DE E EM LAN DER".
Woensdag 26 Augustus 1914.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
ELLYs BEPROEVING.
N° 49
13d* Jaargang.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFP Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden roor Amersfoort
Idem franco per post
ii
ii f l.OO#
- l.SO.
pe
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) 0.10,
Afzonderlijke nummers 0.05«
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
AdvertentiSn gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIE if:
Van 15 regels.. f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Grooto letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zoer voordooligo bepalingen
tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement*
Ecne circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht.
De wereldstrijd.
Nog steeds "woed't de strijd op liet groote
slagveld, zich uitstrekkende van Luxemburg
tot Bergen in Henegouwen, dat voor t oogcn-
bhk hel hooldtooneel is van de groote worste
ling op het westelijke oorlogstooneei. Mon
bereidt ons er op voor, dat het nog dagen
kan duren voordat deze worsteling zal zijn
beslist. Dat is ook wel aannemelijk, want de
uitgestrektheid - in hot slagv.M maakt, dat
niet in eens de beslissing kan worden verkre
gen. Plet is niet één veldslag cfeie wordit ge
leverd, maar het zijn eene reeks veldslagen
op eene oppervlakte grooler dan in 1870 het
geheele leger besloeg. Uit de uilkomst van al
die partieele slagen moet ten slotte de eind
uitkomst resulteeren.
Uit de spaarzame berichten, die ons lot
dusver hebben bereikt, is het eindresultaat
nog niet te voorspellen. Men voelt en tast de
ontzettende zwaarte v den strijd cn hoe de
strijders met de uiterste krachtsinspanning el
kaar de overwinning betwisten. Als men mag
afgaan op den indruk, dien de lezing van de
telegrammen wekt, d:n schijnen ook hier de
verbonden Franseh-Engelsche legers 't het
zwaarst te verantwoorden te j.ebben. Over
den strijd, die zich in de buurt van de Maas
heeft bewogen, wordt gezegd, dat de Fran-
schen tijdelijk in eene rdodigeiide stelling
zullen blijven. Daaraan wordt wel toegevoegd,
dat een krachtig offensief hervat zal worden
op het geschikte tijdstip, door bet hoofd
kwartier daartoe /ekozen. Maar lusscken de
regels is er in te lezen, dat voorshands het
initiatief tot den aanval wordt overgelaten
aan den tegenstander, die v» -i niet zal nalaten
zich met de ,,Schneidigkcil", die men van hem
gewoon is, die gelegenheid l mille te ma
ten.
Het groote voordeel van den aanvaller is,
dat hij de gelegenheid aangrijpt, die hem gun-
ïtig lijkt. Dat voordeel geeft men prijs, wan
neer men zich tot de verdediging bepaalt. Dat
hierin een nadeel ligt, wordt erkend in het
gisteren door het Fransche departement ron
oorlog uitgegeven communiqué, waarin over
den toestand in Lotharingen wordt gezegd:
„Men moet betreuren, dat het doel van onzen
aanval ndet is bereikt; mrar onze verdedigen
de stelling blijft ongerept te cnover een reeds
verzwakten vijand." Dit laatste wordt er als
troostreden bijgevoegd, maar kan de teleur
stelling over het mislukken van het doel van
den aanval niet wegnemen.
Een der redenen, waaruit het succes van de
Duilschers is te verklaren, is gelegen ia de
groote voortreffelijkheid van hunne schiet
wapenen. Wat gisteren in een van or.;_ tele
grammen werd medegedeeld ov~r i vernie
tigende uitwerking van het vuur der Duitsche
infanterie, waarop volgens de verklaring
van Fransche krijgsgevangenen de pogingen
afstuitten van de Fransche officieren om
hunne manschappen tot avancecren te bewe
gen, dekt zich geheel met de bevindingen
van maarschalk von der Coltz, die hij naar
aanleiding van het verloop van de eerste ge
vechten in dezen oorlog in de Nordd. Alg-
Zeilung heeft medegedeeld. De werking van
het Duitsche belegeringsgeschut wordt ge
ïllustreerd door het snelle verloop van het
beleg van Namen; een paar dagen beschieting
met den 42 oM. belegeringsmórtóer, die voor
deze vesting zijn proefstuk heeft afgelegd,
waren voldoende om de stad en de groote
helft van de forlenring ten val te brengen,
terwijl de val van de vier nog overige forten
wordt verwacht.
