„DE EEMLANDER".
Zaterdag 9 Mei 1914.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
TANTE LÜTTE.
N°. 265 Tweede Blad.
12" Jaargang.
Uitgevers: VALKHOFF Cft
Bureau» UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
AHERSFOORTSCF
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO.
L
ABONNEMENTSPRIJS*
Jfcr 8 maanden voor Amorsfoortf l.OO*
Idem franco per post1.50»
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO.
Afzonderlijke nummers 0.05e
6eze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
i advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels ,a f 0.50.
Elke regel meer •••O.IO»
- Dienstaanbiedingen 25 cents b|j vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijt bestaan zoer voordeelige bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene ciroulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
De opening van het Rijkslaiidbouwproe!'
•tation te Maastricht voor het onderzoek der
meststoffen zal a.s. Dinsdag geschieden door
minister Treub in tegenwoordigheid van den
directeur-generaal van den Landbouw en de
inspecteurs Swaving en Löhnis.
Den volgenden dag zal de minister een
staatsmijn en een particuliere mijn in oogen-
schouw nemen en zich oc*k van de administra
tie van het bedrijf op de hoogte stellen.
Arbeidsvoorwaarden rijks-
werklieden. Naar wij vernemen heeft de
Staatscommissie voor de arbeidsvoorwaar
den der rijkswenküeden in hare heden ge
houden vergadering haar eindverslag vastge
steld, zoodat de aanbieding van dat rapport
aan H. M. de Koningin spoedig kan worden
tegemoet gezien.
De Amsterdamsche Poort te
Haarlem. Na zeer langdurige discussies
heeft de Haarlemsche Raad besloten een be^
drag van f 81.000 ter beschikking van B.' en
W. te stellen ter verbetering van den verkeers-
toestand bij de Amsterdamscho Poort. Naast
dc poort zal een brug komen, waarover ook
het tramverkeer wordt geleid, E.n voorstel,
om de brug voor de poort te laten vervallen
en de Amstcrdamsche poort alleen als water
poort te behouden, werd verworpen.
Uit de meegedeelde plannen blijkt, dat een
plan ontworpen is, om de verkeerswegen naar
de binnenstad te verbeteren, hetgeen zes ton
zal vorderen. Daaronder is o. a. begrepen dem
ping van de Bakenessergracht en vervanging
van de Gravcsteenenbrug door een nieuwe
brug.
Vereeniging van gep. onder
officieren. Blijkens het verslag van de
Kon. Vereeniging van Gcpensionneerde offi
cieren van het Nederl. leger werd in het af-
geloopen jaar, bij eene ontvangst van
f 11344.50, aan onderstand of tegemoetkoming
uitgekeerd f 7720. In verband met den uit
muntenden staat der geldmiddelen werden
ook weduwen en kinderen van buitengewone
leden (actief dienende officieren) voor onder
stand of tegemoetkoming in aanmerking ge
bracht.
Niettegenstaande het overlijden van 28 le
den klom het cijfer der gewone leden van
508 tot 541. In het aantal buitengewone leden,
lot op 1 Januari 1914 bedragende 347, wordt
met het oog op de voor hen gunstige wijzi
ging in de statuten eene aanmerkelijke toe
neming verwacht.
Bond en Vereeniging voor
Vrouwenkiesrecht. De Perscommissie
van het Centraal Comité voor hot Volkspeti-
tionnement voor Grondwettelijke Gelijkstelling
van Man en Vrouw bericht, dat het hoofdbe
stuur der Vereeniging voor Vrouwenkies
recht heeft besloten den leden der vereeniging
ernstig in overweging te geven geen van ai-
len meer lid te blijven van den Ned. Bond
voor Vrouwenkiesrecht, aangezien de motie,
die deze op zijn jaarvergadering te Zwolle
heeft aangenomen, in lijnrechte tegenspraak
is met de actie der Ver. voor Vrouwenkies
recht.
