II*. SS».
Jaargang.
Vrijdag 19 Mei 1911.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE NEDER-R1JNERS.
«K
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f 1.00.
Idem franeo per post - 1.50.
Afzonderlijk» - 0.05.
Deze Coiu-ant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest-
dagen.
Advertentiën. mededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgena by de Uitgevers in te zenden.
Uilgevers: VALKHOFF C».
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PBUS DEK ADVERTENXIÊNi
Vui 1B r«R.U f 0.M»
Elke regel moer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents by vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bodryf bestaan zeer voordoolige bepalingen tot
het herhaald advoriteeren in dit Blad, by abonnomont. Een*
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgevingen.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien <le aanschrijving van den Commissaris der
Koningin, d.d. 15 April 1911, 4e afdeeling, no. 1808
1244, betreffende bewijsstukken voor Nederlaudsche
irbeiders in Duitschland (opgenomen in Provinciaal
blad no. 35 van dit jaar)
brengt ter kennis van ben, die voornemens rijn
to Duitschland te gaan werken,
dat het wcnschelijk is, dat zij, alvorens naar het
buitenland te vertrekken, ee nbewijs van Nederlan-
deracbap aanvrage ribij den Burgemeester hunner
woonplaats of althans eene verklaring van den Bur
gemeester meenemen, dat hel bewijs van Nederlan
derschap is aangevraagd
dal deze verklaring den naam en voornaam, zoo
mede den datum en plaats van geboorte van belang
hebbende moet bevatten;
dat in plaats van deze verklaring desnoods ook
tan dienen hetzij eene geboorteakte, hetzij een be
wijs van afschrijving uit het bevolkingsregister, hetzij
en binneniaudsch paspoort, mits op deze stukken
aam, voornamen, datum en plaats van geboorte
ermeld slaan.
Amersfoort, den 18. Mei 1911.
De Burgemeester voornoemd,
WUUTIERS.
De Burgemeester van Amersfoort brengt, ter vol
doening aan de aanschrijving van den Commissaris
der Koningin in deze provincie, d.d. 17 Mei 1911,
4e Aid., no. 2599/1751, ter kennis van belanghebben
den, dat zich in de gemeenten Zegveld, Vleuten,
Benschop eu Haarzuilens gevallen van mond- en
klauwzeer hebben voorgedaan.
Amersfoort, 18 Mei 1911.
De burgemeester voornoemd
WUIJTIliRS.
Politiek oveizicnt.
De Duitscne Kroonprins
in Petersuury.
De Duitsche Keizer veriouli mans in Lon
den eu Iegelijk hou dl ziju zoon, kroonprins
riedrich Wilhelm, verinyf te Zarskoje Seio
os gasL yau het Uusstscue nol. De aanleiding
i het eene bezoek was ite onthulling van
..~i voor de OYerleüen Koningin Victoria op
gerichte gedciikleeiven, cue toi liet andere de
vensch oiu ïvéizer Kicoiaas op zyu verjaardag
.e danken voor eene vroegere uiUioodiging,
waaraan geen gevolg kon woruen gegeven.
Toen de Duitscne kroonprins zijne reis deed
uaar Oost-Azie, had ue Czaar nem verzocht
via Siberië huiswaarts uj koeren. Maar de be-
neuten uw ue pest waren oorzaan, dat het
reisplan moest woruen veraauerd. De kroon
prins kon aan de uiuioouigmg van den Czaar
niet voldoen, intusschen veie wegen leiden
niet slechts naai* Rome, maar oox naar de
residentie van den Czaar. Ue kroonprins is
dus niet van Wiauiwosioü, maar van Berlijn
raar de Newastad geaomeu, om zijn dank
uit te drukken voor de heiu toegedacute op
lettendheden. En hij wordt daarbij verge
zeld door zijne bekoorlijke gemalin, die ais
dochter van eene Russiscüe grootvorstin in
Rusland altijd welkom is. Tevens wordt de
gelegenheid gebruikt om heden op den dag
waarop Nicolaas li zijn 4de levensjaar wol-
brengt, den Czaar de gelukwenschen van den
Duitschen Keizer over te brengen.
