N° 32 DE E EM LAN DER". Por 8 maanden voor Amersfoort i» f l.OO* Donderdag 6 Augustus 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. tLLÏs BEPROEVING. IS1- Jaargang. He ofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: PRIJS DER ADVERTENTIËN: Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.l O, Afzonderlijke nummers - 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën geilere men liefst vóór 11 uur, familie' advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden» Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeolige bepalingon tot het herhaald adverteeron in dit Blad, bij abonnemont. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op yr aanvraag toegezonden. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. Politiek Overzicht De komende wet-eldsfrijd. De parlementen zijn naar liuis. Zij hebben gedaan wat van hen werd verwacht met ecne ev;nstcmmigheid, die niets te wenschen over liet. Het part ij verschil is op den achtergrond gedrongen, nu het de ecnige, alles overheer- schcnde vraag geldt voor het bedreigde va derland op te komen. Daarvoor moet alles zwichten, en zoowel in den Duitschon rijks dag als in het Fransche parlement is aan de regeering, zonder verzet van cenige zij de, alles toegestaan wat zij verklaar de noodïg te hebben om aan de eischen, die de toestand vordert, te kunnen voklocn. Dc diplomatie hoeft vacantie. Met het vragen van hun paspoort is de taak van de diplomalen afgedaan. Zij hebben het veld geruimd en plaats gemaakt voor de mannen van het zwaard, die nu de leiding \an de zaken in handen hebben genomen. Terwijl de mobilisatie in vollen gang is en qe legermassa's zich vormen, worden achter cic schermen de plannen uitgewerkt, die de legers zullen brengen naar de plaats, waar zij hunne krachten zullen meten. Die plan nen zijn natuurlijk een met zeven zegelen ge sloten boek; slechts aan de ingewijden is het vergund een oog daarin te slaan. Maar toch is het ni/ci mooie lijk dc hoofdrichting aan te wijzen, waarin Duitsahland, dat als aanval ler de leidende rol heeft op zich genomen, de zaken wil sturen, liet brutale optreden Aan Duitschland legen België cn Luxemburg geelt die richting aan. De grenslijn tusschen Duitschland en Frank rijk is aan beide zijden geducht versterkt. Eene reeks versterkingen, die de natuurlijke verdedigingsmiddelen van het bergachtige landschap ondersteunen, versperren een bin- ucndringeinden vijand den weg, cn men be hoeft slechts dc namen Metz en Belfort te noemen om de gedachte te doeai rijzen aan de verschrikkelijke bezwaren; die in de streek, waar Duitschland ton Frankrijk onmiddel lijk aan elkaar grenzen, aan het vloeren van een aan\allenden oorlog is don weg staan. Nu ligt het voor de haiad, dal Duitscliland van zijne positie ah» aanvaller een gebruik wil maken, dat voor zijn belang het meest dienstig Ls. liet heelt in 1870 daarvan groot voordeel gehad; het wil «ch op nieuw van dat voordeel verzekeren en daarmee den strijd dwingen in de richting, die voor hem het gunstigst is. Maar de omstandigheden zijn nu aindqrs dan in 1870. Wel heeft Duitsch land toon Metz aan Frankrijk ontnomen en dat gemaakt tot een bolwerk aan zijne grens; maar dc nieuwe verdedigingslinie, die de Franschen aan hunne oostelijke grens heb ben opgelicht, slaat als een grool struikel blok aan hun voorwaaitschen ma-rsch in den weg. Vandaar dat Duitschland is teruggekeerd ftot ue oude gedachte, dat de weg naar de invalspoort in Frankrijk leidt over Belgic of Luxemburg. Men heeft ge>Lracht daarte gen een dam op te werpen, door deze beide stalen onzijdig le verklaren onder garantie vaji Europa. Maar om die verdragen, of schoon daaronder de handteekening van zijne eigen gevolmachtigden voorkomt, bekom mert Duitschland ziah niet. Den stelregel: „Nood breekt