Op het oostelijke oorlogstooneei zijn de
Russen in eene grootcre sterkte dan werd ver
wacht, in Oost-Pruisen komen opdagen. Zij
hebben daardoor het legi-.-uOimahdó genoopt
zijn vcldtochtsplan tc herzi°n, en in afwach
ting dat de uitwerking daarvan naar buiten
kan blijken, zijn de Russen klaarblijkelijk in
het voordeel en hebben 7.ij< hel tooneei' van
den strijd naar Dultsch gebied kunnen over
brengen. In Parijs sdiijnl dit groote verwach
tingen te hebben opgewekt; ue Fransche mi
nister van buitenlandschc zaken heeft als een
voordeel van dc operation in hel west. ge
noemd. dat Rusland daardoor in staat is ge
steld door te dringen tol in liei hart van Oost-
Pruisen. Men ziet -elfs in gedachten reeds den
weg naar Berlijn voor Rusland geopend.
Zoo'n vaart zal het nu wel niet loopen.
Duilschland heeft in de cerate phase van
oorlog laten wegen wat het zwaarst was; het
heeft het grootst -mogelijke ucei van zijne
strijdmacht naar Frankrijk gedirigeerd en
aan de Russische grens niet veel meer gezon
den dan wat voor grensb waking noodig was.
Duitschlond kon dal doen omdat in het oos
ten de toestand juist andersom is dan in het
westenhet heeft zich niet te verweren tegen
eene gecombineerde macht, m;...r heeft inte
gendeel in Oostenrijk een bondgenoot tegen
Rusland. In Russisch Polen is reeds samen
werking verkregen tusschen d beide bond-
genooteuzij trekken daar gezamenlijk aan
vallend op.
De czaar en de Russische
joden.
Deze oorlog, waarin wij den czaar van Rus
land zien optreden als (heraut van een herbo
ren Polen, heeft nog een ander wonder be
werkt. De czaar heeft zijne liefde voor de
joden o.ildekt, en in heit vertrouwen op hunne
wederliefde heeft hij een beroep gedaan op
hunne aulp. Wij bobben eenige volzinnen me
degedeeld uit dc proclamatie, waarin czaar
Nicólaas li de joden aan dc weldaden herin
nert, die zij van hel huis Romanow iieobcn
genoten.
Men leert gaandeweg, zich over niets meer
te verw ïderen; maar hier staal men toch
voor ie's wal men voor onmogelijk zou heb
ben 4 houden. Men weet hoe de joden in Rus
land léven. Zij leven er ais paria s, geduld om-
dal men hur.ii.: diensten niet kan missen, on
derdrukt en gekneveld doe: dc wv.géving des
lands, die vol is van hpi-i kende bepalingen
en chicanes tegen do jutte;:, gek\v< id cn uil*-
gezogen door de organ-:.;, die licl gezag moe
ten handhaven.