In Londen zijn twee kleinzonen bijeenge
komen van de Koningin, wier aandenken
men door een standbeeld heelt geëera; in
Zarskoje Selo wordt een vriendschappelijk
etikette-bezoek afgelegd. Het zijn dus pri
vate ontmoetingen van hoofschen aard. Maar
het is een belangwekkend toeval, dat deze
bezoeken gelijktijdig geschieden en daarbij
plaats hebben op een tijdstip, waarop de
bondgenoot van Rusland en intieme vriend
van Engeland aan zijne Marokkaansche poli
tiek eene steeds scherpere pointe geeft.
„De bezoeken zijn van privaten aard,
schrijft de Neue Freie Presse; maar zij
zouden niet plaats hebben als er niet eene
gunstige verandering was gekomen in de
betrekkingen. Tussohen Duitschland en zijn
buurman in het Oosten en den tegenover,
gelegen buurman in het Westen is de ver
houding nu geheel anders dan zij jarenlang
is geweest. De onderleekening van de
Duitsch-Russischc overeenkomst over den
Bagdadspoorweg staat voor de deur en zelfs
in Engeland heelt men zich geschikt in het
succes van Duitschland aan de oevers van
Euphraat en Tigris. Geheel zonder resul
taat is de afzonder ingspolit Lak initussohen
niet geweest. Zij heeft eens het gevaar van
een oorlog zeer nabij gebracht en is einde
lijk ineengestort, toen zij zich in het dichtbij
zijnde Oosten verdwaalde maar zij heelt
aan Engeland het voordeel gebracht, in
Perzië voor de Russische toekomstverwach
tingen een slagboom op te richten, in Egyp
te de Fransche protesten kwijt te worden
en daarvoor Frankrijk naar Marokko af te
leiden en zoo de verzoening met Dui'tsch-
land, waaruit eene toenadering zou kunnen
ontstaan, te bemoeielijken. De Engelsohe na
tie heelt deze politiek wel is waar met hon
derden miuioeuen voor schepenbouw be
taald, zoodat zij begint de groote kosten
moede te worden j maar nu is het hoofd
doel bereikt en Engeland kan tot eene mil
dere riolwing overgaan. De openbare mee
ning, die een tijdlang verbazend prikkelbaar
was, laat zich niet meer zoo gemakkelijk
tegen Duitschland opruien; het verlangen
naar rust en vrede wordt steeds sterker.
In Rusland heeft men bevonden, dat de af-
zonderingstijd menige teleurstelling, maar
geen winst heeft gebraoht; er is dus geen
reden om zich aan Duitschland te wrijven
en het is beter zich goed met Duitschland te
verdragen en de eigen genezing na zware
beproevingen niet door verdere nultelooze
onrust te vertragen. Rusland wil niets on
dernemen wat eene pointe tegen Duitsch
land zou kunnen hebben.
„Zoo heeft zich de ontspanning voltrok
ken, en de bezoeken in Londen en Peters
burg behooren tot de teekenen van de ver
andering ten goede. De Fransche veldtocht
valt storend in deze nieuwe phase, liet
verdrag van Atgeciras, dat aan Frankrijk is
afgedwongen en dat het doel had zijn bin
nendringen in Marokko togen te houden,
wordt schijnbaar geëerbiedigd; in werkelijk
heid niarcheeren de Franschen naar Fez.
