94
De toenmalige Regeering van Amersfoort schonk Leenaert
Nicaes voor het blusschen van den brand eene belooning van
50, kende hem een jaarlijksch pensioen toe van datzelfde
bedragen verzekerde daarenboven zijnen zoon de opvolging
in diens vaders betrekking van stads-timmermanzooals blijkt
uit onderstaand beslnit.
»De Regeerders der stadt Amersfoort in achtinge nemende de
Dgoede devoiren ende getrouwe diensten op den 7eh deser bij
»Mr. Leenaert Nicaziusdeser stadtstimmermangedaen int
Bwtblussen van den brandt tenselven dage ontstaan in den
»toorn van de L. Vrouwe Cappellebebben den voornoem-
»den Leenaert Nicazius tot recompense van dyen, boven een
»vereeringe van vijftich car. guldens, voor een nijeuw kleedt,
jnoch toegevoecht een lijlfpensioen van gelijcke vijftich gulden
siaarlicxwaarvan het ieiaer verschenen ende omgecomen sail
Swesen den 7en Pebruarij des aenstaende iaers 1652, ende soo
»voort van jaere tot jaere zijn leven langh geduyrende.
»Ordonnerende den Cameraer in der tydt de voorsch. somme
»alle jaer precys op den voors. verschijn dag te betalen. Ver-
»lenende daerbeneven ten behoeve van Nicazius Leenaerts sijnen
»soon acte van survivance tot deses stadts timmerman in plaetse
»van sijn voornoemde vader.
)>Actum den 24en Pebruarij 1651."
Bit pensioen schijnt zeer kort te zijn genoten, altans volgens de
overlevering stierf Nicaes weinig tijds na het blusschen van den brand
aan de gevolgen van daarbij bekoinen wonden.
