„DE E EM LAN DER". Dinsdag 30 Juni 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. TANTE LUTTE. N° 307 12da Jaargang. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden roor Amersfoort f 1*00* Idem franco per post 1*50* Per week (mot gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. Afzonderlijke nummers t 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureaut UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. Uitgevers: VALKHOFF Co. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels.* f 0.50* Elke regel meer-0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijt bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnoment. Eene' circulaire, bevattende de voorwaardon, wordt op aanvraag toegezonden. t-v,ut.oli Overzicht. De krisis in Albanië. De laatste dagen hebben weer nieuwe be- jwijzen bijgebracht, dat met alles wat uit Al banië wordt bericht, te vertrouwen is. Zoo is het bericht der gevangenneming van Prenk Bib Doda naar het rijlk.der fabelen verwezen. Ook in Zuid-ALbanie schijnt de toestand niet zdó ernstig te zijn als men vreesde op grond ,van de 'berichten, dat Berat en Fieri gevallen •waren. Ook dal is niet juistwel bestaal er gevaar, dol die beide plaartsen zullen vallen, maar dal is no«g niet geschied. Dat neemt ^chter niet weg, dat alle berichten overeen stemmend luiden, dat d£ zaken voor den vorst Slecht staan. De rebellen zijn gaarne bereid tot onderhandelingen op alile punten op één punt na. Maar dat is juist het hoofdpunt. Daar op zijn zij onverzettelijk; zij verlangen, dat de vorst die hun is toegewezen, zal heengaan, en dal een mohammedaan in zijne plaats het hoofd van den staat zal worden. Men begrijpt dus, dat die Albaneesche gezant te VVeenen een dringend beroep doet op de mogendheden oin in te grijpen en het dreigende onheil af te wenden. De Polrtisohe Korrespomlcnz heeft vernomen, dat bij alle groote mogendheden de wensch bestaal om Albanië als onafhan kelijk, zelfstandig staatsorganisme m stand te houden en de orde daar zoo spoedig mo gelijk hersteld en duurzaam gevestigd te zien, Maar het is niet voldoende dien wenscih te koesteren; er zijn daden noodiig om dien wensoh tot verwezenlijking te brengen. Daar aan heeft het tot dusver te zeer ontbroken. Wat de redenen zijn, waardoor tot dusver, ondanks veel arbeid en goeden wil in Albanië naast niets tot stand is gebracht, wordt door den correspondent van de Frankf. Ztg. in Du- razzo nagegaan; hij zegt daarvan: Vorst Wilheku is zonder twijfel door den besten wil bezield. Hij bezit ook voldoende in telligentie en volharding, voor. zijn verantwoor delijk ambt en beschikt daarbij over eene in drukwekkende gestalte en een minzamen, na tuurlijken omgang, twee eigenschappen, die jhier veel gewicht in de schaal leggenhij heeft éindelijk in de laatste geveohtsdagen door zijn vertoeven in de vuurlijn bewezen, dat het hem giet aan persoonlijken moed ontbreekt. Dat het hier niet vooruit gaat, is dus niet of aöthans niet direct zijne sohuld. Indirect ech ter heeft hij in zoover tot den stilstand bijv gedragen, doordat hij zonderondervinding en «onder kennis van land en menschcn, zich omringde met eenige heeren, die precies de zelfde eigenschappen hebben als hij en zeker aan een klein Duitsch vorstelijk hof uitmun tende diensten zouden bewijzen, maar die ook niet de minste kennis van het oosten bezitten en wier particuliere mecningcn en raadgevin gen dus wel niet aikijd het juiste vinden. De wrst zou misschien boter gedaan hebben, voordat luj zijn ambt aanvaardde, als raadslie den eenigc heeren uit te zoeken, die een zeke ren tijd in diplomatieken of consulairen dienst in het oosten hebben doorgebracht. Die had den den nieuwen heerscher veel ergernis en meniigen misstap kunnen besparen en wat hel gewichtigste is zij zouden wrijving en misverstand zooveel mogelijk