DE E EM LAN DER". Woensdag 26 Augustus 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. ELLYs BEPROEVING. N° 49 13d* Jaargang. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFP Co. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden roor Amersfoort Idem franco per post ii ii f l.OO# - l.SO. pe Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) 0.10, Afzonderlijke nummers 0.05« Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. AdvertentiSn gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIE if: Van 15 regels.. f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling. Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zoer voordooligo bepalingen tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement* Ecne circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. De wereldstrijd. Nog steeds "woed't de strijd op liet groote slagveld, zich uitstrekkende van Luxemburg tot Bergen in Henegouwen, dat voor t oogcn- bhk hel hooldtooneel is van de groote worste ling op het westelijke oorlogstooneei. Mon bereidt ons er op voor, dat het nog dagen kan duren voordat deze worsteling zal zijn beslist. Dat is ook wel aannemelijk, want de uitgestrektheid - in hot slagv.M maakt, dat niet in eens de beslissing kan worden verkre gen. Plet is niet één veldslag cfeie wordit ge leverd, maar het zijn eene reeks veldslagen op eene oppervlakte grooler dan in 1870 het geheele leger besloeg. Uit de uilkomst van al die partieele slagen moet ten slotte de eind uitkomst resulteeren. Uit de spaarzame berichten, die ons lot dusver hebben bereikt, is het eindresultaat nog niet te voorspellen. Men voelt en tast de ontzettende zwaarte v den strijd cn hoe de strijders met de uiterste krachtsinspanning el kaar de overwinning betwisten. Als men mag afgaan op den indruk, dien de lezing van de telegrammen wekt, d:n schijnen ook hier de verbonden Franseh-Engelsche legers 't het zwaarst te verantwoorden te j.ebben. Over den strijd, die zich in de buurt van de Maas heeft bewogen, wordt gezegd, dat de Fran- schen tijdelijk in eene rdodigeiide stelling zullen blijven. Daaraan wordt wel toegevoegd, dat een krachtig offensief hervat zal worden op het geschikte tijdstip, door bet hoofd kwartier daartoe /ekozen. Maar lusscken de regels is er in te lezen, dat voorshands het initiatief tot den aanval wordt overgelaten aan den tegenstander, die v» -i niet zal nalaten zich met de ,,Schneidigkcil", die men van hem gewoon is, die gelegenheid l mille te ma ten. Het groote voordeel van den aanvaller is, dat hij de gelegenheid aangrijpt, die hem gun- ïtig lijkt. Dat voordeel geeft men prijs, wan neer men zich tot de verdediging bepaalt. Dat hierin een nadeel ligt, wordt erkend in het gisteren door het Fransche departement ron oorlog uitgegeven communiqué, waarin over den toestand in Lotharingen wordt gezegd: „Men moet betreuren, dat het doel van onzen aanval ndet is bereikt; mrar onze verdedigen de stelling blijft ongerept te cnover een reeds verzwakten vijand." Dit laatste wordt er als troostreden bijgevoegd, maar kan de teleur stelling over het mislukken van het doel van den aanval niet wegnemen. Een der redenen, waaruit het succes van de Duilschers is te verklaren, is gelegen ia de groote voortreffelijkheid van hunne schiet wapenen. Wat gisteren in een van or.;_ tele grammen werd medegedeeld ov~r i vernie tigende uitwerking van het vuur der Duitsche infanterie, waarop volgens de verklaring van Fransche krijgsgevangenen de pogingen afstuitten van de Fransche officieren om hunne manschappen tot avancecren te bewe gen, dekt zich geheel met de bevindingen van maarschalk von der Coltz, die hij naar aanleiding van het verloop van de eerste ge vechten in dezen oorlog in de Nordd. Alg- Zeilung heeft medegedeeld. De werking van het Duitsche belegeringsgeschut wordt ge ïllustreerd door het snelle verloop van het beleg van Namen; een paar dagen beschieting met den 42 oM. belegeringsmórtóer, die voor deze vesting zijn proefstuk heeft afgelegd, waren voldoende om de stad en de groote helft van de forlenring ten val te brengen, terwijl de val van de vier nog overige forten wordt verwacht. Op het oostelijke oorlogstooneei zijn de Russen in eene grootcre sterkte dan werd ver wacht, in Oost-Pruisen komen opdagen. Zij hebben daardoor het legi-.