DE E EM LAN DER". Maandag 23 Maart 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. N°. 226 12da Jaargang. Op den Terpenberg. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Ca ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden roor Amersfoort f l.AO* Idem franco per post 1.50* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O. I O. Afzonderlijke nummers - O.05. Deze Courant vereohjjnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vótSr 11 uur, familie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.50» Elke regel meer 0.10* Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel on bedrijf bestaan zoor voordoelige bepalingen tot het herhaald adverteoron in dit Blad, bij abonnomont. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Aan tien, die met 1 April a. s. op dit blad inteekenen worden de nummers die ge durende de maand Maart nog zullen -versctiijnen, Kosteloos t tegezonden. (Jit Parijs. i Het Figaro-cuania en iieL Ali-Carèmefcest, eietdaar ae groote feiten van de week, waar- f iover men tuur niet uitgepraat raaxt. De bqzoniterneden \an den moordaanslag ,van inauame Caiilaux op den darecteur-Jiooid- .redacteur van den Figaro zijn onzen lezers be kend. De felle, mets ontziende campagne van CoimeUe tegen liet minislerie-Doumorgue en in liet speuaai tegen Laulaux, den minister .van financiën premier achter de scheid- men was ontaard ai 'n reeüs hartstochte- lijke aanvallen tegen den persoon van dien minister, waarbij Lahnette zeils niet schroom de n zeer nUiemen brief te puniioeeren, door Caiilaux tien jaar geleden .geschreven aan 'n jKriendin, naar hel schijnl c n tegenwoordige echtgenooLc. Was he>l véxoouvvqiceruiifCid over dc „stou- tdgheid" van het anders o zoo deflig-conser- jvatieve orgaan, of was het de zeldzame ïm- populariiou. van Caiilaux, welke het Parijsche jnihliek de onwaardige strijdwijze van Cal- mette zonder protccd üced aanzien? Ik geloof hol laatste, waarbij misschien kwam, dat me nigeen zien in stilte verkneukelde over de 'pagne van de Figaro, welke tot den val net ministerie zou kunnen leiden. Dc zeldzame impopulariteit van Caiilaux is niet alleen hieraan te danken, dat hij zoo ongunstig aangeschreven staat welke Fran- «che politicus staat nog hoog aangeschreven 1maar vooral aan de voortdurende Hetze tegen den radicalen leider gevoerd. Ik lacht mij geenszins gerechtigd om bij alle te- gensLrijdige geruchten, die nu de ronde doenj Voor oi' tegen Caiilaux partij to kiezen, maar dit is zckei^t dat de rcacüonnairen en cleri- ealen, na eerst de onoeuigheid tussohen de ^republikeinen flink aangenlazen te hebben, t Bleeds driester uit den hoek te voorschijn tre den in de hoop bij de naderende verkiezingen in troebel water te kunnen visschen. Wie, geheel buiten de Fransche politiek Staande, objectief de feiten beoordeelt, kan mijns inziens het Figaro-drama niet anders beschouwen dan als de wanhoopsdaad van 'n zwakzinnige vrouw, die, door de onop houdelijke, steeds hitlordor vervolging van politieke tegenstanders, overstuur geraakt is 'en in overspannen toestand gemeend heeft den man, dien zij tot in het krankzinnige be minde, .te moeten wreken. Ik wil de daad Van de beklagenswaardige vrouw geenszins verdedigen of goedpraten, maar in dat licht beschouwd, valt het niet te ontkennen, dat er iets grootsch was in haar krankzinnige daad. En ik kan het met goedkeuren maar toch begrijpen, dat h vurig partijganger van Caii laux, de afgevaardigde Thalamas, in 'n eer ste opwelling 'n brief schreef aan mevr. Caii laux om haar zijn hulde te brengen. Maar nu geen politiek verder. Wat ik schreef Was slechts 'n aanloopje om 'n paar staaltjes te kunnen geven van de voor ons, Noorder lingen, onbegrijpelijke hartstochtelijkheid en ongegeneerdheid, waarmede men hier uiting geelt aan z'n gevoelens. Evenals aitiju, wanneer er gisting is, waren ook nu, na den aanslag op Calmette, de ,,ca- meiots du rol", opgewonden bleeke jongelie den, er