N°. 263 12"' Jaaraang. DE E EM LAN DER". Donderdag 7 Mei 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. TANTE LÜTTE. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Politiek Overzicht. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. 99 ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort f G* Idem franco per postl»5fl>* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO. Afzonderlijke nummers - 0.05. 5eze Courant verschijnt dagelyks, behalve op Zon- ea Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te renden. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regelsf 0.50. Elke regel meer 0.10, Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel on bedrit bestaan zoor voordoelige bepalingen tot het horhaald advortooren in dit Blad, bij abonnement Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt aanvraag toegezonden. op Na de verkiezingen in Zweden. De nieuwe rijksdag van Zweden zal, wan neer hij den 18en dezer bijeenkomt, dadelijk kpwlg kunnen nemen van de plannen oer regeeraiïg om de landsverdediging beter in. te xfrmten. Nu de verkiezingen, voor de Tweede Kamer gunstig zijn uitgevallen voor de rech terzijde (en voor de met haar verbonden vrienden der landsverdediging van den rech tervleugel der linkerzijde), blijft het ministe rie-Hammarsikjóld natuurlijk aan het roer en ral bet alies doen tol uitvoering van hetoofd- punt van het programma van regeeringsbe- kid, waarmee het is opgetreden, de oplossing van het vraagstuk der landsverdediging. Ook de liberalen toonen zich gezind om daartoe mede *e werken. Over de oonstiitutioneele strijdvragen, die in de verkiezingscampagne om redenen van taktiak naar Yoren waren gebracht, wordt tlhans gezwegen; zij zijn stil- rwijgend achter de landsYerdedigingskwcstie gesteld, die in de allereerste plaats de aan dacht vraagt. De liberalen vormen nu de kleinste partij in dc Tweede Kamer; zij brengen 71 stemmen uit tegen 73 van de sociaal-democraten en 86 van de conservatieven. Zij zijn echter de partij, die den doorslag geeft; zonder hen is eene positieve oplossing van de kwestie der lands verdediging niet mogelijk. Men rekent vrij stellig met een compromis tusschen het mi- nisterie-Hiammarskjöid en de liberalen juist op dk gebied. Deze mogelijkheid ligt reeds hierom voor de hand, omdat het landsverde- l'igingsprograninfa van het tegenwoordige mi ni- terie op verschillende gewichtige punten p:'ralled loopt met de lijnen, die de vorige mi nister-president Slaaft in zijne bekende rede van Karlskrona, dn December 1913, als richt snoer voor zijne parlij aanwees. Alleen om- treni den oefeningstijd van de infanterie en den aard van de nieuw aan te schaffen pant serschepen heerschcnde belangrijke meenings- verschiilen tusschen de conservatieven en de liberalen. Yoor da houding, die de liberalen in den nieuwen rijksdag zullen aannemen, is het van gewicht, diat de heer Staaff zich beslist af wijzend gedraagt tegenover de wenschen en aansporingen van de uiterste linkerzijde om aan het kahinet-Hammarskjöld dadelijk bij het bijeenkomen van den nieuwen rijksdag par lementaire moaielijkheden in den weg te leg gen, ten eande zelf aan het hoofd van een ra dio aal-sociaal-democratisch ministerie te kun nen optreden. De leider van de sociaal-demo- oraten Braiding heeft er op gewezen, dat in den nieuwen rijksdag in werkelijkheid eene ual liberalen en sociaal-democraten beslaan' den meerderheid de macht bezit en da het natuurlijk zou zijn wanneer naar het voor beeld van Denemarken, waar liet radicale mi- misterie-Zahlc reeds sedert een jaar op eene radicaal-socialistische meerderheid steunt in Zweden een nieuw ministerie-Staaif de re- geeringsmaeht op zich nam. Daartegenover heeft echter Staaff's orgaan, Dagens Nyheter, verklaard, dat, al bestaat overigens in de poli tieke on parlementaire meeningen van de li beralen en de sociaal-democraten in Zweden veel overeenstemming, het standpunt van de