„DE EEMLANDER".
Dinsdag 25 Februari 1913.
BUITENLAND^
FEUILLETON.
Jonge Liefde.
N° 238
H1" Jaargang,
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f
Idem franco per post - 1.50.
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO.
Afzonderlijke nummers <M>5»
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie»
advertenties on berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERT ENTIËN:
Van 15 regels.. O.BO»
Elke regel moor
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling,
Groote lettors naar pl mtsruimte.
Voor handol on bodrijt bestaan zoor voordoeligo bopalingea
tot het herhaald advertoeron in dit Blad, bij abonnement»
Eeno circulaire, bovatteudo de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Is de lieer Gerritsen
vrijzinnig; t
De onlangs g< houden ledenvergadering
van de kieeveréeniigitirg Gemeentebelang,
waarvan wij dezer dagen» het ons vanwege
het bestuur gezonden communique plaatsten,
heelt voor den- komenden verkiezingsstrijd
talrijke zeer nuUligo gegevens verschaiflt, te
talrijk oan ze all'e in één opstel te bespreken
of zelfs maar aan le slippen.
Wij willen ons in dit artikel bepalen tol
den totaal-indrink yimi die vergadering en
later zal de gelegenheid zioh wel voordoen
meer in het. bijzonder op de verschillende
punten, welk© daar besproken zijn, terug te
komen.
'n Heele redka van grieven van zeer uiit-
eenloopenden aard blijken door de tcgen-
partijders ajanjgevoerd te worden om de vrij
zinnigheid van den heer Gerritsen, die de
zen" zomer periodiek als raadslid moet af
treden, in verdenking te brengen. Die grie
ven zijn alle onder oogen gezien, nauwkeu
rig van alle kanten bekeken, gewikt en ge
wogen, gewend en gekeerd. En met welk
resultaat? Dat alle aanwezigen het er over
eens waren, dat het „zondenregisler" van. het
aftredende raadslid beslaat uit oen groot aan
tal breed uitgemeten, opgeblazen fei'tcn, on
derwerpen betreffend, waarover de vrijzin
nige kiezers het zelf niet met elkaar eens
zijn en waarbij het aan vrijzinnig© mannen
dus volkomen vrij staat, en moot vrijstaan, te
stemmen haar hun eigen geweten, zonder bij
het kiezen van hun stand pant te vragen, wat
de meerderheid der vrijzinnige kiezers wel
het li eist zoiu vóllen. Ikt zijn niui de beste
raadsleden, die zich steeds wringen naar de
wensohen van degenen, die hen afvaardigen.
Zij, die de vrijzinnigheid van den heer
Gerritsen iin IwijJeJ brengen, zulle-n zelf toch
wel zóó vrijzinnig zi.n, dat zij op punten,
waarop onder de vrijzinnigen geen commu
nis opinio bestaat, een ieder willen vrijlaten
in z'n meening. Noch de Amersfoortsohe
aiCdeclairg van den Vrijz. Dem. Bond, noch
de leden van. Amersfoort's Belang zullen zich
willen aanmatigen), dat zij de politieke wijs
heid' in pacht hebben ©n dc eenig-ware, al
leenzaligmakende vrijzinnigheid bezitten.
Ho© onze persoonlijk© meenin.g moge zijn
over enkele der ter vergadering besproken
quSesties, deze overtuiging heeft zioh bij ons
gevormd, dat de vrijzinnige raadsfractie in
het algemeen en de hoer Gerritsen in het bij
zonder nooit anti-vrijzinnig gehandeld heeft
i.i gevallen, waarin verschil van meening
J.er de vrijzinnigen bestond, steeds, mis
kien» niet de meerderheid, maar toch 'n
^lerke minderheid van onverdachte vrijzin
nigen achter zich had.
Afgezien dus van de verdere positieve ge
gevens, welke later le pas zullen komen,
heeft de jongste vergadering van Gemeente
belang dit groote, zij het ook negatieve re-
suitaat gehad, dat voor de conclusie, als zou
de raadsfractie, als welker leider de heer
Gerritsen beschouwd wordt, opgehouden
hebben vrijzinnig Le zijn., geen ehkel argu
ment steekhoudend bevonden is.
Van 'n p.olitiieke bekeering van den heer
Gerritsen tc spreken, het kaai slechts opko
men in het warhoofd van een in verkiezings
koorts ijlende.
