Woensdag 6 Mei 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. TANTE LÜTTE. 12da Jaargang Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. Politiek Overzicht Albaneesche zorgen. l ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort f l.OO. Idem franco per post 1.50» Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO, Afzonderlijke nummers 0.05. Pe,:o Courant veraohynt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.3Ö. Elke regel moer -0.10, Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling, Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij aboimemoat. Eene circulaire, bovattondo de voorwaardon, wordt op aanvraag toegozonden. Ontwijding. Het is niet belangrijk, maar bet is teekenend yoor de godsdienstige verwording, welke op het platteland maar al te vaak zich openbaart Het zou vermakelijk zijn. indien het niet be- drü avond was te zien, hoe er vaak met het heilige gesold wordt. In 'n dorp, waarvan vele onzer lezers mis schien inlet eens den naam kennen, ai is het gelegen in de provincie Utrecht, bijna onder den rook van 'n academiestad, in de gemeen te Benschop, zijn de vorige eek in den ge meenteraad breedvoerige discussies gehouden over bet voorstel van een der raadsleden om in bet vervolg de raadsvergaderingen mei gebed bo openen. De meeste raadsled cm -chenen zulks ge wei ischt te vinden en noodig te hebben om hun plichten goed te kunnen waarnemen; de burgemeester echter meendei, dat het voldoen de was, zoo bij de raadsleden het oprechte voornemen voorzat om de der ge meente naar hun beste weten in volkomen belangloosheid te behartigen. Het is echter niet over de discussies tus- s< lv.n de Benschopsahe boeren en hum burge meester, dat wij onze lezers onderhouden wil den. al zou het ons stellig enige vroolijke oogenbiikken bezorgen. Wij. willen alleen bet resultaat der bespre kingen meedeelen. Toen ten slotte mei aflgemeene stemmen op één na besloten was, dat de raadszittingen voortaan met gebed geopend zouden worden, wenschle de voorzitter, dat het raadslid, die het voorstel gedaan en verdedigd had, dan ook heit gebed uitspreken zooi. Maar neen, daar wilde deze niet van weten. Ook de an dere raadsleden achtten het de taak van den burgemeester, wien zij, djus opdroegen 'n ge bedsformulier op te stellen en dat in de vol gende vergadering den raadsleden ter goed keuring voor te le^uan. En ziehier nu wait wij gruwelijk vinden: ld. dat 'n burgemeester tegen zijn wil opge dragen wordt... 'n gebed te maken, gelijk 'n kleermaker 'n jas! 2o..Da! dit gebed ter goedkeuring voorge legd moet worden aan den geineenteraadl 3o. Dat 'n gemeenteraad, bestaande uit man nen rwan zeer uiteenlotopende godsdienstige overtuiging (sit venia verbo), <ver de woor den van het gebed in openbare vergadering gaan dascussiecrenl •lo. Dat het aldus vastgesteld formulier vóór Iedere vergadering door den yoorzatter Voorgebeden zal worden! Welk 'n kracht zal er van zulk 'n gebod uit gaan?. In het exposé, dat de minister van buiten- landsche zaken van Oostenrijk-Hongarije, graaf Berchtold, in de vorige week in de dele gation gegeven heeft van den toestand, wor den de zaken in Albanië in rozenroode kleu ren geschilderd. Hij zeide, dat de oprichting van den zelfstandigen staat Albanië door cic aanvaarding der regeering van vorst W ilhelm is voltooid, dat de nieuwe souverein door de bevolking met geesidriit is begroet en de sym pathie bezit van dc groote mogendheden, en dat dit alles een gunstig voorteeken vormt voor het slagen van zijne zending. Er werden reeds dadelijk stemmen verno men, die deze voorstelling te optimistisch von den, en die indruk is sedert nog versterkt door de berichten, die zijn ontvangen over een inval van Epii;otische benden in het dis trict Kolonia. Kolonia ligt ten zuiden van Koritza, waar in het begin van