Duitschland wil voorloopig geduldig afwach
ten hoe Frankrijk zijne politiek verder voert,
maar het heeft onlangs verklaard, dat het
builen werking brengen van hoofdbepalin
gen der akte van Algeciras aan alle mogend
heden hunne vrijheid van handelen zou te
ruggeven. De mogelijkheid van wrijvingen
is dus uitgesteld, maar n'iet opgeheven
onvoorzichtige behandeling kan altijd nog
onaangename toestanden in 't leven roe
pen. De ontmoetingen van den Duitschen
Keizer met den vriend van de republiek en
van den Duiitschen kroonprins met den
bondgenoot van de republiek, zullen mis
schien een verzachtenden invloed uitoefenen,"
Duitschland.
Berlijn, 18 Mei. Het huis van afge
vaardigden nam heden in tweede lezing het
wetsontwerp betreffende de facultatieve lijk
verbranding aan.
Zweden.
De commissie van den Zweedschen rijks
dag voor het Zweedsch-Duitsche handelsver
drag heeft een gunslig rapport uitgebracht,
Er wordt gewezen op de belangrijke conoes-
siën, die van Zweedsche zijde zijn gedaan.
Die conoessiën zijn van dien aard, dat zij in
hoofdzaak aan Duitschland het behoud van
de Zweedsche markt waarborgen on ook vol
komen opwegen tegen de offers, die van
Duitsche zijde zijn gebracht voor het behoud
van ongestoorde handelsbetrekkingen tus-
schen de beide contracterende partijen. In
tusschen is ook voor Zweden hel behoud van
ongestoorde handelsbetrekkingen van zoo ge
wichtig belang, dat niet het oog daarop de
omstandigheid kan worden voorbijgegaan,
dat op rechtmatige Zweedsche eischen in het
verdrag niet ten volle is gelei. De commissie
heeft dus de goedkeuring van het nieuwe ver
drag aanbevolen.
Italië.
Rome, 19 Mei. Het Nederlaudsche ge
zantschap met baron Sirtema van Groveslius
aan het hoofd is heden in den nacht hier
aangekomen. De begroeting had een privaat
karakter. Het gezantschap werd ontvangen
door den gezant en den consul van Neder
land en is afgestapt in het Palace-hotel.
Portugal.
Brussel, 18 Mei. „Le Peuple" zegt
uit eene ernstige bron te hebben vernomen,
dat een belangrijke royalistische samenzwe
ring tegen de Portugeesche republiek in
voorbereiding ia.
Daar de samenzweerders slechts willen
beginnen als zij zeker van hunne zaak zijn,
traenten zij een fonds bijeen te brengen tot
dekking der kosten voor eene militaire expe
ditie, die via Oporto Portugal zou binnen
dringen.
De expeditie zou uitgaan van Vigo.
De samenzwering heeft betrekkingen met
het garnizoen van Oporto.
Een gemachtigde van een gro-ep financiers,
die reeds 5 miilioen bijeen hebben gebracht,
bevindt zich thans te Brussel om daar Éiuan-
cieeie kringen te polsen. Hij biedt, voor het
geval dat de samenzwering mocht slagen,,
mijn- en spoorwegconcessiën in Portugal aan
in ruil voor de i'inancieeie hulp.
B r a g a 17 Mei. De menigte heeft den
zetel van onderscheidene godsdienstige ver
een i gin gen eu de kantoren van het katho
lieke dagblad Combate aangevallen. De ver
sieringen van verschillende huizen, die ver
licht en met vlaggen getooid waren bij ge
legenheid van het feest van het lieilige hart
werden vernield.
Te Oporto verzekerden gisteren de beman
ningen van vreemde schepen, onder bescher
ming van soldaten, den dienst op de Douro.
Rusland.