De Vereeniging wil zoo schrijft do Pers-
ïommissia door eea volkspetitionnement de
regeering toonen, dat het invoeren van alge
meen vrouwenkiesrecht evenzeer een politieke
noodzakelijkheid is als het invoeren van al
gemeen mannenkiesrecht; de Bond daaren
tegen verklaart zich voldaan met de toezeg
gingen, die de regeering in de Troonrede heeft
gedaan.
Bovenbedoelde motie acht de Perscommis
sie in strijd met dén eisch, dien het Volks
petitionnement der vereeniging stelt.
Volkszang. De Nationale Vereeniging
voor den Volkszang zal haar algemecne ver
gadering houden op Zaterdag 6 Juni, te Rot
terdam. Daarin zullen o. m. aan de orde komen
de volgende voorstellen van het hoofdbestuur:
I. De Nationale Vereeniging voor dea
Volkszang geve een bundeltje verzen uit, welke
eenvoudig van taai en gedachten moeten zijn
en verkregen worden door een oproep, ge
richt tot de Nederlandsche dichters. De be
doeling is, bij de uitgave van deze liederen een
verzoek te richten tot onze toondichters, om
ze op muziek (in volkstoon) te zetten. Een
commissie van deskundigen zal daaruit de
beste liederen kiezen, waarna het slotoordeel
wordt overgelaten aan de zangers op de lie
deravonden onzer afdeelingen.
II. De Nationale Vereeniging voor den
Volkszang neme het initiatief tot pogingen,
om de belangstelling in het echt-Nederland-
sche beiaardspel te verhoogen en stelle daar
toe een commissie samen. (N. R. Ct.)
Hoefijzer dag. De verkoop van het
hoefijzertje ten bate van het binder-Herstel
lingsoord te Nunspeet op 6 Mei, heeft te Am
sterdam /'6200 opgebracht.
Wedden?! Naar aanleiding van een
request der Kamer van Koophandel te Eind
hoven aan den gemeenteraad omtrent den
slechten toestand van de telefoon, stelt, naar
wij in de N. R. Gt. lezen, het bestuur van de
Eindhovensche Telefoonmaatschappij f 1000
ten behoeve van de algemeene armen ter be
schikking van den voorzitter der Kamer, wan
neer de beweringen door erkende deskundi
gen op telefoongebied worden bewezen.
Voetbal-popularitelt.
In „De Sport" van deze week is Intervle
wer goed op dreef. Hij heeft ergens in een
geïllustreerd blad het portret gezien van prof.
dr. Emil von Behring, den uitvinder van het
serum legen diphlheritus, dien hij niet kende.
Dit geeft hem aanleiding tot de volgende
ontboezeming. (We geven den speler, dien
Interviewer met name noemt, in ons citaat
maar den schuilnaam Jansen):
„Hoevele van m'n landgenooten dacht ik
zullen weten wien ik bedoel als ik zeg: ik
heb prof. Behring gezien? Hun gansche gelaat
zal een vraagteeken zijn1
Toen sloeg ik een andere illustratie op, en
weer .glansde mij een portret tegen. Weer
zag ik een beminnelijke physionomie.
Ik zag een jongensgelaat. Een kaal jongens
gelaat. Gezicht zoo glad cis een biljardbal.
Geen andijviestekje onder den i--us te herken
nen. Een jongeling -san vermoedelijk 17 a 18
jaar. Van 't slag, dat een kwart eeaiw geleden
nog door de bonne naar bed werd gebracht,
en op een verjaardig 's avonds wat langer
mocht opblijven. Een portret van een halve
pagina. Viermaal zoo groot als dat van prof
von Behring, den uitvinder van 't serum te
gen diphtheritus.
Wie was die jongen?
Teerbeminde lezer, als ik m'n hand op *t
onderschrift leg, en ik laat de foto van dit
gladde, kale jongensgezichte cn 10.000 Ne
derlanders zien, dan zullen er plotseling
een glans van gelukzaligheid over hunne tro
nie krijgen en roepen: ,Dien 1 -nen we, dat
is Jansen". En de 10000e die lean niet herkent
zal een uilskuiken en een bekrompen ezel
worden genoemd.