wet"' legt Duitschland uit in dden zin, dat het die papieren waarborgen op zijde kan zetten, wanneer zijn belang als oorlogvoerende partij dit eisólit. En zoo zien wij, dart DuitschLa/nd eerst aan Belgié voor stelt zelf zijne onzijdigheid prijs te geven, en. dat hot, als België dit weigert, handelt alsof er geen onzijdig België bestond. Bij Luxemburg is men dadelijk met de deur in 't huis komen vallen; sedert op grond van het traktaat van 1867 de vesting Luxemburg werd geslecht, is er geen soldaat meer in het groothertogdom aanwezig. Cher Luxem burg is dus beschikt zonder vorm van pro ces. Nu zien wij het Duilsche leger Belgic bin- ncnsU oomen om zich den koristen en le vens het minst met bezwaren bezette>n weg naai' Frankrijk te openen, liet zal daarin natuurlijk slagen, waint hoe moedig België £ich ook, aan vankelijk niet zonder succes, zooals uit de hierachter opgenomen te- le gramme li blijkt, le wejetr stelt, te gen Duitschland's overmacht kan het op den duur niet aan. En als dan het Duilsche leger over België aan de Frun- sche grens is gekomen, zal het daar wel be zwaren, zelfs groote bezwasKm hobbcn te overwinnen om den oorlog op het Fransche gebied over te brengen, maar die kunnen toch niot in vergelijking komen niet den ge- duchten krans van vestingwerken, die aan de Duitsck-Fransche grens den inval in Frankrijk tegenhoudt. Zoo is het ilje verklaren, dal Duitschland den weg naar Frankrijk zoekt via België en ook aan de Zwitsersche zijido tracht een inval in Frankrijk te doen, om zoodoende de veslinggroepdie de trouée de Belfort af sluit, te mijden. Maar het doet dlit niet on gestraft. Moreel berokkent Duitschland zich groot nadoel, door geheel Europa tegen zich in het harnas te jagen door het brutale feit, dat het Europeesohe verdragen mot voelen treedt. En materieel heeft het zich in den oorlog, die op zee moet worden gevoerd, een nieuwen cn geduchten vijand op den hals ge haald. Wij hebben gezien hoe Duitscliland heeft getracht Engeland te bewegen in dezen oorlog onzijdig te blijven. Dat moest misluk ken na. de schending, die Duitschland tegen België's onzijdigheid hoeft gepleegd. Nu is Engeland openlijk aan Franikrijks zijde ge treden «n liet staat te voorzien, dat het de volle macht, die het op zee kan ontwikkelen, in Duitschland's nadeel zal doen gelden. De oorlog. Londen, 5 Ang. rit Brussel worilt bericht, dnt «le Dnitscliers zijn be gonnen, Luik en i\ainen te bouibar- deeren. Brussel, 5 Aug. l>e aanval van de Duitscliers was hedenmorgen gericht op Barchon (oostelijk van de Maas, ongeveer halverwege tusschen de ^(eilerlandsche grens en Luik). JDe Duitsclie kavallerie beweegt zich ten noorden van Luik, terwijl de Duitsebe infanterie dc ülaas tracht over te gaan, maar belemmerd wordt door het vnur van <le forten. Brussel, 5 A u g. (Officieel.) De inval van de Duitschers in België gaat methodisch voort. Tot heden hadden de Belgische troe pen met den vijand slechts kleine gevechten cn schermutselingen. De Belgische soldaten toonden de schoonste voorbeelden ran krijgs- nioed en tucht. De Belgische verliezen zijn gering, die van den vijand betrekkelijk aan zienlijk. Brussel, 5 Aug. Duitsclie vliegers vlie gers vliegen over Luik. Een Belgische vlie ger stortte zich op het Duilsche toestel en sneod het in tweeën; daarna zotte hij zijn weg voort. De Duilsche vlieger werd gedood. De Duitschers hebben een brug gebouwd bij Fortune voor Lexte ton noorden van Visé. De forten bij Battice vernielden de brug. Een de tachement Duitsche aavalterie moest, om op eerne doorwaadbare plok over de Maas te komen, de Nederlandsch* grens snijden. Brussel, 5 Aug. Officieel wordt het volgende gemeld: JDe Belgen hebben alle aanvallen der Duitschers in de omgeving van Luik, teruggeslagen door een hevlgen tegenaanval. l*e Duitscliers