„DE EEMLANDER".
Woensdag 17 December 1913.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DOKTER JOOST
N°. 147
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO,
Idem franco per post 1.50.
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O. I O.
Afzonderlijke nummers 0.05.
Deze Coiirant veracliijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdageo.
Advei tentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
o.io.
PRIJS DER AD VERTENT1EN:
Van 15 regels.* f 0-50*
Elke regel meer
Dienstaanbiedingen 25 cents b\j vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bepalingen
tot het herhaald advorteoron in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wjrdt of
aanvraag toegezonden.
Kennisgevingen.
De Burgemeester van Amersfoort;
Gezien art. 41 der Gemeentewet
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer gemeente zal vergaderen op Vrijdag,
den 19. December aanstaande, des namiddags
ten 2 ure.
Amersfoort, den 16. December 1913.
De Burgemeester voornoemd,
VAN RANDWDCK.
KAMER VAN ARBblD VOOR DE BOUW
BEDRIJVEN TE AMERSFOOR1.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort
brengen het volgende ter kennis van de hoofden
of bestuurders van de* bedrijven, welke in de
bovengenoemde kamer van arbeid vertegen
woordigd zijn, te weten
het bewerKen van hout, steen of metalen, hei
leggen van eiectrische geleidingen of van gas-
o: waterleiding, het schilder- en stoffeerders-,
^.hangers-, heiers-, stucadoors-, aardwerkers-
sh iuimakersbedrijf, het ontwerpen van- en
i v.iiv toezicht bij het uitvoeren van
woedrijven.
.ij zijn verplicht vóór 15 Januari a.s. eene
jst of zoo noodig lijsten op te maken van de
iamen en van de voornamen der personen, die
n hun bedrijf bii.nen het gebied der kamer van
arbeid als patroons of in hun dienst als werk
lieden werkzaam zijn of geweest zijn gedurende
het laatst verioopen kalenderjaar of, indien het
een in art. 76 vun het kiesreglement genoemd
bedrijf (seizoenbedrijf) betreft, gedurende' den
tijd, die ingevolge dat artikel ten aanz.en van
bedoeld bedrijf als kalenderjaar geldt.
Zijn bedoelde personen slechts in ééne ge
meente werkzaam geweest, dan zendt het hoofd
of de bestuurder vóór 15 Januari de lijst, waar
óp die personen zijn vermeld, aan burgemeester
en wethouders dier gemeente.
Zijn zij in meer dan eene gemeente werk
zaam geweest, dan wordt bedoelde lijst gezon
den aan burgemeester en wethouders der ge
meente, waar zij het laatst werkzaam zijn ge
weest.
Op de bjsten worden niet vermeld zij, die
gedurende ^en bovenaangegeven tijd niet bin
nen het gebied der kamer van arbeid bij het
zelfde hoofd of denzeliden bestuurder werk
zaam zijn geweest, die geen ingezetenen des rijks
of geen Nedcilanders zijn of die op 15 Februari
a.s. den leeftijd van 25 jaren niet zullen hebben
bereikt.
Voorts wordt ter kennis gebracht van hen,
die gedurende het laatstverloopen kalenderjaar
of gedurende den tijd, die ingevolge art. 76 van
het kiesreglement voor kalenderjaar geldt, niet
in het bedrijf van hetzelfde hoofd of denzelfden
bestuurder zijn geweest, doch die aanspraak
kunnen maken om geplaatst te worden op eene
kiezerslijst voor de kamer van arbeid, dat zij
daarvan vóór 15 Januari a.s. aangifte kunnen
doen bij burgemeester en wethouders der ge
meente, waar zij werkzaam zijn geweest of het
laatst werkzaam zijn geweest.
De formulieren der lijsten en der aangiften
zijn van heden af kosteloos verkrijgbaar ter se
cretarie dezer gemeente, op werkdagen geopend
van des voor middags 9 tot des namiddags 1 uur.
Amersfoort, 15 December 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEENSTRA. v. RAND WIJCK.
tlniee üuquêie.
Wij beginnen heden met de publicalie
van de antwoorden, ingekomen naar aanlei
ding van onze enquête. Zij zullen, voorzoo
ver de plaatsruimte het toelaat, geplaatst
worden in de volgorde, waarin wij ze ont
vingen.
liet is ons gebleken, dat er 'n zekere tegen
zin beslaat om de stukken te onderteekenen.