Petersburg, 18 Mei. (Petersburgsch
Telegraafagentschap). De officieele handels-
en industriecourant zet in een hoofdartikel
onder bet opschrift „De tegenwoordige
bcursconjunctuur" het volgende uiteen: l>e
haussebeweging in het bijzonder die der spe-
culatiepapiereu, beantwoordt niet aan de
veranderingen In he» maatschappelijke sa
menstel en neemt bijna uitsluitend het karak
ter aan van beursspel, zonder gelijk vroegei
op werkelijkheidsfactoren te steunen. De
snelle toename van dergelijke tendenzen, zon
der dat in de werkelijke voorwaarden voor
het beursbedrijf verandering kwam, bene
vens het langzame vooruitgaan van den cco-
uomischen toestand, heeft natuurlijk aanlei
ding gegeven tot eene verzwakking van de
kapitaalmarkt, terwijl het bedenkelijke karak
ter van bet beursspel op de Russische beur
zen en ook op die der voornaamste plaatsen
van het buitenland het onheil over vele Rus
sische waardepapieren te voorschijn roept,
hetgeen velen vrees inboezemt.
Turkije.
Salon iki, 18 Mei. In de richting van
Kolaschine hebben botsingen plaats gehad. De
rebellen vielen in een hinderlaag en verloren
12 man.
Marokko.
P a r y s, 1 8 M e i. De minister van oorlog
maakt bekend, dat een verkenningscolonne
welke van Deblon was vertrokken, is aan
gevallen door Marokkanen. Ecu kapitein zou
zijn gedood, een luitenant gewond cn tien
manschappen gedood of gewond. De vijand
is teruggeworpen.
P a r ij s, 1 8 M e i. De bladen bevatten te
legrammen uit Rabat, berichtende dat de
colonne-Brulard den Kien is gestuit op een
troep Beni liassen, die na een levendig ge
vecht weid uiteengedreven.
Drie Fransche soldaten werden gewond.
Over den nuarsch van de coionne-Brulard
zijn geenc nadere rechtstreeksolie berichten
•ontvangen. Geruchten, die liepen onder de
inboorlingen in Aikassar, wisten te verha
len, dat kolonel Brulard Maandagavond
tot Dar ben Ali gevorderd was, nadat hij
den geheelen dag met de Beni liassen en
de Beni Senmiour had moeten vechten.
in Fez is men, volgens de laatste berich
ten, in groote bezorgdheid over de komen
de gebeurtenissen. Het gepeupel wordt zcor
ongezaggelijk en toont oproerige neigingen;
hel is klaarblijkelijk bewerkt door in de
stad gekomen afgezanten van de opgestane
stammen, dio Fez ingesloten houden.
De Fransche regeering geelt zich
er blijkbaar rekenschap van, dat
hare Marokkaansche onderneming niet
zal kunnen beperkt blijven binnen
het kader, dat zij er oorspronkelijk
voor bestemde; zij maakt toebereidselen om
op het eerste verlangen van generaal Moi-
nier liein nog 10,U00 man versterking te zen
den. Misschien zal zij niet eens afwachten
totdal generaal Moinier nieuwe troepen
verlangt, maar zal zij die uit eigen bewe
ging naar Marokko zenden. Men maakt
zich niet meer de illusie, dat men eene mi
litaire wandeling naar Fez heeft onderno
men, maar erkent, dat men te doen 'heeft
met een echten oorlog tegen alle stammen
van N oord-Marokko.
Mexico.
Over de oneenigheid, die in het kamp van
de opgestane Mexicanen heeft geheerscht,
worden aan de Daily Telegraph interessante
bijzonderheden bericht. De correspondent
seint:
Juarez was den 13en Mei het tooneel van
een oproer in den opstand met dramatische
tooneelcn vau strijd en twist, woedend ge
schimp en dreigementen, waaraan de heer
Madero en generaal Orozco deelnamen. Het
geheel kreeg een sterken bijsmaak van grap«
pigheid, toen ten slotte ieder van de two*
den ander voor gevangen genomen verklaar*
de. De mannen van Madero beklaagden zich,
althans een deel van hen, over de voeding;
zij maakten de door heu benoemde voorloo-
pige regeering uit voor een jammerlijk ge
zelschap en beschuldigden haar er een goed
leven van te nemen op kosten van de strij«
ders. Generaal Orozco ligt met icdcreei
overhoop, sedert uvcu den jongen Peppino
Garibaldi en niet hem de verdienste heeft
toegekend van de iiuieming van Juarez. lijf
bedreigde generaal Madero met den revol»
ver, eu generaal Villa, een voormalig bendei
hoofd, was met 150 van Madero's dapperst!