En als ik, in de afgeloopen ek. weer een
illustratie opsloeg, en weer een, en nog een,
en telkens een ander, dan zag ik f*ereeeld dat
roomboter-gezichtje glanzen on kunstdruk
papier met geestdriftige onderschriften en
allerlei hoogdravende epithelons en vleiende
naampjes.
Prof. dr. Emil von Behring, dc groote man,
wiens kunde de menschheid als met een schok
weer een eind in de hoogte h'ef, en die de
wetenschap nieuwe, lichte banen opende,
stond daar na een leven van strijd en studie
in 'n bescheiden boekje, klein en hij wordt
niet gekend.
Jansen, die andere groote nan, juist geko
men aan 't eind van z'n tweede zuigelingen-
periode en met pas doorgebroken melktand
jes, prijkt met z'n perzikken-koonljes in alle
mogelijke Nederlandsche bladen en kranten
en zelfs de ouwe vrouw, die aspirant-
stovenzetster is in de Gereformeerde Kerk
van Gassel-Nijerhuisclieveen, weet wie dót
portret is.
Och ja
Als ik aan 1000 landgenooten 't portret van
prof. von Behring zonder onderschrift
laat zien, zullen ze vragen: in welke club
speelt-ie? of: is dat een trainer? of: van wel
ken VcetbaLbond is-t-ic voorzitter? of: dat is
óók ai 'n ouwe scheidsrechter, hè? en wan
neer ik ze dan ga vertellen, dat de man geen
voetballer is en met voetbal riets te maken
heeft, dat hij een geleerde is, die 't diphthe-
ritus-serum uitvond, zal pver het intellect van
•hun aangezicht zich een'waas van teleurstel
ling spreiden, als een lichte revel voor een
stralende zon, en onverschillig zullen ze heen
gaan. O, is 't anders niks? "ijf minuten later
krijgen ze geestdrift-delirium als ze 'n room-
boler-snoetjc van Jansen zien.
Nu geef ik toe, dat Jansen ook meer recht
heeft op vcreering en populariteit. Jansen
kan tegen een bal schoppen. Hij is soepel, is
dapper, is lenig, hij trapt een bal in een net.
Zet prof. von Behring achter 't bruine monster,
stel hem den eisch, dat hij den bal een flinken
zuiveren trap zal geven, ach c.ne, wat zal
hij er van terecht brengen? De stumper! Laat
hij terugkeeren naar z'n .tudeervertrek en
weer op een nieuw serum gaan peuteren! Leve
Jansen met z'n snoezig taptemelk-geziolilje...f
En verder:
,,Eén ding hoop ik: dat .groote" en
.beroemde" voetballers als Jansen en hoe te
deksel ze méér mogen hecten, in hun maat
schappelijke loopbaan iets zullen mogen her
haald zien van 't succes ende vereering, die
ze op 't voetbalveld zoo gemakkelijk hebben
gewonnen, dat ze energie en 'alent zullen too
nen, ook op den grooten eg van hun leven
en bij 't groote doel, dat zij dóór moeten na
jagen.
Een voorbeeld.
Benige weken geleden heb ik voor 't eerst
van m'n leven Jaap Eden gezien. Jaap Eden
vroeger door duizenden en tienduizenden ver
eerd en op de handen gedragen, populair als
schier nooit iemand geweest is. Wat is er
zoo dacht ik, toen ik hem bestaarde wat is
er gebleven van al die vercenng en die popu
lariteit? Wat heeft-ie er voor blijvends mee
gewonnen? Wat mee bereikt? Het is alles kla
tergoud geweest.
Waarachtig, ik zou het troosteloos vinden,
wanneer later beroemdheden als Jansen e.a.
op de vraag: wat voor goeds en wat voor
groots hebt gij in uw leven 1 "reikt? moesten
volstaan met het te voorschijn halen van een
pak vergeelde sportbladen cn illustraties en
sigaretten-plaatjes en sluitzcgels uit hun jeugd,
waarin en waarop hun roomsoes-zachte en
palingvel-gladde aangezloh'jes to zien zijn.