uitgeschakeld liebben. Hier is zulke wrijving en misverstand des te eerder te vreezen, onwlat men hier te doen heeft met vier verschillende, gedeeltelijk op elkaar naijverige of zelfs vijandig tegenover elkaar staande factoren: regeering, gezant schappen, oontrolc-commissie en militaire missie. De regeering bestaat uit mannen uil het land zelf, dde, afgezien van den minister-president Turklian Pacha, vroeger gecne diplomatieke of administratieve talenten hebben verzameld en die gedeeltelijk ook bij hunne eigen lands lieden geen onbetwistbaren invlood bezitten of de hoofsche en diplomatieke gewoonten kennen. In zijne onmiddellijke omgeving heeft de vorst heeren geplaatst, die volstrekt niet beantwoorden aan de eischcn, welke een civiel kabinet of eene particuliere kanselarij hier zou moeten vervullen. De gezanten zijn factoren, met welke de omgang zeer moei olijk en onbevredigend kan zijn en menigmaal zeer wel lakt en nog meer standvastigheid eisobt. Dat heeft men gezien op dien ongeluksdag, toen de Italiaansckc ge zant zich aanmatigde den souvoreinen vorst van het autonome Albanië onder een verzon nen voorwendsel op zijn oorlogsschip te lok ken. Men is hier overtuigd, dat dit geschiedde om hem door de vernedering onmogelijk te maken cn voor den hertog der Abruzzen den weg naar den 'troon te effenen. Br was toen niemand, die hel gezag en de flinkheid bezat, den vorst voor dezen huiohelaohtigen raad te waarschuwen. De eigenlijke regeering van Albanië ligt niet in handen van het kabinet, maar berust bij den areopagus, dien de Europeesche schikgodinnen, groote inogctndhedeii of 011- mogendheden genaamd, hebben bedacht om het land op den weg te brengen, dien het moet gaan, de ..internationale controle-com missie", eene in beginsel zeker zeer prijzens waardige inrichting, welker leden allen zeer minzame en natuurlijk zeer verstandige hee ren zijn, wier versland en leeftijd een waar borg opleveren, dat het jonge vorstendom vooral niet te spoedig zich voorwaarts be weegt en onbezonnen stappen onderneemt, die moeder Europo niet kan goedkeuren. De ze controle-commissie kan noodig zijn, maar zij ds dan een noodzakelijk kwaad, waarvan het bestaan door vorst, regetering, hof en militaire missie met een zuurzoet gezicht moet worden verdragen. Vooral door de laatste. Wat aan het land en vooral den vorst ontbreekt, is geld in het algemeen en geld in 't bijzonder voor mili taire doeleinden. Het is een van de onbegrij pelijkheden van het Europeesche voogdijge- rochtshof, dat het een „souvereinen vorst" en een „autonoom Albanië" m het leven heeft geroepen, zonder er voor zorg to dragen, dat beiden de middelen hebben ol vinden om te Leven of althans te strijden. En deze beper king van de middelen door den controleur voelt de Nederlandsclie militaire missie bij zonder zwaar; daarop stuit de oprichting af van een mililieleger ,dezc eerste behoefte van het land. Toen indertijd de tegenwoordige koning van Bulgarije zich naar Sofia begaf, had hij het groote voordeel, dat prinses Clementine, zijne moeder, miert, spaarzaam was met haren mammon, maar mild milhoen op inillioen uit gaf in het vorstendom en zoo voor haren zoon de wegen effende. Vorst Wilhelm ba- zit deze millioeneii niet en kan daarom. den tegenwoordigen netehgen toestand niet te boven komen door oprichting van vliegende colonnes, aanschaffing van artillerie, aan koop van vliegtuigen enz. Zoo ziet men nu liet merkwaardige schouwspel, dat vreem delingen, Europeesche vrijwilligers, uit eigen beweging, onbetaald, geheel op zich zelf aan gewezen cn slechts door het gevoel der nood zakelijkheid bezield, de artilleristische ver dediging van de stad op zicli genomen heb ben. Zij hebben dus de taak overgenomen, welker vervulling de groote mogendheden door hunne contiole-conimissie den vorst onmogelijk maken en aan hunne matrozen verbieden. De