April hevig is gevochten. Daar de Albaneesche gendar merie tot dusver nergens over de noordwes telijke grens van de voormalige Grieksche oe- zettingszóne heengegaan is, maar zich bin- ncn die grens heelt gehouden, heeft de bezet ting van Kolonia niet de beleekenis van eene gevoelige nederlaag. Het garnizoen van Kolo nia was door detacheeringen naar Koritza verzwakt, hetgeen het succes van de Epiro- ten verklaart. De overval op Kolonia levert echter aan den anderen kant het bewijs, dat er in het kamp der opstandelingen steeds eene groote leven digheid heerscht en dat de bezetting van het aan Albanië toegekende gedeelte van Noord- Epirus wel niet zonder bloedvergieten zal kun nen geschieden. Het schijnt, dat de Albanee sche regeering ten slotte toch genoodzaakt zal zijn, sterkere militaire middelen van druk aan te wenden. Het is niet bekend, hoe ver de mililaiFe maatregelen van Albanië, die na den overval op Koritza zijn bevolen, nu gevorderd zijn. Er wordt gezegd, dat de vorst van Alba nië heden reeds over omstreeks ÏO.UOO man kan beschikken. Of deze lichting in staat z .1 zijn de taak, die haar is toegedacht, te vol brengen, moet nog blijken. In den laatsten tijd zijn in Albanië een aantal machinegeweren met munitie en ook eene batterij snelvuur- geschut aangekomen. Het staat vast, dat de opgestane Epiroten aanzienlijke versterkingen hebben gekregen door den overgang van officieren van hel Grieksche leger, die met de aan hen onderge schikte manschappen, machinegeweren en ka nonnen uit het front deserteerden. Misschien komt er aan deze deserliën een einde, nu de ontruiming is voltooid van Epirus door de Grieksche troepen, die thans i ^ar een groo teren afstand van dc Albaneesche grens zijn verlegd. Griekenland slaat thans voor vraag stukken, die de aanwending van zijne mili taire machtiniddelcn op andere plaatsen noo dig kunnen maiken. Inlusschen werpen deze desertiën een eigenaardig licht op de tucht in het Grieksche leger. Albanië kan, wanneer de vreedzame mid delen te kort schielcn, voor vrij groaLe mili taire bezwaren komen te staan. Dit zijn niet de eenige bezwaren, waarvoor het jonge vor stendom zich gesteld ziet Op een eigenaardig bezwaar wijst de Neue Freie r'resse, namelijk op den inner lijken naijver tussohen Oosten rijk-Hongarije en Italië de twee mogendhe den, die de eigenlijke beschermers van Albanië zijn; hel blad zegt daarvan: ,,In Londen werd voor eenige dagen eene Geschiedenis verhaald, waarvan wij niet weten of zij op waarheid berust, maar die lot dusver van Oostennjksch- Hongaarsche zijde niet is weerlegd. Van de bi den vorst van Albanië geaccrediteerde gezan ten zijn de Oostenrijksch-Hongaarsche en de Italiaanschc gezant hel eerst aangekomen. Daar echter geen aan den an dor den voor lang b;: <le overhandiging van den geloofsbrief wilde laten en niet wilde hebben, dait de an dere op deze wijze als oudste gezant doken van het corps diplomatique zou worden, beslo ten zij, om dezen naijver niet naar buiten te loonen, de ontvangst-audiëntie bij den vorst zoo lang uit te stellen, totdat de gezant vüd een dorden staat zijn geloofsbrief zou hebben overhandigd. Dat heeft de Humeensche gezant gedaan, en deze werd, daar de Oostenrijk' saho en de Italiaanschc gezant elkaar weder- keerig niet het kleinste voordeel wilden gun nen, deken van het corps diplomatique. Het is misschien aan twijfel onderhevig of deze geschiedenis precies zoo is op te vatten als zij naar Engelsche beriohten in Ween en wordt verteld. Zeker is echter, dat graaf Berchtold, die de ernstige moeielijkheden van het Alba neesche vraagstuk kent, niet zal betwisten, dat het succes van deze schepping nog geens zins verzekerd is en dat op de r let-officieele stroomingen in Bome eveneens moet worden gelet."