3
om ik dit doen zal, heb ik in de vorige verga
dering reeds uitgelegd en de wethouder voor
het ouderwijs heeft thans duidelijk aangege
ven, waarom dit een gemeentebelang is. Dat
een voetpad hier niets zal geven, is, dunkt mij,
duidelijk genoeg. Mei één regenbuitje is een
voetpad op een modderigen weg weer een
modderige weg. Op dien weg wordt gereden
en het voetpad zal in een oogenblik kapot ge
reden zijn. Willen wij den weg verbeteren, la
ten wij het dan goed doen en dan is er geen
andere oplossing dan het maken van een bree-
den straatweg.
De heer van D u i n e n. Mijnheer de Voor
zitter. Ik wil graag, zij hel dan in het kort,
hier even behandelen het ingezonden stuk in
een van de bladen van den heer P. II. van
Hasclen. Wanneer iemand zich opwerpt om
het publiek voor te lichten, dan moet hij zor
gen dat alle gegevens en argumenten die hij
aanvoert, juist zijn; en hel is nu juist mijn
grootc bezwaar dat dit in dit stuk niet het ge
val is. De schrijver 'zegt dal heden door den
Raad zal worden uitgemaakt, of de Raad bil
lijk wil zijn tegenover alle grondeigenaars dan
wel een groole onbillijkheid wil begaan ten
opzichte van enkelen. Mijnheer de Voorzitter,
wanneer de heer van Ilaselen beter gelezen
had hel advies van Burgemeester en Wethou
ders, dan had hij gezien dat de minderheid
juist wel degelijk een gemeentebelang op het
oog heeft, dat hier geen sprake is van het be
lang van enkelen, maar van het belang van
het algemeen.
Dan zegt hij verder, dat iemand die aan den
weg heeft gebouwd, vroeger wel wist dat dit
een zandweg was en den weg maar moet ne
men zooals hij is. Mijnheer de Voorzitter, dat
- is ook niet vol te houden, Svanl zij die er ge
bouwd hebben, hebben indertijd bij hun aan
vraag aangeboden den grond kosteloos af te
staan en een vierde in de kosten van verhar
ding bij te dragen, zooals dit te doen gebrui
kelijk is. Over deze zaak is wel degelijk ge
sproken, maar dit is afgestuit op den onwil
van enkele eigenaars en het gaal volstrekt
niet aan, hier in de courant te zeggen dat die
menschen dan maar niet aan dien weg had
den moeten bouwen. Dit is dus ook al voldoen
de weerlegd.
Dan komt de schrijver mei een voorbeeld
van het boomen-rooien, dat bier ten «enen
male niet in aanmerking kan komen. Laten
wij aannemen dat werkelijk last werd veroor
zaakt door het rooien van boomen wat ik
niet kan aannemen dan staat daar toch te
genover de lust van zeer velen en dit stand
punt gaal dus ook niet op.
Alles bijeengenomen kan ik mij volkomen
verecnigen met het voorstel van den wethou
der, die de minderheid heeft uitgemaakt.
Wanneer .wij nagaan dat in de Katholieke
kerk des winters 's ochtends reeds om vijf uur
dienst is en om zeven uur de tweede dienst en
dat de menschen die in het donker van het
Lomkwartier komen, die kerk niet anders
kunnen bereiken dan langs dien vuilen mod
derigen weg, waar zij niets kunnen zien; wan
neer wij nagaan dat aan den anderen kant
staat het evangelisatie-gebouw, dat gemeen
lijk gebruikt wordt vooral op winteravonden
als ik mij wel herinner is indertijd bij de
oproeping lot hel inzamelen van giften, ver
meld dal dit gebouw voornamelijk gesticht is
voor hen, die in de verschillende wijken aan
den Soesterweg wonen dan geloof ik dat
hier wel degelijk een algemeen belang in het
spel is en vap het bcvoordeelen van enkele
eigenaars volstrekt geen sprake kan zijn.
Ik zal dus meegaan met het voorstel van
den wethouder Rij kens.