militaire missie voelt, dat hier niet alles in orde is, en wanneer de lieeren aan hunne ergernis over de burgers, al zijn zij ook geweaeai officieren of oudgedienden, die hun het werk uit de hand nemen, geen lucht geven, dan kooit ddt omdat zij militai ren zijn. Wrijvingen zijn dus tot dusver ver meden; maar het is toch niet te ontkennen, dat er tusschen de militaire missie en de controle-commissie meeningsverschillen aan wezig zijn. Het gezegde samenvattende, zijn aan den kritieken toestand in de hoofdstad en dn' ge heel Albanië schuld: onbekendheid met land cn menschen, geldgebrek of beknibbeling van de middelen voor de noodzakelijkste uitga ven, overvloed van de voor de leiding van de zakcii in aanmerking komende factoren cn de haast onvermijdelijk tusschen hen be staande wrijvingen. Duitschland. Kiel, 29 Juni. Het keizeipaar is heden mor#2ii om 9 uur met een extra-trein naar Wildpark vertrokken. Frankrijk. Par ij s, 29 Junk De Senaat heeft de krediobwöt voor de maand Juli aangenomen. De statistiek van den loo" der bevolking in liet jaar 1913, die in het Journal olficiel is op genomen, is nog onguuriiger dan in de vorige jaren. Er werden 745.539 vende kinderen ge boren, d. i. weer 5112 minder dan 1912, toen 750.651 levend geborenen werden ingeschre ven in de registers. Het fetal sterfgevallen bedroeg 703,633 tegon C92.740 in 1912, dus 10.898 meer. De toeneming der bevolking, die in 1912 nog 57.911 zielen droeg, is tot 41.901 gedaald. Engeland. Londen, 29 Juni. Sir Edward Grey heeft bij de behandeling van de begrooting van zijn departement in eene rede, die meer dan een uur duurde, achtereenvolgens gespro ken over Pcrzic, den Bagdadspoorvcg, Arme nië cn Albanië. Hij verklaarde, dal met de Russische regeering eene discussie was aan geknoopt over verschillende incidenten van tien laalsten lijd in Pcrzië. De Engelsclic re geering was niet voornemens eene wijziging van tie Engelsch-Russische overeenkomst uit te lokken; zij wilde slechts van gedachten wis selen over den toestand, die in sommige op zichten in het nadeel van Engeland was ge weest. Wa/t Albanië betreft, zcide hij, dat, ofschoon de toestand onbevredigend was, luj tegen het zenden van Engcische vsoldalcn gestemd bleef. Maar al was Grooi-Brittannië niet bereid zeLf handelend op te treden, het zou geenc tegen werkende houding aannemen tegenover an deren, die handelend wenschlon op te treden. De Iersche leider John Redmond heeft van Michael J. Ryan, don voorzittef van de Uni ted Irish League van Amerika, een telegram ontvangen, berichtende dal het nationale co mité den 16en Juli zal bijeenkomen en dat al het be-noodigde geld beschikbaar zal worden gesteld. Dit telegram is bet antwoord op het beroep, dat door hem, met het ooop de op lichting van het korps Ulster-vrijwilligers, is gedaan „op de landslieden en vrienden in de Veroenigde Staten, om hulp le verleenen in het verschaffen van voldoende gelden tot* verster king Yan de Iersclie vrijwilligers." Oostenrijk-Hongarije» Se ra je wo, 2 9 Juni. De m aen konak opgebaarde lijken van aartshertog Frans Fer dinand en zijne gemalin werden door een professor uit Wcönen gebalsemd. Do over brenging naai' Wecncn zul niet voor Zondag geschieden. Voor de begrafenisplechtigheid in Woenen zijn nog geene bepalingen gemaakt. Naar verluidt, zal zij niet vóór den lOea Juli geschieden. Weonen, 29 Juni. De keizer is lieden voormiddag oni 11.10 in goeden toestand mei gevolg in het station Penzing aangekomen. Hij werd idool* aurthertog Karei Frans Jozef ontvangen. De keizer reed in een open rijtuig naar Schönbruïin, hij werd door hel talrijke publiek levendig begroet. Weenen, 29 Juni. Toen de Keizer door dc met rouw gelooide straten naar Schón- hrunn reed, kon liet in massa's opgekomen publiek zich ondanks het ernstige oogenblik niet weerhouden, door cAdriftig ,Jioch" ge