beide partijen in de kwestie van de landsver dediging zoozeer verschik, dat eene samen werking op dit punt is uitgesloten. De lands- verdediigirLgskwesftie echter moet in de aller eerste plaats worden opgelost. Hieruit blijkt duidelijk, dat de liberalen na den uitslag van deze verkiezingen tot het inzicht zijn geko men, dal alle elementen, die voor eene betere inrichting van de landsverdediging gunslig gestemd zijn, dus ook zij zelf, moeten samen werken om eene oplossing van deze kwestie te krijgen. Het iministerie-Hammerskjöld is hierin de aangewezen leidsman. Eene opmerkelijke rede werd bij de viering van den 1 Mei-dag in Christiania gehouden door den Zweedschen sociaal-democratischen leider Branding. Die rede verdient de aan dacht, omdat zij het bewijs levert, dat ook de sociaal-democraten in Zweden principieel voorstanders zijn van eene goede regeling der landsverdediging. De heer Branting verklaar de, dat de Zweedsche arbeiderspartij bij den bestaanden internationalen toestand 't als .ar plicht beschouwt met de burgerlijke linker zijde eene verstandige landsverdedigingspoli- tiek te voeren^ die ten doel heelt Zwdea's zelfstandigheid en grenzen en de vrijheid van het volk tegen eventueele veroverings zucht van den buurman te verdedigen. Want de Zweedsche werkman is vaderlander ge noeg om in te zien, dat eene ontbinding van het staande leger, eene verwaarloozing van de toerustingen niet anders zou beteekenen dan de uitlevering van het volk en van zijne zelfstandigheid aan een oppermachtige. Hij besloot met eene vermaning aan de Noorweeg- sche socialisten om ook voor een krachtig, verstandig toegerust Noorwegen zorg te dra gen. Duitschland* Genua, 6 Mei. De Duitsche souvereinen zijn heden avond iom 7.55 met de Ilohenzol- lern hier aangekomen. Om 10.45 vertrokken zij naar Duitschland. Berlijn, 6 Mei. In het voortgezette debat bij de tweede lezing van de begrooting van oorlog, zegt von Bieterstein (conservatief): Het leger is de trots van het Duitsche volk. Onder zijne bescherming is het cultuurleven zeer -gestegen. De vlugge uilvoering van tJ legerwel-ten vervulde ons ook met trots; rij wekte de verbazing van de gansche wereld. Wij waardeeren de werkzaamheid van den minister van oorlog. Wanneer de oude tra ditie: „Trouw aan den keizer tot in den dood" gehandhaaft blijft, dan behoudt Duitschland de plaats, die het toekomt in de wereld. Müller-Meimnigen (Fortscbrilt) verheugt zi-ch eveneens er over, dal de reuzenarbeid van de legervoordrachten zoo vlug is verricht. Groote dank komt aan het volk toe, dat met eene door de gehecle wereld bewonderende offervaardigheid zware lasten draagt. Frankrijk* De Duitsche nuiusier \ua oorlog heeft in den rijksdag verklaard, dat dit jaar nog 38.000 manschappen, dia aan alle eisclien voldeden, niet ingelijfd behoefden te worden, omdat men hen niet noodig had om aan de behoeften van den dienst ten volle te kunnen voldoen; hij deelde daarbij nog mede, dat de eischen bij de keuring volstrekt met waren verlicht. Bij hel Fransche leger is dat auders. Men heeft daar groote moeite om te komen aan het getal der voor den dienst bcnoodigde manschappen, en de militaire commission, die de wegens lichaamszwakte of zwakke gezondheid terug- gestelde manschappen moesten keuren, lieten zich daarbij veelal leiden door de overweging, dat het er op aan kwam zooveel mogelijk man schappen in le lijven, ook al voldeden zij niet ten volle aan strenge eischen voor lichamelijke geschiktheid. De minister van oorlog Noulens heelt thans maatregelen genomen om hierin verandering Le brengen. In eene aanschrijving aan de be trokken militaire autoriteiten heeft liij hen op het hart gedrukt, dat zij slechts volkomen gezonde en krachtige mannen bij het leger moeten inlijven, die in staat zijn de zware in spanning van het militaire leven te verdra gen. De lichtingen moeten gcene zwakke en ziekelijko manschappen meer in zich opne men, want die zijn