DE EEMLAN DE
R'
H\ 19
I2d* Jaargang.
Dinsdag 22 juli 1913.
BUITENLAND^
FEUILLETON.
De Klokken die verklonken.
De tweede Balkan-oorlog.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort 1.00.
Idem franco per post1.50.
Per weck (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie
Advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regelsf 0.50.
Elke rogol meer- O.IO.
Dienstaanbiedingen 25 cent* bij vooruitbetaling.
Grooto lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijt bestaan zeer voordoolige bepalingen
tot het horhaald ndvorteeron in dit Blad, bij abonnemont.
Eene circulaire, bovattondo de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegozondon.
Kennisgevingen.
De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort,
doen te weten7 dat door den Raad dier Gemeente
ln *\jne vergadering van 30 Juni 1913 is vastgesteld
de volgende
Verordening betreffende
den Burgerlijken Stand te
Amersfoort.
Artikel 1.
In de gemeente Amersfoort zijn vier onbezoldigde
en drio bezoldigde ambtenaren van den Burgerlij
ken Stand.
Art. 3,
Er is één bureau van den Burgerlijken Stand
dit wordt gehouden in een der lokalen van het
Gemeentehuis. Voor het voltrekken van huwelij
ken zyn bovendien twee lokalen van hot Geinceute
huis beschikbaar. De lokaliteiten worden door Bur
gemeester en Wethouders aangewezen.
Art. 3.
Het Bureau van den Burgerlijken StAnd ia voor
het .publiek geopendeiken dag van des voormid
dags 9 tol des namiddags 3 uur, een en ander me
uitzondering
1. van den Zaterdag, op welken dag het bureau
geopend is van des voormiddags 9 tot des nnmid
dags 1 uur
2. van den Zondag, den Nieuwjaarsdag, den
tweeden Paaschdag, den Hemelvaartsdag, den
tweeden Pinksterdag, de beide Kerstdagen en den
verjaardag van H. M. de Koningin.
Op deze dagen is. indien daartoe door een be:
laugbebbende aanvrage wordt gedaan, bet Bureau
\oor het publick geopend des voormiddags van 8j
lot 9 uur, uitsluitend tot het doen van aangiften
van geboorte of overlijden.
De aanvrage geschiedt aan bet Gemeentehuis,
mondeling of schriftelijk, uiterlijk tusschcn 8 en
8« ure des voormiddags van den dag. waarop meu
aangifte wil doen.
3. van den Goeden Vrijdag, op Melken dag het
Bureau van 's middags 12 tot 's namiddags 1 uur
voor bet publiek geopend is, uitsluitend tot bet
doen van aangiften van geboorte of overlijden.
Art. 4.
De werkzaamheden worden als volgt verdeeld i
De vier onbezoldigde ambtenaren zijn belast met
het voltrekken van de huwelijken, met dien ver
stande, dat- ieder hunner om de beurt gedurende
een maand met de voltrekking is belast. Bij verhin
dering van den in functie zynden ambtenaar wordt
hij vervangen <icor een der andere onbezoldigde
ambtenaren, in de volgorde, waarop zjj met bet
voltrekken van huwelijken zijn belast. By verhinde
ring van alle onbezoldigde ambtenaren is de eerste
bezoldigde ambtenaar met de voltrekking belast.
De dagen en uren. waarop gelegenheid zal be-
stoan tot koslelooze huwelijksvoltrekking worden
aangewezen door den in jaren oudsten onbezoldig
de ambtenaar, in overleg met de andere ambtena
ren.
De eerst© bezoldigde ambtenaar ia belast met alle
werkzaamheden, die door of krachtens cenige wet
aan den ambtenaar van den Burgerlijken Stand zijn
opgedragen.
De tweode bezoldigde ambtenaar verricht by on
gesteldheid, afwezigheid of ontstentenis van den
eersten bezoldigden ambtenaar al diens werk
zaamheden-
De derde bezoldigde ambtenaar verricht bij onge
steldheid, afwezigheid of ontstentenis van den
tweeden bezoldigden ambtenaar al dien* werk
zaamheden.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking met den dag
barer vaststelling. Alsdan vervalt de Verordening
betreffende den Burgerlijken Stand tc Amersfoort
vastgesteld bij Raadsbesluit van den 6. Juli 1904,
gewyzigd 20 December 1910.
Aldus vastgesteld door den Gemeenteraad van
Amersfoort, iu zijne openbare vergadering van
den 30. Juni 1913.