Het „zondennegister" van het aftredend
raadslid komt das hierop neer, dat hij in
gevallen, waarin de meeningen der vrijzin
nigen Hij teen loepen» naar eigen inzicht ge
stemd en gehandeld heeft, 'n „zonde", welke
zelfs onder de clericadcn niet als politieke
doodzonde beschouwd zal worden.
Stellen wij nu eens hiertegenover den sltaat
van dienst van ditzelfde raadslid*
De grootste verdienste van den heer Ger
ritsen is ongetwijfeld te vinden in z'n on
vermoeid strijden voor de economisch zwak
keren. Waf de arbeider in Amersfoort aan
den heer Gerritsen, le danken heeft, het zou
eenige kranten vullen, zoo wij dit alles uit
voerig wenschten op tie sommen. Was de
groote grief van het thans langzamerhand
uitgestorven clubje ouderwelsche conserva
tieven teigen den heer Gerritsen niet juist
deze, dat hij te veel volksman was en te zeer
de belangen der arbeiders najoeg.
Wat hij zelf als werkgever voor z'n eigen
personeel gedaan heeft, onder welke buiten
gemeen gunstige condities zijiru arbedlders
steeds werkten, moet natuurlijk uit dezen
staat van dienst, welke slechts zaken van al
gemeen belang bevat, onvermeld blijven.
Maar wel zal door d'en arbeider zelf hierop
niet gulden letters geschreven worden, dat
de heer Geriilsen het geweest is, die liet
initiatief genomen heeft tol alles, wat moest
dienen tot venbetering der arbeidsvoorwaar
den, wij noemen minimum-loon en maximum-
arbeidsduur bij gemeentewerken, verhoo-
gihg van de loonen in de verschillende tak
ken van dienst, hel werkliedenreglement; op
dezelfde lijai zijn te stellen de stichting van
het fonds voor verzekering tegen de gelde
lijke gevolgen van onvrijwillige werkloos
heid en van de ziekteverzekering Onderlin
ge Hulp.
Altaar niet alleen voor de maiterieele belan
gen werkte de heer Gerritsen onafgebro
ken, ook naar de geestelijke verheffing van
den arbeider gingen z'n zorgen uit. Lang
voordat er zelfs sprake was van de oprich
ting eener Openbare Leeszaal, is van hem
het denkbeeld uitgegaan 0111 den arbeider
in de gelegenheid te stellen den avond nut-
Uig en aan gen-aam dcior le brengen in de
leeszaal van Ons Huis.
Speciaal voor Amersfoort is wellicht van
hel meeste belang de werkzaamheid van
den thans voor onvrijzinnig uitgekreten
heer Gerritsen op het gebied van volkshuis
vesting. Wat zou de vercendging van dien
naam zijn zonder hem? Heeft dc gemeente
zich in den strijd be gen het krotwezen tob
dusver hoofdzakelijk beperkt tot onbewoon-
haarverklaringcn en tot financieelen steun
aan het particulier initiatief, rüet ijdel zal
onze hoop op den heer Gerritsen gevestigd
zijn, dat de gemeente nu ook verder zal gaan
en zelf in den letterlijks!cn zin des woords
niet alleen afbrekend, maar ook opbouwend
zal te werk gaan.
Wie, dite dc liefde van den heer Gerritsen
voor het openhaar onderwijs kenit, zal den
vrijz -dem. of den Am ersfoort's-Bel anger ge-
loioven, ails deze hem bracht wijs le maken,
dal dit aftredende raadslid niet vrijzinnig
genoeg is, om langer waardig te zijn zitting
te hebben in den gemeenteraad? Wij be
hoeven het wel niet in herinnering te bren
gen, dat de progressieve schoolgeld-regeling,
tot stand gekomen onder het wethouder
schap van den heer Rijkens, reeds jaren lang
'n stokpaardje van den heer Gerritsen was,
die nog niet tevreden is, aleer deze regeling
ook doorgedrongen zal zijn tot H. B. S. en
gymnasium.
De openbare onderwijzers weten het be
ter dan iemand anders, welk een warm ver
dediger hunner belangen zij steeds in den
beer Gerritsen miaohlen hebben. Kam het nog
noodig zijm le vermelden zijn aandeel iai
het tof stand komen van de Fröbelschool,
de Ambachtsschool én de Industrie- en Huis
houdschool?