die de wegen tusschen de forten ove -schreden werden alle gedood. De pantserkoepels bleken bewonderenswaardig bestand tegen de Duitsche projectielen. Met lort JEvegnee dat den gelicelen dag in actie was is absoluut onbescha digd. De Belgische vliegers doen in niets onder voor de Duitsche vliegers. De Duitschers hebben verschillende burgers vau isé gefusilleerd en de plaats verbrand. Brussel, 5 Augustus. Generaal Leman behaalde een volkomen succes. Geen enkele Duitsche aanval slaagde. De Belgische troe pen voerden geen fortenoorlog, doch manoeu vreer d en en voerden dientengevolge een ech ten veldoorlog. Zij vochten met buitengewone volharding, gegeven het feit dat zij on ei- een zeer uitgestrekt front streden en dut ze overal met kl acht werden aangevalion. Het 7e corps Duitschers d<eud een aanval op het interval van Vesdrcs (eon interval is een linie waar de hindernissen door toegankelijke uitge strektheden gronds gescheiden zijn). 4001)0 Duitsehers kwamen in gevecht met 25000 Bel gen. De aanval werd afgeslagen; de tegen aanval der Belgen had eon volkomen succes, liet 7e corps heeft den terugtocht aanvaard en moet daarbij eon'deei van hel Ilollandsche gebied overschreden hebben. De Belgen moe ten zioh aan de grens bevinden. De Belgen namen 600 gewonden op in de Duitsche ünics. Men gelooft dal hel 10e Duitsche corps heden nacht een aanval zal doen. Brussel, 5 Aug. Vóór het vertrek der troepen richtte de koning een proclamatie tot het leger, waarin het volgende gezegd wordt: Zonder dc minste uitdaging van onzen kant heelt onze nabuur, trotsdh op zijn kracht, de verdragen verscheurd, welke door hem zijn onderteekend en schond hij het ge bied onzer vaderen, omdat wij geweigerd hebben onze eer le laten schenden en heeft hij ons aangevallen. De gcheelc wereld ver baast zich over onze loyale houding. Dal haar achting en eerbied u mogen verster ken, nu gij ziel dat uwe onafhankelijkheid bedreigd wordt. De geheel e natie siddert, hare kinderen snelden naar de gnaiucu als moedige soldaten voor een heilige zaak. Ik heb vertrouwen in uw taaien moed en groet u uit naam van België. Triomfeert, want gij hebt uwe krachten in dienst gestold van de zaak des rechts. Glorie aan u, gij leger vüd hot Belgische volk en herinnert u, wanneer gij voor den vtijpnd staat, dat gij strijdt voor uwe vrijheid en voor uwe bedreigde haard- sleden. Louden, 5 Aug. In het lagerhuis las eerst» minister Asquith een telegram voor van de Belgische regccring, die een beroep doet op Engeland, Frankrijk en Rusland, om samen te werken als garanten van d'e Belgische on zijdigheid, ten einde Duitschland's :eweid- maatregelen te weerstaan en in de toekomst de handhaving van de onafhankelijkheid en onschendbaarheid van België te verzekeren, liet telegram laat daarop volgen: „B lgié ver heugt zich te kunnen verklaren, dat het de verdediging van zijne versterkte plaatsen op zich heeft genomen." (Toejuichingen). Verder las Asquith een telegram voor, dat het Belgische ministerie van oorlog dc Fran- schen militairen attaché had verzocht dat toe bereidselen zouden worden gemaakt voor de samenwerking van de Fransche met de Bel gische troepen, hangende de uitkomst van het beroep op de garandeerende mogendheden. Aan de Belgisehe provinciale besturen is bevel gegeven, de bewegingen vain de Fransche troe pen niet te besöhouwen als schendingen van de grens. (Luide toejuichingen). Brussel, 5 Aug. Men bericht, dat anti- Duitsche beloogingen zijn voorgekomen in Antwerpen en Gent. Londen, 5 Aug. Er is eene proclamatie verschenen betreff nde de ooi logscontraban- de. Aan de schepen van tegenstanders is tot 14 Augustus tijd gegeven om de Britsche ha vens te verlaten. Kopenli age n, 4 Aug., des avonds. Drie Duilsche onderzeeërs werden heden namid dag gezien in dein zuidelijken