onmiddellijk hij om luidrucntig te ma- uiiesteeren op de boulevards. Toevallig viel ik op 'n avondwandeling er midden in. Om goed 10 uur hadden zij na 'n toespraak van Leon Daudet in café Cardinal zich in groe pen op weg begeven onder vijandige kreten uegen Cauiaux en het tot in den treure her haald eentonige Caiilaux assassin, Caiilaux assassin". Maar telkens ais de politie en de be reden gardes municipales de manifestanten uit elkaar gejaagd hadden, wisten zij zich opnieuw tot groepen te vormen, die het spel opnieuw begonnen. De Figaro schrijft, dat de voorbijgangers applaudisseerden, maar ik heb daar mets van gehoord. Integendeel, het pu bhek zag het gedoe der jongelieden zoo on verschillig mogelijk aan, nieuwsgierig slechts om te zien wat er gebeuren zou. Misschien hebben 'n paar redacteurs van de Figaro zich zelf hooren meejoeien en in de handen klap pen. Dat opgeschoten jongens langs de straten trekken en roepen „Caiilaux assassinis nog zoo belangrijk niet. Maar ernstiger is het dat de Figaro zelf zich deze insinuaite laat ontglippen: wat deed Caiilaux na de ernstige beschuldigingen van Calmette? Weerlegt hij de feitenI Kiep ihij de hulp der justitie in? Zocht hij voldoening langs nechtelijken weg? Niels van dat alles, maar zijn vrouw kwam en schoot Calmette neer! Nog verder ging de afgevaardigde de la Haye, die het in de Kamer onomwonden uit sprak ,,hij zond z'n vrouw, enz." Hoe allerouzinnigst de veronderstelling is, dat Caiilaux z'n wouw gezonden zou hebben om Calmette neer te schieten, men behoeft er maar op te zinspelen en er zijn genoeg on- noozelen, die er geloof aan hechten. Het Parijsche middagblad „Paris Midi" heeft 'Donderdag 19 Maart 3 dagen dus na den aanslag 'n entrefilet gewijd aan Thalamas (,,lo cuisLre Thalamas" -heet hij), dat aldus begint: Air. Thalamas est sale. C'est un hom- me mineux. Son crane est chauve, son cheveu •rare'' en zoo gaat het voort, niet andere dan u weinig vleiende beschrijving van het ,,vale' uiterlijk van Thalamas, van z'n slechte klee- ding enz., aldus eindigende: le fond de ses poches doit mélanger des miettes de tabac et de paii*. C'est le Diogène républicain. In hetzelfde nummer wordt in 'n entrefilet 'n bijzonderheid verteld uit het private leven van ,,un de nos ministres qui compte a son aclif fcrois fern mes légitimes et deux divor- oées." Maar ook de bladen van Caiilaux' partij gaan niet vrij uit. Het slot van 'n hoofdartikel van Paul Ilyacintihe Loyson in ,.les droits de llhonuri'e" over Bartliou luidt ais vólgt: ,,0ü étaient tes dents, petit chien hairgneux? Ton ne n'avadt plus sa vision aigue... Et après la ne n'avait plus sa visionaigue...a Et après la séance tous sa journalistes républicains, ou- trés par votre basse lachetté, vous attendaient, monsieur Barthou! Pierre Mortier du gil Bias pour vous gifier, moi pour vous redire, com- me je l'ad fait cn tèle de ce journal: vous ètes, monsieur un misérable." En nu nog bij dit weinig stichtelijke onder werp één note gaie. Vrijdag 4 dagen na den aanslag staat het voor de bureaux van de Matin nog zwart van disputeorende en druk gesticulee- rende mensahen. Twee burgers, vlak bij mij, eindigen hun dispuut, maai- eerst werpt de een den ander nog de volgende vriendelijke woorden toe: „c'est une crapule, votre Caii laux", waarop de ander, glimlachend ant woordt: aliens, moi j'adme cette crapule, c'est mon droit n'est-ce pas? Madame Caiilaux en het slechte weer heb ben het Mi-Carèmefepst bedorven. Madame Caiilaux heeft te voel de aandacht van het publiek tot zich getrokken en de uecrstroo- inende regen heelt do feeststemming wegge spoeld. 