Tot deze verdrukten, deze paria's, hecfl dc
czaar thans ecne oproeping gericht, waarin hg
de weldaden prijst, die dc heerschappij dei
Romanovv's over "hen liecfl uitgestort, cn hen
opwekt die te vergelden, door hem vrijwillig
steun te verkenen. Men kan. zich de gevoelens
voorstellen, die deze oproeping wakker roept
bij dit vervolgde en onderdrukte volk. De Jü-
dische Rundschau geeft daaraan uiting in een
artikel, d L zich over het manifest van den
czaar aan „zijne lieve joden" aldus uitspreekt:
„Do ondragelijke slavernij, waarin dc Rus
sische joden smachten, wordt in dit manifest
nog eenmaal, laat ons hopen voor de laatste
maal, aan de gansche beschaafde wereld in
herinnering gebracht. De geheele schaamte
loosheid van het czarisme komt in deze woor
den van don Russische» keizer tot uitdrukking
Smeekend. om hulp wendt de czaar zich lol
de natiën, die vervolgd en gemarteld zijn, zoo
lang het huis Romanow op den Russisclien
troon zit. In al deze onderdrukte nation is
under de slagen van den Russischen knoet een
steeds grooler verlangen naar nationale vrij
heid ontwaakt. De eenige gedachte, die de
onderdrukten sedert tientallen van jaren be-
heerscht, is de hoop, dat Gods strafgericht de
vvreede gewield heerschappij zal wegvagen. Wij
joden ziju onder dc volken, die do Russisdhc
regeering lol slaven heeft gemaakt, het volk,
dal liet zwaarst van allen te lijden heeft ge
had. Met de meest geraffineerde kwaadwillig
heid heeft men getracht, het joodsche volk let
wanhoop te brengen. Stroomen joodsch bloed
zijn vergoten. En zelfs tot dit volk wendt zich
de czaar, die voor zijne heerschappij vreest.
Men zou denken, dal iiij. op dit oogenblik, nu
hij de joden wil winnen, huil ten minste dat
gene belooft wat de burgers van. alle normale
staten als van zelf sprekend goed bij hunne
geboorte krijgen: de burgerlijke gelijkstelling
zieker ouden ook grootere beloften van den
keizer bet hart van geen enkelen Russischen
jood kunnen vvi non. Iedere Russische jood
niet alleen, ieder fatsoenlijk mensch in Rus
land weet, dat dc czaar een woordbreker is,
dal hij bij herhaling beloften, die hij aan hel
Russische volk deed, niet heeft vervuld. Aan
dc joden echter, op wier vaderlandsliefde hij
een berocj doel, die 'hij aanspoort vrijwillig
bij hel leger dienst te nemen, meent liij
niet eens op dit oogenblik groote beloften tc
moeten doen. Slechts do uitbreiding van liet
rayon van vestiging, eene kleine verlichting
van den drukkendsten gevveldmaalrcgc 1, de
mogelijkheid om in nog een gouvernement van
het Russische rijk te mogen wonen, natuurlijk
onder den voortdurenden druk van de Rus
sische joden wetgeving, dat waagt de czaar
aan zijne joden te bieden als prijs voor bun
vrijwillig trekken in den oorlog lot handha
ving van zijne geweld li eerschappij
Het artikel eindt met de woorden: „Wan
neer Rusland wordt verpletterd, dan zullen de
Russische joden de mogelijkheid vinden om
hun joodsch leven onder vrije voorwaarden
voort te zetten. Elke strijd om dc toekomst en
do herleving van het joodsche volk is voor de
Russische joden hiervan afhankelijk, dat zij
van de heerschappij van hunnen czaar be
vrijd worden."
Dit antwood heeft do verdienste duidelijk
en ondubbelzinnig tc zijn. Men leert er de ware
gezindheid yan de Russische joden uit ken
nen. liet noet met het in Rusland heerscbendc
e'emont wel slecht gesteld zijn, wanneer men
daar zich de illusie heelt gemaakt, dal men
bij het verachte cn vervolgde jodenvolk steun
zou vinden voor eene politiek, die niet ten on-
Ircchto genoemd is eene va banque-politick.
Wij moeten, er helaas bijvoegen: Het is slecht
gesteld met Europa, dat zich door hc-t door
dit element beheerschle Rusland heeft laten
drijven in dezen oorlog van alleni tegen allen.
De oorlog.
It r 1 y n25 Aas* (W.B.) Dc gene
rale slat deelt mede: Tan dc Testing
Namen zijn Tijf torten en de stad in
ons bezit. Vier iorten worden nog
beschoten. Hun val schijnt spoedig
voor de dear te staan.