uitgang van de Sonid. Zij schijnen daar een positie van voor post te hebben ingenomen. Londen, 5 Aug. De Daily Chronicle be richt in hare bijzondere Parijsche uitgave, dat na een bombardement van Bone en Phi- kippevtlle door eemgc Duitsche kruisers een Fransch detachement de kruisers verraste, zich meester maakte va» de Gocben en de Breslau en de Panther tot zinken bracht. Algiers, 5 A u g. Hel bericht der vernie ling van den kruiser Panther en inbeslagne ming van (wee Duitsche handelsschepen wordt niet bevestigd. B e r 1 ij n, 5 A u g. Dc in de Midkiellandsche zee aanwezige Duitsche oorlogsschepen ver schenen gisteren aan de kust van Algiers. Zij vernielden cenige verslchkle plaatsen en in- sohcpingsplaaksen voor Fransche troepen transporten. liet vuur werd beantwoord. Londen, 5 A u g. Lloyds seint uit Odes- sa, dat alle Russische vuurtorens in do Zwarte zee zijïi gedoofd. De uitvoer van graan is ver bodem Konstantinopel, 5 Aug. Officieel wordt bevestigd, dat de 'Da rd an ellen en de Bosporus gesloten zijn. Intusschen kunnen handelsschepen met de hulp van loodsen de zeestraten passccren. Londen, 5 Aug. Lloyds seint uit Alexan dria, dat bij besluit van den khedive de uit voer van graan is verboden. De katoonbeurs is gesloten, Egypte is onzijdig verklaard. Londen, 5 A u g. De politie deed heden morgen huiszoekingen in talrijke huizen, die door Duitschers worden bewoond. In Earls- field, eene voorstad van Londen, namen de agenten bommen en geweren in beslag. Ver scheidene Duitschers werden gevangen ge nomen. London, 5 Aug. Een telegram van Sir, Edward Grey van 1 Augustus om half vier in den morgen droeg aan Buchanan, den En- gelschen ambassadeur in Petersburg, op on middellijk eene audiëntie bij den czaar le vra gen tot overhandiging van eene boodschap, waarin koning George een beroep deed op den Czaar oin dc deur open te laten voor on-1 derhandelingen met liet oog op een mogelij ken vrede. De Czaar antwoordde: Ik zou gaarne uw voorstel hebben aangenomen, als heden na middag niet de Duitsclie ambassadeur ccne nota had aangeboden, waarbij do oorlog wordt verklaard. Deze oorlogsverklaring rechtvaar digt mijne mobilisatie. Deze verklaring was inderdaad geheel onverwacht, omdat ik aan/ keizer Wilhelm de uitdrukkelijke verzekering had gegeven, dat mijne troepen niet voort waarts zouden gaan, zoolang dc onderhande lingen over eene bemiddeling voortduurden.1 Op dit plechtige oogenblik wensch ik nogmaals M te verzekeren, dut ik alles gedaan heb wal in mijne macht was om den oorlog te verhin< deren. Thans, nu deze oorlog mij is opgelegd,' bob ik het vertrouwen, dat uw land niet iü gebreke zal blijven Frankrijk cn Rusland t( steunen. Londen, 5 A u g. Dc koning heelt aan ad miraal Sir John Jellicon de volgende bood schap gezondenOp dit ernstige oogenblik van dc nationale geschiedenis zend ik aan u en door uwe tussahenkomst aan dc officieren en bemanningen van de vloot, waarover gij) het bevel op u hebt genomen, de verzekering, dat zij onder uwe leiding zullen doen her leven cn vernieuwen den ouden roem van do koninklijke marine en wederom zullen loo- ncn, dat zij het ware schild van Groot-Bril* tannic en zijn rijk vormen in hert. uur van be proeving. George, koning cn keizer. Londen, 5 Aug. De London Gazette be vat verscheidene besluiten, en wel: 1. lol oproeping van de legerrcservcn mei inlijving bij de landweer; -> 2. tol kennisgeving aan de burgers, dal zl zich moeten gedragen Daar de beschikking^ die de autoriteiten van leger en Yloot kunnen voorschrijven; 3. tot handhaving In het actieve leger van de manschappen, die op het punt slaan in dc reserve over te gaan; 4. tot bevestiging van dc volmachten van de agenten of vertegenwoordigers der Kroon, die in buitengewone omstandigheden geroepen zijn' de maatregelen le nemen, die