Brave jongens, denkt er aan: over eenige ja
ren, als uw physieke behendigheid is versle
ten, dan is het met uw beroemdheid" en uw
populariteit gedaan.
En dan begint uw leven nas.
Laat u niet van den rechten weg brengen
door uw populariteit van 'hans. populariteit
en roem, die als een kaartenhuis zijn; wan
neer ik er tegen blaas, is t weg, of als een
zeepbel: een tikje cn 't Kleurige moois spat
uiteen. Jongens, denkt er "ttij dat dit soort
populariteit niets beteokent.
Blijft nuchter, vriendenI
En toen ik nog eens m'n illustratie
keek, naar 't bescheiden verborgen gelaat van
den grooten geleerde, waaraan de mensch
heid en de cultuur zooveel -'-nn. doch die
niet gekend wordt, en naar T triomfantelijke
baby-gezicht van den beroemden cn gevier-
den Jansen, en al 't bovenstaande nog eens
overdacht, toen peinsde ik: üs ik kiezen mocht
tussohen die twee, zou ik prof. von Behring
willen zijn.
Na welke keus de 29.982 bezoekers van
HollandBelgië mij ongetwijfeld voor ideoot
zullen verklaren."
„N. R. Ct."
Een vreemde weibewoner. In
polders onder Meerkerk bij Gorinchem wordt
sedert eenige dagen een hert gezien.
Verkoop van sterken drank in
een trein. Zooals bekend, wordt op inter
nationale middelen van vervoer, den verkoop
van slericen drank in het klein toegelaten. Op
de Internationale maültreinen van Missingen
naar Duitsoliland en Oostenrijk heeft zulks
ook plaats. Eveneens vond dit plaats op trein
60 Misgingen—Rotterdam en den beurstrein
Rotterdam—Amsterdam. De directie der Wa-
gon-lils beweert, dat deze trein een interna
tionaal middel van vervoer is en verkocht tot
nu toe dus in dien trein sterken drank in het
klein. Zekerheid had inen evenwel niet. De
zer dagen is dienaangaande proces-vernaai
opgemaakt en zal de rechter thans uit te ma
ken krijgen of sterken drank in het klein
te verkoopen in trein 80 is toegestaan ja dan
Hot Z uid-Afrikaanscho mu
seum. Voor den Hoogen Raad werden gis
teren de pleidooien gevoerd in de bekende
zaak betreffende hel Zuid-Afrikaansche mu
seum te Doi drecht.
De heer Hidde Nijland, eigenaar van het
museum, was gedagvaard ter zake van het
feil. dal in 1903 en 1904 hem door en namens
wijlen Staatspresident Kruger in bruikleen
zijn toevertrouwd voor het Zuid-Afrikaanscfa
museum in Dordrecht een aantal goederenx
welke hij in bruikleen had ontvangen, onder
de uitdrukkelijke voorwaarde, dat die brink*
leening zou geschieden tot wederopzeggens
toe en dat die opzegging zou kunnen geschie
den, le. door president Kruger, 2e. door „Jo
Boeren-voormannen", 3e. door dr. Leijds, uit
sluitend met het doel om de goederen naar
Zuid-Afrika terug le zenden, ten einde ze
plaatsen in een Nationaal museum.
De Boeren-voormannen (Botha ca anderen)
en dr. Leijds vorderden nu van den heer Hiel
de Nijland vooreerst afgifte van de goederen,
subsidiair betaling van de waarde dier goe
deren, geschat op f 100.00U cn voorts ver-
ioeding van de schade, door hen geleden,
tengevolge van dc niet-afgifte der goederen.