Dat die hoogst nuttige instelling voor de
algemeenc ontwikkeling en beschaving, de
Openbare Leeszaal en Bibliotheek, zoo onbe
krompen ingericht is kunnen worden-, is voor
'n goed deel zeker ook te danken aan dc
milddadigheid van den heer Gerritsen, die
door zijn voorbeeld anderen tot-niet-uitgc-
bleven-navolging prikkelde.
Wat hij overigens op philantropisch ge
bied voor Amersfoort gedaan heeft en naar
wij hopen, allen ondervonden ondank ben
spijt, zal blijven voortgaan te doen, behoeven
wij c<p dezen slaat vaai dienst niet in rekening
te brengen.
De opsomming, welke wij oxls voorgenomen
hadden zoo kort mogelijk te doen zijn, is toch
zeer lang geworden en notg vergaten wij tc
spreken over de gemeentelijke waterleiding.
weLkie ons binnenkort het gciedkoo.pc water
zal leveren, dal nu ook niet de woningen der
mind erge goed en behoeft voorbij te stroomen.
Ook aan de wordingsgeschied'eniis hienvan is
de naam vai» het aftredende raadslid ten
nauwste verbonden.
En aks wij binnenkort in deze gemeente
hot stelsel van progressieve belastingheffing
zullen krijgen-, dan weet ieder, dat de heer
Gerritsen, wiens eigenbelang hiermee toch
waarlijk niet goduend is, do man is van
geest, die steeds in deze richting gestuurd
heelt
Aaji deze opsomming geloovcm wij geen
commentaar te behoe-venl toevoegen. Slechts
deze twee vragen/: indien de lieer Gerritsen
niet vrijzinnig en niet vooruitstrevend is,
wie is het dam wel? En welke brieven van
aanbeveling majg de man wel hebben, die
aan de kiezers gepresenteerd zal worden om
het aftredende raadslid to verjagen?
Politiek Overzicht.
Teekenen van ontspanning.
De ontspanning in, de Bal/kankwcstiön
heeft in de laatste dagen onmiskenbaar vor
deringen gemaakt. Wij hebben dat niet alleen
vernomen uit bladen, die, zooals de Nordd.
Allg. Zeitung, door .de regeeringen gebruikt
worden om hare inzichten ter algemeene
kennis te brengen, maar ook uit den mond
der regeeringspersonen zelve. De Russische
minister-president Kokovzow heeft in een
interview zijne voldoening uitgedrukt over
de overeenstemming tussefhen de vredelie
vende stemmen in de officiouse pers van
Rusland en Oostenrijken drukte als zijn leven
dige wensch uit, dat de tegenwoordige toe
stand spoedig zou plaats maken voor de
volkomen overeenstemming van de groote
mogendheden in alle nog hangende kwes-
liën. Van meer beteekenis nog is een woord,
dat de Italiaansche minister van buitenland-
sche zaken, markies di San Giuliano, verle
den Zaterdag in de Kamer heeft gezegd bij de
behandeling van zijne begrooting. Hij heeft
daarbij verklaard, dat de taak van de diplo
matie op het tegenwoordige tijdstip werd
vergemakkelijkt door het feit, dat alle vol
ken en alle regeeringen eene hooge en ge
vestigde opvatting van hunne verantwoor
delijkheid er voor bezitten, da t men niet
een zeer ernstig en vreeselijk conflict mag
doen ontstaan wegens oorzaken, die daar
aan niet beantwoorden.