strijders getuige van deze woordenwisseling»
Orozco's hoofdbezwaar legen de mannen van
de voorloopige regecring schijnt hierin te be*
slaan, dat uien hem niet tot minister van
oorlog had gemaakt. Daarvan sprak hij In
tusschen niet, maar hij schold de geheeld
regeering uit voor eene bende roofzieke
schurken. Generaal Madero legde hiertegen
over een echt Spaanschou hoogmoed aan den
dag. Ongewapend, maar kalm en onver
schrokken sprak hij op mildcu toon tot den
vergramden Orozco, verzekerde hem, dal
hij een slecht offer van misleiding was, en
nam ten slotte den woedenden man vast bij
den arm en bracht hem naar de trappen van
hek stadhuis, waar soldaten met geweren
stonden, door elkaar roepende Viva Madero!
Viva Orozco. Nog anderen riepen: Vivt
Villal Generaal Madero gebood deze bont
samengeraapte schaar te zwijgen en sprak
daarop mei luid klinkende slem: „Mexica
nen! Ik heb aan den weg van uwe vrijheid
gewaakt en samen ziju wij uit de slavernij
tot het morgenrood van betere tijden opge*
staan. Wij hebben samen gestreden en me
nige overwinning bevochten. Ik hecht slechts
in zóó verre waarde aan het leven, als ik
kan offeren op hel altaar om de no oden eu
behoeften van ons volk. Wanneer gij meent,
dat de dagen voorbij zijn, waarop ik nut kan
doen, dan wil ik mij hier op de plaats, waar
ik sta, doodschieten. Zoolang ik echter hid
sta, ben ik uw aanvoerder. En ik vraag u,
kameraden: Wie zal uw aanvoerder zijn,
Orozco of Madero?" Meegesleept door Made.
ros aangeboren welsprekendheid hij is eea
bijna even groot meester van het woord all
van den guerilla-oorlog riepen de solda<
ten nagenoeg eenstemming: Madero! Made*
rol Viva Madero!" Generaul Orozco boog liel
hoofd voor deze opwelling van hel krijgs
volk, hij keek een oogenblik tamelijk ver
bluft, maar stak toeu plotseling zijn rechter
arm omhoog cn riep: „Ook ik ben voor Ma
dero. Laat ons weer broeders zijn!" Daarna
omhelsde Orozco voor al liet volk zijn aan*
voerder, eu er klonken algemeen juich- eu
bijvalskreten.
Generaal Villa, de woeste bandietenhoofd'
man, was echter niet zoo spoedig tot red!
gebracht. Hij en andere Maderistcn hadden
een onstuimig verlangen om generaal Navar
ro, den aanvoerder van de regeeringstroc-
pen, bij de inneming van Juarez op te knoo-
pen. Navarro moet namelijk, zooals wordt
beweerd, hebben toegestaan, dat gewond!
opstandelingen met de bajonet werden afgo*
maakt. Zelf heeft hij dat steeds met de meeste
beslistheid ontkend. Over dit geval werd
binnen in het raadhuis, waarheen Madero,
Orozco en Villa zich hadden teruggetrokken,
raad gehouden en op nieuw hevig gestro»
57 AM
RUDOLF HERZOG.
o—
Een kreet steeg in hem op, en bij sloeg
zich met de gebalde vuist op den mond,
Dm dien te onderdrukken. Met verschrikte
oogen keek hij om zich heen of een der
voorbij gangers hem misschien ooik bespied
had. Hoe erbarmelijk, lioe jammerlijk er
barmelijk was dat alles, wat hij beleefd
had! Niet alleen vandaag, neen, neen, al
die dagen, weken, maanden lang! Zijn oogen
werden nu wonderlijk helderziend. Hon-
derd kleine bizonderheden kwamen hem nn
ln de gedachten; dingen, die hij genomen
had, zouals ze kwamen, dikwijls om de
leere stemming niet te verstoren, kussen, die
hij gekust ha-u, ofschoon zijn gesrst nog toor
nig was over de oppervlakkigheden en on
vriendelijkheden van de wouw, die hij
kuste. Haar dienaar, mijn waarde, haar
dienaarDat was de steeds terugkce-
rende eindconclusiehij had den die-
naai gespeeld!