- Duitschland. Bij den bondsraad is een wetsontwerp aan hangig» da* ten doel heelt de belasting van vreemde wijnen toe te laten daar, waar het belasten van inlandsche wijnen geoorloofd is. Het bericht, dat verléaen Donderdag besloten was tot indiening van dit wetsontwerp bij den rijksdag, blijkt voorbarig te zijn. Er zijü bezwaarschriften tegen dit wetsontwerp in gekomen uit het binnenland en ook uit het buitenland, die tot een nader onderzoek aan leiding hebben gegeven. Het is daardoor on waarschijnlijk geworden, dat dit wetsontwerp nog voor de zomervacanlie van den rijksdag zal worden afgedaan. In het buitenland heeft dit plan zeer de aandacht getrokken van de bedreigde belang hebbenden. In Madrid heeft eene vergadering van afgevaardigden en senatoren van de wijn- bouwende streken plaats gehad, waarin be sloten werd bij de regeering aan te dringen op stappen bij Duitschland tegen de vooi geno men verhooging van rechten op Spaansche wijnen. In dc Tcmps wordt er op gezinspeeld, dat als dit plan doorgaat, men in Frankrijk represailles zou kunnen nemen op gelijke wijze als Rusland, dat een invoerrecht op graan zal invoeren, om het effect van de in Duitschland uitgekeerd wordende uitvoerpre- rniën te niet te doen. B e r ij n5M e i. Bij de tweede lezing van de begrooting van oorlog deelde de minister van oorlog over de uitvoering van de nieuwe legcrwet mede, dat de inlijving van de benoo- digde meerdere manschappen is gelukt, zon der dat moeielijkheden worden ondervonuen 38.000 volkomen geschikte mannen konden uiet meer ingelijfd worden. De cischen van geschiktheid zijn dezelfden gebleven. Van de ingelijfde manschtppen werden 4 pet. wegens lichaamsgebreken weer ontslagen tegen IJ pet. in het vorige jaar. Bij het 30.000 man sterke korps officieren zijn thans slechts 3000 vacante plaatsen. De bezetting van deze plaatsen is in hoogstens drie jaren bepaald te verwachten. Bij de onderofficieren zijn 4000 vacante plaatsen. De vrees, die aan de legerwet is vastge knoopt, is geheel ongegrond. De huisvesting, de voeding en de sanitaire verzorging van 'lc manschappen waren voldoende. Wat de ge zondheid van het leger betreft, was 1913 een recordjaar, waardoor de voortreffelijkheid van het korps officieren van gezondheid be wezen wordt. Veel moeite leverde de kwes tie van de kleeding op, maar toch is reeds aan den i&izer bericht kunnen worden, dat alle troepen-eenheden gereed zijn om voor den oorlog uit te rukken. (Levendige toe juichingen). In de begrootingscommissie verklaarde de minister van oorlog, tegenover bezwaren van een vrijzinnige, dat het stijve stelsel van lucnt- schepen het allerbeste is, dat bestaat. Het zou dus onverantwoordelijk zijn, als het leger bestuur dit stelsel niet verder aanmoedigde. B er 1 ij n, 5 M e i. In den verderen loop van het debat over dc begrooting van oorlog zei- de Schuiz (sociaal-democraat): Wij bestrijden het staande leger, omdat het een maehlmiddel is tot instandhouding van de klaoscnheer- schappij. Erzberger (centrum) zeide: Het staande le ger is veeleer een machtmiddel tot instand houding van de welvaart van Duitschland en van den wereldvrede. De laatste legerver- meerdering was volstrekt noodig. Wij zijn er trotsck op, dat de legerorganisalie zoo schitterend haren goeden naam handhaafde. (Luide instemming.) Het economische leven bleef daarbij ongeschokt Daartegenover had den andere natiën groote moeielijkheden bij de iegervoordracht; zij konden tot heden nog niet tot stand brengen wat reeds door ons is toegestaan. Dat is voor ons eene verdere reden van voldoening en trots. (Luide in stemming.) Bassennann (nationaal liberaal) zegt: Ook wij zijn van de noodzakelijkheid van de laat ste 'leger verst er king overtuigd. De wereld vrede werd daardoor gediend. De internati onale spanning begint eene zekere splitsing van de wegen te verloonen. Daarom nemen de wrijvingsvlakken