Wanneer dat het richtsnoer is voor de han
delingen van de internationale diplomatie,
dan mag men aannemen, dat de namen Si-
listria. Adrianopel, Skutari en- Janina, waar
aan zich nu de vrees voor uitbreiding van
den oorlog vastknoopt, hunne verschrikking
spoedig zullen verliezen. Met een van die
namen Silistria, is dat reeds het geval. De
collectieve stap van de zes mogendheden bij
de'regeeringen te Boekarest en te Sofia om
hen te bewegen aan de vereffening van hunne
geschillen aan de mogendheden op te dragen,
is geschied. Daaraan is voorafgegaan, dat
de beide regeeringen zijn gepolst of zij de
bemoeiing van de mogendheden met deze
zaak willen aannemen. Een gunstig ant
woord is daarop gevolgd; men mag dus
aannemen, dat de poging die nu zal wor
den beproefd, niet zonder uitwerking zal
blijven. Wel heeft de Rumeensche regoering
er prijs op gesteld te doen uitkomen dat zij
slechts de bemiddeling van de mogendheden
aanneemt, niet de beslissing van het geschil
aan hen opdraagt. Maar het spreekt van
zelf, dat dc meening, dip de mogendheden
over de oplossing van het geschil zullen uit
spreken, al is zij slechts in den vorm van
een goeden raad gegeven, niet zonder uit
werking zal blijven. Het onmiddellijke ge
vaar is in ieder geval voorbij. Dc bemidde
ling van (fr mogendheden zal er nu voor
hebben te zorgen, dat -de bcla gen en dfl
natuurlijke eigenliefde van de beide staten
niet gedeerd worden.
De spanning lunchen Rumenie en Bulga
rije en liet gevaar voor ©ene uitbrei ling van
den Balkanoorlog, dat daaruit dreigde voort
te vloeien, heeft een strook land, die an
ders weinig dc aandacht trok, tot een voor
werp van algemeene belangstelling gemaakt.
Dc Dobroedsja is ccnc tamelijk arm cdige
streek; de opbrengst van den grond is be
trekkelijk gering. Dc landbouw, die cr ge
dreven wordt, legt zich voornamelijk toe op
het verbouwen van mais; daarnaast worden
nog slechts haver en gerst in noemenswaar
dige hoeveelheden geproduceerd. De veeteelt,
inzonderheid dc schapenteelt, heeft zich
krachtiger (lan in hel overige Rumenie in
dc Dobroedsja ontwikkeld. Zooals bekend is,
heeft Rumenie in 1878 B ssarabie aan Rus
land moeten afstaan; het kreeg als vergoe
ding daarvoor de waterarmc en verwaar
loosde Dobroedsja. Sedert lieefL Rumenie zijr»
best gedaan het steenachtige berg- en heu
velland in cultuur le brengen. De zuidelijke
grens bceR een ongeregeld en willekeurig
verloopRumenie streeft er naar dc grens
natuurlijker te trekken. In 't geheel is het
hierbij tc doen om een strook van tusschei»
21MH) en 3000 KMa.
liet geschil loopt echter minder om deze
strook grond, dan om dc vesting Silistria aan
de Donau, een voor de Dobroedsja gewich
tig strategisch punt. Dc slooping van dc ves
tingwerken van Silistria werd reeds in het
verdrag van San Sl. fano bepaald, maar werd
niet ten uitvoer gelegd. Wanneer daaraan
thans gevolg wordt gegeven, dan verliest
Silistria zijne strategische waarde en daar
mee eigenlijk alle waarde. Van Rumeensche
zijde wordt er op gewezen, dat Silistria voor
Bulgarije geene historisch? waarde bezit,
want het is tot aan het Bcrlijnsche congres
eene zuiver Turksche stad geweest; eerst na
de inbezitneming door Bulgarije ziin de Turk
sche bewoners, die de stad verlieten, door
Bulgaren vervangen Dc economische betee
kenis van Silistria is gering; dc haven van
de stad behoort tot de onbeduidendsten van
de Benedcn-Donau In zoover kan men zeg
gen, dat Silistria een slrijdobject Is, waar
van de waarde niet beantwoordt aan den om
vang van het conflict, dat cr uit kan voort
komen. Inl'usschcn moet niet worden verge
ten, dat bij de vraag van het bezit van Silis
tria de door Bismarck genoemde Impondc-
rabilien (onweegbare momenten) mede in
aanmerking komen.
!>e Ital kan-oorlog.
Hit Konslantinopel wordt bericht, dat do
commandant van Adrianopel aan de consuls
zijn besluit heeft medegedeeld, dat de vreem
delingen vrij zijn zich tc begeven naar do
neutrale zone te Karagatsch. De coasuls heb
ben aan de gezantschappen een radio-tele
gram gezonden, waarin zij uiteen zetten, dat
bel vertrek van de vreemde lcolonièn een
pijnlijken indruk zou maken op de bevolking
De wijze schaamt zich over zijn fouteh,
maar hij schaamt zich niet ze te erkennen en
te verbeteren.
