n l i
ifi I i
Nc 30
„D E E EM LAN DER".
Dinsdag 4 Augustus 1914.
BUITENLAND^
FEUILLETON.
ELLYs BEPROEVING.
%fc.
!3ao Jaarpsnö:
a sa g; J f- j
tVl it
5J 3 f*. ■uV'JI
tfj6ofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURa
Uitgever9i VALKHOFF Co
J ABONNEMENTSPRIJS:
PdF 8 maanden voor Amersfoort f 1.00*
Idem franco per post 1.50*
"Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO,
onderfyke nummers 0.05.
yeze Courant verschynt dagelijks, behalve op Zon* en
Feestdagen.
J^dvertentiën geiler* men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties Gn berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureaut UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels.. f 0.50.
Elke regel meer«0.3 0.
K Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
V Voor handel en bedrijt bestaan zeer voonleelige bepalingen
s - tot het herhaald advertoeron in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt
aanvraag toegezonden.
op
Kennisgevingen.
STADGENOOTENI
Ben zevenhonderdtai jonge mannen uit onz.
öénveente zijn Zaterdag onder de wapenen ge-
'S^epen, teneinde hun militaire plichten tegen-
aSFót het Vaderland te vervullen.
Onder hen zijn tal van huisvaders, tevens
j&enig kostwinner voor hunne gezinnen, die nu
'lender eenige inkomsten achterblijven.
Welk een ellende dit in sommige dier gezin
nen beteekent, zullen wij U niet behoeven te
«eggen; ge zult het allen begrijpen.
Men ziet uit naar onze, naar Uwe hulp.
Er heeft zich onder eerevoorzitteischap
van onzen Burgemeester een Comité ge-
^ormd, dat wil trachten om aan die gezinnen,
.waaruit de kostwinner onder de wapenen is
gekomen en waar blijkt, dat geen andere bron-
Ijen van inkomsten zijn, hulp in een of anderen
'vorm te_ verleenen.
Help het Comité bij dit pogen en als er nog
$yeden een beroep op Uwe offervaardigheid
Ivordt gedaan, steunt het dan met Uw goud,
filver of brons, al naar mate ge met
Aardsche goederen gezegend zijl en redenen
foebt om dankbaar te zijn dat gij niet in die
tnate het slachtoffer zijt van deze treurige om
standigheden als zij, voor wie Uwe hulp wordt
Ongeroepen.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort,
De" Secretaris, De Burgemeester,
A. R. Y EENSTRA. VAN RA ND WIJCK.
PUBLICATIE.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort
ijaaken bekend, dat er een instelling in het
leven is geroepen, om hen, die door deze ern
stige tijdsomstandigheden buiten werk zijn ge
raakt, in aanraking te brengen met hen, die
werkkrachten noodig hebben.
Zij doen een dringend beroep op allen die
werkkrachten voor veldarbeid, of welken ar-
jbeid ook, zoeken, zoowel in deze gemeente als
ii1 den omtrek, om van deze instelling een
druk gebruik te maken.
Een ieder zij indachtig, dat
het plicht is, om naar krach
ten mede te werken, den be~
staanden nood te helpen le
nigen.
Het bestuur dezer instelling zetelt ten stad-
"Kuize van Amersfoort van 's morgens 3|lOi
jiSie en 's namiddags van li2i ure, behalve Za
terdags en Zondags.
Voor vrouwen 's Maandags, 's Woensdags en
's Vrijdags des namiddags van li2i ure.
Nabetrachting over den
Gemeenteraad.
Nooit zal hier onder pijnlijker omstandig-
Jledën 'n vergadering van den gemeenteraad
gehouden zijn dan gisterenavond, 'n Toe
stand gel-ijk wij thans beleven heugt zelfs onze
grootvaders niet cn zal, naar wij hopen, nog
onzen achterkleinkinderen gespaard blijven.
Al dreigt ons nog geen gevaar, al bestaat
zelfs de kans, dat de oorlogsvlammen ons ge
bied1 niet zullen aantasten, de schaduw van
het ontzettende drama, waarvan een der be-
^drijven dicht hij onzie grenzen zich aispeelt,
•ïwordt ook over ons land geworpen. De hui
vering, die n afschuwelijke daad voorafgaat,
(wprdt ook door ons voük gevoeld.