De geueraal-kwartienueester,
Von Stein.
Londen# 26 Aug. (K.) De be
richten over deu strijd in België
laten er geen twijfel over bestaan,
dat de Terliezen talrijk zijn aan
beide zijden. De Afrikaansehe troe
pen en dc £agelscken hebben ern
stige Terliezen toegebracht aan het
Duitsche gardekorps.
De Engelsclie troepen zijn slechts
terng gegaan op het uitdrukkelijk
Tan deu opperbeTelhebber en niet
onder den tiruk Tan den Tijand.
Londen, 25 Aug. (R.). Het Persbureau
zegt, dat er geen verdere algemcene slag ge
weest. is. De toestand van dc Britsche troepen
is in alle opzichten bevredigend.
P a r ij sv i a Londen,2.5 Aug. (R.). Ecu
communiqué van 2.45 namiddags zegt: In het
noorden schijnen dc Duilschers bel offensief
te hervatten, dat gisteren was gestaakL Zij
werden door onze legers tegengehouden in
vereenigi-ng mol de Britsche troepen.
liet Belgische leger deed een onverhoed-
selien uitval uit Antwerpen eu dreef de Duil
schers, die Lol voorbij Meohelen waren opge
rukt, terug.
B e r 1 ij n 2 5 Aug. (W. B.) De geheele
pers van België, behalve de Antwcrpsche bla
den, verschijnen in de Duitsche taal.
De Duilsohe gouverneur heeft maatregelen
genomen om te zorgen, dat de Fransche taal
naast de Duitsche gehandhaafd wordt.
Antwerpen, 25 Aug. (R.) Om half ze
ven in den morgen bombardeerden 2UUu Duil
schers Meohelen. De toren en de kerk werden
licht, 200 buizen zwaar beschadigd. De Bel
gen antwoordden krachtig en dreven den
vijand tol Vilvoorde terug. Aan beide zijden
zijn gevoelige verliezen geleden.
Berlijn, 2 5 Aug. (W. B.) Met het be
stuur van de bezette gedeelten van België is
dooi* den keizer belast de generaal-veldmaar-
solralk baron von der Goltz, onder benoe
ming lot gouverneur-generaal. Hij heeft zich
reeds naar België begeven om zijne nieuwe
taak te aanvaarden.
Met de leiding van bet burgerlijke best mu
is belast de regeeringspresident von Sandt
in Aken.
L o n d e n 2 5 Aug. (R.) Eene telegram van
de Evening News uit Antwerpen meldt, da- de
Zeppelin, die in den afgcloopcn nacht bommen
geworpen heeft in de stad Antwerpen, buit
gemaakt is door de Belgen. De bemanning, uit
15 personen beslaande# werd gevangen geno
men.
Er zijn zeven of acht bommen neergekomen.
De uitwerking der bommen was verschrikke
lijk Zeven personen werden gedood, zes ern
stig gewond. Talrijke huizen zijn beschadigd,
scminigeii half vernield.
Een der bommen heeft het hospitaal St. Ed*
sabeth, dat de Roode Kruisvlag voerde, bc<
schadigd; gelukkig werd door die bom nie
mand verwond.
Er keerscht in Antwerpen eene groote ent-
veering over deze ellendige en barbaa sche
handeling. Men protesteert daartegen mei
alle kracht.
Londen, 25 Aug. (R.) Volgens het pers**
bureau heeft- de Engclscke gezant te Antwer
pen bericht, dat twaalf personen gedood ziju
door de granaten, die uit de Zcppebn neer
kwamen. Een projectiel kwam in de nabij
heid van het paleis neer, maar de bewoners
zijn ongedeerd gebleven.
li e r 1 ij u, 2 4 Aug. (Part.) Uit de hier ont
vangen berichten over den strijd in Lotha
ringen verdient.i de volgende bijzonderheden
dc aandacht:
Troepen van het 21e legerkorps, dal in vre
destijd in Saarbriicken ligt, zijn in Lunevilli
binnengetrokken, liet aantal veroverde ka
nonnen is dicht bij de 201).