slechts eene belemmering voor de opleiding van bunne gezonde kame raden en bevorderen de -ontwikkeling van ziekten. De minister verklaart ten slotte, dat hij bijzonder prijs stelt op de nauwkeurige na- lering van zijne voorschriften. Engeland* L o n d e n, 6 M e i. In het debat over een voorstel ten gunste der onschendbaarheid van den bijzonderen eigendom op zee duidde Sir Edward Grey eene wijziging aan in de hou ding der regeering. Hij gaf le kennen, dat on der zekere voorwaarden, die hij uitvoerig omschreef, de regeering bereid zou zijn voor stellen, als zij werden gedaan, in overweging te nemen. Tweede telegram. De minister druk te twijfel uit, of onschendbaarheid van den bijzonderen eigendom op zee eenige rcchtstreekschc uitwerking zou heb ben op de oorlogskansen of de beperking van de toerustingen. Zijne persoonlijke meening was, dat geene verandering in de wetten of regelingen eene dergelijke uitwerking zou hebben. Het eenige wat zou helpen, was een stijgend vertrouwen tusschen de groote natiën, dat zij eene goede gezindheid hebben jegens elkaar. Wanneer wij slechts dien gelukkigen toestand kunnen bereiken onder eenig bond genootschap of dwingende verbintenis, zullen wij spoedig verbetering zien -men in de uit gaven voor toerustingen. Sir Edward Grey deed het belang uitkomen van handhaving van het recht van blokkade en de noodzakelijkheid om rwaarden te stelden betreffende de contrabande, ten einde te verhoeden, dat daarvan gebruik gemaakt wordt als een excuus om de r nschendbaar heid van hijzonderen eigendom in den oorlog op zijde te zetten. Ook betoogde hij de nood zakelijkheid, dat men 't er over eens zou wor den, dat koopvaardijschepen niet in gewa pende sohepen moeien worden veranderd. Dit alles elsoht zorgvuldig onderzoek. Hij wenschte duidelijk le doen uitkomen, dat wij voor waarden moeten hebben. Hij zou ten volle be reid zijn de houding aan te nemen, dat wij niet behoeven te .weigeren te —derhandclen, wanneer bij eene volgende gelegenheid het onderwerp te berde wordt gebracht, zooals met zekerheid zal geschieden o-j de volgende conferenLie te 's Gravenhage. Oostenrijk-Hongarije. Weeneu, Mei. Er is voltrekt geen merkbare verandering in den toestand van den keizer. B u d a p o s t, 6 M e i. De commissie van bui- tenlandsche zaken van de Oostenrijksche de legatie begon heden mot het onderzoek van de hegrooling van bulienlandsche zaken. De rapporteur, markies Bacqueliem, legde nadruk op de nauwere aaneensluiting onder de leden van den driebond, die op nieuw den toets heeft doorgestaan in de bescherming van den vrede en van de belangen van Oostenrijk. Het vooroordeel van Engeland is verdwenen en de traditioneele vriendschap voor de monarchie begint weer zich baan te breken. Barnreither begroet de toenadering van Duitschland tot Engeland als het aanbrekende morgenrood van een nieuwen politiekcn tijd. Hij wenschte, dat de verhouding tot Rusland zoo was, als zij in het exposé van graaf Bercb- told werd geschilderd. Rumenië. B u k a r e 8 t6 M e i. De dagbladen berich ten, dat prinses Elisabeth binnenkort naar Spanje zal reizen, om te voldoen aan eene uit- noodiging van prins en prinses Alfonso van Orleans. Bukarest, 5 Mei. Het parlement heeft in derde lezing de wet betreffende de grond wetsherziening aangenomen en heeft zicb daarna ontbonden. De verkiezingen voor de ronstitueerende vergadering zullen den 3Ien Mei beginnen; die vergadering zal den lÖen Juni bijeenkomen. Rusland. Petersburg, 5 Mei. Volgens de opga ven van den rapporteur dei* begrootingscom- -missie van de rijksdoema bedragen in de ontwerp-bcgrooling van 1914 de gewone In komsten 3,571,159,258 roebel, zijnde 33,060,000 meer dan in 1913. De buitengewo ne inkomsten zijn gebleven op 13,400,000. De gewone uiig. zijn geraamd op 3,299.119,168 roebel, d. i. 287 millioen meer dan in 1913. de buitengewone uitgaven op 253,209.000. De gewone inkomsten overtreffen de gewone uilgaven met 272 