roep, door zwaaien met hoeden en zakdoeken den Keizer een treffende ulde te brengen, waarvoor de monarch, wien men kon aan zien dat hij sterk was aangegrepen door het gebeurde, ontroerd dankte. Serajewo, 29Juni. Over de stad en het district Serajewo is de staat van beleg afge kondigd. Wecncn, 29 Juni. Ondanks den feest dag, zijn heden de morgcnbladen allen ver schonen. Zij geven uitdrukking aan de diepe deelneming van do bevolking en conslateereu, dal de volken der monarchie zioh eensgezind scharen om den grijzen souivcrein, die op nieuw een voorbeeld van zijn heldenmoed en onbuigzaam plichtsbesef gaf door de wijze waarop hij het 'bericht van den aanslag in ontmn'gst nam en terstond de beschikkingen nam, die daardoor noodig waren geworden. Belgrado, 29Juni. liet bericht van den aanslag verwekte eene algeineene ontsteltenis. Ondanks liet nationale feest, waarvoor o tel bare gasten uit het buitenhuid waren -inge komen, werden op last van de regeering alJe openbare plaatsen cn koffiehuizen om tien uur 's avonds gesloten. liet persbureau maakt een communiqué be kend, dal de verzekering bevat aan keizer en volk van de naburige monarchie van leedwe zen en deelneming, liet regeeringsorgaan Sanio Uprava brengt een artikel in dezelfde sLrekking. Dc kroonprins en de regeering hebben tele grammen van rouwbeklag gezonden. Serajewo, 29 Juni. De anti-Servische betoogingen herbaalden zich heden in grootc- ren omvang. De Kroatische cn Muhammcdaan- sclie jeugd trok door de r'.raten, het portret des Keizers voor zich uitdragende, het volkslied zingende en „hoch"-roepon uitbren gende op de monarchie en <!e dynastie. De be- toogors vernielden dc vensterruiten van door Servcn bewoonde uizen cn van Servische scholen en handelsgebouwen, '.eden der bur gerwacht en militaire vatrouillcs herstelden d<> orde. Weenen, 29 Juni. Volgons betrouwbare mcdedcelilngen zullen dc beide lijken den 2en Juli om 1U uur 's avonds hier aankomen Zij zuilen daidblijk naar den hofiburg overge bracht en m de hofburgkerk opgcbauixl wor den, waar den 4en om 4 uur 's namiddags dc plechtige inzegening zal plaats liebben. Dcu lüi»i worden de lijken naai* hot slot Artsteltcn overgebracht, waai' zij dadelijk na aankomst in de grafstede van dc aartshertogen wor den bijgezet. Zaterdag wordt in Weenen een zielsmis voor de doodeu gehouden. Rome, 29 Juni. De minister van builen- laiidsclie zaken San Giuliamo verklaarde in de Kamer, dat het Italiaansche volk met het gevoel van eetn vriend en bondgenoot deelt in dc smart van het vollk vam O os', en r ijk- liongaiijic. De l'aus heeft persoonlijk aan keizer Fraoii Jozef geschreven en inzonderheid den god- dolijkon zegen voor do weezen ingeroepen. Parijs, 29 Juni. Minister-president Vi- viajii \drklaarde, .dat hel gehcele Fraoische volk tol keizer Frajns J-ozei mol ontroering zijne betuigingen van deelneming richt. Belgrado, 29 Juni, Het dieparlemcnt vam ibuiloniandsclic zaken maakt een commu niqué bekend, waarin wordt gezegd: Onder den indruk van de tragische geoourtonis heb ben wij geene woorden genoeg om dezen vreeslijken aanslag te brandmerken,. Wij betreuren ddep, dat de hoog -eccrdc, grijze monarch van tden naburigen staat en dc vol ken. vam de monarchie iu het hart getroffen zijn. Wij kunnen constateer en, dat dc gebeur tenis ook in ons land do grootste verontwaar diging en die strengste veroordeeling vindt. B c r 1 ij n, 2 9 J u n i. De keizer zal zich voor dc begrafenis van den aarlshcrlog-lrooiisap- volgor naar Weenen begeven. De Nordd. Allg. Zeitung schrijft naar aan leiding van de vermoording van het Oosten- rijksolie rti-oofisopvolgerspaarGeiheel Duitsch land deesll mol het innigste medegevoel, iu den rouw en de smart van liet ilabshui gsche buts en de Oostenrijksuli-llongaarsche lan-" den. De persoon van aartshertog Frans Ferdi nand hecflt zich van jaar tot jaar