Onze eerste inzender althans weigerL zulks
beslist.
Wij hopen, dat dit voorbeeld geen navolging
zal vinden. Wel ligt er eenige waarheid in
hetgeen de geachte inzender ons schrijft: „In
het algemeen zou ik onderteckening minder
juist vinden, daar 't ook aankom! op wat ge
zegd wordt, niet op wie het zegt. Het oor
deel van de lezers blijft dan ook meer onbe
vangen" maar deze opva'lling is toch niet
geheel de onze. Wij gelooven, dat de lezers
en stellig de leden van de Reclame-com
missie meer waarde zullen hechten aan
het oordeel van vooraanstaande personen
wier qualiteit en reputatie borg zijn voor de
wel-ovcrwogenhcid hunner woorden, dan van
X, IJ of Z, van wie men niet weel, welk
gezag men aan hun advies mag toekennen,
ook al begrijpt men, dat wij niet de eersten
de besten aangeklampt zullen hebben.
Een ander bezwaar van onzen eersten in
zender was, dat hij zich niet geroepen ge
voelde als criticus over den gemeenteraad op
te treden. Ook dit bezwaar kunnen wij niet
deelen; wij vroegen niet om critiek, welke in
den regel afbrekend is, wij wenschen juist
opbouwend werk; niet over wat gedaan is
maar over wat gedaan moet worden,
wilden wij verschillende denkbeelden uitlok
ken; en het was alweer niet alleen de ge
meente, die wij in de zaak betrokken maar
ook de burgerij zelve.
Wij willen de door ons gestelde vraag nog
even herhalen:
Wat is er noodig en wat kan of moet
er, zoowel door de gemeente als door de
burgerij gedaan worden om de vestiging
van nieuwe gegoede inwoners in deze
gemeente te bevorderen?"
Het eerste antwoord, dat ons bereikte, la
ten wij hier volgen:
Geachte Redactie!
Naar aanleiding van uw vraag: „Wat is er
noodig en wat kan of moet er gedaan wor
den enz.', wil het mij voorkomen, dat achter
het woord „gedaan" hadden moeten volgen
de woorden „of gelaten".
Daar blijkens uw missive het antwoord
eenigszins spoedig wordt ingewacht, wilt U
mij wel vergunnen verloopig dit te doen
tnel een paar aanhalingen win anderen.
lo. Het in de vorige week in de Handels
vereniging Rotterdam gesprokene door den
voorzitter, de heer Ed. G. Schurmann en door
den burgemeester, mr. A. R. Zimmermann,
zie N. Rolt. Crt. van 10 December, ochtend
blad.
2o. Een goede administratie mag nooit met
de aan hare zorgen toevertrouwde fondsen
speculaties op touw zetten.
3o. Het bekende:
Vriend, die hie rstaat aan deze sloot
Mij dunkt, ze is U wat te groot
Aleer ge dus uw sprong begint,
Zoo waak, dat gij u wel bezint,
enz.
4o De fabel van den os en de kikvorsch.
Hopende hiermede mijn steentje te heb
ben bijgedragen.
Uw dienstw.
LT.
(Wordil vervolgd.)
Politiek Overzicht
De geschillen over den
Urientspoorweg.
De Orientspoorweguvweslie neemt gaande
weg een vorm aan, uie dreigt te leiden tol een
conihot. Over de geschiedenis van deze zaak
deelt de Neue l-reie Presse mede, dat in het
jaar 1363 Oustennj-it-lionganje berv.ë, Bul
garije en TuirKije tot uitvoering >an het lici -
üjnsche verdrag eene oworeenzoiiist hebben
uesiolen betreffende het bouw m van spoorwe
gen maar Konslantinoped en bcLrefteiid© de
behandeling van het personen- en het goe
derenverkeer op deze lijaienIn art. 9 vain dit
verdrag, dat bcucend is ais de Convention a
quatre, wordt gezegd: „Op de ingevolge deze
overeenkomst te bouwen spoorwegen zal in
hetzelfde land zoowel wat de prijzen van ver
voer en de openbare hellingen, als wat den
tijd en de wijze van verzending betreft, geen
verschil gemaakt worden tusscne-n de onder
danen van de contracteerende pailijon. Even
eens zullen in alle bovengenoemde opzich
ten de uit het gebied van de eene in het ge
bied van de andere partij ingevoerde of door
het laatstgenoemde gebied gaande transpor
ten in geen geval ongunstiger behandeld wor
den dan de inlandsche goederen", in deze
conventie is het beginsel van dje meeslbegun-
stigmg in het internationale verkeer opgeno
men, zoodiat het verkeer uit Oostenrijk-Hon
garije niet ainders belast en beperkt mag wor-
den dan het binnenlandsche verkeer van den
betrokken slaaL Verder bestaat de verplich
ting, rechtatirceksche tarieven op Le stellen
en daarbij gelijke tarief-eenheidsprijzen wist
le stellen. Dit is de inhoud van het verdrag
in liet wederzijdsohe verkeer, en daaruit
blijkt, dat Servië gehouden is den stelregel
der behandeling van de mede-coffitracUnlen
op den voet van de meeslbegunsLigste partij
tóe te passen en rechtstreeksche tarieven aan
te wenden.