De rechtbank te Dordrecht cn het Hof le
'sGravcnhagc hadden nu de Boeren-voorman
nen, als zijnde een te vage aanduiding van do
tot den eisch gerechtigden, niet-ontvankelijk
verklaard, doch dr. Leijds in zijn subsidiaire
vordering tot betaling der waarde van de goe
deren ontvankelijk verklaard, mei benoeming
can deskundigen ter schatting van die waar
de, aangezien de gedaagde had betwist, dut
die goederen f 100.000 waard waren. De ove
rige vorderingen waren afgewezen.
Van deze beslissing was de heer Hidde Nij
land in cassatie gekomen cn namens hem
voerden nu mr. Dop, advocaat te Utrecht,
twee cassahemiddelcn aan.
Procureur-generaal mr. Noyon zal Donder
dag 14 Mei conclusie nemen-,
Een principieel ij k z a a k j e. De
kantonrechter mr. Boudewijnsc le 'sGraven-
liage heeft den gencecskeer-dirccteur van de
stichting Bloemcndaal onder Loosduincn ver
oordeeld tot 50 cenls boete, wegens liet niet
doen ijken van maten en gewichten, gebezigd
in de tot hel geslicht behoorende winkelne
ring ten behoeve van de beambten dier in
richting cn hunne gezinnen.
Het vonnis overwoog dat het niet Ier zake
deed of de plaats waar de gewichten gebezigd
werden niet toegankelijk was voor het pu
bliek of dal die plaats niet zou zijn een win
kel in den zin der wet. Het magazijn behoudt
desniettemin het karakter van plaats van ai-
levering van waren,
G e v a a r 1 ij k e individuen. Voor
de 5e kamér der rechtbank te Amsterdam wa
ren heden achtereenvolgens twee mei elkaar
verband houdende zaken aan dc orde gesteld:
de eene tegen H. J. Gerber, een 28-jarig koop
man, do andere legen A. van Ommeren, ecu
50-jarig man. Al dadelijk werd dc eerste
zaak op verzoek van beklaagde inet gesloten
deuren behandeld.
Met betrekking tot Gerber valt le vermelden,
dat hem ten laste is gelegd cn door hem
bekend werd op 17 Febr j.l. iem.iud uit
Domburg, die naar Amsterdam was overge-'
wipt, zijn gouden remontoir met dito keiling,
een portcmonnaie inhoudende f 4 cn een
zakportcfeuille, inhoudende een gouden tien
tje, diverse papieren, o.a. adreskaartjes te
hebben ontnomen.
Waar de zaak niet gesloten deuren behan
deld werd en dus van <le verklaringen van
beklaagde en de 8 in de zaak gedagvaarde ge
tuigen geen verslag is te geven, bepalen wij
ons lot herinnering van een en ander dat in
dertijd in de -dagbladen is medegedeeld.
4
door MARIE DIERS
Schrijfster van
Dokt er Joost en zijne zeyen zotrgen", enz.
vertaald door Cato W. Westenberg.
Als hare ouders eens op bezoek moesten,
"Verheugde ze zich reeus aagen van te voren
uitbundig daarop. Dan had ze het rijk alleen.
Dat was een geluk, dat haast te groot was
voor haar kinderhartje. Ze hep dan vrij door
den geheelen tuin en verbeeldde zich, dat ze
een vogel was, die over verre landen vloog
oi een schip op de bruisende baren, of zelfs
een veldheer, die aan ue spits zijner krijgs
haftige hcirschare vooruitstormde. De namen
van Grieksche en Romeinsche steden, waar
slagen waren geleverd, zaten dan in haar
hoofdje. Of als ze moe was, ging ze languit
in het gras liggen en hield zich zelf voor een
bloempje. Sopiiie kon zich gerust heesch roe
pen, voordat ze binnenkwam, om haar avond
eten te gebruiken.