Hij verhaastte zijn pas. Hij begon de
itraten door te snellen, om zijn woning te
bereiken.
Nu klonk men zeker In het huis aan den
Kurfürstendamm. Misschien bracht nu de
oude diplomatiek geschoolde Excellentie
Aen dronk uit od het bruidspaar. En ginds,
in een hoekje van hot salon, besprak men
(meesmuilend zijn spoedigen aftocht. Hij
zag ze zoo duidelijk voor zidh, die vrien
denschaar, waarvan niemand hem lijden
mocht en waarvan hij eveneens niemand
had kunnen uitstaan; hoe ze glimlachten
met stil leedvermaak en een tikje medelij
den. Alleen ter wille van Bettina had hij
steeds hun gezelschap verdragen, om Bet
tina, die zoo lief kon bedelen, zoo vurig
kon overreden, zoo lachend elke tegenwer
ping opzij wist te schuiven. Het werd sche
muring rondom hem en liij was weer bij
haar. Ze leunde met haar buigzame ge
stalte tegen hem aan en streelde zijn haar;
cn telkens, als hij haar wilde kussen, boog
ze het hoofd terug; en als hij zich beleedigd
ook terug wilde trekken, overlaadde ze
hem imet kussen. Hij kon niet meer den
kenhij voehle slechts haar wceke ge
stalte en haar heete lippen
Zijn gelaatstrekken vertrokken als van
lichamelijke pijn. Had hij dan alle gevoel
van eigenwaarde verloren, dat hij nu Jiog,
na helgeeu hij zooeven beleefd (had, zwel
gen kon in herinneringen?
„Maar," gaf hij ziclszelf ten antwoord,
„dat is toch geen zoet zwelgen, dat is een
bitter zwelgen, dat is haat, (woede, walging.
Dal is de ironie," lachte bij, ,,-de ironie van
mijn leven!"
En hdj sprak met zichzelf en vond geen
woorden genoeg om ziohzelf te verootmoe
digen en weer aan te moedigen.
Toen vloekte hij. Het was de eerste maal
•dat hij vloekte, en hij meende zich daar
mee te treffen. Telkeas en telkens weer
stootte hij het woord uit, maar het ver
luchtte hem niet.
De gasten zouden dien avond natuurlijk
vroeger heengaan dan anders. Alleen die
eene, de prins, zou nog een oogeniblik aar
zelen, om afzonderlijk afscheid te kunnen
nemen. Die bespottelijke, grootdoenerige,
nietswaardige prins! Wat hij bezeten had
renpaarden, vrouwen en honden; wat hij
nooit bezeten had: geest en verstand; wat
hij nog bezat: sohulden en nog eens schul
den dat was de slotsom. Er bleef niets
anders over.
„Groote genade!" barstte Steinherr los,
„waarom veroordeel ik dien man toch?"
Doch weer voerde hem zijn verbeelding
naar Bettina's ihuis.
De gasten waren vertrokken; aarzelend
wachtte de prins, den hoed in de hand. Nu
bracht hij met onnavolgbare hoffelijkheid
haar hand aan «z-ijn lippen. „Wie was toch
die onmogelijke man, die het noodig vond
zich zoo woniderlijk te gedragen?!" En
glimlachend antwoordde ze: „Mijn heme,.,
een dichter. Hij toonde vandaag slechte
manieren. Die zullen wij hem wel afleeren,
niet waar, mijn George? Goeden nacht
Hel zweet stond hem op het voorhoofd.