Servië is de rechtsopvolger van Turkije, en
de inlijving van Turksch gebied bij Servië kan
de gesloten Lardefverdragen niet opheffen.
Niettemin beweert Servië, dat het spoor
wegverdrag van 1883 op het nieuwe
gebied, dat het in de vredesverdragen
van Londen en van Bukarest heeft
verkregen, geene toepassing vindt en
daarvoor niet geldt. Servië heeft ook reeds
de conclusion van deze rechtsopvatting ge
trokken; het verlangt, dat voor poederen,
die van de Iiongaarsche staatsspoorwegen
over de Servische spoorwegen overgaan naar
de voormalige. Turksahe lijnen, die zich nu
op Servisch gebied bevindën, in Belgrado
nieuwe vrachtbrieven worden afgegeven, zoo
dal het vervoer naar rechlstreuksche tarieven,
in. strijd met de bepalingen van de overeen
komst, onmogelijk wordt. Door deze beschik
king zou de handel van Oostenrijk-Ilongarije
en oak van Duitscliland uit het westelijke
Balkarvgebied uitgeschakeld worden; inzon
derheid hot vorkeer met hot gehied van Mo
naster en mot Saloniki zou ernstig lijden.
In de delegatiën van Oostenrijk-Ilongarije
is deze zaak ter sprake gebracht en de ant
woorden, die vanwege de regcering zijn ge
geven, laten er geen twijfel over bestaan, dat
de regeering van de monarchie zich er van
bewust is, dat hierbij gewichtige belangen
van de monarchie betrokken zijn. Zij wil zich
niot enkel bepalen tot een protest tegen de
rechtsopvatting en de maatregelen van de
Servische regeering, maar is beslopen tot be
scherming van hare belangen op te komen.
Graaf Berchtold heeft in de Oostemijksche
delegatie over de vrijheid van den weg naar
Saloniki. gezegd: „Wij beschouwen de bepalin
gen van de Convention a quatre, die hierover
alLijd heeft bestaan en nog bestaat, als een
waarborg op dit gebied en met het oog op dit
doel de vrijheid van den weg naar Salo
niki als een onvervreemdbaar bezit". Daar
uit blijkt, dat zich een nieuwe diplomatieke
strijd lusschen Oostenrijk-Ilongarije en Ser
vië heeft ontwikkeld, waarin ook Duitsch-
land op grond van de bestaande verdragen
is gemoeid.
De Orienf-spoorvvegmaatschappij kan op
dit oogenblik van den spoorweg naar Salo
niki slechts het kleine gedeelte op Grieksch
gehied, dat van Saloniki loopt naar Gumend-
je, exploiteeren. Op het grootste gedeelte van
haar not heeft de Servische rcgcerinp de
staatsexploitatie ingevoerd; zij houdt het rol
lend materieel en de inkomsten der exploi
tatie achter en weigert aan de maatschappij
toe te staan, zelve weder de exploitatie van
haar net ter hand te nemen. Dat is in
met het besluit van de Londenscbe conferen
tie, waarbij is bepaald, dat de oorlogvoeren
de staten dadelijk na het einde van de vijan
delijkheden de particuliere spoorwegmaat
schappijen moeten herstellen in hunne con-
tractueele rechten en dat deze rechten slechts
mogen worden gewijzigd met toestemming
van den nieuwen bezitter van het gebied en
•van de maatschappijen. Ook hier verleent
Oostenrijk-Hongarije steun aan de protesten
van de spoorwegmaatschappij tcjen de Ser
vische taktiok, die hare rechten schendt.