De wethouder K a m. Mijnheer de Voorzit
ter. Er is al sedert 1900, gewijzigd in 190§ en
1907, met heel veel zorg een verordening ge
maakt, houdende bepalingen voor overdracht
aan de gemeente van verkeerswegen, terrei
nen, enz. Die verordening heeft tot heden toe
wezenlijk goed gewerkt en daarin is vastge
steld, dat, wanneer particuliere wegen ver
hard en van rioleering, gas- en waterleiding
voorzien werden, dit zou geschieden op kosten
van de aanvragers. Deze verordening heeft
tol heden toe wezenlijk goed gewerkt en daar
in is vastgesteld, dat particuliere wegen op
kosten van de aanvragers werden verhard en
voorzien van rioleering, gas- en waterleiding;
en om nu in dit geval die verordening maar
uit l.e schakelen, gaat toch niet aan! Aan een
dergelijk voorstel kan ik onmogelijk mijn stem
geven. Gaan wij op die wijze door, dan zal dit,
wanneer na verloop van eenige jaren tal van
andere wegen in dezelfde conditie komen, de
gemeente heel veel geld kosten. Dit beginsel
wordt hier totaal verzaakt en ik kan den hee-
ren niet genoeg op het hart binden, dit begin
sel te handhaven. Ik ben meegegaan met bet
voorstel om' hier een voetpad aan te leggen,
ten einde nog eenige verbetering aan te bren
gen en toch hel beginsel niet aan te tasten.
De heer J o r i s s e n. Mijnheer de Voorzitter.
Ik geloof dat het straks nog zoo ver zal komen
dat de heer Kaïn voor het voorstel van den
heer Rijkens zal stemmen. Wat de heer 'Kam
daar voorleest erkent de juistheid van de re
deneering van den heer Rijkens. Ilij leest voor
wat er gedaan moet worden wanneer er. par
ticuliere belangen in het spel zijn bij de over
dracht van wegen; dan helpt de Gemeente
niet. Maar hier geldt het 't algemeen belang,
hel gemeentebelang. Als de heer Kam in deze
zaak het algemeen belang goed inziet, dan
moet hij het volkomen eens zijn met den heer
Rijkens. Wal de heer Kam voorleest heeft hee-
lemaal geen betrekking hierop; dat heeft be
trekking op de overdracht van particulieren
grond in hun eigen belang.
De heer R ij k e n s. Mijnheer de Voorzitter,
mag ik even antwoorden op hetgeen de heer
Kam gezegd heeft. Ilij heeft gewezen op de
mooie verordening die wij hier hebben, een
verordening, die zeer zorgvuldig in elkaar ge
zel is en waarvan wij niet moeten afwijken.
In het algemeen ben ik dat natuurlijk met
hem eens, maar w ij hebben geen verordening
om ons zelf een strop dm te doen. In art. 1'2
staat: Dc Gemeenteraad kan in ieder geval
zoodanige afwijking van het in art. 3—11 be
paalde, vaststellen, als hij met het oog op bij
zondere omstandigheden wenschelijk oor
deelt. En wanneer dat het geval is, zie ik niet
in waarom de Raad er in deze niet van zou
kunnen afwijken.
De heer van Duinen. Mijnheer de Voor
zitter. Er wordt hier gesproken van bijzondere
omstandigheden. Mij dunkt, door den heer
Rijkens en door mij is uitvoerig aangetoond,
dat die wcrkeljjk aanwezig zijn. Wat zijn an
ders bijzondere omstandigheden, wanneer als
zoodanig niet mogen gelden, dat hier twee
kerken en vier scholen in de onmiddellijke
nabijheid zijn? Dit is een bijzonder geval,
waarin de Raad van den regel mag afwijken.
De wethouder v a n E s v e 1 d. Mijnheer dc
Voorzitter. Wij welen allen zeker, dat, wan
neer een weg wordt aangelegd, de aanwonen-
den hun bezitting enorm zien stijgen in waar
de en wanneer de Gemeente dan een verbete
ring wil aanbrengen, dan is het niet onbillijk,
dal de gemeente daarbij rekent op de mede
werking van dc omwonenden, die daar zoo
veel voordeel van trekken; maar hier hebben
Wij eer tegenwerking dan medewerking on
dervonden. Een uitzondering moet ik maken
voor de he eren regenten van het Capittel van
St. Joris, die bereid waren een bijdrage te of
feren.
(Een stem: Die zijn toch rijk!)
Dat doet er niets toe: Zij waren de èenigen
en daarom wil Ik ze hier noemen. Alle overige
aanliggenden hebben er zich geheel van af
gemaakt. De loop van de discussie hier heeft
den menschen de zekerheid gegeven, dat de
weg er toch wel komt. De hceren hebben zich
daar te direct over uitgelaten.