De driewerf gevloekte oorlog heeft zoowel
hier als elders reeds de zwartste ellende mee
gebracht. De economische toestand heeft ook
hier honderden slachtoffers gemaakt en door
de algemcene mobilisatie, welke op het juiste
oogenblik afgekondigd blijkt te zijn, werden
talloozcn uit hun werkkring gerukt en dui
zenden beroofd van hun verzorger en kost
winner.
Het hoofddoel van de gisteren gehouden
vergadering was om in deze nooden te voor
zien. Niet dat het gemeentebestuur stil ge
zeten had. Wij vermeldden gisteren al, wel
ke energie liet aan den dag gelegd had lo
door oprichting van -de buitengewone ar
beidsbeurs, 2o. door de vorming van een
steuncomité niet alleen voor de achtergela
ten betrekkingen der opgeroopenen, maar
voor allen, die op eenigerlcd wijze door dc
mobilisatie in benarde omstandigheden ge
raakt waren.
Voor dit doel voteerde de raad f 5000.
Aanvankelijk vroegen B. en W. „voorloopig
duizend gulden". Maar zeer terecht merkte
de heer Van Achlerbergh op, dat dit bedrag
ten eencnmale ontoereikend was. Hij stelde
daarom voor het tot f 5000 te verhoogen, en
B. en W. namen dit voorstel wat graag over
De burgemeester deed nog dé medcdeeling,
dal hij, zelfs vóórdat de uitslag van de be
sprekingen in de Tweede Kamer over het
ingediende wetsvoorstel bekend was, maat
regelen genomen had ter regeling van de
prijzen der levensmiddelen. Bdj deze gele
genheid slingerde de heer Kroes een krach-
lig protest tegen die winkeliers, die van dc
paniek der huismoeders geprofiteerd hadden
onf hun waren aanmerkelijk duurder te ver-
koopen.
Dank zij het ingrijpen van regeering en
gemeentebestuur is alles nu weer op zn poo
ten terecht gekomen en althans dit gevaar
afgewend, zonder dtat tot krassere maatrege
len behoefde overgegaan te worden.
De verdere agenda liad niet veel ibeleeke-
nis. Wegens de bijzondere omstandigheden
waren de voornaamste punten van de agenda
afgevoerd.
^oiitiek Overzicht.
De komende wereldstrijd.
Wanneer men de balans opmaakt van wat
de dag van gisteren heeft gebracht, dan ziet
men, dat het getal oorlogvoerenden niet is
vermeerderd. Maar dat kan helaas niet onder
de gunstige teekenen geboekt worden. Was
liet oorspronkelijke plan doorgegaan om de
Fransche volksvertegenwoordiging op 3 Aug.
bijeen te roepen, dan zou gisteren reeds de
Fransche oorlogsverklaring aan Duitscbland
geschied zijn. Nu wordt dat 4 Augustus. Maar
dat heden uc oorlogsverklaring zal komen,
is niet aan twijfel onderhevig; het is zoo
zeker als dat twee maal twee vier is.
In het manifest, waarin de Fransche re
geering aan het Fransche volk mede deeling
heeft gedaan van de bepaling van den mobi-
lisatiedag, werd gezegd, dat eene mobilisatie
geen oorlog was, maar integendeel het beste
middel om een vrede in eere te verzekeren.
Die illusie is wrqod verstoord; de Duitsche
opvatting, die de mobilisatie een stap lot den
oorlog noemde, blijkt helaas de juiste te zijn
geweest.
Dat heeft de spoed bewerkt, waarmee
Duitschland tx>t oorlogshandelingen is over
gegaan, nadat het aan Rusland den oorlog
had verklaard, niet alleen aan de Russische
maar ook aan de Fransche grens. Hier krui
sen zich beschuldigingen en tegenbeschuldi-
gingen; de beide partijen verwijten elkaar,
dat zij hel gebied van den ander niet hebben
geëerbiedigd. Men kan die beschuldigingen
gerust ter zijde laten. Wat er ook moge zijn
van de tegen Frankrijk gerichte ver
wijten, cr blijkt in ieder geval, dat er
systeem geweest is in de reeks inbreuken,
die Duitschland heeft gemaakt in het Fran
sche gebied. Daarmee is voor Frankrijk de
houding aangegeven, die past in deze omstan
digheden. Het telegram, dat gewaagde van de
stemming, die hcerschte onder de Kamerle
den, die in de Salie des pas papxhis van het
Palais Bourbon van gedachten wisselden over
den toestand, geeft met juistheid weer wat
er nu voor hen te doen staat. Nu de aan
vallende houding van Duitschland duidelijk
is gebleken, blijft er geen andere keus dan
de maatregelen goed te keuren, die de regee
ring zal voorstellen om het vaderland te be
schermen, en aan die besluiten wijding te
geven door do eenstemmigheid, waarmee zij
warden genomen.