toe. Dit wordt bevestigd door de spanning, die het ingrijpen van Duitsckland's koloniale politiek, vooral tegen over Engeland na zich sleepte. Om onze stel- lings als groote mogendheid in stand tc hou den, is het best geoefende leger juist goed genoeg. (Toejuichingen). De ambtsbezigheid van den minister van oorlog bewijst, dal hij zijn arbeidsveld goed tbeh-ierscht. (Instem ming.) Het Duitsclic volk geeft blijk volledig begrip te hebben van den. weg, die in de Ie gervoordracht is aangewezen; de ruimste krin- en van het volle zijn overtuigd, dat wij met de aanneming van de voordracht het juiste hebben gelroifen, ook in den zin der hand having van den wereldvrede. (Toejuichingen bij de nationaal liberalen.) Morgen voortzetting van deze debatten. Hamburg, 5 Mei. Daar dc werkgevers in het expeditie- en transportbedrijf weiger den het tariefsverdrag, dat den 30en April ab liep, op den door de koetsiers voorgesteldca grondslag tc vernieuwen, hebben de koetsiers besloten te staken. Voorloopig staken 800 man. Engeland. Londen, 5 Mei Bij de ontvangst van eene deputatie, die kwam aandringen op of-» ficieele deelneming aan dc Panama-tentoon^ stelling in San Francisco, betuigde eerste mi nister Asquith instemming met het denk-i beeld, dal de regeering een bijzonder pavil joen zou bouwen. Hij beloofde dit in liet ka binet ter sprake te zullen brengen. Wanneer hiertoe wordt overgegaan, dan zou dal bc- teekencn, dat de rcgcering de uitnoudiging tot deelneming aan dc tentoonstelling zon aannemen, zonder dat dit groote kosten zou vorderen. De pas overleden hertog van Argyll laat uit zijn huwelijk met prinses Louise van Enge land geen zoon na. Zijn titel en dc daaraan verbonden waardigheden cn bezittingen gaan over op zijn een jaar jongeren broeder, die als deelhebber in het belkcnde bankiershuis Coulls, eene aanzienlijke plaats inneemt in do wereld, waarvan de Londensche beurs liet middelpunt is. Do schilderij van Sargent in de Royal Aca demy, die heeft blootgestaan aan een aanval van eene suffragette, is door drie cncdcn be schadigd. IIel is ceu portret van den schrijver James eu is een van Sargent's beste werken. Een man, die de dadcres trachtte tc bescher men, werd daarvoor door eenige bezoeken aangevallen en mishandeld. De daad geschiedde op den openingsdag var de tentoonstelling, waarop het stuk was in« gezonden. Een deskundige, die de schilderij na de daad onderzocht, verklaarde, dat dG schade betrekkelijk grooler was dan bij dc on langs op gelijke wijze beschadigde Venus van Velasquez, waar zich met dc jaren een sooit vernis had gevormd, die aan de schilderij ccn grooler weerstandsvermogen verleende. Hier ging de bijl door de nog versclic verf cn sneed liet doek geheel door. De waardeverminde ring van het stuk wordt opgegeven als 500 p. st. De daderes, eene vrouw van 55 jaren, die zich mrs. Wand noemt, is naar hel hof van assises verwezen. Oostenrijk-Hongarije. Bij alle ieweucnuciü over ueu .ugemeenea toestand van keizer Frans Jozef blijft toch de kalarrh hardnekkig eu maakt de beterschap in dat opzicht slechts geringe vorderingen. Men bericht, dat prof. Ortncr, die met den lijfarts dr. Kerzl den keizer behandelt, aan dringt op eene krachtiger geneesmethode, in zonderheid door 'het opzoeken van een gelijk matiger, zachter klimaat, om te beletten da/ de ongesteldheid chronisch wordt. Rusland. Petersburg, 5 Mei. i'oen in de zitting van heden de minister-president Gorcniykin op de tribune kwam, maakten de afgevaardig den van de uiterste linkerzijde lawaai; zij trommelden en klopten op bunne lessenaars. De vermaning tot rust van den voorzitter van do docma bleef zonder vervolg, waarna hij voorstelde aan dc acht schuldigen de hoog ste straf op te leggen, namelijk hunne uitslui ting uit vijltien zittingen. Een van dezen, de ai- Wie u de fouten van anderen