" (1889). Als dramati
cus oogstte Spielhagen veel minder bijval.
Zijn voornaamste tooneelsliuikfken zijp „Lie-
bc für Lie be' (1875), „Hans und Grete" (1876)
„Genetlet" (1884), „Die Philosophin" (1887),
on „la oisenner Zeit" (1891). Voorts
gaf hij uit „Vernwschte Schriften", „Aus
meinen Skkzenbuche" (1874)„Skizzen
Gesohicliten und Gedichte" (1881) en „Bci-
tragc zur Theorie und Tcdhr.uk dies Ro
mans (1883). Zijn „Sanitlichc NVerkc" wer
den van 1875—'87 in 18 din. uitgegeven, zijn
„AusgcwahMc Humane" van 1889—*92 in 23
cllii.
M n c h en, 2 5 F c b r. De kunstschilder
Fritz von U'hde is alhier overleden.
(De historie- en genreschilder Fritz von
Elide werd 22 Mei 1818 te Wolkenburg in
Saksen geboren. Hij kwam in 1866 op de Aca
demie le Dresden, doch wijdde zich eerst se
dert 1877 aan de schilderkunst en onder den
invloed van Munkacsy te Parijs werd koos
hij weldra de realistische richting, waarvan
reeds getuigt zijn schilderij „I>ie Nalverin-
non", in 1882 in Holland geschilderd, maar
nog meer zijn opzienbarende bijbelse he voor
stellingen „Laat de kinderen tot mij komen"
(1884, in 't museum te Leipzig), „Kom, Heer
Jezus, wees onze gast" (1884, in de nationaal-
galerij tc Berlijn), ,,'t Avondmaal" (1886),
„Christ us en de d iscipelen te Emma us" (1885),
„df Bergprediking" (1887) en „de Heilige
Nacht" (1888).)
België.
Brussel, 25 Feb r. De experts inzake
den brand op de Brusschchc wereldten
toonstelling hebben nog geen rapport inge
diend, zulks in tegenstelling met hetgeen
gisteren omtrent hunne conclusie werd ge
meld. Men verzekert thans dat de experts
met nadruk ah oorzaak van den brand
opgeven kwaadwilligheid of onvoorzichtig
heid.
frankrijk.
P a r ij s, 2 5 Feb r. Dc minister van
financial Klotz deelde mede, dat de onder
handelingen bet r ff end» de Marokkaansche
leening bijna geëindigd zijn.
P a r ij s, 2 5 Feb r. Men beschouwt het
als zeker, dat het ministerie Briand Maan
dag namiddag zijn ontslag zal indienen.
P a r ij s, 2 5 Febr. De ministerraad be
sloot met het nemen van een beslissing of
de regeering al dan niet aan lui bewind zad
blijven te wachten bot na de begrafenis van
minister Brun. Een nieuwe zitting van den
ministernaad zal Maandag half twee plaats
hotbon.
Terwijl Vrijdagmorgen de parlementaire
hemel noa helder was en de Kamer, na
verscheidene zittingen met groote meerder
heid in don zin van liet rapport van Delcassé
besloten had -tol den aanbouw op particu
liere werven van twee dreadnoughts, begon
in den namiddag die lucht plotseling anders
to worden. Bij de beraadslaging over de
begrooling voor onderwijs benutten de beide
radico-socialisitische afgevaardigden Mou
nter en Malvy de gelegenheid om de kerke
lijke politiek van Briand 'heftig aan te val
len. De beide afgevaardigden, van wie voor
al Malvy fel te keer ging, verketen don
minister-president, dat hij de wetten van
1901 en 1904 op de geestelijke orden nauwe
lijks ol' in hot geheel niet had toegepast en
welwillend toezag hoe de schijnbaar oivbbon-
d-ïn orden zich in alle kalmte on gemoede
lijkheid weer aaneensloten. Wel hebben
zoo zeiden ze do orden hare zetels gedeelte
lijk verplaatst naar bet buitenland, maar
overal in Frankrijk zijn weder af de dingen
gesticht, welker leden zich echter niet ver
toon en m het ordekleed. Van officieele zijde
is erkend, dat niet minder don 2000 orden
zonder machtiging in het tend zijn gebleven.