Deze protesten zijn redds niet zonder uit
werking geweest, want volgens de verkla
ring van graaf Berchtold, de minister van
builtenlandsche zaken van Oostenrijk-Ilon
garije, in de Oostenrijksche delegatie, heeft
de Servische minister-president Pasics toe
gezegd, dat Servië de verplichtingen zou ver
vullen ,uit de convention quatre voort
vloeiende.
Duitscliland.
München, 16 Dec. Heden voormiddag
elf uur, heeft het Duilsche Kcizerspaar het
raadhuis bezichtigd. De opper-burgemeester
hield eene toespraak. De keizer antwoordde
met een woord van dank voor de ontvangst.
Hij drukte zijne vreugde uit over de vcr-
eeuiiging van de Duilsche stammen en over
de daaruit voortvloeiende ontwikkeling van
de binnenlandsche geestelijie en materieele
rachten onder de zegeningen van den vrede.
De overplaatsing van den Duitschen kroon
prins uit zijn commando ais kolonel cn com
mandant van het le lijfliuzarenrcgiment t#
Dantzig naar den grootcn generalen staf
brengt den toekomstigen troonsopvolgcr
naar Berlijn terug. Hij is, naar gemeld wordt,
de eerste Hohenzollcr, die in den genera
len staf dienst zal doen.
Tot bevelhebber van de „Schutztruppe^
voor Oost-Afrika is benoemd de luitenant
kolonel von Lettow-Vorbeok. Zijn voorganger
in ddt ambt, baron von Schlcinitz, was in
conflict gekomen met den gouverneur von
Rechenberg, welk conflict door de benoeming
van een ander als militair bevelhebber ten
gunste van het burgerlijk gezag en dus in den
zin van de groote meerderheid van den rijks
dag schijnt le zijn opgelost.
Den 9en December heeft te Berlijn in het
gebouw van den rijksdag eene vergadering
plaats gehad van Duilsche parlementsleden,
met hel doel de door dc verzoeningsconieren-
lie tc Bern op Pinksteren van 1913 ingestelde
permanente commissie van de Duitscii-Franr
scho verzocningsconfcrciitic door coöplatis
aan te vullen en te con.vlitueeren. De Fransche
afdeoling van het comité heeft zich reeds ge
constitueerd. Besloten werd tot de benoeming
van een bestuur van vijf leden, behoorendo
lot de vijf in het comité vertegenwoordigde
partijen. In dit bestuur zijn gekozen de heer
ren Belzer (centrum), Breuer (nation aal-libe
raal), Ilaase (sociaal-democraat), Huussman
(vrijzinnige) en Riekiin (Elzasser), allen leden
van don rijksdag; voorzitter is de afgevaar
digde Haussmann. Aan hot bestuur is opge
dragen, voorstellen te doen van de wijze,
waarop gezamenlijk zal worden opgetreden.
Er werd medegcueelu, dat van de Fransche
deelnemers aan de conferentie te Bern twee
zijn opgetreden in het nieuwe miuisterie en
dat de minister Caillaux schriftelijk van zijne
sympathie, cn instemming aan de conferentie
te Bern heeft blijk gegeven.
Frankrijk.
De Fransche ambassadeur te Petersburg
Dolcassé is in Parijs aangekomen, om met df
regeering voeling te nemen.
P a r ij s 16 Dec. In eon in hot Elyséc go-
houden ministerraad heeft de minister vaaa
financiën twee besluiten laten onderteekenen,
waarbij worden ingetrokken hel lceningscwit-
werp en het ontwerp van dc successiebelas
ting, die door de vorige regeoring waren in
gediend. De intrekking van het tweede ont>«
werp was een gevolg van de intrekking van
hel eerste.
Do minister gaf daarbij eenige aanwijzin
gen over den fimwicieelen toestand. Hij zal dies
eerst volledig aan de regeering kunnen uit
eenzetten, wanneer het totale bedrag bekend
zal zijn van de buitengewone uilgaven voor
de nationale verdediging, waarin verschillen^
de diensten hem zullen steunen. De minister
gaf te kennen, dal hij zonder verwijl, lot dek
king van de militaire uitgaven, een of mcei
ontwerpen tot belasting vau den verkregen
rijkdom zal voorstellen.