's «Morgens liet het zich nog vrij goed aan zien. Er blies wed 'n hevige wind en de zon wilde weliswaar niel doorbreken, maar er zat toch voorjaar in de lucht. Vooral op de Champs Eiysecs speurde men de naderende lente. In veelkleurige stapels stonden de doo- zen en manden met conietti in onafgebroken -rij; van de Place dc ia Concorde tol hol Rond- point uitgestald. Dat gaf n zeer vroolijkeu aanblik, deed denken aan onze tulpenvelden, die nu ook wel zuilen beginnen te kleuren. En boven die bonte stapels, bollen de kastanjes reeds uit, grepen de takken mot o zoo teer groene vingertjes nog, schuchter in dc lucht. Doch na den middag vervloog alle hoop. eoret korte regenbuitjes, maar daarna werd het water als met bakken uit den hemel ge goten. Toch stonden de menschen in dichte hagen langs de rue Rivoli en Place de la Concorde den optocht van la Reine des Reines en haar gast la Reine de Turin af te wach ten. En toen de stoet, op weg naar het Elysée, waar mevr. Poincaré de Koninginnen van één dag zou ontvangen, eindelijk arriveerde, wa ren, voor zoover wij onder en over de hon derden parajpiuies konden heenkijken, de fraaie zegewagens van Prins Carnaval, van den Boeuf «Gras, van den Boeuf Apis, van Pantagruel, van de Bacchanten enz. enz., ver regend, de praalwagen van la Reine ledig en la Reine zelf had ha ar.toe vlucht gezocht in 'n taxi-auto 1 Na 4 uur klaarde het weer op, zoodat wij den stoet op zijn terugtocht la nas de groote boulevards van ons balcon ai nogmaals kon den bewonderen. En toen was hel inderdaad 'n interessant schouwspel, niet alleen om de optocht zelf, maa-r vooral om de ontzaggelijke menigte, die op den Boulevard de la Madelei ne cn waarschijnlijk ook op de volgende Bou levards samengepakt stond schouder aan schouder de gehecle breedte van den Boule vard vullende en uitpuilende in de zijstra ten. Slechts met de grootste moeite en ten koste van 'n onbeschrijfelijk gedrang gelukte het den bereden gardes 'n doortocht voor den cortègc te banen. 's Avonds was de drukte minder dam ge woonlijk maar tot diep in den nacht trokken vfoolijke groepen, maskers en vooral travos- ti's, door de straten cn vulden de terrassen dor café's. De honderden kilo's over de hoof den der voorbijgangers uitgestrooide confetti hadden zich met de modder versmolten tot 'n vette, glibberige brei, waar men tot de en kels inzakte en tot de knieën mee bespat werd, •indien men al niet, als velen, uitgleed en er 'n (bad in nam. De clou van den avond was het groote bal in de van buiten en van binnen schitterend verlichte Opera, liet van oudsher vermaarde bal van Mi-Carème, dat na 'n onderbreking van 12 jaar weder hervat werd. En dat het boven- verwachting geslaagd is, wie, die hel festijn bezoekt, zal het ontkennen? Ondanks de hooge prijzen (20 franc entree, 5 franc verplicht insigne met de kleuren van de redoute voor de niet-gecoslumeerden, 5 franc programma, 2 franc vestiaire enz. enz.) beliep het aantal bezoekers in de tienduizen den. De melodieuse muziek van de talrijke ka pellen, de bekorende balletten, uitgevoerd door de aTtisten van alle Parijsche theaters, de zoe te parfums, de schoonste en elegantste Pari- sienncs, de kostbaarste toiletten (met uitzon dering dan van die eene dame, wier geheele costuum bestond uit slechts één, met zijden linten bevestigd symbool der kuisohheid) het was alles zoo irreëel, zoo betooverend, dat in de herinnering niet ahdors blijft dan 'n sprook je uit het feeenrijk. Politiek Overzicht De bii-ijit om itumeru.e. Sir Edward Larson, ae „koning van Lister", heelt zich uit de vergaderzaal Nan het lager huis naar Belfast begeven om, zooalt inj ver klaarde, „het lol van zijne landslieden te doe len. om 't even wat du zou zijn". Harerzijds neemt de regeering maatregelen om, zoo 1100- dig, geveld met geweld te keeren. De ministers van oorlog en van marine conlerecren samen in het War Office; zij plegen overleg met den koning en met de liooiaen van leger en vloot. Uit üe troepenbewegingen, die op verschillen de punten plaats hennen, blijkt, dat de regee ring op hare hoede is tegenover mogelijke ge beurtenissen. Maar ook uieüedeeüngen van anderen aard komen uit militaire kringen. Zij gewagen van den weerzin, die onder ae offi cieren van de in Ierland gelegerde troepen heerscht, om tegen de L«ster-mannen