De Jezuïlen ie Parijs 'hebben zich verdeeld
k>ver 40 50 groepen, -die (hunnen arbeid blij
ven voortzetten, alsof er «niets gebeurd was
en zij «hebben 0714 scholen, die gesloten wa
ren, heropend, waar door «hetzelfde perso
neel als vroeger onderricht wordt gegeven,
terwijl er van de 1713 strafvervolgingen
slechts drie op een vcroorxleelirag uitgeloopeu
zijn.
Bij de wei van 1904 waren 14000 ordescho-
len gesloten, maar in een groot aantal ge
meenten was de eongregatiesehool eenvoudig
in een particuliere school veranderd. De
tusschen komst der regeering luid niet gehol
pen, de rechtbanken ontzagen de overtre
ders en lieten hen er afkomen me>t geldboe
ten, die zondier uitwerking bleven.
Malvy, aan wiens rade voering dc hierbo
ven genoemde cijfers zijn ontleend, liet ook
in 'I bizonder hrt licht vallen op de orden,
<tie vereeni'gingcn van huisvaders als bur
gerlijke rcchtthebbeuden op de scholen onsier-
schuiven.
„Waarom," zoo vroeg deee nfgevaar-
digdo ten slotte treedt de minister-pre
sident wiet tegen de onwettige orden op?"
..Omdat dril de dood voor dc beroemde veC-
zorningspolitiek zou zijn!" riep de afgevuar*
digde Thalamus faiertusschoniu.
l Matlvy betoogde verder dat de machteloos-
j heid van don miibister-presidcnt een gevolg
was van diens algemeene politiek, welke
daarnaar «(reeft, om «de progie«*>is*engroep
Oti de zoogenaamde liberale afgevaardigden
onder de regeeiingsmeerderheki le behou
den. ,,Hrt is geen wonder," zeide Malvy,
»ich tot Briand richtende, ..dal uwe zooge
naamde wereldlijke politiek 't den tegenstan
ders der wetten van 1901 cn 1904 niet lastig
maakt. IX> politiek van Wdldcck-Rousseau
en Combes was voor hen onaangenamer. Dat
wil zeggen: Deze waren oprechter, beslister.
De democratie wil een politiek van wercld-
lijklieid en van sociale hervorming. Gij, mi
nister Briand, vergeet de eonc cn verwaar
loost de andere, hoe wilt ge dat we in U
vertrouwen hebben?"
Mindster-presklenit Briand begon met te ont
kennen, dat de geestelijke orden zich op
nieuw «begonnen te vormen. Er bosbaan «u>g
slechts voormalige ordeleden, die in dezelfde
streek of stad afgescheiden van elkaar leven
en strong bewaakt worden. De schoolkwestie
was «ene zeer lastige. Wanneer scholen mot
voormalige ordeleden als onderwijzers ver
rijzen, dan heeft men niet altijd onvoorwaar
delijk to doen mot gevallen, dde door dc wet
worden getroffen.
Briand ken bel ketste die bezorgdheid der
interpellaraten als overdreven pessimisme.
Men kon niet verwachten dat instellingen,
die sedert eeuwen wortel geschoten luidden
in het volk, dn enkele weken spoorloos ver
dwenen. De regeoring had tal van gcrcch-
«lelijke vervolgingen en veroordeelingen dor
■overtreders bewerkt en alle baai* tor kennis
gekomen gevallen vervolgd. Ingevolge de wet
ten van 1901 en 1904 zijn meer dan 1700 gees
telijke vcrecnigiingen gesloten- Vele vervol
gingen zijn er ingesteld naar aanleiding van
hel openen van vrije scholen; 632 zaken zijn
op hel oogenblik in onderzoek. De congre
gaties trachten met allerlei middelen rich te
(handhaven en het is soms moeilijk hun waar
karakter aan te toonen.
Op dc particuliere school was een volstrek
te controle welhaast onmogelijk, zoolang Ln
Frankrijk de vrijheid van onderwijs bestond.
Dat zij oogendienerij gepleegd zou hebben
en om politieke redenen de congregaties zou
hebben ontzien, wierp de regeering ver van
zich. Tevens verzekerde de rrainiiwticr-presl-
dent nogmaals, dat «hij slechts op een zuiver
republikeinsehe meerderheid wilde steunen.
Hij verlangde geen stemmen van lieden
links, die slechts vóór stemden onder voor-
Inhoud en de eerste de beste .gelegenheid te
baat nemen, legen hem te stemmen en hem
een been te lichten.