duidelijker ontplooid voor de oogen van de volken. Een vaste wil om al zijne krachten in dieust van het land te stellen, een onvermoeide arbeid voor de mikitaiire geduchtheid van het rijk gaven aan zijn leven kracht en inhoud. Hij had een strenge opvatting van al zijne be roepsplichten. De overleden aartshertog is met keizer Wil helm in eene hartelijke, wcdcrzijdsclic ge negenheid verbonden geweest, stevig gegrond vest in onvoorwaardelijke hondstrouw. De hertogin genoot de levendige sympathie van het Berlijnsche hof. Zoo is ons keizerlijk liuis door hun heengaan allersmartelijkst getrof fen. Het schenkt zijne deelneming aan 02 drie Wie liefde eisobt zonder liefde te geven ia een dwaas, die maaien wil waar liij niet gezaaid hoeft 44 door MARIE DIERS Schrijfster van Dokter Joost en zijne /.even zorgen", enz vertaald door Cato W. .Westenberg. Ja, ja, ja, zoo was het geweest, zoo en niet anders. Sla de deur maar dicht; 't is mij on verschillig, wie daar buiten slaatl En nu? Plotseling liep ze niet meer gewoon, ze ren de, ze holde. Het was haai' eenvoudig, alsof ae dadelijk, oogenblikkelijk een verzuim goed moest maken. De maan scheen, de kale twijgen bewogen eachlkems in den nachled ijken wind. Vam be neden uit de zwijgende, donkere stad Idonk het langgerekte, klagende toeten vain den. 'nachtwacht, die hier nog volgens een oud gebruik riep, hoe laat het was. En ze rende den wal en de helling ai naar de donkere Btraat; en de maan scheen verwomldeid op haar, die daar heen rende om eonen grootan, bdjma verzuimden plicht, hare levenstaak to Verrichten. Den volgenden morgen hielden twee ver baasde manschen ieder een briefje in, de liamd, dat hun reeds voor dag en dauw door de werkvrouw, vrouw Mumm, gebracht was. De eene was de fabrikant Hoppe, wien ver scheiden huizen in SOlcnsand behoorden, ook het kleine aan de stadsweide, ctn die nu te lezen kroeg, dal de woning van vier verlrek- ken, die hij mejuffrouw Thomasius aange hold en had, haar niet groot ge neeg was on dat hij er dadelijk een met een kamertje meer of mei grootore vertrekken zou verschaffen ï>e andere was Eginliard Rust, van wien zon- (der verdere plichtplegingen verlangd werd, dien dag, oanen Zaterdag, als zijn vader den wagon zond,, haar, Ghrista Thoniasi us,, af te halen en mee te nemen. •Gedurende den gans then tocht, waarop ze bijmoi voortdurend in een droomerig gepeins verzonken was dn dus zweeg, had ze Walter die op den stroozak zat, steeds voor hare oogen. Hij was inderdaad veranderd, zag er afgemat en slaperig uit, terwijl zijne bewe- giiigön loom waren. Eginhard was nog ern stiger dan indertijd on sprak op harden toon tot zijnen broeder. Het kwam ook aan het licht, dat Walter met Paschen in de derde klas zou blijven zitten. Lütte begaf zich onmiddellijk naar bunco ouders cn zei zander omwegen, wat ze op het hart had. Ze beschuldigde zich ook tegenover hen, dojt z>e dit niet eer gedaan had. „Waar heb ik mijne zinnen gehad!" klaagde zc. De vreugde der moedor was overw^ldigond groot. Ze omarmde Chrisla en schreide tra nen vam geluk. 0, ze had het nooit gewaagd, Chris/ta dat te verzoeken, doch niet wehk een lieot verlangen ze dat gevvenischt had, dat konden geenen woorden schilderen. Of dë juffrouw de geringe prijs, dien zij betalen konden, wel voldoende was? Meer nog trof haar de ernstige, van aan doening bevende stem van den dominee, toen hij haar bedankte. Verwachten deze bedde menschcn ook soms te veel van haar? Welke zekerheid kon zij geven, daft de verkeerd geleide knaap bij haar op eonen anderen weg zou komen? Stelde ze zich dan zoo on eindig veel voor van hare opvoedkundige flinkheid? Wal had ze tot nu toe gedaan ge kregen? Eigenlijk had ze toch alles slechts laten gaan. zooals hel ging. Hoe kreeg ze looh dc vermetele gedachte rn het hoofd, dait zij zij eene mensohenziel zou kunnen redden? Het was