Aan r'e vervolging namen alle drie in
Frankrijk oprukkende legers deel. V - Lu
xemburg uit drijft de Duitsche kroonprins dö
Franschen voor zich uit. Hij heeft over vijl
vijandelijke legerkorpsen ecne volledige over*
winning behaald. Talrijke weggeworpen wa
penen en uitrustingsstukken bedekken de we
gen. De Fransche krijgsgevangenen verkla
ren eenstemmig, dat het vuur van de Duitsche
infanterie zoo vernietigend is geweest, dat
ook de grootste inspanning van dc Fransche
officieren om dc Fransche soldaten voor
waarts tc drijven, daarop afstuitte.
Aan de Luxcmburgsche grens heeft hertog
Albrecht, de toekomstige koning van Wur-
temberg, eene nieuwe groote overwinning
behaald. Behalve dat talrijke kanonnen en
vaandels zijn genomen, zijn verscheidene ge
neraals in gevangenschap geraakt. Deze leger
aanvoerder is een zwager van den vennoor
den aartshertog-troonopvolger van Oosten
rijk; zijne voor twaalf jaren overleden vrouw
was de oudste zuster van aartshertog Frans
Ferdinand, en hij is zelf een kleinzoon va4.
den beroemden Ooslcnrijksehen veldhee*
aartshertog Albrecht.
Door deze overwinning is verkregen, dat
de linie van het Fransche leger op drie plaat
sen is doorgebroken. In het zuiden omsingelt
liet leger van prins Ruppreoht, den Beierschen
kroonprins, steeds nauwer de in ontbinding'
verkeerende Fransche troepen.
In België geschiedt het optreden van de
Duitschers geheel regelmatig. Naast de muni
tiefabrieken van Hercstal zijn nu ook de fa
brieken in Seraing onder Duilsch bestuur g»
nomen. Het Duitsche oppercommando staa.'
aan de werklieden 50 pet. loonsverhooging toe.
De door het oppercommando opgelegde oor
logsschatting komt, nadat dit eerste haperde,
thans zonder bezwaar binnen.
P a r ij s, 2 5 A u g. (R.) Een communiqué
Yan den minister van oorlog zegt over den
toestand van LotharingenWij hebben giste
ren tot vier malen toe tegenaanvallen ge
daan, uitgaande van de stellingen, dis wij be
zetten 'ten noorden van Nancy. Wij brengen
aan de Duilschers zeer zware verliezen toe
en behouden volledige vrijht id om ons spoor
wegnet te (gebruiken.
Men moet betreuren, <hu hel doel van onzen
aanval niet is bereikt; maar onze verdedi-
Eén enkele moord maakt iemand tot een
misdadiger, duizend moorden maken hem
tot een held.
Roman uit het Zweedsch door
A. M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN.
34
„Wat was ik bang van je, Edla. Ik vermoed
de wel dial je iets wist."
„En waarom vroeg u mij dan niets?"
„Ik hoopte altijd nog dat Sven de kwitantie
zou hebben en ik wilde mij niet verraden.
En jij zei niets, Edla. Hoo kon je zoo lang
zwijgen?"
„Juffrouw Arendt was zwak en had u noo
dig. Dat u niet recht door zee ging, behoefde
zij toen niet te weten. En in ieder reval liad
fck de kwitantie, zoodat het' zilver niet ver-
lonen kon gaap, hoe hel ook met het geld
zlon-d. Ik dacht zeker, dat dit óók weg was."
^Miaar dat is zoo niet, Edla, Hier
«J*. Ja, ik zie het, ik zie het."
«Ab je me de kwitantie geeft, ga ik mor-
jpD op reds en maak alles im orde."