Briand verklaarde do grootste achting te
bobben voor ledeu der linkerzijde, d«ie rond
uit zeggen: „Deze regeering is do onze niet,
ze voert niet de politiek dio wij willen en
we zeggen haar dit bij de eerste de beste
gelegenheid." Van de werkelijke meerderheid
dor regeering cischitc Briand echter. <k»l ze
hem in volle oprechtheid luiar sympathie
betuigde.
Twee moties werden llians ingediend; een
van den afgevaardigde Malvy, aldus luiden
de: de Kamer, besloten de volledigs toepas-
BARONESSE ORCZY.
Chauvelin talmde geen oogenblik. Eén re
gel had zijn oor goed opgevangen: „Ik zal
aan de kreek zijn, die recht tegenover de
herberg „Le Chat Gris" bij Galais ligt."
Deze phrase kon hem nog ter overwinning
leiden.
„Wie uwer is goed bekend met de kust
hier?" schreeuwde hij zijn manschappen toe.
„Ik burger." zei één hunner, „ik ben te
Calais geboren en ken cilkcn steen van deze
klippen."
„Is er een kreek recht tegenover tie her
berg „Le Chat Gris?"
„Jaweik burger. Ik ken die heel goed.
„Dc. Engelschman hoopt die kreek tc berei
ken. Er bestaat dus nog kans hem in handen
te krijgen. Duizend francs voor ieder man die
vóór den langbeenigen Brit aan die kreek
komt!"
Heb duurde geen twee minuten of als ha
zen stoven de manschappen heen.
Dicht bij Chauvelin .stond aLtijd nog Des-
gas, zwijgend en lijtledijk verdere bevelen af
wachtend, terwijl Twee so-klaben naast de op
den grond gezegen lady Blakeney knielden.
Ghauveii'ii's overigens weldoordacht plan
was mislukt. Hij haakte ernaar zijn woede
jegens iemand te koelen.
De soldaten hielden Marguerite vast gebon
den tegen den grond, hoewel de arme zied
zich in liet minst niet verroerde, want ze lag
in doodelijken zwijm.
De elegante en voorname Lady Blakeney,
die in dc Loradensche kringen had geschit
terd door hare schoonheid cn geesteshoeda
nigheden, lag daar als een afgemartelde, lij
dende vrouw, die hot medelijden van een
teler zou hebben opgewekt, behalve van ha
ren bitteren, wraakzuchtigon vijand.
„Het is onnoodig de wacht te houden bij
een half-doode vrouw." zei Chauvelin spijtig
tot de soldaten, „als jelui vijf flinke levende
mannen hebt laten ontsnappen. Het zou
vrij wal beier zijn, zoo jelui de in elkaar
gezakto kar van den Jood Goldstein, dien wc
nog altijd moeten vindon, gingt opzoeken.''
Daaro«p scheen plotseling eon licht bij hom
op 4e gaan.
,,IIé, apropos, wat ik zeggen wilde l Waar
zit de Jood Rosenhaum?"
„«Hier vlak in de mbijiheid, burger," zei
Desgns; .,ik heb hem gemuilband cn zijn
beerren bij elkaar gebonden, zooals u mij hebt
bevolen."
Een klagend geluid trof ChauveÜn's oor en.
Ifij volgde zijn secretaris, die don weg wees
naar de andere zijde der hut waar, met
stevig vastgebonden beencn en dicht ge-
snoerden mond, de ongelukkige afstammeling
lag van Israël, aan wreede folteringen ten
prooi.
In hrt zilverlicht «der maan zag hij er wer
kelijk spookachtig uit van doorgestane^
schrik; zijn glasachtige oogon staarden we
zenloos in de ruimte, hij .sidderde over zijn
geheele lichaam. Het touw, dat aanvankelijk
om zijn schouders cn armen was gewonden,
had klaarblijkelijk losgelaten, maar hij scheen
daarvan geheel onbewust, want niet de
minste poging had hij in hc4 werk gesteld
om zich tc verroer co van de piek waar
Desgas liem aanvankelijk had neergelegd.
„«Breng het beest dezen kant uit!" comman
deerde GhauveKn.
De agent dor Fransohe ééne en ondeelbare
Republiek was buiten twijfel in eon grimmige
luim, an daar hij geen genoegzame redenen
had om zijn gal uit to spuwen op de solda
ten, die maar al te letterlijk zijn bevelen
hadden opgevolgd, meende hij den zoon van
hot verachte ras tot mikpunt van zijn wrevel
te moeten nemen.