Het is mogelijk, dat Duitschland zich ma
terieel eenig voordeel heeft verschaft, door
nog, vóórdat de oorlog was verklaard, te
handelen alsof het met Frankrijk reeds in
oorlog was. Daar staal echter het nadeel te
genover, dat Dui/tschiand den vredebreuk
met Frankrijk onherstelbaar heeft gemaakt
en dat het zich in dezen oorlog als de aan
valler heeft gebrandmerkt.
Erger nog is wat Duitschland zich heeft
veroorloofd tegenover zijne huren Luxemburg
en België. Brutaler toepassing van den stel
regel, dajt maakt gaat boven recht, is haast
niet denkbaar. Luxemburg en België zijn bei
den onzijdige stalen. Iiuirne onzijdigheid is
gewaarborgd door Eirropeesche verdragen,
tot welker lol stand komen Pruisen, de lei
dende bondsstaat in het Duitsche rijk, zelf
heeft meegewerkt. Dat heeft Duitschland ech
ter niet belet om Luxemburg te bezetten, ten
einde zich hot gebruik van den spoorweg, ddc
door het gebied van het groothertogdom
loopt, te verzekeren. En aan België heeft de
Duitsche regeering voorgesteld, zich met haar
to verstaan om aan hel Duitsche leger zijne
operation gemakkelijk te maken tegen oen
Franseh leger, opercerende in de richting
van Givet en Namen. België, dat zich onder
den waarborg van Europa tot onzijdigheid
verbonden heeft, zou zich ten behoeve van
Duitschland aan die verbintenis moeten ont
trekken en daarmee den waarborg voor zijne
zelfstandigheid, dien het in het Europeesche
verdrag bezit, verliezen. Dat werd voorge
steld in den vorm van een ultimatum; voor
het antwoord werd 12 uren lijd gegeven. Bel
gië heeft daarop een weigerend antwoord
gegeven. Maar het gevolg zal nu kunnen zijn,
dat het genoodzaakt wordt, zijne onzijdigheid
te verdedigen tegen Duitschland, nota bene
een der garanten van die onzijdigheid.
Wat zal Engeland doen in den strijd, die
zich voorbereidt? Dat kan, als de bedreiging,
die in het Duitsche ultimatum aan België
ligt, door daden gevolgd wordt, haast
geene vraag meer zijn. De Lngelsohe
was om te verhoeden, dat die strijd zich zou
ontwikkelen tot een wereldoorlog. Maar dan
zou Engeland zelf den weg worden opgedron
gen om aan dien strijd een werkdadig aandeel
te nemen. Wanneer Duitschland Europeesche
verdragen als scheurpapier behandelt, dan
kan Engeland dat niet over zijn kant laten
gaan. En wanneer Engeland er legen opkomt,
dat het verdrag, dat aan België zijne onzij
digheid waarborgt, met voeten wordt getre
den, zal het zich moeten doen gelden tegen
Duitschland. Zoo kan dit optreden van
Duitschland meebrengen, dot het oorlogsveld
zal worden uitgebreid in eene richting, die
zeker niet in Duilschland's voordeel is
De heden morgen ontvangen berichten ge
ven een gunstiger kijk op deze dingen.
Duitschland heeft zijne bedreiging niet door
eene daad laten volgen. Dc hoop herleeft nu
in Brussel, want geen Duitsche soldaat heeft
de Belgische grens overschreden. En
Duitschland zal zich wel tweemaal bedenken
voordat liet zijne troepen een inval laat doen
in België, want uit de gisteren door Sir Ed
ward Grey in het lagerhuis afgelegde verkla
ringen kan men gemakkelijk afleiden wat
Engeland dan zal doen. Die verklaringen had
den betrekking op wat Engeland ter zee zal
doen. Zij bevatten in dat opzicht eene waar
schuwing, die wel niet onbehartigd zal blij
ven.
Trouwens Duitschlajnd's streven gaat in
eene andere richting; het streeft er naar, zich
van Engelandl's onzijdigheid te verzekeren.
