31
Vie Grondslag: (Rijwielen).
De belasling wordt geheven wegens het houden van rijwielen,
die op den openbaren weg worden bereden, en bedraagt jaarlijks
voor ieder rijwiel, ingericht voor een persoon f t en ingerieht
voor meer dan een persoon f 4. Wegens rijwielen die telkens
voor korter tijdvak dan 21 dagen aan anderen ten gebruike wor
den afgestaan, of gebezigd worden voor het geven van onderricht,
een en ander door personen tot wier bedrijf zulks behoort: voor
ieder rijwiel f 1.50. Wegens de rijwielen die geregeld gebruikt
worden om voor winkelnering bestellingen optenemen of waren
te bezorgen: voor ieder rijwiel f 1.—Voor de belasting, door
een minderjarige versehuldigd, is zijn wettelijke vertegenwoor-
diger aansprakelijk.
Bij aanvang van belastingplichtigheid of verhooging na 30 Juni
wordt de aanslag over een shalfjaar" opgelegd.
Geene of verminderde belasting is versehuldigd in de gevallen
bedoeld hij 3 en 4 van art. 1 der wet.
Vermogens-belasting.
Geene belasting is versehuldigd, indien de waarde van het
vermogen minder dan f 13.000 bedraagt.
Voor f 13.000 is versehuldigd ft. Voor/114.000 is versehuldigd
f4. Voor fl5.000 tot /'20.000, is versehuldigd f 1,25 voor elke
geheele som van flOOO waarmede zij het bedrag van fl0-00°te
boven gaat. Is zij grooter dan 200.000, zoo is een vast bedrag
van f237.50 versehuldigd, benevens ft voor elke geheele som
van f 1000, waarmede de waarde van het vermogen het bedrag
van f 200.000 te boven gaat.
Belasting op bedrijfs- en andere inkomsten.
Deze belasting bedraagt:
A. voor binnen het Rijk wonenden, niet in de vermogens-
belasting aangeslagen
Wanneer de zuivere inkomsten bedragen 650 tot f 700: f 1,
f 700 tot f 750: ft-, voorts 75 cents voor elke f 50 tot fl500,
en voor elke fl00 meer ft boven de vaste som van f 14.
B. Voor in de vermogensbelasting aangeslagenen naar een
belastbaar vermogen van f 13.000 of f 14.000:
Wanneer de zuivere inkomsten bedragen 250 tot ben. /"300;
ft-, voorts 75 cents voor elke f50 tot f 1050, en voor elke f 100
meer ft boven de vaste som van f 14.