op te Lieden. Het aantal officieren, die gc/ind zijn ontslag le nemen, om niet le moe cn gehoor zamen aan een bevel om tegen Ulstei tc vech ten. wordt als een honderdtal opgegeven. Dat wijst op eene stemming in het leger, die niel onbedenkelijk is. In het lagerhuis is het verleden Donderdag hard toegegaan. Sir Edward Carson heeft ui heftige bewoordingen verklaard, dal de voor stellen, die de regeering in de zitting van 9 Maart aankondigue, voor Ulster nieLs waard zijn. De eerste minister heelt daartegenover mei grooten ernst gevezen op de groote ver antwoordelijkheid, ciie meu op zich zou laden, ooor le weigeren den weg op te gaan, dien deze voorstellen aanwijzen, den eemgen weg waarop, naar de mcening van de regeering, bet mogelijk zal zijn tol eene schikking te komen, lie meerderheid van het lagerhuis ulijfl aan dc regeering onwrikbaar trouw; de motie van afkeuring, die door de oppositie vvas oorgesleld, is met 345 legen 252 \ei worpen. Daarmee schijnt, wat het lagerhuio belieft, het pleit tc zijn beslecht. Daar zullen de par tijen niet tot elkaar komen, hetgeen echter ae mogelijkheid niet uitsiuit, dal ail toch zal geschieden. De parlementaire correspondent van de Daily News zinspeelt daarop, waai' hij zegt: „liet nelto-resultaat van het debat wijst op eene schikking met in het lagerhuis, maar wanneer het wetsontwerp hel hoogers huis bereikt." In het parlement is nu de toestand aldusa De oppositie verlangt, dat de door de regee* ring aangegeven amendementen in dc llome» rule bill worden opgenomen en dat dc geheele wet zal worden onderworpen aan een alge meen referendum. De regeering handhaaft hare amendementen, d. w. z. de toelating van het Ierschc referendum en de tijdelijke mtsluK ting van de Ülster-graafscTuppon, waarin de orangisten de overhand hebben, maar zij wei gert het praelabele algcn#ene referendum. De groote vraag is nu: is daarmede van weerszijden het laatste woord gezegd? Hef Journal des Débats maakt eenige opraerkin* gen, die als antwoord op deze vraag kunnen dienen; het schrijft: „Dc heer Bonar Law en Sir Edward Carson hebben de avances van het kabinet wrkanj verworpen. Wil dat zeggen, dat zij werkelijk bet plan hebben, dc wapenen te gebruiken! Dat is weinig waarschijnlijk. Zij schijnen veeleer thans de groote gebaren le maken van de onderhandelaars, die veinzen ai te bre ken, alvorens te teeltenen. Zij stallen hunne middelen van actie uit, om den tegenstandeï vrees aan le jagen. De militaire rcdacteuï van de Times heelt onlangs de strijdkrachten opgesomd, waaruit „het volksleger" van de Ulslermannen was samengesteld: 110.000 man, in de graafschappen en de districten inge deeld en opgesteld in ül bataiilons infanteriü en een bereden regiment. Deze 110.000 man zouden bewapend zijn met Maiüni-gt weren, en geweren, uil Italic afkomstig, die, om ta voorkomen, dat zij bij velen tegelijk in beslag worden genomen, bij vijftallen aan betrouw bare menschen in bewaring zijn gegeven. De gemeenschap zal .worden onderhouden door 400 automobielen en 200 motocycles. De sein- dienst moet zoo goed geregeld zijn, dat in vier uren een bevel, algezonden uil bet hoofd kwartier, de uiterste hoeken van dc provin cie zou bereiken. Dc Times hooft liierbij eene kaart van Ulster gevoegd, waarop is aange wezen hoe de Ulster-strijdmacht is ingedeeld. Het is rnocielijk 1e gcloovcn, dal dc Time? een dergelijk artikel otmeenil niet hol duel hare lezers vóór te lichten met het oog op een nabijzijnden burgeroorlog. De incidenten van de zitting van verleden Donderdag geven, door de schijnbare heftigheid heen, blijk \*au den grooten geest van verzoening, waardooi bet kabinet is bezield. Dc heer Asquilh is zoq ver gegaan, dat hij aan de hoofden van dc op positie heeft gevraagd of zij konden inslaan voor de onderwerping van Ulster voor het ge val, dat een algemeen referendum de Iloir.e- rule bill mocht goedkeuren. Dat boteckeut, dat de regeering niet onverzettelijk is in dc kwes tie van het