De kanselier der Duitsche ambassade te Lon
den heeft daarover eene belangwekkende me
dcdeeling aan de pers gedaan, die men hier
achter vindt vermeldt
Belang wekkend is de tijding uil Stockholm
ever -üU.2. hel zeegevecht by de
Aland-eilandeu. Dc gevechtswaarde van de
Russische vloot, die na de rampen, welke haar
in den oorlog met Japan hebben getroffen,
van den grond af moest worden opgebouwd,
werd niet hoog gesield. Maar dat zij zoo spoe
dig in de Finsche golf, als in een muizenval,
zou worden opgesloten» had men loch niet
kunnen denken.
De oorlog.
B r u s s e 1', 3 A u g. De Fransclie gezant gaf
om half drie heden morgen kennis aan den
Belgischen minister van België, dat drie be
stuurbare luchtschepen boven Brussel vlogen
eu eon inval deden in België. Hij gaf daarvan
kennis aan zijne regeering en aan zijne En-
gelsclie en Russische ambtgenooten.
Brussel, 2 Aug. De burgemeester van
Brussel heeft een besluit genomen, waarbij elke
samenscholing wordt verboden, die ten doel
kan hebben sympathie of antipathie te betui
gen met een of ander land.
M e t z 2 A u g. Een Fransche dokter tracht
te gisteren met de hulp van twee verkleede of
ficieren eene bron met cholcrahacillen te be
smetten. Hij werd zonder vorm van roces
doodgeschoten.
Berlijn, 3 Aug. Wolffs bureau bericht:
Terwijl zich nog geen Duitsche soldaat op
Franschen bodem bevindt, zijn volgens ofii-
'ciecle berichten de Franschen vóór de oor
logsverklaring bij gcheclc compagnieën over
de Duitsche grens gegaan. Zij hebben da
plaatsen Gottesthal, Metzcral, Markirch en
Schluchlpass bezet.
Verder is eene schending van de-onzijdig
heid begaan, doordat Fransche vliegers in
groot aantal over België en Nederland naar
Duitschland zijn gevlogen.
P ar ij s3 A u g. In de vergadering van den
ministerraad van gisterennaniiddag is beslo
ten tot maatregelen vau clementie ten aanzien
van gevangenen wegens politieke misdrijven.
De besluiten betreffende dc sluiting en de out
binding van de congregatiën zijn geschorst.
P a r ij s2 A u g. De Kamers zijn bi enge*
roepen Dinsdag 4 Augustus, niet op Maandag,
om alle leden van het parlement in slaat to
stellen ter bekwamen tijd aan de oproeping
gevolg te geven.
Parijs, 2 Aug. Eenige afgevaardigden
verschenen boden in lie gebouw van de
Kamer. Toen zij vernomen, dut de Duilschers
de onzijdigheid van Luxemburg hadden ge
schonden en de Fransche grens waren over
gegaan, const at eer don zij eenstemmig dal de
aanvallende houding van Duitschland duide
lijk was aangetoond, zoodat er voor heil ui- G
anders overbleef, dan eenstemmig cn zonder
discussie de maatregelen te voteeren, die de
regeering zal voorstellen om hot vaderland
te beschermen.
Londen, 2 Aug. Een bijzonder nummer
van de London Gazette kondigt een gedeelte
lijk moratorium af, dat op sommige wissel
brieven betrekking heeft
De regeering heeft besloten alle stations voor
draadlooze telegrafie onder haar beheer te
nemen, daaronder begrepen die op vreemde
schepen, varende in de Engelsche wateren.
De minister van builenlandsche zaken heeft
een besluit uitgevaardigd, waarbij aile vluch
ten hoven het Britsche gebied verboden wor
den.
Malta, 3 Aug. De regeering liccfl eene
proclamatie uitgevaardigd, waarbij de staat
van beleg wordt afgekondigd.
Londen, 2 Aug. Canada cn Nicuw-Zee-
iand hebben den koning en liet rijksparlcinen'
de verzekering gegeven, dat zij hel moeder'
land tot het uiterste zullen helpen.
Weenen, 3 Aug. De Rcichspost schrijf#
Tegenover de geruchten van gevechten tus-
schen de OostenrijkschTIoiigaarsche en dc
Montenegrijusche troepen wordt hier lei* be-
.•oegder plaatse medegedeeld, dat Montenegro
gcene vijandelijkheden legen Oosteni ijk-Hon-
garijc heeft geopend.