De Secretaris, Dc Voorzitter,
A. R. VEBNSTRA, VAN RANDWUCK.
loco-Secr.,
Afgekondigd waar het behoort den 21. Juli 1915.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort.
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VESNSTRA, v. RANDWIJCK.
l.-S.
Politiek Overzicht
De legerversterking in
Frankrijk.
Ook in Frankrijk zal nu weldra de nieuwe
legerwet in het Staatsblad opgenomen kun
nen worden. De Kamer heeft aan de behan
deling een zeer langen tijd besleed. Den
2en Juni is de behandeling in de open
bare zitting begonnen; den 7en Juli
kon tot de behandeling van de artike
len van bet regecringsontwerp worden
overgegaan, nadat de algcnicene beraadsla
gingen ten einde waren gebracht en alle tc-
ge non t werp en waren afgedaan. De eind
stemming beeft den 19en Juli plaats gehad
aan het einde van eene zitting, die tot bij
middernacht werd gerekt; zij bracht aan de
regeering eene grootere meerderheid, dan
zij ooit beeft gehad, want met 358 tegen 204
stemmen is hel wetsontwerp aangenomen.
Voor de eindstemming motiveerden tal
rijke afgevaardigden hunne stem in kortere
of langere verklaringen. De gewezen minis
ter-president Caillaux drukte daarbij, na
mens de republikeinsche tegenstanders van
den driejarigen diensttijd, zijn leedwezen
uit, dat de regeering in eene kwestie van de
landsverdediging de medewerking van de
rechterzijde had aangenomen. Minister-pre
sident Barthou antwoordde hierop mei een
verwijt aan Caillaux, dat hij uit eene kwes
tie van landsverdediging eene politieke
kwestie had gemaakt. Hij verklaarde onder
de toejuichingen van de meerderheid, dat de
regcering bij de behandeling van den drie
jarigen diensttijd in de Kamer geene par
tijen en parlijgroepen, maar slechts Fran-
schen voor zich had willen zien. Geheel
Frankrijk was na de langdurige debatten in
het parlement overtuigd, dat de nieuwe le
gerwet noodig is om Frankrijks onafhanke
lijkheid en waardigheid tegen iedere verras
sing te beschermen en het tot de voortzet
ting van zijne vredelievende politiek in staat
te stellen.
De driejarige diensttijd, die in 1905 tot twee
jaren verminderd was, is nu dus in Frank
rijk hersteld. Als beginsel is in de wet op
genomen, dat ieder drie jaren onder de wa
penen moet zijn. Men heeft er echter tegen
opgezien, dat beginsel tot in de uiterste con
sequentie door te voeren. Men heeft gezocht
naar een middenweg om de belangen van de
Fransche cultuur niet al te zeer te schaden,
door vast te houden aan den stelregel der
onvoorwaardelijke gelijkheid van alle Fran-
sclien, boerenzoons cn daglooners zoowel als
kweekelingen aan inrichtingen van hooger
onderwijs. Theoretisch heeft men aan de ge
lijkheid vastgehouden, maar practisch heeft
men er mee geschipperd. De leerlingen van
de polytechnische school en van de militaire
academie te Saint-Cyr zullen in de twee ja
ren, die zij op dc school doorbrengen, jaar
lijks slechts twee maanden werkclijkcn dienst
doen, in-het eerste jaar als gewone soldaten,
in het tweede jaar als onderofficier. Het
derde jaar zullen zij dan als officier dienst
doen. Aan dc studenten in de geneeskunde
wordt toegestaan onder dezelfde voorwaar
den twee jaren achtereen telkens twee maan
den bij don troep te dienenhet derde jaar
behoeven zij eerst uiterlijk na het volbrach
te 27e levensjaar uit te dienen en dan in de
hoedanigheid van officier van gezond
heid. Op gelijke wijze worden ook de stu
denten van de andere faculteiten cn van de
speciale inrichtingen van hooger onderwijs
behandeld.
Voor de groote massa der dienstplichtigen
wordt de lange diensttijd ecnigszins ver
zacht door de verloven, die hun ingevolge de
wet in hel derde dienstjaar moeten worden
verleend. Over den duur van die verloven is
nog een warme strijd gevoerd. Het verst
ging een voorstel ont het getal verlofdagen
op 360 te bepalen. Dat was natuurlijk ccne
misplaatste grap, want het zou hierop neer
komen, dat mot de eene hand dc driejarige
dienstplicht werd toegestaan en dat die on
der dc hand tot twee jaren werd terugge
bracht. De verloftijd is ten slotte bepaald op
vier maanden, zoodat de werkelijke dienst
tijd 32 maanden bedraagt.