Toen ze ouder werd, had ze gewetenswroe
ging over het gevoel van vreugde, dat baar
bekroop, als ze wist, dat (hare ouders uit zou
den gaan. Dikwijls bracht het gevoel van
schuld tranen in hare oogen. Den volgenden
morgen was ze dan erg stil, vol zachte tee-
derheid jegens beiden. Och, ze had hen bei
den toch zoo lief, waarom was ze niet geluk
kiger met hen dan zonder hen9
Het schuldbewustzijn over hare eigen tekort
komingen werd steeds drukkender. Wat voor
een nutteloos, dom schepsel was ze toch! Ja,
als ze maar één van hare heide ouders ge
lukkig had kunnen maken! Maar hoe dikwijls
was haar vader wanhopig' over haar, hoe
vaak gaf zij hem reden tot ergernis, en hoe
ontevreden was hare moeder üagchjks!
Ja, in de keuken en aan de naaitalel, daar
was ze erbarmelijk onhandig. Het leek wel,
of dat ieder jaar erger werd. Het was voor
haar het toppunt van saaiheid en verschrik
king, eene saus te moeten aanroeren of een
gat te stoppen. Al gaf ze zich zooveql moeite,
ais ze kon, toch wist ze reeds van te voren,
dat het niet goed zou worden. Iiet was, alsof
hare vingers, die niet aan zulke dingen ge
woon waren, zelf tegenstreefden, alsof ze stijf
en klam werden. Ze kreeg dan zulk een on
behaaglijk gevoel, dat ze wel alles weg zou
willen gooien. In den grond van haar hart
vond ze het heerlijk, dat haars vaders wil in
huis wet was, maar toch voelde ze daarover
nooit eene groote vreugde, nimmer schonk
haar dat een gevoel van verlichting, doordat
het haar steeds pijn veroorzaakte, dat hare
moeder onophoudelijk daaronder leed. Ze
had zoo'n medelijden met hare moeder, en
als deze in den stroom barer verwijten en
klachten invlocht, dat andere jonge meisjes,
b.v. Flora Thiel of Frida Ulfera de zuster
van den jongen heereboer toch zoo flink
en practisch waren en dat zij alleen zulk éene
onhandige dochter had, over welke men zich
moest schamen, dan stond Christa's ziel on
eindige smarten uit, ter wille van hare moe
der en van zich zelf.
Heden ealiter, toen hare moeder -bij liet
verlaten van het vertrek haar dezen bestraf-
f enden blik toewierp en het bezoek tegen den
middag verwacht werd, was haar hart meer
dan ooit bezwaard.
Het was in de streek niet mode, dat men
elkaar dikwijls bezocht. Over 't algemeen
zagen de families elkaar drie of vier kecren
per jaar. In September was Ghri&ta met hare
ouders voor het laatst in Kestcndorf geweest.
Haar vader ging er weliswaar geregeld heen
om te preeken, maar 'hij lucid er niet van op
deze tochten, gedurende welke hij aan zijnen
tekst dacht, gezelschap le hebben.
De oude lieer Ulfers was iu het voorjaar
van het vorige jaar gestorven. Toen had zij a
zoon zich voor zijne opleiding in 't buitenla.id
bevonden. In den oogsttijd was hij terugge
keerd cn was niet weer we gegaan. Zijne,
zusier Frida was ouder dan hij. een nuchter,
stitf. vreeselijk gewoon schepsel, dat Christa
iliomasius altijd ontzettend uit de hoogte be
handelde, zoodat deze laatste zich niet al te
zeer op het bezoek had verheugd. Dc weduwe
Ulfers was van hetzelfde slag menschen; even
gewoontjes als hare dochter, van hare on
overtrefbaarheid als huisvrouw overtuigd
en daarom op dat gebied een hard oordeel
vellend over anderen, bezat ze een zelfbe
wustzijn, dat aan verwaandheid grensde,
terwijl haar gezichtskring zeer beperkt cn
haar inzicht uilerst bekrompen was. Ze wo'
groot, gezet en had eene schreeuwende stom.
Niemand kon haar uitstaan, ook mevrouw
Thomasius niet, maar ze was in tel om hare
huishoudelijke bekwaamheden en om haren
rijkdom.