millioen. De ontwerp-begrooling balanceert met een totaal-bedrag van 3.612.559.183 roebel; de inkomsten bedragen 32 millioen meer dan de uitgaven. Onder voorzitterschap van minisler-presi dent Goremikin is in tegenwoordigheid van den gouverneur-generaal van ."inland eene vergadering van den raad .'oor de zaken van Finland gehouden tot bespreking van de plan nen tot afscheiding van het "ouvernement Wiborg van het groolvorstendoni en tot inlij ving van dat gouvernement oij het rijk. Oor spronkelijk was de bedoeling 1 *chU een be trekkelijk klein deel in té lijven. Maar ook hier is onder het eten de eetlust gekomen, zoodat nu de inlijving van liet geheele gou vernement in overweging is genomen. De eischen der landsverdeel!ging oieuen daarvoor als motief, liet resultaat der beraadslaging was, dat de inlijving van 'et landwaarts-in niet aan den zeeoever gelegen gedeelte nie> noodig werd geacht, maar dit hel oorspron kelijke wetsontwerp zal worden gewijzigd in dezen zin, dat de geheele kuststrook, mei inbegrip van de stad Wiborg, wordt ingelijfd. Het gerucht loopt, dat niet alleen tegen den 6ociaal-democralischen afgevaardigde Tschcidse, die in een zitting van de rijksdoo» ma verklaard heeft voor eene democratische republiek, eene strafvervolging wegens aan« sporing tot gewelddadige omverwerping van de bestaande staatsorde zal worden ingesteld/ maar ook tegen den ondervoorzitter Van de doema Konowalow, die de vergadering pre sideerde en verzuimd heeft den spreker voor zijne woorden eene berisping toe te dienen. Turkije. De vier Turkscne pnm>en, die voor hunin opleiding zullen worden opgenomen, zijn prins Djemal Eddin, die bij een regiment zal wor den ingedeeld, en de prinsen Abdul Rahil, Abdul Djelil en Fuad, die de Pruisische krijg» academie zullen bezoeken. Als gouverneur van de vier prinsen zal kolo nel von Strernpel optreden, die vroeger mili tair attaché in Konstantinopel is geweest, en laatstelijk deel uitmaakte van de onder lei ding van generaal Liman von Sanders uit gezonden militaire missie. De inspecteurs-generaal Westencnk Hoff zullen naar hiein-Aztc vertrekken, na dat de wel op de vilajets door dc Kamer is bekrachtigd. Konstantinopel, 5 Mei. Dc Kamci van afgevaardigden is den l lcn bijeengeroe pen. Blijkens ccuc verklaring an den ondervoor zitter van het Turksche vloolcomite. is hef comité thans in het bezit van 15.C00 l urksehf ponden. De jaarlijkschc inkomsten, die ~>,UGÜ pond bedroegen, zuilen cker verdubbeld worden. De ontvangsten in iie beide laatste maanden wijzen uit, dal adeen in dc beidtj vilajets Kaslamoeni en Trcbizondc voor 250,000 pond is ingeschreven. Hij >egde daaraan toe; ,,Gij ziet dus, dat wij zonder vrees da regeering kunnen uitnoodigen, de verbintenis op zich te nemen tol betaling der kosten van den dreadnought Fetyli, want dc firma, die dit schip bouwt, slaat zes jaren tóe voor clc al- geheele afbetaling. lederen dag ontvangt hc-fc comité talrijke brieven en telegrammen, die de geestdrift van de bevolking van het rijk bewij zen voor de oprichting van eene machtige vloot. Ik bon zeker, dat er eene algemoeao ontevredenheid zou zijn, als de regeering deze oprichting verwaarloosde, niet in eene ge dachte van revanche, maar eenvoudig om da veiligheid van onze kusten te waarborgen c« te waken voor de ontwikkeling van dc han delsvloot. In Albanië» Durazzo, 6 Mei. len noordwesten va» Dibra zijn Servische trocpcnafdeelingen dé Albaneeschc grens overgegaan. Zij hebben op Albaneesch gebied een heuvelrug met geschut versterkt. \Y o e n e n5 Mei. De Albaniscke Korre s- pondenz bericht uit Durazzo: Grieksche bcn« den hebben een groot deel van het district liolonia bezet. Dc Albaneesche regeering be richt uit Durazzo: Griekschc benden hebben een groot deel van het district Kolonia bezet. De Albaneesche regeering besloot er eene sterke colonne heen le zenden. Men schijnt in Wecnen loc le stemmen, dat Zografos en de andere leden van dc