Nu gaat het wetsontwerp naar den Senaat.
Daar wil men zich aan het voorbeeld van de
Kamer spiegelen door zich te beijveren dc
discussie zoo kort mogelijk te doen duren.
De commissie van den Senaat is voornemens
zóó spoedig haar rapport samen te stellen,
dat het ontwerp den 28cn Juli aan de orde
zal kunnen komenmen denkt, dat drie vier
zittingen voldoende zullen zijn om te komen
tot de eindstemming.
Dan zal het wetsontwerp tot wet kunnen
worden .verheven. Maar als hinkend paard
zal achteraan komen het zoeken naar de
middelen om de groote kosten te dekken, die
de uitvoering van de wet zal vorderen.
Athene, 20 Juli. De gevechten zijn he
den over dc gcheele linie voortgezet. Zij wer
den gevolgd door een algemeene voorwaarsche
marsch van de Grieken. Het leger van het
centrum dreef den vijand uit al zijne stellin
gen terug naar den ingang van de Krema-
passen. De linkervleugel verdreef den vijand
uit al zijne versterkte stellingen en bezette
Tetsovar cn de hoogte ten noorden van die
plaats.
Athene, 21 Juli. De in de haven van
Kavalla door de Bulgaren verzonken mijnen
zijn weder weggehaald. De uitvoer van tabak
is begonnen over Kavalla cn Xanthi.
Sofia, 21 Juli. De Serven en de Grie
ken hebben in de xiagen van 18 en 19 Juli een
aanval ondernomen op bijna de gehecle ge-
vecMsliijn. Overal werden dc aanvallen terug
geslagen. Gisteren avond werd een Servische
aanval in de omstreken van Kotsjana terug
geslagen. De Scrvcn leden aanzienlijke ver
liezen. Twee Gricksche division vielen dc
Bulgaren aan tusschen dc Stroemitzn en
Pctsjew, maar werden geslagen.
Sebastopol, 21 Juli. Dc Bulgaarsche
kruiser Nadjesda cn de zes Bulgaarsche
torpedobooten, die den 12en Juli hier aan
kwamen, zijn ontwapend.
Sofia, 2l Juli. De Agcnce Bulgare be
richt, dat de brug bij Dolnidevinck aan den
spoorweg van Sofia naar Uarna door de
Rumeenschc troepen is vernield. Dc 'telegraaf-
leidingen van Sofia naar Dolnidcvinifó zijn
beschadigd. Een troep bij Plevna, in dc buurt
van kilometerpaal 193, is vernield, evenals
eene andere brug bij de cementfabriek in de
buurt van Plevna. De telegraafdraad langs
den spoorweg naar Plevna is vernield. Bij
gerucht verluidt, dat dc bruggen bij dc plaats
Kreta en over dc rivier Vid afgebroken zijn.
De Rumenen rekwirccren levensmiddelen en
foerages.
Buk a rest, 2 0 Juli. liet ministerie van
oorlog maakt bekend, dat de verkenningen
naar Racstsjoek, "W id din cn Verna geene be
zelling van dc genoemde plaatsen vitmaken
Londen, 21 Juli. In de ziitting van bel
lagerhuis deelde onder-staatssecretaris
Acland mede, dat dc kwestie van het Turkschc
optreden met betrekking tot de grenslijn
linos—Midia heden namiddag door de am
bassadeurs zal wordon besproken.
K o n s t a n t i n o p e 12 1 Juli. Bij Luie-
boergas bood een Bulgaarsch detachement
tegenstand aan de Turkschc troepen, dio het
snel versloegen. Van de Bulgaren werden een
officier, honderd soldaten en zeven komi-
tadji's gevangen gemaakt. De voorwaartsche
marsch duurt voort.
Sofia, 21 Juli. De Turkschc troepen
die op Adrianopcl aanrukken, hebben infan
terie- en artillerievuur geopend op dc Bul
gaarsche detachementen, die den spoorweg
naar Lulcboergas bewaken. De Bulgaarsche
regeering heeft hierover geprotesteerd bij de
vreemde gezantschappen.
Konstan tinopcl, 21 Juli. (Officieel
bericht;. Het station Lulebocrgas en de groo
te brug over de Ergene zijn genomen. Het
keizerlijke leger heeft Ozoenkupru en Ba
baeski bezet.