Jfefcromgeeft zij mij de kwitantie toch niet?
y-fnrm doet zij haar hond niet open? Ver-
£&owt ze mij weer niet? Waarom kijkt zij
|pa sluw?
Jioe. geef haar mij. Edla9"
„Neen, ik zal het nog een poosje hc waren.
„Waarom, Edla, wal wil je er mee doen?'
„Ja, dat is roor mij iels als een klein hou
vast."
„Eoai houvast?"
„Ja, ziet u, u behoeft niet zulke angstige
oogen op te zetten. U 'behoeft niet bang tc zijn.
Dc zal het jgeen mensch laten zien en cv met
niemand over spreken, zoolang je geen gek
heid maakt met Tord. Maar
„Edla, denk je dat ik het niet waard ben
dat hij van mij houdt, ofschoon je nu weet
hoe alles zich toegedragen beeft?"
„Ja, ziet uja, ziet u Lieve God, juf
frouw Elly, word niet boos op mij. Ik weet
niert hoe ik het zeggen zal, maar...."
Hoe kan zij medelijden met mijn hebben en
toch zoo spreken?
„Juffrouw Elly, u moot niet denken dat ik
u wantrouw, omdat u zoo in 't ongeluk zijl ge
komen, want een ongeluk was het dat uw
broer kwam en u roor zoo'n geval plaatste.
Zeker niet, lieve juffrouw, zeker niet. U is
eerlijk en braaf op uwe manier, in alle op
zichten en u verdient een besten man te krij
gen. En zoo éón zal er o-p den een of anderen
dag wel voor u komen. Wees maar gerust.
Maai', ziet u, Tqrd, die is Le goed voor oen
meisje, dat bijna
„Bijna watMeen Je: „bijna een mis
stap heeft begaan?"
„Kom, juffrouw Elly, ik meen er niets ergs
mee. -Maar stelen was het toch. En u was er
toch in ieder geval in betrokken."
Wat had ik toch bij mijn toilettafel te doen?
Ik weet heft niet meer. Ik heb hier zeker een
geruimen tijd gestaan. Ja, mijn haar in orde
hr en gein. Zoo was het. Ik zou naar beneden
gaan. Wij zouden soupeoren. Staal zij daar
nog te praten? Bemerkt zij dan niet dat ik
geen woorcl hoor van hetgeen zij zegt? Zoo,
nu ben ik klaar, nu zal ik gaan. Gaan?
neep, ik kan nidl. Ik kan niet. De deur open
doen, en liij daarbinnen! Neen, al was het
om mijn levön te doem, ik kan niet gaan.
O, ik ben een d!icvegge!«Zij heeft het gezegd.
Voor den eersten keer is het luide uitgespro
ken. Ik kaïn mij niet staande houden. Ik
wil sterven, ik wil sterven! „Maar, juffrouw
Elly, u moet het zoo erg niet o-pnemen. U moet
met op de knieën voor uw stoel gaan liggen.
Sla toch op. Ga hier zitten, dain kunnen wij
verder proton."
„Raak mij niet aan; ik vond nog gekt"
„Luister nu eens. Ik ben toch geen wolf
die u op zal eten; integendeel, ik wil vrien
delijk zijn en doen wat ik lean. De kwitautie
krijgt u voorloopig niet, want zoo lang u hier
is, kan het zijn nut hebben haar le gebrui
ken wanneer u Tord niet laat loopen. Maar
wanneer wij weer thuis zijn, zult u h-aar heb
ben, en kunt u het zilver inlossen. U kunt
bij juffrouw Arend l blijven en het even prettig
en gezellig helhbon als vroeger. En ik zal
tegen een lovende ziel, geen woord over de
zaak spreken als ik maar niet zie dat hel met
dÊe verliefdheid verder gaat."
Nu is het genoeg. Niemand heeft recht om
ee»n onder mensch tot stervens toe te pijni
gen. Ik moet opstaan, ik moet weg van haar.