P ar ij s, 16 Dec. In den Senaat heeft Gau-
din de Vohaine de regeoring geïnterpelleerd
over hare verklaring en eene motie ingediend,
waarin gevraagd wordt den uittocht van ka-
Des levens' smart ontlokte aan het dichter
hart de schoonste zangen.
EN ZIJN ZEVEN ZORGEN.
40 DOOB
MARIE DIERS.
„Ja, zeker om mij te bedanken voor alle
weldaden, die ik je beweczen heb, voor al het
geld, dat ik je heb gestuurd, voor al mijn
hulp?"
„Ja, natuurlijk!" antwoordde Erwin met
•een trotsch lachje.
„Daarom heb jij, dwaze jongen, zeker ook
nooit geschreven, opdat ik je geen geld zou
zenden en zoo je hongerkuur storen? Ik heb
er wel eens aan gedacht. Maar het hindert
niet Zulk soort parveimiachtigheid heeft
ieder flink jongmensch noodig. Tijd, om ge
noeg te eten, heb je ook alüjd nog volop in
het leven, en ais het je het leven had gekost,
nu, dan was je er niet meer geweest. Op
een menschenleven meer of minder komt
het niet zoo .erg aan, maar hoe het zich
ontwikkelt, dat is de kwestie. Nietwaar,
ine. .der Eversmann?"
„Och God, dokter, kom ik nitf aan de beurt?"
„Zeker, oudje. Kom maar hier. We zullen
eens zien, of je pakje werkelijk xoo zwaar
ds, als het wel hikt."
De oude kwam strompelend nader, en Er-
win maakte plaats. Dokter Joost nam haar
in 't verhoor, bevoelde haar beenderen, sprak
een paar troostwoorden," bromde wat en
schreef haar druppels voor. Bijzonder veel
opgewekter stond ze weer op.
,Jk dank U wel, dokter."
„Zoo? Het is toch altijd nog een geluk, dat
er schoenlappers zijn," zei deze.
Erwin wachtte geduldig, totdat alle pa
tiënten weg waren; toen kwam er zoowel
voor den ouden als voor den jongen man
een heerlijk uur. Ze gingen op de sofa zitten,
en er volgde een gedachtenwisseling, zoo vrij
en open en mooi, dat het den oude wonder
lijk heerlijk te moede werd.
Zeker, deze kijk-in-de-wereld was hem
reeds voor. Wat pakte die jf-ngen het leven
flink en moedig aan! Niets aan hem was
bekrompen, hij schiep zich geen kleine,
kwellende zorgen, zijn streven was als hij
zelf, groot Voor al den levensangst, die den
blik kluistert, daden en gedachten zoo haas
tig en onvrij maakt, was hier geen plaats. Dit
menschenldnd kende de oneffenheden op
het levenspad: de leugen en de scheiding
en de zorg voor het noodzakelijkste levens
onderhoud; door moedige volharding was hij
ze te boven gekomen.
Dat juist maakte hem groot, niet zijn ver
stand en de geschiktheid voor zijn werk de
den dat. En dal was een van de machtigste
uren uit het leven van dokter Joost, toen hij
zich zelf bekende, zonder afgunst te voelen, of
behoefte, zich zelf te troosten, dat zijn eigen
leven en karakter niet zooveel waard waren
als die van dezen jongen man.
Deze hier was een wereldveroveraar, die
heerschappij bezat over alle dingen cn feiten.
Hij, Joost, was hel niet. En toch werd hij niet
door een mismoedige stemming overmeesterd,
want hij voelde er zich gelukkig over, dal
dit mooie jonge leven bestond en dat hij hel
mocht kennen.
Den volgenden morgen waren alle daken
en straten wit, en de zon deed de sneeuw
glinsteren. Voor de „Leeuwenapollieek"
stond een jonge man, die den vorigen avond
in de stad was gekomen, die vroeger als
knaap daar twintig maal per dag uit- ©n
mgesprongen was, en die nu als man met een
gevoel van vrijen trots en diep medelijden
naar de bovenvensters keek. En toen het ma-
gere gezicht van een grijsaard met samen
geperste lippen daar eensklaps verscheen en
volgens zijn oude, droevige gewoonte de
oogen liet gaan over bet marktplein en het
gehate huis op den hoek van de markt, toen
zond hij een groet naar boven. Het gelaat
van den grijsaard scheen plotseling te ver-
steenen, en daarna werd het door een don
kenen blos ov ontogen. Het volgende oogenblik
was het verdwenen.