referendum. Echter is het zeer natuurlijk, dat zij, alvorens op dat hoofdpunt toe te geven, zich bepaald er van wil verzeke ren, dat die groote nationale stemming door do Ulstérmannen zal v -den geëerbiedigd. Zeker de toestand is koliek in het konink rijk cn het is vreemd te zien, dat een rcvolu- Lionair leger wordt c gen iit, welks in het veld treden ondergeschikt is aan de aanne ming of de verwerping van een wetgevenden maatregel. Maar het is niet minder karakte ristiek, dat tegenoser deze buitengewone de monstration bel Engclsche publiek in zijn ge heel kalm blijft. Uit zijn aard optimistisch en. vertrouwend op zijn praklisclien geest, gelooft het Engelsche volk, dat ailes ten slotte in orde» Dc man n.iki cn de vrouw beschikt. oorspronkelijke roman 8® door H. WITTE. Alles had dan ook op den Terpenberg een vroolijk en opwekkend aanzien, toen Dubbel man mei dokter Mendel en Margo, ook Mina niet te vergeten, «ie beide eersten deftig in het ftwart, de beide anderen keurig uitgedost, zich tegen den middag naar het heerénhuis begaven, de één al nieuwsgieriger dan de an- idere, naar wal daar nu eigenlijk stond te ge beuren. Dat het den heer Wermann met zijn feeste lijke opvatting ernst was, bleek al terstond toen Jan, de Noormalige trompetter, in een mooie livrei de dour voor de bezoekers tpende. Deze oude kennis was namelijk sedert tenige maanden tot huisknecht en palfrenier gepromoveerd. De heer vYcrmann had schik In dien oolijken, steeds or>geruimden gast gekregen, te meer daar deze zich, wat men peau ook opdroeg, door nauwgezette plichts betrachting onderscheidde. Toen dan ook de huisknecht wilde gaan trouwen om daarna jfn de stad te gaan wonen, had hij, ook o;> Jt)ul>belman'8 aanraden, niet geaarzeld d ümziekalen duivelstoejager, want dit was ij toch eigenlijk, tot den rang van huisknecht le bevorderen, en hem in een aan zijn rang passend gewaad Le steken, dat hem wonder wel stond. De kranigste figuur maakte liij echter, wanneer liij feestelijk was uitgedost, wal echter slechts bij uilzondering, bij het be zoek van gasten, of wanneer hij up den fraaien landauer naast den In dezelfde kleu ren prijkenden koetsier parade mocht maken. Wat een leventje 1 dacht hij dan, en hoe anders was het toen ik langs dezen zelfden weg met mijn trompet een karig stukje brood verdiende. Al was bij eer aedrongen dan rijzig van gestalte, maakte hij tocb een goede üguur. Met zijn korte m ock, wilte kousen cn lage verlakt loeren sciioenen, met zijn blauwe rok inct verzilverde knoopen en zijn geelzwart vest; daarbij zijn gevuld, steeds lot een glim lach geneigd gelaat en zijn Xrisch gezonde kleur, kon hij menigen stads-lakei naar de kroon steken. Nu inzonderheid bleek hij zeer in zijn schik le zijn, ofschoon hij volkomen in zijn rol bleef en zich zelfs met Mina geen an dere familiariteit veroorloofde, dan dal hij haar kameraadschappelijk toelonkte. Zij be hoorde op dit oogenblik tel de gasten, cn hij ook, had mijnheer gezgd. Wat dit nu te neteekenen had kon hij maar niet vatten, ai tl bij toebereidselen zien maken en daar zciis aan geholpen, die hem te denken ga maar hoe meer hij er over dacht, des n ider begreep hij waar dat alles ei /.ou loopen. Ilij had hel dits map.' en, zeker als hij was dal het nu v g zou blijken, li ij had zijn orders en, daaraan voldoende, e-en mandje ,n trompet, een. llesch champagne cn glazen, dezen met een doek bedekt Tn de gang gereed gezet, zonder zich er ook maar een flauwe voorstelling *an te kunnen ma ken waartoe dat moest dienen. De heer Wermann. ontving zijn gasten in den salon ongekunsteld hartelijk; ooic hij had zich feestelijk gekleed on dit, gevoegd bij zijn deftig, aristocratisch voorkomen, was een bewijs dat 't geen hij voornemens was ern stig door hem werd opgeval. Hij wilde al terstond, nadat de aangekome- nen gezeten waren, hun nieuwsgierigheid, waarmede hij zich heimelijk vermaakte, ge deeltelijk bevredigen. Hij schelde Jan, en, toen deze binnengekomen