Berlijn, 3 Aug. Wolff's bureau bericht,
dal het eerste balailloa van het infanterie-
regiment no. 155 met eene machinegeweer-
compagnie en hel ulanen-regiment no. 1 he
den morgen in Kalisch is binnengetrokken.
(Kalisch ligt in Russisch Polen dicht bij de
greus van Posen}.
Stockholm, 3 Aug. De minister van
oorlog heeft, tot bescherming van de onzijdig
heid van Zweden besloten tot mobilisatie: t.
van de reserve cn de landweer aan de kusten
van het koninkrijk, 2. van de strijd krachten
van liet eiland Gotland, 3. van de oorlogsgar-
nizoenen der vestingen. Venier is besloten, dat
Uw spiegel weerkaatst uw glimlach en de
(Wereld weerkaatst uw opgeruimdheid en uw
hartelijkheid.
Roman uit het Zweedsch door
A. M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN.
16
i-
De brief, ik heb immers den brief.
„Liefste Zusterl"
-"^Dank voor je hulp. En hierbij het geld
>01 alles in orde te brengen, ik kreeg het in
]§n namiddag. Vergeef mij dat je zelve het
«'erdere moet doen. Wanneer je dezen onl-
yauigt, hen ik op weg naar Amerika...."
Naar Amerika I
met een vriend van mij, denzelfden
die bij den wissel betrokken was. Hij is thuis
geweest bij zijn familie, die zijn zaken voor
ben deel in orde heeft gemaakt, om voor
gaarde dat hij het land verliet. En hij nam
wij mee. Er is nog iets anders, dat ik je nu
iiiet geheel ophelderen kan. Maar er is geen
geVaar meer, nu de wissel, waarin je mij ge
holpen hebt, uit de wereld is. Heel onaange
naam evenwel, die leening bedoel ik. Maar
&rij hebben ons vast voorgenomen, zie je, om
aan te pakken en flinke kerels te worden en
terug te komen om alles goed te makcu. Eu
dat zal gebeuren, want wij hehbeu aanbeve
lingen en ook nog andere uitzichten, wij ken
nen de talen goed en boekhouden enz. Wees
niet boos op mij, zusje, en denk goed over
mij. Ik had je dit alles gisteren kunnen zeg
gen, want ik had reeds alles klaar voor de
reis, uitgenomen het laatste den wissel
maar ik wilde' niets zeggen om je niet nog ang
stiger te maken. En bekommer je niet over
mij. Ik red mij wel. Zoo gauw als ik over den
Altantischen Oceaan ben, zal ik wat van me
laten hooren. Leef wel, lieve, lieve zuster.
„Je broer Sven."
Weg. Misschien zal ik hem nooit weerzien.
Wat is dat een wonderlijke gedachte! En nog
wonderlijker om eraan te denken, op welk
een gevaarlijken weg hij was, zonder dat ik
iels vermoedde.
Dat is vreeselijk, dat is verschrikkelijkI Ik
huiver nog, al voel ik een groote verlichting.
Ik heb gestaan aan den rand van den afgrond
en ik hen gered. Het is misschien coed voor
Sven, evenals voor mij. Wanneer ik het
groote, mooie, grijze papier zie, geloof ik het.
Alles zal nog wel terecht komen voor ons
beiden. In mijn zak heb ik den sleutel van
het buffet Niemand kan het openen, en over
een uur ligt het zilver er weer in. Deze schrik
kelijke dag en nacht zijn voorbij en zij komen
nooit weer terug. En ik zal trachten Let te
vergeten.
Nu ga ik naar tante Ida en praat wat met
haar en dan zijn het niet meer enkele woor
den, waarover zij zich vandaag verwonder
de. Ik weet dat ik mijn tong zal roeren en
gekheid maken en lachen zaL
En dan, zoo gauw ik ontsnappen kan, ga
ik op de onaangename boodschap uit, wat mij
voorgoed de gerustheid zal teruggeven.
Ha, deze vreeselijke winkel! Hoe zal ik er
in durven gaan? Ilct is al griezelig om voor
het raam te slaan en al deze oude, gebruikte,
beduimelde zaken te zien, bij elkaar gevoegde
theelepeltjes en vorken, een gitaar met rose
snaren, een massa ringen, sommige versleten,
andere met groote, ingezette steenen, arm
banden van donker, oud goüd, een zakhorloge,
hangende aan een ketting, allemaal dingen,
die vroeger aan iemand behoorden of beleend
zijn door menschen, door den nood of mis
schien door overtreding hier gekomen?