de openbare vei-' ligheid en de verdediging van het koninkrijk eischen; j 5. tot plaatsing van de spoorwegen van Groot-Britlannië onder het directe bestuur van de regeering. Het publiek wordt verwittigd, dat dc behoeften van leger en vloot soms nooJ dig kunnen maken, dat de gewone gerieven, die het vindt op de spoorwegen, worden be perkt. F a rij s, 4 Aug. In het antwoord, dal den* 23en November 1912 door den Fransehen am bassadeur aan Sir Edward Grey gezonden werd, wordt gezegd: Ik ben gemachtigd u te verklaren, dat in geval een van onze beide res. Met liegen bereikt men niet anders dan dat jnen niet geloofd wordt, als men waarheid Spreekt. Roman uit het ZweecLsch door A. M. .VAN DER LINDEN—VAN EDEN. „Hel kan niet. Wal voor waarborg zouden wij hebben dat er geen ander zou komen om iiet zilver op le eischen?" Is hel een duivel, die mij den nocL ra den nek zet? Ja, dat was zoo goed als „adieu, 'scheer je weg!" Nu gaat hij naar een klant, ilie pas binnenkomt. En ik sla bier maar. Hij kijkt niet meer naar mij om. Hij is niet te ver bidden. Wat zal ik doen? God in den hemel, wal .«al ik (Loen? Naar huis om le zoeken ofschoon ik weet dat er geen kwitantie kan zijn.... Maar fuisschien toch! Heb ik haar missclzien in dc jade liggen? Kunnen er twee kwituntie-s zijn jjeweest, die verwisseld zijn? Heb ilr misschien dc lade omgewoeld, zoodat de twee ran elkaar geraakt zijn en ik het ééne slecht» in mijn borlemonnaie heb gelegd? Naar huis, naar huis. Ik vind niets. ik heb in de lade gezocht, waar ik het ge borgen had. En ik heb in de andere gezocht lk heb gezocht in alle doosjes, ik heb ieder kleederstuk uitgeschud. Ik heb onder dc meu bels gekeken, onder de matten, achter de gor dijnen, ofschoon het onmogelijk is dat ze daar kan zijn. Lk ben telkens weer beginnen te zoeken, tien, twintig keer. ik vind bet niet. Ik moet het zoeken opgeven. Wat zal ik doen? Natuurlijk schrijven aan Sven. Hij heeft zich vergist met de kwitantie. Maar ik heb zijn adres niet, en het duurt minstens een maand eer ik een brief van hem kam krijgen, en als hij dan zijn vergissing niet ontdekt heeft, duurt het twee maanden voordait ik de kwitantie hebben kan. Twee maanden! Hoeveel kan er gebeuren in twee maanden! Maar Goddank, tante Ida heeft de sleutels niet terug gevraagd, en over drie dagen gaan wij naar Angcby. Vóór dien lijd kan zij zich nog niet sterk genoeg gevoelen om naar haar schallen om te zien, en wij blijven minstens twee maanden buiten. "Wanneer wij thuis komen, moet ik het papier hebben, en dan kan ik de sleuiels wel krijgen, al heeft zij ze zelve weer in bewaring genomen. Niet vertwijfelen! Kalm zijn en wachten. Maar twee maanden lang bang te zijn, iedcren keer als men een deur hoort gaan, en wanneer iemand den blik op mij vestigtl Wachten duurt zoo lang! Ik duizel als ik er aan denk De familie heeft afscheid* genomen. De deur van de coupé is dicht. En hier zitten wij nu alle drie op de zachte kussens. Eerste klasse, omdat tante Ida nog zoo zwak Is. Da- VIijk zal de trein zich in beweging zetten. O. dat oogenblik, waar ik de laatste dagen ,oo ontzaglijk naar heb verlangd! Waarom wachten wij? Waarom staande menschen nog vóór het open venster en praten met hunne vrienden, die op het per ron staan? Eu daar komen nog een paar passagiers aan! Is het nog geen lijd? Ja, nu beweeg hij zich, nu rolt liij vooruit, nu voert hij ons weg van deze stad en stra ten, deze huizen, waarvan ik weg vil komen, zoover ah dc trein mij brengen kan. liet heerlijke oogenblik is daar. Wij kun nen niet terug. Er is geen mogelijkheid meer dat tante Ida die vreeselijke woorden kan zeggen, die ik in zoo'n grooten augst cn vrees verwachtte. „Elly, mijn sleutels, ik wil zelve alles nog even nazien." Wij snellen voort en de sleutelring gaat met mee: Lk heb haar in