Christa was uit beleefdheid meegereden.
Ze had nu geene vrije dagen meer, waarop ze
als vogel of schip door den tuin vloog. Dc
bange tweestrijd en onrust van haar jong
leven waren oorzaak, dat in dien lijd een
waas van zwaarmoedigheid over Lütte hing,
vooral als ze onder vreemde menschen was
en zich niet, zooals thuis, voortdurend moeite
moest geven, om oplettend en gedienstig je
gens hare ouders te zijn.
llare moeder had haar het haar opgemaakt,
voordat ze' uitgingen. Dc bruine Meenten La
gen in eenen krans oin haar hoofd. Eene
eenvoudige, witte japon, door hare moedtr
zelf gestreken, trok ze aan.
Deze dag werd heel anders, dan ze ver
wacht had.
Heino, dc zoon, was een groote, krachtige,
blonde jonge man. Hij had een knap, open
gezicht, dai door dc zou verbrand was en
waaruit U een paar blauwe oogpii tegenschil-
lerden. Eerst bemoeide hij zien met niemand,
zat nu eens hier, dan daar en zette een ver
drietig gezicht over de voortdurende gesprek
ken over het huishouden, die door zijne moe
der geleid werden. Toen reeds begon Christa
hem sympathiek te vinden. Ze had hem se
dert zijne jongensjaren niet teruggezien.
Heel toevallig geraakten ze met elkaar aan
den praal. Toen hij merkte, dal ze ook nog
over andere dingen wist te spreken dan over
het fokken van kalveren en recepten van al
lerlei soorten gebak, werd hij al levendiger
en levendiger. Hij had het gymnasium alge-
loopen en vond het gezellig, mot haar over
zaken, die de school aangingen, te spreken.
Toen de oude Thomasius tusschenbeide kwam,
stond hij op, en vroeg, of hij haar den tuin
mocht laten zien.
Den heelen dag week hij niet van hare zijde.
Hij vertelde haar, dat hij weliswaar met hart
en ziel ihcerehoer was, maar dat dat eeuwige
„geklets" zoo oneerbiedig drukte hij zich
uit over dit onderwerp hem de keel uit
hing. Hij was ontzettend blij, dat zij niet
..zoo" WaS
Dc namiddag was lang genoeg voor hen
beiden, oin allerlei dingen lang en breed met
elkaar te bespreken. Weliswaar loerden Frida
en een nichtje, wier gezicht vol zomersproe
ten zat, en cile het zeker op haren neef ge
munt had, bestendig op den achtergrond, maar
daaraan stoorden ze zich verder niet. Hij
vond het bijzonder aardig, dat ze Lütte
heette, en verzocht, of hij haar niet ook een
paar keeren heei zachtjes „Juffrouw Lültc"
modht noemen. Drie keeren op dien heelen
dag, dat was toch niet tc onbescheiden, meen
de hij. Christa vond het ook niet en veroor
loofde hel hem. Hij had zulk eene bijzonder
aardige manier, het woord „Lütte" tc zeggen,
dat het haar nog lang in de ooren klonk.
Ze werd zelfs zóó vertrouwelijk niet hem,
dat ze hem van het groote leed in haar leven
vertelde. Hij was een en al medelijden cn
troost. Zijne blauwe oogen schitterden haar
tegemoet, 't Was sterk, dal menschen het
over hot hart konden verkrijgen, zulk efcne
kleine Lütte dezen keer was dit woord met
rechtstreeks lot haar gericht en stond dus
builen het contract le plagen. Overigens
moest ze zich maar nergens bezorgd over ma
ken. Dat kleine beetje .koken c i wat er meer
in de keuken moest gebeuren kon ze immers
wel in een ommezientje loeren. Of ze meen
de, dat zijne lieve zirster Frida zoo heel veel
inleligcnlie daarvoor noodig had gehad? Of
ze haar daarnaar uilzag?
Zijn vroolijk spotten met de voimaakle zus
ter troostte haar bijna het meest.
Wordt vervolgd