was, zei hij: Gij weet reeds, mijn vrienden, dat ik u heb uilgenoodigd ter bijwoning van een doop plechtigheid. Dc doopeilug bevindt zich ech ter niet hier, maar wacht ons in het nieuwe huis. Doet mij dus het pleizier met mij daar heen te gaan. Alvorens te vertrekken nam hij Jan even terzijde en fluisterde hem iets toe, waarop deze vergenoegd snikte, als wilde hij zeggen begrepen. .Mon verliet nu het heerenhuis. Jan in zijn mooie pak voorop, een vioolijke marsck op zijn trompet blazende, met een kleine jongen naast zich, die nel bewuste mandje droeg en gevolgd door de heeren Wermann en Dubbelman, die weder gevolgd werden door dokter Mendci, Margo en Mina. Het was, ondanks de geheimzinnigheid, een vroolijlce kleine optocht; immers, wat dc heer Wermann ook van plan was, dat hij een verrassing bedoelde, hiervan waren ze allen overtuigd. Alleen reeds de prachtige lentedag stemde tol opgewektheid, waartoe de hel dere tonen van fan's trompet zeker niet wei nig bijdroegen. En hij blies er dapper op los, zijn iai de zon blinkend instrument nu links dan rechts richtende, als Nviide hij den ge- heelen omtrek in dc feestelijke stemming doen deelen. En feestelijk was de stemming wél; zeker niet hot minste bij den nobeien bezitter van dat groote en schoone landgoed. Dit was hom duidelijk genoeg aan te zien, al trachtte hij het door een gesprek over onverschillige zakén te raaskceren. Dubbelman bemerkte bol echter zeer goed, en, hoewol niet nieuws gierig van aard, prikkelde het nu toch zijn nieuwsgierigheid in niet geringe mate. Die werd reeds gedeeltelijk bevredigd, toen zij, na langs een omweg op Jans muziek in den pas gewandeld tc hebben, don ingang aan -de bekende beukenlaan bereikten en op kleinen afstand iict gezicht op de voorzijde van het nieuwe huis hadden- Daar toch prijkte in den vel met door dc heldere zon weerkaatste gulden letters het woord „Louise n hof Wél was dit inzonderheid voor Dubbelman een aangename verrassing! Daarom Nvas dus de heer Wermann in den laatsten tijd niel op dit onderwerp terug gekomen, had hij nu, geheel tegen zijn \voonlex een besluit geno men en in stilte teil uitvoer gebracht omtrent een zaak, die hij vroeger luchthartig met hem had besproken, alsof hij er luttel beteekenis aan hechtte. Door dit huis en de omgeving naar diens moeder te noemen, had hij zijn jonge vriend willen verrassen, on dat hij daarin geslaagd was, bleek uit diens uitroep: „Louisenhoff'I Daar had ik niet aan dur ven denken. Is 't goed zoo? vroeg Wermann. Tot eenig antwoord stak hij dezen de hand toe. Hij zag bleek van aandoening. Toen ze hij het 3 "is gekomen waren, hield de heer WermaunS zijn gasten staande en plaatste ze op een rii. Daarop gaf hij Jan een wenk, die nu den doek van dc inann nam en aan elk ecu hoog champagneglas gaf; het zesde liet hij besclieidelijk in <le mand liggen. Neen, maat, zoo niet; jij ook een glas; je bent op dit oogenblik zoo goed een gast als de anderen. Maak echter even die fleseft los, maar houdt de kurk tegen. Dit gedaan zijnde, nam Wermann de flesch van hem over, en richtte die op het nieuwe huis. Toeu, terwijl hij de reeds oprijzende kurk vasthield1, sprak hij, met een van aan doening bevende stem: „Louisenhof, ik doop u met den naam van „haar, die mij eens lief en ook onzen vriend „Dubbelman zeer dierbaar was. Ik doe dit „met de volle instemming; ik doe hel zelfs „in naam van den nieuwen eigenaar en toe- „korastigen bewoner. Moge dit huis een lange „reeks van jaren ae woonstede zijn van waar achtig huiselijk geluk. Zoo zij het! Onder het spreken der eerste woorden liet hij de kurk los, en deze vloog tegen het huis, fo-t dichtbij don nieuwen naam en onmiddel lijk daarna schonk hij dc op zijn verzoek ge reed gefhouden glazen vol, terwijl Jan met een schetterende fanfare als 't ware aan de plechtigheid wijding gaf. Later zei hij, dat hij nooit zoo prettig geblazen had. Wordt vervolgd-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1