Als zij mij nog eens aanraakt, weet ik niet wat
ik doen zal
„Edla, wil je beneden gaan zeggen dat ik
vanavond niet aan tafel kan bomen. Ik ben
ziek. Neon, ik heb hoofdpijn. En haast je
wat; zij zullen zich verwonderen dat ik niet
kom."
Staat zij daar nog naai- mij le kijken? Zou
zij wortkelijk meelij mét mij hebben
„Toe nu, ga gauw. Luister naar wat ik zeg."
„Ja, ja, ik ga al."
Dat hielp! Nog hoor ik haar loopen de
trap nu niets meer. liet is stil. Doodstil,
alsof ik al door alle mensch&n verlaten was.
Geen erbarmmg! Geen medelijden!
Zou ik nog meer gesmeekt moeten heb
ben? Neen, bet zou niet gebaat hebben.
Ik ben blij dat ik mij ten minste niol zoo ver
vernederd 'heb. Maar wat zal er van mij
worden?
Geen uitkomst. Niets anders dan wachten
in de duisternis, die steeds dichter wordt.
Hól begint to dagen. Den boelen nacht lig
gen denken en nog tot geen besluit gekomen.
Hoe zal ik hem kunnen onlwijkep, zoo dat
Edla ons niet samen ziel on haai* bedreiging
ten uitvoer brengt? En als ik hem steeds
onilloop, wat zal hij dan denken?
Zal ik het hem zeggen?
Gisterenavond, toen hij hier bij mij zat, was
ik vast besloten het te doen. Ik meende dat
het zoo gemakkelijk gaan zou. Dc verlangde
bijna naar den volgenden morgen.verlangde
naar den volgenden morgen l
Ik haJd immers een dageraad van verzoe
ning gevonden, mijn lilefde lot hem! Maar nu
Sedert zij mijn daad bij den naam noemde,
luide uitsprak, is het mij niet meer zoo ge
makkelijk om te spreken. Ik gevoel mij zoo
ellendig, ik wring mijn handen. Zijn mijn uit
vluchten met te doorzichtig, zal hij mijn mis
stap er niet doorheen zien?
O, waarom sprak zij het uit: „een diefstal,
Waaraan ik medeplichtig was?" Ik wist im-
rlpt zii het dacht. O. zii had hi-t mown
denken zooveel zij wibde, wanneer zij bel
maar niet ui tg esproken had.
Hoo kan oen uitgesproken woord zooveel
grooler kracht hetbbon dan de gedachte? Hei
nam mijn mood weg, het veranderde mijn blik
op mijzei ve, on i'k weid als een ellendig, ii-
schuwelijk, kruipend gedierte. Zou het de
zelfde uitwerking op Tord hebben? neen,
ik kan het naot dragen. Ik kam he>t niet zien
dat hij zich ntól verachting van mij zou kun
nen afwenden.
Maar tochTochHij sprak ovet.
de beweegreden; hij zed dat, waarneer ik ooit
ean misstap beging, deze nooit uit iels anders
zou kunnen voortkomen dan uit liefde, mede
lijden, te edelheidHij zei het immers zelf:
liefde. Was het slechts scheids? Of zou hij
wezenlijk de beweegreden boven de daad
stollen?
Ik vraag en vraag. En jeu krijg ik bel eene,
dam hól anders antwoord. Wat win ik er mee,
indien ik niet Bp reek?
Misschien e enige dagon van liefde, ter
sluiks, in vrees, in angst.
En als ik spreek? Misschien een plot
seling einde aan al hot geluk van mijn leven,
Maar misschien ook een geheel levom in vredo
en geluk. \V5ie weet? Hij heeft mij innig liof,
dat wedt ik zöker. Misschien kan hij niet zon'
der mij leven.
Ja, ja, ja, dait wil ik geiooven. Hij kan niet
leven zonder mij, evenmin als ik kan loven
zonder hem. Vanmorgen zal ik hem alles zeg
gen. Het is beter dat ik het doe dan Edla.
En nu moot ik slopen.
Wordt vervolgd.