ivertelt, zal .Weer aan anderen uw fouten vertellen. door MARIE DIERS Schrijfster van •^Dokter Joost en zijne zeven zotrgen", enz vertaald door Cato W. Westenberg. „Louisel Kon toch eens even hier!" riep de oude dominee ihomasius en stak zijn gezicht met den grijzen schippersbaard voorzichti0 door de spleet van de deur in de groote ach terkamer, waarin veel drukte heerschtc. De slachllucht, die twee malen in het jaar de pastorie vervulde, drong hem tegemoet. Aan de groote tafel in 't midden der kamer was de domineesvrouw bezig met 't mes in dc hand en eene witte, met bloed bevlekte schort Voor, terwijl zc hare orders naar alle zijden zond, aan eene lange tafel bij den muur draai de de dikke meid Sophie langzaam en voor- zichl ig de worstmachine, terwijl eene boeren vrouw uit het dorp de darmen vasthield en t vollen daarvan met groote toewijding eo 't geven van. korte bevelen aan de meid 'be geleidde. In den hoek bij hel - ster was nog /eer opgeschoten meisje, flat slechts in de pas torie bic'" als er ovcrinnlig v 1 te doen was, bezig met hot breken en doorsteken dei worstpinnetjes. Dominee Tliomasius hield met de rechter hand, waarmee hij de deur heel voorzichtig slechts op een kiertje geopend had, de lange pijp vast, met de andere een onen scliriïr, waarin hij met rooden inkt correcties had aan gebracht „Kun je je niet een oogenblikje vrij maken, Louise?" drong hij aan, reeds een weinig on geduldig geworden. „Och! Juist nu weerl *t Zal wat wezenl" mopperde de domineesvrouw met halfluide stem. Toch legde zij het mes neer, streek hare handen vlug wat af, en terwijl zij ze een eindje van zich verwijderd in de lucht hield, kwam ze op hem toe. Zo was iets grooler, veel gezetter en veel jonger dan haar oude, kleine, magere echt genoot, die er bijna armoedig uitzag, zooais hij daar in slechte houding vóór haar stond in zijnen kaal geworden cliambre-cloak, ter wijl liet slordig geborstelde haar, vallende, zooals het gelieide te vallen, hem op voor hoofd en slapen lag. Zij had een zacht ge kleurd, energiek, verstandig gezicht niet mooie, donkere oogen en eenen lijn gebogen neus. Naar haren mond te oordeelen, ver stond zij de kunst van bevelen goed. „Bekijk dit eens, Louise!" zei de oude do minee triomfantelijk eu liet, meegesleept dooi de gelorie van het oogenbiik, den deurknop los, zoodat de deur knarsend verder op» u ging en hij nu toch op het gebied van de huishoudelijke luchtjes kwam, dié hij zoozeer verafschuwde. Met zijne zacht bevende han den hield hij haar het schrift voor en klopte nog ter versterking met den knokkel van den icchlermiddelvinger op de bladen. „Zie je, cn dat is nu gecne gewone oefening, maar eene onvoorbereide, die ik Lütte zooeven gedic teerd heb: twee heeie, lan/je bladzijden cn geene euke'.e fout, slechts Lier in het midden eene fout door onnadenk ;nheia, die ze ooi» nog wel achterwege bad kunnen laten, zeker. Dat hel ik haar ook gezegd, 'l Zou een pracht stuk ijn zonder dat. Maa:- ook zuo is l goed, zeer goed, heel mooi. St:l je eens voor, nier o ja, dat is waar ook jc kunt Let helaas niet begrijpen. Jam-icr. Maar ik wil hel be waren, tot er eens een collega komt. Van Martin heb ik niet veel pleizier beleefd, nu stelt Lütte me toch weer schadeloos!" De domineesvrouw keek met een zuurzoet gezicht naar het uitstekende Latijnsche werk Zij werd zoo rood als vuur, maar ze bedwong zich en zeide: „Ja, ik vind het immers om prettig, als je er pleizier van hebt, Thonia- sius. Ik gun het je ook wel van harte. Ma ar zijn jullie niet gauw klaar met de les? Wij hebben hier zooveel te doen. De kleine Mariek moet weg en ze moet haar eten hebben, kim je mij Lu tie niet spoedig sturen? Zie een>. beste mau, ik weet lieelemaal niet, hoe we klaar zullen komen. Het varken woog zes honderd pond. Het is een groote zegen, ua' geef ik