ROMAN NAN RUDOLF HERZOG
49 naar hot Hoogduitsch
door J. L. VAN DER MOER.
iHeinrich was op zijn kamer gebleven. On
danks de koude, .had hij het venster open
gemaakt en keek hij van lijd tot tijd naar
builen, om te zien of -de dames nog niet ver
trokken. Dat men hem niet gewaarschuwd
had, om van Lisa afscheid le kunnen nemen,
kon hij best begrijpen. Men had/ hém immers
volstrekt niet geraadpleegd over de reis. Het
zou ook verkeerd zijn, als hij aan de poort
ging staan. Hoe gemakkelijk zou Vilma zich
niet kunnen verraden, wanneer zij hem zag?
Eindelijk, na bijna een half uur gewacht te
hebben, 'hoorde hij .praten en loopen in de
gang. En even daarna drong het geluid van
een wegrijdend rijtuig hem in het oor en zag
hij Dorus hoofdschuddend naar het kamertje
gaan. Hij riep hem aan.
„Ze is weg!" was het antwoord. „Juffrouw
Meinard is mee-gere-jen."
Heinrich haalde diep adem. De eerste po
ging was dus gelukt.
Tegen den middag begaf hii zich met Do-
rus en. Hannus, die zioh beiden extra hadden
Oftgepoelst, naar het station, om Barenfeld
af te halen. Op het perron ontmoette hij graaf
Schoner.
„lloe slaan de zaken?" vroeg deze hem
dadelijk na de begroeting.
„Alles is volgens de afspraak gebeurd."
„Goed <z©o, uitstekend! We zullen Barenfeld
mets zeggen voordat ie zijn opwachting bij
mevrouw Friedrich gemaakt heeft. En nu
niets dian vroolijke gezichten* hoor! Daar
komt die trein aan."
„Hoera!" riep Dorus, en zwaaide met zijn
hoed, zoodra h;; Barenfeld opmerkte, die uit
het portierraampje leunde. „Hoeral" her
haalde hij, en Hannus stemde met hem in.
Schoner en Pfalzdorf traden naar voren,
de reiziger sta'pte uit, en een hartelijke be
groeting volöde, waaraan ook de beide
knechts hun deel hadden.
„Goeien middag bonjour nu ben ik
weer bij« jullie, en als God 't wil voor
goedi! Ik dank jullie hartelijk, dat je me allen
komt afhalen."
Dorus vroeg om het re?u van de 'bagage en
trok daarna, stralend van vreugde, met Han
nus af, om -den koffer naar huis te brengen.
„Als je er niet op tegen hebt, Konrad, dan
ga ik mee," sprak Schoner, „en ik blijf dan
zoo lang met meneer Pfalzdorf op je kamer
lot je onderhoud met mevrouw Friedrich zal
zijn afgeloopen. Daarna gaan we gezamenlijk
ergens gezellig dineeren en zullen we 'n glas
wijn drinken op je terugkomst."
Barenfeld vond alles goed. Hij gevoelde
zich gelukkig, weer in de oude Rijnstad te
rug te zijn.
„U zult zich moeten tevreden stellen met
mijn kamer, meneer Schoner," merkte Hein
rich op. „De andere zal wel nie/t voor morgen
in orde gemaakt kunnen worden."
„Ha z-oo! U wilt zeggen, dat de andere za-
kcnleider nog niet over dc grenzen is gezet?"
lachte Schoner.
Voordurend in druk gesprek, naderden ze
eindelijk de "Wite Zwaan. Barenfeld, die zich
reeds in de toiletkamer in den trein wat ver-
frisohl' had, begaf zich regelrecht naar me
vrouw Friedrich, terwijl de vrienden in
Heinrich's kamer in groote spanning zijn te
rugkomst afwachten.
Het duurde vrij lang, voor ze hem hoorden
aankomen. Met een ernsligen, maar toch
vriendelijken trek op het gelaat trad hij
binnen.
„Ik moet julie wel mijn excuses maken, dat
ik jullie geduld" op zoo'n harde proef heb ge
steld. Maar 't kan natuurlijk voor de heeren
geen geheim rijn, -dat mij enkele verrassingen
wachtten, die eenige opheldering vereisah-
ten. Mij dunkt, dat we nu wel kunnen gaan."