Er verliep een geruime tijd, voordat er
weer iets gebeurde. Maar daar, achter de
vensterruiten, knielde een oud, afgeleefd, ge
broken man neer, door wiens hart voor den
eerste keer sedert onheugelijke tqden het
bloed warm met grooten aandrang stroom
de. Hij wrong de handen en had een gevoel,
waarvan hij niet kon zeggen, of het smart
dan wel vreugde was. Heit suisde hem in de
ooren. Erwin is erl Erwin is erl klonk, gilde,
raasde het uit alle hoeken.
Met moeite krabbelde hij weer op; hij
moest zich aan de stoelen vasthouden. In de
woonkamer stond de koffietafel gedekt.
„Vrouw zet er nog een kopje bij er is
iemand
Ze keken, alsof ze een geest zagen, zoo
zag hij er uit. „Vadertje zei Klara, maar
hij maakte een afwerende beweging met de
hand.
„Haal hem hier! Ilaal hem hier, anders
gaat hij weer weg!"
Toen kregen ze een flauw vermoeden.
Neen, hij ging niet weg. Hij kwam en
groette hen met zijn openhartige oogen en
ging achter zijn oud kopje zitten, hij, de man,
de levende, te midden van het door toorn en
boosheid en zelfkwelling verwoeste cn ver
dorde leven.
De opwinding om hem heen was groot. De
vader wilde met bevende kaken tot hem
«preken en kon niet, wist ook niet, wat hij
zou zeggen. Tusschon de ure, toen hij hard
en wel wetende, wat bij deed, zijn weerspan-
migen zoon uit het huis gejaagd had en het
oogenblik, waarop hij hem zonder nadere
verklaring weer opnam, had zijn heele heer
lijkheid zioli in niets opgelost. De moeder en
Lieschen liepen af en aan. haalden gebak
uit de kast, waagden het nauwelijks te spre
ken en waren doodsbang voor het oogen
blik, waarop Vader misschien weer het eon
of andere vreeselijke woord zou zeggen.
Klara echter voelde zich eenigszins verwant
aan den oudsten zoon uit de gelijkenis. Ze
zat koud en stijf op haar stoel: Ik heb alle
dagen Uw wil gedaan en mij hebt gij nooit
een kalf geslacht
Erwin zei: „Ik ben gekomen, om U te zien,
Vader, maar niet, om Uw hulp in t® roepen.
Ik heb mijn beroep zelf gekozen, en wil er
nu ook alleen voor strijden."
De moeder trok hem heimpiijk even aao
de mouw, opdat hij niet zoo dwaas zou
spieken, en zelfs de vader stamelde een
kleine tegenwerping, maar daarbij bleef het
Alles was toch niet meer, zooals het ge
weest was, cn het werd geen jubelend ver-
zo cningsf eest. Wat gestorven, gedood was, koa
nooit weer opslaan. Klara keek in het smalle
rusitige, koele jongensgezicht, dacht er aan*
hoe hot eens van warmte getinteld had, eo
zei tot zich zelf: „Zijn hart is koud gewor
den!"
Ja, zeker er was een groot vuur roet
veel water gebluscht. Maar wie dacht nu
aan het vuur en aan hen, die het uitgedoofd
hadden? Wat gebeurd was, was niet spelen»
derwijs gebeurd, cn onder de puinhoopeo
Lag meer leed en hailstocht, moer bittere,
groote, heilige smart begraven, dan deze
zuster, dne nu klaagde, ook maar eyen ver
moeden kon.
Doch al lag hier ook geen verloren zoon,
vej-niertigd door leed en berouw, voor de
voeten van zijn vader, zoo stond toch (on
dat was waarlijk een trotsch er aanblik) ecu
man voor den man. liet almachtige loven
was door de doode muur gebroken, en de
oude apotheker knipte met do neergeslagen
oogleden, alsof hij den stroom van licht, <Ü4
daar plotseling op viel, nauwelijks meet
verdragen kon
Wordt vervolgd*