LAGER ONDERWIJS.
Amersfoort behoort tot de Inspectie Hilversum.
Inspecteur: F. Eringa,Melkpad23,Hilversum; Schoolopziener: J. C.Stoett.
Commissie van Toezicht: Mevr. Erkelens—Wijsmuller en mevr. van
Mechelen Vlaming, als ouders van in de gemeente op een openbare
lagere school ingeschreven leerlingenF. Boerwinkel en A. M. A. Schuts als
ouders van in de gemeente op eene bijzondere lagere school ingeschreven
leerlingen; P. Keete en T. Boer als meerderjarige onderwijzers der open-
bare lagere school in deze gemeenteP. J. v. Buytenen en C. Everaars als
meerderjarige onderwijzers der bijzondere lagere scholen in de gemeente;
Mevr. Huslage Van der Pol en Mej. C. J. ten Bosch voor de twee
plaatsen van de overige meerderjarige inwoners der gemeente.
Voorzitter: P. Keete.
Secretaris: J. G. van Dreumel, Raadhuis, Kamer No. 8.
Commissie tot wering van SchoolverzuimA. Veen, Voorzitter; J. P.
van Buijtenen, Secretaris.
De gemeentelijke lagere scholen voor dag-onderwijs zijn naar den om-
vang en de strekking van haar onderwijs te onderscheiden in drie
soorten, genoemd:
a. scholen voor gewoon lager onderwijs;
b. het centraal 7e en 8e leerjaar;
c. scholen voor uitgebreid lager onderwijs.
Op de scholen voor gewoon lager onderwijs wordt onderwijs gegeven
in de gewone vakken en in handenarbeid.
Het centraal 7e en 8e leerjaar bestaat uit een leergang van twee jaren,
welke aansluit bij dien van de scholen voor gewoon lager onderwijs.
In die school wordt onderwijs gegeven in dezelfde vakken als op de
gewone lagere scholen en bovendien in wiskunde.
Tot het centraal 7e en 8e leerjaar worden toegelaten de leerlingen die
zes jaren van een openbare of bijzondere school met vrucht hebben
doorloopen.
De scholen voor uitgebreid lager onderwijs bestaan uit een leergang van
4 jaren, welke aansluit aan het zesde leerjaar eener school voor gewoon
lager onderwijs. In deze scholen wordt ook onderwijs gegeven inFransch,
Duitsch, Engelsch, wiskunde, handelskennis, algemeene geschiedenis en
fraaie handwerken voor meisjes.
Tot de school voor U. L. O. kunnen worden toegelaten de leerlingen,
die krachtens de schriftelijke verklaring van het hoofd der school zes
leerjaren van eene openbare of bijzondere school met vrucht doorloopen
hebben.
Op een of meer der scholen voor gewoon lager onderwijs worden uit-
sluitend meisjes toegelaten.
De plaatsing der leerlingen aan de scholen voor gewoon lager onderwijs
geschiedt in dier voege, dat;
1. per school zooveel mogelijk minstens 180 leerlingen en per klas
hoogstens 36 leerlingen worden toegelaten;
2. de school zooveel mogelijk in de nabijheid der woning ligt.
Een en ander behoudens bijzondere omstandigheden, ter beoordeeling
van Burgemeester en Wethouders.
De toelating van nieuwe leerlingen geschiedt op 1 September. De tijd
van aangifte wordt in de plaatselijke bladen bekend gemaakt. Deze moet
geschieden ten Raadhuize, Kamer No. 8.
De hoofden der scholen zijn in den regel een kwartier voor elken school-
tijd te spreken.
10