haar plotseling, of ze verlamde over Itaar geheele liohaaan. Ze moest gaan zitten, ze was heelemaal bleek gewrordon. „0, U voelt zich niet lekkerI'' riep dc do mineesvrouw zeer bezorgd uit. „Het grijpt U al te veel aan!" Ze (glimlachte reeds wear tegen haair. Haar moed keerde langzaam terug. Wat voor groote gaven en krachten haar ook ontbraken, zij had gezien aan de armste en zwakste aller moeders, wat ons de zwaarste lasten leert dragenwat rotsen doet springen en bergen verzet: do eenvoudigste, gewone, sterke nien- sohonliefde. •Midden in did stad, in eene nauwe straat, doch toch niet ver verwijderd van de weiden on bossohen, die men van de ach terkamers uit zi'en kori, nam tante Lütte met hare vier pleegzoons haren intrek. Toen ze het oude huisje verliet, kon ze hare hia/nteii niet bedwingen. Hiet was tooli oen stuk van haar leven wat daar achterbleef H|aar hart deed er pijin vam, zooals de s em des 'levens nu als het ware in beeldspraak tot haar sprak. Je moet uil hel kleine krin getje de groote wereld ingaan, uil de je zoo dierbare, vertrouwd geworden .afzondering weg, om je intrede te doem in het wijde, groote menschen levenHet is je ontzegd, moedei* te zijn zoo versla dan die taal vam je Goidi: Iia/ng je hart niet aan eoue^ eiikelcn monsch, niet aam een onkel ding. Dat mag je niet, je bent nii'et moeder, wees dus tante. Wees de tainte van al dat verlaten, verloopen, verdbvaaide jongen leven, dat zoon behoefte heeft aan beschermende liefde. Trek in eene groote woning, in eone nog grootere, als lieJ noodig is. Verlaat SOlensund, ais het moet! Laat liet hart ook maar eons bloeden daarbij 'Het is oon 9lechit leven, waarin het lrart nooit pdjin doel. Alleen maar de waarheid trouw blijven moei men, .dat is liet hoogste, dtaüi weet men wel, waardoor men leeft. En ook hol tante-, schap is eon godsdienst, on niiel de slechtstel Als tante Lütte met hare vier groote zoons, die haar alle reeds boven liet hoofd gegroeid varen, door de straten .ging, keken de men schen haar na. Zc was geene aanwinst voor dc ufiltgaande kringen geworden, aooals men zich dut eerst liad voorgesteld, doch ze was misschien moer. Er varen toch mcnschem, die daar iots van voelden en begrepen. Menfigmaail groetten liaar lieden, die ze hcedeinaal niet kende. Ze meende dan, dfat hot eene vergissing was. Maar dat was niet zoo. (Het was slechts de stille, o zoo stille uiting Ivjau eem .gevoel, dat ze hier veroverd had, wart dat heerlijke gevoel, dojt ieder zich iwen&cht, bij den dood in die harten zijner medeinonschen nia te laten. Men sprak nu overal van haar als ran ,,ta.ntc Lütte". Doch deze naam wasanicl meer het grappige bijiuiampje vam vroeger; lang- •zantorhand begon incn deze naam ook in loiTisjt te zeggeiit, het was iets, dolt van zelf uprajk, dat men haar dezen gaf, en de men schen konden het mot nalaten, juffrouw Tho- masius in gedachten steeds ,.ta/nte Lütte te noemen. ,,Hot wordt hier werkelijk spoedig oen ge slicht voor vondelingen", had Hans woedend gebromd, toen de be^de nieuwen, kwamen. Maar hij had weer geen succes met zijn ge mopper. Eigenlijk was tante Lütte heelemaal niet aardig, de wil en het idee barer jongens legden hoegenaamd geen gewicht in de schaal. Daar zat ze nu met haar kalm ge zicht, was niet van haar stuk te brengen, en deed toch, wat zc Wilide. Je moest je eigenlijk afvragen, wat voor (belangrijks ze deed, of he'L noodig en be grijpelijk was, dat je haar zoo naar de oogen fcjfek. In den grond deed ze toch niets baj- tzoniders. Zoo dacht Hans Ulfers. Maar toen Walter Rust eens, toen hem dc strengere lucht hier niet aanstond, op dezelfde wijze over haar. praatte, werd Ilans van woede rood tot onder het haar on gaf mdt zijne brcede hand den ornder eonen oorveeg, dal deze drie dagen lang er eene dikke wang van had. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1