een kastje gelegd van de garderobe, en op het laatste oogenblik, zoodal Edla zc niet in handen kon krijgen. De deu ren van iliet buffet kunnen niet geopend wor den en niemand kan iets missen gedurende twee beele maanden. Veilig dus voor een langen tijd. Tante Ida ziet ei' zoo tevreden uit, zooals zij naast Edla in het hoekje bij het raam zit, en ik tegenover haar. Er is zoo iets heel liefs en zachts over haar gekomen na haar ziekte rra, wanneer zij mij aanziet, is het alsof zij mij liefkoost met haar blikken. „Nu is alle drukte aan kant, Elly. Nu krij gen wij een heerlijke zomerrust." „Heerlijk, tante Ida!" Wat heeft Edla toch zonderlinge oogen. Er zoo iets scherps en stekends in. Gunt zij mij den schoonen zomertijd niet, of wat meent zij? Weet zij Lets ran het zilver? Somtijds denk ik het, wanneer ik hare vreemde oogen zie. Maar meestal ontwijkt ze mijn blik. Dik- wiils doet zil dat. en vooral als wij met el kaar spreken. Vroeger kon zij mij nu en dan nog wel verdragen. Nu schijnt zc mij niet meer te kunnen uitslaan. Maar misschien vergis ik mij. Zij heeft het druk gehad en is daardoor vermoeid. Iloe zou ze iels kunnen weten? Had zij wantrouwen gekoesterd, dan zou zij onder een of anocr voorwendsel de sleutels gevraagd hebben. Maar als cr eens een andere sleutel op hel buffel paste? Als zij er in was geweest en gekeken bad? Onmogelijk. Het is zulk een kunstig oud sloL Maar de kwitantie? Als Sven die in de vestibule had verloren en zij haar eevonden had? Als dat zoo was? Neen, dat is ondenkbaar. Ik stond er im mers een heelc poos na zijn vertrek. Ik zou het zeker gezien hebben, en zoo onvoorzichtig gaat men toch niet met derge lijke papieren om, dat men zc verliezen kan. liij heeft de kwitanties verwisseld. Het kan niet anders zijn. En buitendien, als zij baar gevonden had, hoe zou zij dan kunnen zwij gen? Terwille van tante Ida? Omdat niets haar zenuwachtig mag maken, zoo zwak als zij is? MisschienI Neen, zij is als een oude hof hond, die het eigendom van zijn meester be waakt. Ais zij tante Ida lets had gezegd, zou zij het mij wel hebben laten blijken. Zij zou de gedachte niet kunnen dulden dal iemand iets uit het huis wegnam, zonder dat zij het verdedigde met hand en tand. Maar hoe het ook zij, ik kan niet nalaten aan haar te den ken. Ik ben bang voor haar. Welk een vrede Geen koeltie knmt tot ons. zoohuv? v." -** zitten op het gazon voor het groote wille huis' Maar drukkend warm is het ook nieL Alleen, zacht, stil, vredig zomerweer I Tante Ida, dc kapitein cn zijn vrouw en de kandidaat zijn met elkaar in ecu levendig gesprek gewikkeld en hebben mij zeker ver geten. Heerlijk! Het is het allermooiste om vredig, achterover geleund in mijn stoel te zitten en' over dc velden en weilanden heen te ziei^ naar de zee, die door de berkenstammen zichtbaar is. Het was geen verre reis, maar het is toch heerlijk te rusten. Ik ben vermoeid zonder dat ik iels heb gedaan. Hel zijn de' gedachten, de vreeselijkeMaar nu moet ik vergelen. Ik zal mljzclvo beloven le veW gelen. Ik ben veilig voor een langen tijd. Tante Ida's zuster lijkt veel op liaar, of schoon zij beweeglijker en gebiedender is. En dat verwachtte ik ook dat zij wezen zou, om-f dat zij zelve het licclc landgoed bestuurt) Waarom zou de kapitein cr zich niet mcé\ bemoeien? Tante Ida zei dat hij niet het/ rechte versland van landbouw heeft. MaaA waarom heeft hij dan zijn regiment verlaten? Hij is toch een flinke, gezonde man En het Is onverklaarbaar dat hij geen versland vau den akkerbouw zou hebben. Hij spreekt er eel meer over dan zijn vrouw. En altijd praa(^ hij over „mijn dit" en „mijn dat". Hij voegt jaariijks twintig kalveren aan zijn veestapel toe. Hij verkoopt zijn hooi, hij bemest zijn vrurhlboomen. Wordt Vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1