Een overtreding!
Gauw naar binnen, dan is het gedaan.
Wat een reuk! 't Ruikt hier naar oude
kleeren, naar schimmel en vuil. Hoe zal ik
het hier uithouden, terwijl de bediende een
arme vrouw helpt? En hier bevinden zich
tante Ida's schatten! Ik heb een gevoel alsof
zij vernederd, bezoedeld zijn.
O, deze stank! Als een last drukt die op mijn
borsL Hoeveel tranen en zuchten zijn er ver
bonden aan al deze oude dingen, zoowel aan
de nietigste als aan de kostbaarste!
Nu schijnen zij het eindelijk eens te wor
den .Zij ontvangt een bankbiljet dal zij onder
haar sjaal verbergt; zij knikt en eaat haastig
de deur uit. Nu is het mijn beurt. Waarom
ben ik zoo angstig? Ik heb immers het geld
en de kwitantie.
„Een étui tafelzilver .werd hier gisteren be
leend.^
„Ja."
Wat ziet hij mij aan.
„Het werd beleend voor twee honderd
kronen."
„Ja."
Hij verroert zich niet; hij kijkt slechts. Hij
wil zeker eerst het geld zien, voordat hij
antwoordt.
„Ik wil het inlossen. Hier zijn tweehon
derd kronen."
Hij verroert zich nog niet.
„En de kwitantie?"
Ach, de kwitantie! Dat had ik vergelen. Ik
dacht slechts aan het geld. Maar nu is ook
alles in orde. 't Is waar, men kan niets terug
krijgen zonder kwitantie. Waar heb ik haai
toch? O, daar is zij.
„Als 't u blieft."
Zoo aandachtig neemt hij haar aan, onder
zoekt haar nauwkeurig.
Mijn God, geeft hij haar terug? Wat scheelt
er aan?
„Deze kwitantie is niet van het zilver en
behoort ook niet hier. Het moet een misver
stand zijn."
„Wat meent hij? Misverstand?" Het is toch
het papier dat Sven mij gaf. Ik heb geen an
der in mijn portemonnaie, onmogelijk om mij
te vergissen. Wat staat er, ik kan het papier
niet stilhoüden.
„Een gouden horloge?"
Ik begrijp er niets van, niets, niets
„Ja, de kwitantie is blijkbaar van een gou
den horloge, dat beleend is bij een andere
bank."
„Maar ik moet geen gouden horloge heb
ben. Het is het zilver; U weet toch wel dat het
hier gisteren beleend is. Het was een jong
mens ch, die er mee kwam."
„Ja zeker....
„En ik hob toch hel geld. U begrijpt toch
wel dat het in orde is, nu ik het geJd ervoor
heb. En wanneer u hoort dat ik den man
ken, die het zilver bracht. Ilij was middel
matig lang, knap, donker, blauwe oogen.."
Geen tecken van tegemoetkoming. Hij ziet
mij aan en neemt mij op vail top lol teen;
alsof bij mij om wil kecren en de waarde vau
mijn kleeren wil bepalen. Denkt hij dat ik hem
bedriegen wil?
„Hij, die mij hierheen zund, heeft in.; na
tuurlijk de verkeerde kwitantie gegeven. Maar
u kunt mij het zilver toch zeker wel afgeven,
wanneer u het geld in handen heeft?"
„Het beste zal zijn dal u met de juiste kwi
tantie hier komt. Eerder kunnen wij liet pand
niet afgeven."
„Maar hij is op reis
O, dit ontviel mij. Ilcb ik mij verraden? liet
moet geklonken hebben als een jammerkreet.
En nu ziet hij mij nog onbeschaafder ran dan
eerst. Denkt hij erover de politie te halen?
O God, o God, wat een verschrikkelijk mensch!
En, hoe ik zoek in mijn portemonaie, geen
andere kwitantie.
Maar ik zoek toch. Ik nioeé lijd hebben oin
iets te vinden om hem over te halen. Zou
ik? zou ik?Neen, mijn redachlen
staan stil. Heeft hij dan geen medelijden? Hij
moet toch zien hoe wanhopig ik ben.
„Och, ik vraag u zoo dringend, zou u niet
zoo goed willen zijn om mij toch het zilver te
geven? Ik beloof u dat ik u de kwitantie zal
geven zoo gauw ik haar hc-b."
Wat een verachting in zijn blik. Hoe ziet
hij mij aan!
Wordt vervolgd»