voor- ioopigc regcering meer en meer dc leiding van de Epirotisclic beweging verliezen en dat de Zoo gij wraak neemt, stelt gij u op één lijn met uw vijand, doch zoo gij hem vergeeft, zijt gij zijn meerdere. door MARIE DIERS Schrijfster van ^Dobter Joost en zijne zeven zorgen", enz. vertaald door Cato W. Westenberg. „Och ja, beste vrouw Meinke," antwoordde de domineesvrouw. „Maar God heeft ons toch Ook het versland gegeven, dat ons in het le ven tot richtsnoer moet dienen. Thoiuasius bekommert zich heelemaal niet om de werke lijke wereld. Wat stond hij daar met dat La- tijnsche schrift! En jullie meisjes, denkt rui maar niet, dat ik iets tegen hem zeg! Hij is lóó edel en zoó goed, als jullie heelemaal niet kunt beseffen, ALs jullie eens moogt luis teren naar 't een of ander gesprek, dan mo gen jullie daar toch niets verkeerds uit den ken. Laat dat niet in jullie opkomen, dat raad ik je. En nu, Mariek, loop maar gauw naar huis, anuers bromt je moeder. Ja, 't is eer zegen, zulle een varken te hebben, maar als itnijne dochter nu daarbij kon helpen, dan zoj «A toch nog heel iets anders zijn!" In het studeervertrek, waarin de tabaks rook in lange, blauw-grijze wolken in de lucht hing en door welks vensier de vroolijke Fe bruarizon scheen, die de sneeuw deed dooier en van het dak druipen, zat de jonge doch ter des huizes tegenover haren vader bij d* tafel, die voor de sofa stond. Het roode, wol len tafelkleed was er afgenomen; het was tamelijk nonchalant opgevouwen en op de leuning van de sofa geworpen. De oude do minee was de geringe vertoorndheid, welke hij tegen zijne vrouw had gevoeld, reeds larg weer vergelen, hij zat daar met een gezicht, waarop de ijver en de volle toewijding aai de verstandelijke opvoeding zijner dochter te lezen stonden en teekende met bevende en door zijn ongeduld met heftigheid getrokken lijnen eene wiskundige figuur, met behulp waarvan hij zijne leerlinge eene stelling wou bewijzen. Deze, eene zeventienjarige brunette met on- regematige, doch levendige trekken, staarde met gefronst voorhoofd, donker kijkend van inspanning naar de teekenende vingers en voelde zich ongelukkig, trots haar schilierenü ongeprepareerd Latijnsch werk van een o'ogemblik geleden, omdat het niet gaan wou, zooals het behoorde, en omdat haar yader zich daarover opwond. Het bruine haar hing haar in 't gezicht en zat tegen haar achter hoofd in eene scheeve wrong. Nu kwam er eene vraag, waarop ze een verkeerd antwoord gaf. De oude dominee snauwde zoo vreeselijk tegen haar, dat men verondersteld zou hebben, dat het na deze uitbarsting tot eene breuk zou moeten komen tusschen vader en dochter, maar zij trok het zich niet aan, fronste het >rhoofd slechts nog wat weer en spande zich zóó in tot den ken, dat men een gevoel moest krijgen, dat ze hare hersens uit haar hoofd wilde peinzen. Toen kwam eindelijk, nog aarzelend en onze ker, een half goed anltwoord. Dit bevredigde Thomasius niet. „Precies als Martin," zei hij woedend en ging toen verder. Precies als Martin dat was de allergroot ste berisping, die hij zijne dochter LQtfe toe dienen kon, en toch was ilarlin zijn eenige zoon. Hij was acht jaar ouder dan zijne zus ter, en het zou nu weidra twintig jaar geleden zijn, dat hij als kleine, dikwangige beginne ling in 't Latijin bij dezelfde tafel voor de zelfde sofa in dezelfde kamer op eenen vaar dezelfde rechtlijnige gele doelen voor zijnen vader gezeten had, zooals Chxista nu sedert tien jaar zat. Dat was een vreeselijike tij,d geweestMartin was een echte leeperd, maar zijn hoofd stond niet naar het gebogen-zitten over boeken. Hij was rteen studiekop, ook lui en dikwijls niet heelemaal eerlijk. Toenmaals was het haar en de scliippershaard van dominee Thoma sius nog bruin geweest en zijne hand krach tiger. lederen dag was er ~ehuil en gebrom in de studeerkamer. Bij de nog jonge domi neesvrouw zaten reeds toen de tranen erg los, en er waren tijden, dat er geen