Dc Turksche regeering heeft niet alleen van
de groote mogendheden vermaningen gekre
gen over hut optreden van hare troepen in
Thracië, mara heeft ook van Rumenië den
raad gekregen van de bezetting van Adriano
pcl af te zien, omdat dit een nutteloos uitlok
ken van groote gevaren voor Turkije zou be-
teekenen.
Dc Vossische Ztg. heeft de stellige verze
kering ontvangen, dat de Turksche regeering
geenszins de bedoeling heeft, in Thracië ver
overend op 'te treden. Al hebben de Turk
sche 'troepen de in bijzonderheden nog vol
strekt niet vastgestelde lijn Enos^Midia over
schreden, dc toongevende kringen van Kon-
slanlinopel denken er nieltemin niet aan,
Europa voor voldongen feiten tc stellen cn
daardoor hunnerzijds nieuwe complication
uit tc lokken; veeleer hechten zij er groot ge
wicht aan met de Europecsche mogendheden
in overeenstemming te blijven, omdat zij over
tuigd zijn, dat deze hunne houding het best
geschikt is om aan Turkije bij het sluiten van
den definiticven vrede zekere voordeden to
verzekeren. Een veroveringstocht wil do
Turksche regcering niet ondernemen, maar
wel streeft zij naar een onderpand, waarvoor
zij zich bij dc definitieve regeling van de
Balkankwestiën ccne uitbreiding van hot ge
bied van den staat tot aan dc rivier Ergeiv
langs diplomalickcn weg voorstelt.
Bukarcst, 21 Juli. liet wordt beves
tigd, dat Bulgarije door bemiddeling van den
Italiaanschcn gezant bij de Rumeenschc re
geering om vrede heeft verzocht en gevraagd
heeft om mcdcdccling van dc plaats, waar dc
gedelegeerden zullen bijeenkomen.
konstanlinopcl, 2 0 Juli. Turkij" is
toL eene mondelinge overeenkomst met Ser
vië en Rumenië gekomen over den toestand
aan den Balkan.
Er worden cenige ontmoetingen tusschcn
Bulgaarsche benden cn Turksche voorhoeden
bericht, met name hij Moeradii, waar 40 Bul
garen gevangen zijn genomen.
Dc Porie heeft in eene nota aan de mo
gendheden verklaard, dat het geene oorlogs
verklaring tegen Bulgarije op het oo zou
hebben. Een buitengewone ministerraad heeft
beraadslaagd over hetgeen ci z;il gebeuren in
geval Bulgarije tegenstand zou bieden.
Tweede tclcgram. Men verzekert, dat
er in beginsel eene overeenkomst gesloten is
tusschen Turkije en Servië, waarbij x.ordt ge
regeld het terugkomen aan Turkije van De
den gaticli en van hel gebied van de Marilza
lol aan Gounurdjina.
Burgaarsche benden hebben verscheidene
wijken van Maljore in brand gestoken, waar
bij talrijke slachtoffers zijn gevallen. 43 Bul
gaarsche bandieten, die misdaden hebben
bedreven, zijn gevangen genomen. Bulgaar
sche benden gaan voort talrijke moorden te
plogcn. j4
P a r ij s 2 1 J uil. Het Bulgaarsche gezant
schap deelt het volgende telegram mede uit
Sofia van 1 uur herten morgen: Gisteren heeft
in de omstreken van Adrianopel een gevecht
plaats gehad tusschen de zwakke Bulgaar
sche troepen cn het Turksche leger. De Tur
ken werden voorafgegaun, vergezeld en ge
volgd door eon aanzienlijk aantal bacliibo-
zoeks. Onder dezon zijn talrijke gevangenen,
die onlangs in vrijheid gesteld zijn door de
Grieken cn Montcnegrijnon. Ilct Turksche
leger en de bachibozoeks gaven zich over uao
niet te beschrijven wreedheden. De ver
schrikte en wcerlooze bevolking nam de
vlucht naar het ourtc Bulgarije. Dc vreemde
koloniën in Adrianopel zijn zonder verdedi
ging ©n versloken van gemeenschap met bqi-
ten. De ongerustheid is algemeen. Mon ver
wacht, dat de bachibozoeks de stad zullen
plunderen.
Sofia, 21 Juli, 7 uur voormiddags. De
gemeenschap met Adrianopel is afgesneden.