Zwiigend volgden ze hem. Zoodra ze op
straat waren gekomen, stelde Schoner voor
eerst nog 'n wandeling le doen, alvorens
aan tafel te gaan. „H Is -zulk verrukkelijk
weer, en in Gods vrije natuur behoeven we
onze woorden niet zoo te wikken en te we
gen, als wanneer er voortdurend 'n kellner
achter je rondscharrelt."
En zoo sloegen ze dan den weg naar den
Rijn in.
„Beste Konrad, je zult je zelve en ons 'n
groot genoegen doen, wanneer je nu niet
langer bliift zwijgen," verklaarde Schoner.
„We zijn hier heelemaal onder ons. 't Is toch
al te dwaas, om je zelve zoo 'n dwang op te
leggen."
„Welnu, mij goed, laten we dan spreken."
„Zou je dan niet willen beginnen met ons
eens iets mee te deelen van je onderhoud
met mevrouw Friedrich?"
Jllet genoegen. Ik heb 't beheer van haar
zaken op me genomen en me bereid ver
klaard alles te koopen, om dan van 1 Janu
ari af als eigenaar te treden. lik hoop
dat ik vóór d'ien dag den wagen wel weer in
't goede spoor zal krijgen. Je ziet, de zaak is
zeer eenvoudig."
„En juffrouw Friedrich dan?"
„Jozefl"
„Ik herhaal mijn vraag: en juffrouw Frie
drich dan? Wees niet kinderachtig, Konrad.
Ik sta er 'borg voor, dat alles in orde komt.
Wóarom is ze v-oor jou op den loop gegaan?"
Barenfeld bleef staan.
„.Dat weet je heel goed. Je vraag is dus
overbodig."
„Zoo? Wil ik 't je dan no,g eens zeggen?
Ze houdt ontzettend veel van jel Zóó is 't en
niet anders."
„Wie beweert dat?" vroeg Barenfeld, hef
tig ontroerd.
„Dat zeg i k, en dal zeggen allen, die oogen
hebben om te zien. Kom, kom, beste jongen,
haaT moeder zal 't toch zeker ook niet ver
zwegen hebben?"
„Misschien heeft zc er wel iets van gezegd,
maar dat -ben ik al weer -vergeten."
„Des te minder zullen wij, 't vergelen. Houd
maar moed, Konrad, ik zeg je dat ze terug
zal toornen."
„Och, 't tooneel laat iemand niet zoo
spoedig los. Maar ik kan er me niet inden
ken, dat zij op de planken zal slaan! Juist
zij I"
„Je moet maar aannemen dat ze 'n plei-
zierreisje doet, waarvan ze op 't eind van de
week zal terugkeeren zei Schoner bemoedi
gend. „Neem verder aan, dat dat stijfkopje
er haar zinnen op geeet 'heeft, eens voor 't
voetlicht te staan; maar vergeet niet, dat
ééns ff eens is! En in dit .oeval zAker Re be
loof je, dat ze geen spoor zal achterlaten»
zoo min als 'n vallende ster. Meneer Pfalzdorf
en ik hebben alles netjes voor elkander ge
bracht. Hoe? Dal zal ik je eens nauwkeurig
vertellen. Luister maar eens even."
Schoner deelde hem nu omstandig medie
welk plan de vrienden -gesmeed hadden. Ea
hij wist de zaa!k zóó handig voor te stellen,
dat een mislukking zoo goed als uitgesloten
scheen. Hij zou zelf naar H. reizen, zoo be
weerde hij, en zijn maatregelen zóó goed ne
men, dat den (bewoners van <Le Wilt© Zwaan
niet anders zou overiblijven, dan het huil
feestelijk te versieren.
„Niemand weet hier waarom juffrouw
Friedrich op reis is gegaan, en niemand
zal d*it ooit te wéten komen! Afe ik je dan
90k de vluchtelinge terugbreng en jij niet
oogenblókkelijk broederschap met me drinkt»
dan zal 't geslacht van de Schöners opge
houden h/ebhen te bestaan."
Het was Graaf Schoner eindelijk gelukt,
zijn somber gestemden vriend een glimlach
af te dwingen, en nu hield) hij ook niet op
voor dat Barenfeld, zij het dan ook tegen
stribbelend, zijn plannen had goedgekeurd.
Hierna nam hij hem mede naar een restau
rant. om met een goed glas wiin de laatste
overblijfselen van zwaarmoedigheid bij hem
weg te spoelen.
Wordt vervolgd.