toe, zelfs op Kestendorf hebben ze h /.en winter zoo'n varken niet gehad maar al dat werk! Kun jc niet éénen enkelen keer om mijnentwille de les bekorten?" „Maar...! Maar...! Lie\e vrouw! Louiscl' zeide de oude dominee verschrikt. Hij had haar reeds eenige malen in de rede willen vallen, doch door de opwinding had hij de passende bewoordingen niet kunnen vindoi. Hij sloot het schriiL cn keok haar pijnlijk ge troffen en bestralfend tegelijk aan. „Je weet toch, dat wij op 't oogenbiik wis kunde hebben, vrouw 1 Eu daariu is Lüite nog erg achier. Daarin is ze nog lieelemaal niet gelijk met de leerlingen van op één na de hoogste klasse. Dal zou toch vreeselijk zijn, eenvoudig eene heele les te missen. Sluui Sophie toch even uit en laat haar eenige'van de aannemeliugen voor je halen, lloe is 't toch mogelijk, uat er zulk eene gedachte bij je opkomt? Ik verbaas me ontzettend over je, üesle vrouw 1" Hoofdschuddend, met gebogen rug en bijna haastig, alsof liij eene kostbaarheid in veilig heid moest brengen, ging hij, sloffend over den sleciien vloer der gang, naar de studeer kamer terug. .Zijne vrouw zag hem' met sa mengeknepen lippen na. Toen keerde ze zien oiu, trok de deur dicht en ging weer aan de slachttafel staan. Maar het kookte 111 haar. men zag liet aan het jagen van hel bloed tn liaar gezicht. „Dc julfrouw mag zeker niet?" zei de boerin" vroeg eene oude vrouw «met ingeval len borst, in wier trouwhartige oogen nu eem guitige schittering kwam, welke toonde, da? ze 't een en ander begreep. „Och, vrouw Meinkel" was alles, wat dr domineesvrouw ietwat i^rzelcnd, moedeloo> anlwoordde. Maar na een poosje moest zc locli verder spreken. „Daarvoor heeft men au eene eenige dochter!" riep ze bitter. „Zeg nu zelf eens,, vrouw Meinke. wat et daar nu van terecht komen? Kun jij je een meisje voorstellen, dat Latijn en Grieksch en wis kunde leert en niets van de keuken weet, e> geen flauw begrip van heeft, hoe ze een bord soep moet koken? En dat zoo iets juist mij moet overkomen! Wat voor profijt ter wereld zal het kind toch later van hare dolzinnige oefeningen en al dien onzin hebben, als wij beiden er eens niet meer zijn? Mijn b rtc man is al midden in de zestig, vrouw .Meinke, en ie weet. hoe ik moet oppassen, dril liij he* eten krijgt, dat goed voor zijn gestel is en hov ik in andere opzichten voor hem moet zor gen, vooral in den winter, opdril liij toch vooral niet ziek zal worden. Zijn hart is noo>t heclemacl in orde. Als hij aiicen maar hier in Bunlhorp behoefde te precken, dan zou ik niets zeggen. Aiaar nu moet hij minstens allo veertien dagen naar Kestendorf, terwijl da wegen zoo slecht zijn en deze ellendige oosten wind voort durend waait. En dan die winde rige kerkhoven!" „Zoo is liet overal met onze dominees, me* vrouw", troostte de boerin. „En 11c zeg altijd mar: Wie zoon klein barstje ia zich hecR, als onze dominee met zijne hartekiep, cue. houdt het nog 't langst uil. Dat zal mevrouw zien!" „Ja, ja, ik klaag immers ook niet, vrouw Meinke. En als de nood aan oen man konr, hebben wc toch ook nog wel eenen enkelen cent, geërfd van mijne brave ouders. Ik ben streng opgevoed. Ja, Sophie en Mariek, lui steren juhe maar, t zal jullie niet schaden, ik licb als jong meisje meer moeten werken dan jullie beioen sómen, uiaar bet heeft mij goed gedaan. En als t van mij afhing, dan noest Clirisla ook ja, God weet het. Maar Zc kon niet voortgaan. Di'.kc Iraneq kwamen haar in de oogen cn rok.en haar over hel. gezicht. Ze veegde ze snel met de mouw al, opdat zc niet op het vlccscil zouden vallen. „Ja, dat zal \velr" zei mouw Meinke be droefd. „Mij zal uw heer ijn! M nigmaal zi<" wij immers ook r.iel, waar dingen op utt zullen loopen, rraar als 1 God vertrouwen, wordt alles toch nog g ITurclt vervijlodr

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1