Konstantinopel, 20 Juli. Eene offi-
cieele nota zegt: Ondanks dc haast, die Bul
garije aan den dag legde bij liet onderteckc-
nen van de vredesvoorwaarden, weigerde liet
dc landstreken te ontruimen, die aan Turkije
moesten terugkccren. De keizerlijke regee
ring, vervuld van de zorg om de mogelijk
heid tc hebben de hoofdstad cn de Dardanel-
Icn te verdedigen drong steeds op dc onU
VICTOR KAKOSI.
9 Vit het Howjaarsch vertaaald door
JEXO SEBESTIÊN
en J. A. KAABE Jr.
„Houd maar op, mijn waarde! Gij zijt
hierheen gekomen, eenvoudig om Xe leeren,
en behoeft er niet zoo in den breedte over
uit te weiden. "Wteliiswaar kunt gij hier in
de theologische welensdliap bekwaamheid
verwerven, maar ook kunt gij kennismaken,
met strc'nge zedelijkheid zonder bigotterie.
Hier, aan de universiteit, zult gij van ons
theoretisch onderricht ontvangen, maar ik
druk u ten zeerste op het hart ook een blik te
daan in het Hollandsche leven, waar gij ken-
K nis maken kunt met de praktische resulta-
n ten. Waar komt gij vandaan?''
Siméndy beantwoordde alle vragen, die de
professor tot hem richtte. Toen vroeg de
i hooggeleerde heer aan Puskés iets in het
I Duitsch:.
„Nescio germanice'\ antwoordde met
opgeheven hoofde de Hongaar.
„At scisne latine?" ging de professor voort
*Scio".
„Ubi est domicilium yostrum?"
pin Tra-nssilvania."
„Quae terra est illa? Estne comitatus hun-
1 garicus?"
I „Transsilvania pars integralis est regni
I (lungariae, quae consta ex üluribus comita-
fcufc" -J
„Ergo es hungarus?"
„Ita, sed ex gente nobili slculorum."
Verwonderd schoof de professor z'n bril op
z'n voorhoofd.
„Si es siculus, patria tua debet esse Sicilia?"
„Quod Deus averat!" riep Gébor uit,
die alle teekencn van inspanning gaf, terwijl
dikke zweetdroppels langs zijn voorhoofd
liepen.
Daarom (kwam Bótai hem te hulp, hem red
dend èn uit den pijnlijken toestand èn uit
Sicilië.
„Loop rond met je „Siculus"-trots!" be
rispte hem Siméndy, toen zij de kamer ver
laten hadden, „het moest je al voldoende
zijn, dat de professor weet, dat er een Hon
garije en Hongaren bestaan op de wereld.
Waarom wil je hem ook nog lecren, uit wel
ke stammen ons volk bestaat? Wat kan het
hem schelen, dat het eene deel der Hongaren
den wolf zus noemt en het andere zoo?"
Puskés antwoordde trotsch:
„Ja, ja, met mij kan je praten, zooveel je
maar wilt, je weet, dat ik nimmer een van
mijn denkbeelden varen laat. Ik heb intus-
>(Dc ken geen Duitsch."
„Maar spreekt gy Latijn?"
„Ja."
„Waar ■woont gjj?"
„In Zevenbergen.
„Wat i» dat voor eon land? Is hot een provincie
van Hongarije?'
„Het ia een belangrijk deel van Hongarije, dat
uit vale provincie» bestaat."
„Dus zyt gij: een Hongaar?"
„Ja, maar uit den edelen stom der „SicuH"."
„Als gij een „aïcuius" rijt, dan moet uw vader
land Sicüié zijn?"
De hemel beware mij daiwvoo'*v'
schen den professor toch geïmponeerd door
mijn Latijn!"
„Arme Cicero, wat heeft hij zich menigmaal
in zijn kist kunnen omkeeren!*
„Nu, mijn waarde, dan konden hij en Goethe
zich wel samen omkceren" antwoordde Pus
kés scherp, doelende op Siméndy's kennis
van het Duitsch.
„Wacht vrienden, een aanval dreigt ons!"
riep Bótai .uit. Bij de deur trad een student
met een pet op het hoofd naar hem toe.
„Collega Bótai, zijn uw vrienden al aange
komen?"
„Ja. Daar zijn ze: Siméndy en Puskés."
Plomp en krachtig zwaaide de student de
hem toegestoken handen heen en weer.
„Aangenaam, mijn naam is Bienert. Van
avond wachten wij de heeren op de „Kneipe"
tot nadere kennismaking".
„Dank u, wij zullen komen."
De student deelde weer drie gelijke hand
zwaaien uit en ging heen.
„Wie was dat?" vroeg Siméndy.