De meerderheid van het dagelijksch bestuur
heeft ook overwogen, wat hier het gemeente
belang eischt en nu geloof ik niet dat het ge
meentebelang hier een volledigen weg eischL
wagens en karren, die de gemeenschap
tusscben het Soester-kwartier en het Eem-
kwartier moeten bewerkstelligen, kunnen dat
geheel doen langs den Soesterweg, die geheel
parallel loopt met de Puntenburgerlaan. Wat
wel een gemeentebelang is, dat is het tege
moetkomen van de bezoekers van kerken en
scholen en voor deze kan men volstaan met
een voetpad. Dit zal maar 2000 kosten, Ier-
wijl een volledige weg, die ni. i. niet noodig is,
00 zal kosten. Daarom vind ik het nog wel
eens de overdenking waard, of de gemeente
voor iets, dat niet strikt noodig is en dat later
toch altijd nog kan geschieden, zich die meer
dere uitgave van f 6U0U mag getroosten.
Mijnheer de Voorzitter, wij hebben in de
laatste zittingen al heel wal duizenden gevo
teerd en er moeten in de toekomst nog heel
wat duizenden komen. Lr zal heel wat van
onze financiën worden gevergd. Daarom wil ik
den hecren op het hart drukken niet meer uit
te geven dan strikt noodig is. Ik heb de vaste
overtuiging dat met een voetpad aan alle' be
zwaren wordt tegemoet gekomen.
De heer Kroes. Mijnheer de Voorzitter!
I 'l egen de woorden van den geachten wethou
der moet ik met alle kracht protesteeren. Ilij
beeft gezegd, dat alleen het Capittel \an St.
Joris mede wilde werken lot verbetering van
den weg, maar ik geloof dat hij het R.-K.
Pensionaat in de allereerste plaats had moe
ten noemen. Vroeger jaren is het Pensionnaat
gevraagd, of het grond wilde afslaan en in
de kosten wilde bijdragen en bet was direct
bereid, dit te doen. De reden, waarom dit
thans niet is geschied, behoeven wij hier niet
te onderzoeken, maar toen is de toezegging
gedaan.
(De wethouder van Es veld. Maar nu
niet!)
Neen, nu in geen geval; daar waren redenen
voor en die heb ik in een vorige vergadering
gezegd. Ook heeft het Pensionnaat niet ge
bouwd aan den Soesterweg maar aan de Wit-
Loosstraat l!U aan de Borstraat. Ik wil Burge
meester en Wethouders er nu geen verwijt
van maken, maar er is aan een bouwonderne
mer toegestaan te bouwen aan een niet-ver-
hardeu weg. Die fout kennen wij allemaal; dit
is geschied. Welke motieven hebben er toe
geleid, dal toe te staan? Wanijeer er hier ge
sproken wordt van onrechtvaardigheid, dan
wil ik zeggen, dat het juist een groote onrecht
vaardigheid zou zijn. wanneer die weg niet
werd verhard. Hel gedeelte van den Spoor
weg tot de school is reeds verhard op kosten
van de Gemeente en de aanliggende eige
naars hebben daarvoor niets betaald. Waarom
is dat geschied? Juist om toegang te geven lot
de school.
(De wethouder van Es veld. Dal gebeur
de vóór de verordening!)
Dat doet er niets toe. Burgemeester en Wet
houders kunnen van de verordening afwijken,
wanneer het een gemeentebelang betreft en
wij begaan een groote onrechtvaardigheid,
wanneer wij niet doen, wat de minderheid
van het dagelijksch bestuur voorstelt.
Het voorstel van den wethouder Rijkens
wordt aangenomen met 16 tegen 2 stemmen;
die van de wethouders van Esvcld en Kam.
18o. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders naar aanleiding van een adres van de
liriua Jacobs efi Engels te Lensden tot aanslui
ting aan het gemeenteriool (Afd. I no. 407)
De heer Joris sen. Mijnheer de Voorzit
ter. ik zou graag een vraag willen doen. Wordt
die slechte toestand van den Leusderweg niet
veroorzaakt door het water dal van die ra-
brieken naar den Leusderweg loopt?
Deze firma wil zelf dc kosten dragen; men
weet niet wat later in het riool zal komen. Zou
er nu bezwaar tegen zijn, het verzoek Van de
ze firma toe te staan onder beding dal ook an
deren, die op het riool willen uitwateren, la
ter in de kosten zullen bijdragen.
Dc wethouder K a m. Mijnheer de Voorzit
ter. De geachte spreker vraagt, of het water
uit de fabrieken op den Leusderweg komt. Dit
is niet het geval. Dat het waschwater uit het
riool zou worden gevoerd naar:den Leusder
weg, zou ik een zeer gevaarlijken toestand ach-