Hij balde/ de vuisten en schudde heftig
mst het hoofd. Dat was todh waanzin,
loutere waanzin, zulk een zelfmarteling!
Hier was slechts sprake van één ding:
„Verachting!" Maar dat was gemakkelijk
gezegd. Wat zou die beide menschen zijn
verachting kunnen sohelenl Lachen zouden
ze om hem, Lachen!
Ildj opende de oogen wijd, maar in en om
zich zag hij slechts een leegc ruimte.
Mis ik dan Iets, vroeg hij zich spottend
af. Bestond er dan werkelijk wel iets, dat
it« moeite waard geweest zou zijn, om het
te laten omroepen als het verloren was ge
raakt? Liefde? Die izou niet razen en be
schimpen. Voor een onnoozelen duit eer
zucht was er verloren gegaan, en daarmee
meteen een restje beschimmelde voornaam
heid I
Hans stond voor zijn woning. Pas negen
uurHoe zou de avond omkomen?
Hij stak licht op en zonk neer in zijn
stoel, doodmoe, totaal verslagen. Zijn ar
men hingen slap neer langs de leuningen.
Mal dwaalde zijn blik rond in de kamer.
Alles alles was hetzelfde gebleven, alleen
hij was een vreemde geworden.
Wat nu?
Hij glimlachte ironisch.
Wal nu? Dat klinkt, a'lsof Ik reeds iets
volbracht heb. Ik hdb het leven tot niets
gediend, en het leven heeft mij lot niets ge
diend. Juist. Wij hebben elkander niets te
verwijten..
Zijn blik viel op liet omgokeende portret
van Bettina.
Langzaam stond hij op, nam het van de
schrijftafel en bekeek (het zeer aandachtig.
Nu had hij die oogen tot in de zied ge
zien, nu vestigden zijn blikken zich op d-n
mond. Zijn handen begonnen te beven, he
viger cn heviger, tot hij met een woesten
ruk het portret greep om het te verscheu
ren. Doch hij deed (het niet. Hdj wierp het
op de tafel en klemde de lippen op elkan
der. Zijn oogen brandden. Waarom tdit
alles? Waarom toch? Wat was dan het doel
ervan?
Hij wilde de lamp wat ncerdraaien, toen
hij een kaartje ontdekte op zijn schrijftafel.
Werktuigelijk nam hij het op en las: *IIeln-
rich von Springe."
En daaronder stond„Ik zal om tien uur
n >3 eens mijn geluk beproeven."
Hans Steinherr legde het kaartje weer op
de tafel, en draaide de lamp lager.
„Geluk beproeven?"dadhl hij. „Daar
zal baj mij wol geen sprake van rijn. Ge
luk beproeven!"
Hij liet zich weer in rijn et oei zinken, en
gedachten en herin neringen bestormden
hem, cn telkens weer prevelden zijn lip
pen: „Uit is het, uit, uUI"
Er was aan de deur geklopt. Nu werd
er weer geklopt en do deur geopend. Op
den drempel stond «en man en tuurde ln
de halfduistere kamer.
„Hansvroeg een stem, dio hem
wonderlijk bekend toescheen.
Hij maakte een beweging, die zijn aanwe
zigheid verried. Meteen stond rijn bezoeker
voor hem.
„Hans, oude jongen, wat ls bet lang gele
den, dat we elkander zagen. Je moedel
laat je groeten."
Hij antwoordde niet. Alloen de handen
hield hij vast, die Springe hem had tocge*
stoken.
„Hans, is het je oog altijd onaangenaam
me terug te zien? Ik dacht, dat we toch 9*1
dort dien tijd mannen geworden waren!"
„Zeker, zeker! Neem me mijn schijnbar!
onverschilligheid niet kwalijk. Maar g*
toch ritten."
Wordt vervolgd.