Toen derhalve de rampzalige oude man in
hrt volle maanlicht door twee soldaten in
zijn tegenwoordigheid was gebracht, zei hij
niet bitter sarcasme:
„Ik moet aannemen dat je als Jood een
goed geheugen bezit wat „zaken betreft."
„Antwoord me!" commandeerde hij ander
maal, toen Rosenlwum met hovende lippen
tc angstig scheen om een woord uh te bren
gen.
„Ja, Edelachtbare," stamerde de ongeluk
kige.
„Je zult je dus wel herinneren -wat we sa
men te Calais zijn overeengekomen, toen je
hebt aangenomen Ruben Goldstein met zijn
hit en mijn vriend, den langen vreemdeling
in te halen? Hè?"
„M... tn maar... U EdelachtJxire.
„Geen „maren". Ik zei, herinner je?"
„J... j... j... ja... U Edrtaehtbnre!"
„Wat was de overeenkomst?"
Doodsche stilte. De ongelukkige man zag
om zich heen naar <Le groote rotsennaar
het maanlicht, de ongevoelige gezichten der
soldaten, en zelfs naar «de aitmc, neerlig
gende, schijnbaar levenlooze vrouw, in zijn
onmiddellijke nabijheid, maar hij sprak geen
woord.
„Zul je eens a ral woord en?" bulderde Chau
velin.
De rampzalige deed een poging, maar liet
bleek «naar al te zeer dat hij er niet toe
in staat was. Geen twijfel evenwel, of hij
wist wat hem van een individu als Chauvelin
to wachten stond.
„U Edelachtbare waagde hij srawekond
„Ik zal je geheugen wat opfrisschon," zei
Chauvelin sarcastisch. „Wij waren overeen
gekomen, dat, zoo we dsn tongen vreemde
ling hadden ingehaald, voordat hij deze
plaats bereikte, je tien goudstukken zoudt
ontvangen."
Een diepe zucht ontsnapte aan de siddc-
r ei wie lippen van den Jood.
„Maar," vervolgde Ghniivelin met langza-
meu nadruk, „als je me Indroogt met je
belofte, zou je een Rink pak ransel krijgen,
waardoor je loeren kunt mij geen leugens
op de mouw te spelden."
„Dat hob ik niet gedaan. Edelachtbare; bij
Vader Abraham zweer ik
„Jij bent jouw gedeelte van den koop niet
nagekomen, maar ik sta klaar liet mijne ge
stand te doen. „Hier jullie," voegde hij
erbij, zich tot do .soklöton wentelend, „ranselt
mo dien vervloekten lood eens af met de
gespett van je koppels 1"
Toen de sohlaten, gehoor gevend aan het
bevel, hun zware lederen gordelriemen ont
gespten, stiet de Jood een vervaarlijk gebrul
uit.
„Jelui moet dezen ouwen leugenaar de ge
voeligste rammeling geven die hij ooit heeft
ondervonden. Maar hem nirt doodslaan,"
zei Chauvelin droogjes.
„Als de kerel zijn straf heeft onder gown,"
vervolgde hij, ditmaal tot Desgas, „kunnen
dc manschappen ons naar dc kar begeleiden;
één ran ben moet ons naar Galais terug
brengen. De Jood «i de vrouw kunnen mMr
ricn hoe ze thuis komen of elkaar helpen,
totdat we, als de morgen aanbreekt, iemand
naar hen laten omzien. Met loopera zullen
ze hrt niet ver brengen."
Hij gewoelde zich op dit oogenblik minder
zeker: do vermetelheid van den EngoLsch-
man had hem eenmaal een ports gespeedd,
terwijl de kortzichtigheid der soldaten cn de
tusschcukomst eener vrouw hem hrt spel h«d
doen verliezen, al had hij alle troeven nog
in handen. Als Marguerite zijn tijd niet in
btriag had gen om re, als de soldaten ren
greintje overleg luidden getoomd, als... hrt
was een hertc reeks van „als", alsl"
Het gebrul wan den Jood achter hem, die
zijp straf onderging, was een balsem voor
zijn teleurgestelde verwachtingen. Hij glim
lachte. De gedachte deed hom goed aan het
hart, dat een of ander menschel ijk wezen,
evenals hij, niet geheel en al vrede met hrt
mresebdom kon hebben.
Hij keerde zich om cn wierp oen laatston
blik op d«c eenzame kust waar de houten
hut stornd, die nu «door het maanlicht werd
beschenen.
Wordt tirroljjfd.