„Dat was de voorzitter van de vereeniging
die de stipendisten van het „Stipendium
Bernhardinum" gevormd hebben. Als de
nieuwe studenten aankomen, verga-dert de
vereeniging tot het vieren van een „feierliche
Antrittsabend.''
„Maar wie zal dat betalen?" vroeg Pus
kés niet zonder eenige vrees.
Bótai glimlachte.
„Het is daar een kleine „Sauffond", wat
zooveel als een „Bierfonds" beteekent, maar
jullie zult toch ook wel 'n paar centen moe
ten laten schieten."
„O, daar zijn we wel voor te vinden",
antwoordde Puskós scheutig, maar ik heb
er het land aan, dat die Duftschers er van
mee zullen drinken"
„Slil maar, het zijn hier onze beste vrien
den, omdat zij even arme stakkerds zijn als
wij. Met Hollandsche studenten., vriendlief,
is het veel lastiger kennis te maken. Er zijn
er onder hen, die wel 'n drie duizend gulden
zakgeld van huis hebben. Het komt ook wel
voor, dat er een, ofschoon al getrouwd, nog
naar dc Universiteit gaat. Met zulke lui kun
nen wij geen gelijken tred houden."
Sinds Puskés echter de gouden Willcms
in den zak klinken, kijkt hij met opgeheven
hoofd fier om zich heen. Met hun drieën gin
gen zij nu een wandeling maken in de Malie
baan, onder de eeuwen-oude linden, wier
bladerkleed reeds zeer gedund was; de afge
vallen gele bladeren werden op hoopen ge
veegd en in kruiwagens weggebracht. Plotse
ling voelde Siméndy, dat Bótai hem krachtig
in den arm kneep. Hij volgde den blik van zijn
vriend en ontdekte toen een meisjesgestalte in
een eenvoudig grijs kleedje. Hoe meer zij na
derbij kwam, des te heviger begon Bótai's
hand tc beven en zijn hart bortsde zóó gewel
dig of het barsten zou. Het jonge meisje liep
met een oude dame en keek recht voor zich
uit. Toen de studenten eerbiedig groetten,
nam de oude dame hen van het hoofd tot de
voeten op en knikte stijfjes terug, maar het
jonge meisje nam heelemaal geen notitie van
hen.
„Wie was dat?" vroeg Puskés nieuws-
gierig. m
„Dat was de dochter van mijnheer Van
Reenen."
„Nu, ze scheen niet erg veel belang in ons
te stellen, ze keek niet eens op. Is ze knap?"
„Ja."
„Voor jou althans mocht ze wel wat
vriendelijker zijn, daar Je er todh niet alleen
huisgenoot, msut* ook leermeester bent."
„Dat is men ihier niet gewoon, hoor, cs-
als je mount in Utrecht veel glimlachje!
van jonge dames te zullen ontvangen, dan
zal je leclijjk teleur gesteld worden. Hier zal
je ook wel geen enkel meisje kussen op het
imperiaal van een omnibus, want dan zou
je rveel kans hebben van de Universiteit weg
gejaagd te worden."
Dit zei Siméndy, daar hij zag, dat Bótai
veel te opgewonden was om te antwoorden.
,/Nu maar, als ik jou was, dan zou ik naar.
het kleintje locgcgaan zijn om haar naaf
huis te vergezellen. Dat is een hoffelijkheid^
die van zelf spreekt"
„Ja, in Hongarije wa^ maar niet in Hob
land. Ilier kan een jongo dame alleen maar
met haar verloofde op straat wandelen,"
z-ei Bótai, die intussahen zijn kalmte her
wonnen had. Zwijgend gingen zij verder,
Puskés probeerde telkens den blik van da
eepe of andere jooige dame tot zich te trek
ken, maar helaas, tevergeefs, waarover zijn
beide vrienden niet weinig pluizier hadden.
Siméndy had den indruk gekregen, dat
deze jonge dame een onbarmhartige, koude
Hollandsche heilige was, en hij wierp steels-
geWijjze *n blik op Bótai, die weer voortdu
rend naar den grond liep tc kijken, als zocht
hij daar in de idorre bladeren het voetspoor
van heit meisje.
'Hij kon zich geen rekenschap geven van
het waarom, maar onwillekeurig voelde hij
allengs als thet ware iets van een weemoe
dige smart in zijn hart komen, wanneer hl|
keek naar het bleeke gelaat van den jongen
man en daarbij dacjht aan het onbairuihar*
tige meisje, dat koeltjee was voorbijgewaof1
duld.
Wordt vervolgd*.