dag voorbij ging of ze had doorweekte zakdoeken. Tegenover de buitenwereld trad ze kordaat od maar in het ouderlijk huis had ze terdege geleerd, wat onderdanigheid aan boven ons gestelden beteekent. Haren man, die twintig jaar ouder was dan zij, was zij gehoorzaam heid verschuldigd dat wist ze, maar ze koD niet nalaten, daarnaast voortdurend, zachtjes brommend critiek uit te oefenen; en dat was zoo gegaan van haar eerste huwelijksjaar tol het huidige tijdstip toe. Het deed haar ook zelf veel verdriet, dat Martin zoo hardleersah was n zijn vader zicb zoo dikwijls over hem ergeren moest. Toer hij ouder werd, trok zij zioh dezen stand van zaken niet erg meer aan. Hij was een echte zoon zijner moeder, practisch, nuchter en energiek ja, ook energiek om dat van zich af le schuiven, wat niet bij hem past.de ge leerdheid. Toen hij negen jaar was, juist in den Lijd, dat zijn zusje begon te loopen, was het niet dit soort van huiselijk verdriet gedaan; zijn vader zond hem naar het gymnasium in de dichtsLbijgelegen stad, Sólensand, een oud, donker gat niet ruines van muren en halfver vallen poorten, waardoor in den dertig-jarigen oorlog de Zweden en de Waüenstcin&che sol daten waren getrokken. Van Builkorp was liet met de werkpaarden van den pachter twee en een hailf uur rijden, en men kwam langs gcene andere menschenwoning dan den zoo genaamd en teeroven, het hutje van eenen boschwachter aan den ingang van hot aan de stad Sötonsand belioorende bosch, dat zicb mijlen ver uitstrekte. Vervolgens bet toenmalige gebruik koos men voor den jongen het pension, dat er juist was Aan eene oude, volmaakt doove dame, die hiervan moest leven en een dozijn jongen# bij zioh had, werd de ontwikkeling van Mar tins ziel en lichaam toevertrouwd. Men kon niet zeggen, dat er prachtige re sultaten werden verkregen. De jongens, die reeds langer daar in pension waren, hadden als heerlijk spelletje uitgevonden, aan tafe* de dolste vragen tot hunne doove pleegmoe der, de weduwe van eenen boekhouder le richten; b. v.: „Mevrouw, zou U niet nog graag eens-trouwen?" of: ..Mevrouw, zet tocb eens uwe pruik af," of haar brutale opmer kingen omtrent het eten vlak in bet geziolit te zeggen, terwijl zij op alles met een vrien delijk ,,Ja, mijn jongen" antwoordde. Er wa ren eenige goedhartige jongens bij, die dat voortdurende voor-den-gek-houden en g giebel aan tafel, dat de oude dame toch reeds lang moest opgevallen zijn en dat haar lodi pijn moest doen, afschuwelijk vonden, maar ze waren zoer in de minderheid, en Martin Thomasius behoorde niet tol hen. Allerlei andere uitspattingen, die in dit en ook in andere pensions van Sotensand aan de orde van den dag waren, als nachtelijk uit- het-raam-klimmcn, rondgeslenler op de stra len, le vroeg plaals vindende liefdesgeschie denissen, dedon in verband met hoi slechte overgaan op school, dat alleen door allerlei bedriegerijen voor hem mogelijk was, aan het karakter van den jongen Marlin geen goed. Hij was buitendien noch nauwgezet noch plichtgetrouw en onderscheidde zich daarin van zijne moeder, zonder dat zij het wist. Toen Chrisla, van hare prilste jeugd af aan Lültc genoemd, oud genoeg was, om met het echte leeren te beginnen, eiioor de vader zijnen zoon bijna uil het oog. Hij herinnerd© zioh hem eigenlijk slechts aan, als hij f loe ren van Ghrisla met liet leeren van Martin or» denzelfden leeftijd vergeleek. De begaafdheid van zijn dochtertje bracht hem in verrukking. Nu was het, alsof hij, die eeds lot eenzelvig heid en teruggetrokkenheid igdc, opnieuw opleefde. Hij zou het allerliefst van den vroe gen morgen tot den la len i met hel kind bezig zijn geweest, haar de eene wetenschap na de andere h bben ingepompt, en zou daarbij de juisle maat hébben overschreden, als niet zijne vrouw door allerlei lislen en la gen hem het khr.e cir.g i .deus en telkens weer afhandig had gemaakt. Wordt vervolgd*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1