-uOimahdó genoopt zijn vcldtochtsplan tc herzi°n, en in afwach ting dat de uitwerking daarvan naar buiten kan blijken, zijn de Russen klaarblijkelijk in het voordeel en hebben 7.ij< hel tooneei' van den strijd naar Dultsch gebied kunnen over brengen. In Parijs sdiijnl dit groote verwach tingen te hebben opgewekt; ue Fransche mi nister van buitenlandschc zaken heeft als een voordeel van dc operation in hel west. ge noemd. dat Rusland daardoor in staat is ge steld door te dringen tol in liei hart van Oost- Pruisen. Men ziet -elfs in gedachten reeds den weg naar Berlijn voor Rusland geopend. Zoo'n vaart zal het nu wel niet loopen. Duilschland heeft in de cerate phase van oorlog laten wegen wat het zwaarst was; het heeft het grootst -mogelijke ucei van zijne strijdmacht naar Frankrijk gedirigeerd en aan de Russische grens niet veel meer gezon den dan wat voor grensb waking noodig was. Duitschlond kon dal doen omdat in het oos ten de toestand juist andersom is dan in het westenhet heeft zich niet te verweren tegen eene gecombineerde macht, m;...r heeft inte gendeel in Oostenrijk een bondgenoot tegen Rusland. In Russisch Polen is reeds samen werking verkregen tusschen d beide bond- genooteuzij trekken daar gezamenlijk aan vallend op. De czaar en de Russische joden. Deze oorlog, waarin wij den czaar van Rus land zien optreden als (heraut van een herbo ren Polen, heeft nog een ander wonder be werkt. De czaar heeft zijne liefde voor de joden o.ildekt, en in heit vertrouwen op hunne wederliefde heeft hij een beroep gedaan op hunne aulp. Wij bobben eenige volzinnen me degedeeld uit dc proclamatie, waarin czaar Nicólaas li de joden aan dc weldaden herin nert, die zij van hel huis Romanow iieobcn genoten. Men leert gaandeweg, zich over niets meer te verw ïderen; maar hier staal men toch voor ie's wal men voor onmogelijk zou heb ben 4 houden. Men weet hoe de joden in Rus land léven. Zij leven er ais paria s, geduld om- dal men hur.ii.: diensten niet kan missen, on derdrukt en gekneveld doe: dc wv.géving des lands, die vol is van hpi-i kende bepalingen en chicanes tegen do jutte;:, gek\v< id cn uil*- gezogen door de organ-:.;, die licl gezag moe ten handhaven. Tot deze verdrukten, deze paria's, hecfl dc czaar thans ecne oproeping gericht, waarin hg de weldaden prijst, die dc heerschappij dei Romanovv's over "hen liecfl uitgestort, cn hen opwekt die te vergelden, door hem vrijwillig steun te verkenen. Men kan. zich de gevoelens voorstellen, die deze oproeping wakker roept bij dit vervolgde en onderdrukte volk. De Jü- dische Rundschau geeft daaraan uiting in een artikel, d L zich over het manifest van den czaar aan „zijne lieve joden" aldus uitspreekt: „Do ondragelijke slavernij, waarin dc Rus sische joden smachten, wordt in dit manifest nog eenmaal, laat ons hopen voor de laatste maal, aan de gansche beschaafde wereld in herinnering gebracht. De geheele schaamte loosheid van het czarisme komt in deze woor den van don Russische» keizer tot uitdrukking Smeekend. om hulp wendt de czaar zich lol de natiën, die vervolgd en gemarteld zijn, zoo lang het huis Romanow op den Russisclien troon zit. In al deze onderdrukte nation is under de slagen van den Russischen knoet een steeds grooler verlangen naar nationale vrij heid ontwaakt. De eenige gedachte, die de onderdrukten sedert tientallen van jaren be- heerscht, is de hoop, dat Gods strafgericht de vvreede gewield heerschappij zal wegvagen. Wij joden ziju onder dc volken, die do Russisdhc regeering lol slaven heeft gemaakt, het volk, dal liet zwaarst van allen te lijden heeft ge had. Met de meest geraffineerde kwaadwillig heid heeft men getracht, het joodsche volk let wanhoop te brengen. Stroomen joodsch bloed zijn vergoten. En zelfs tot dit volk wendt zich de czaar, die voor zijne heerschappij vreest. Men zou denken, dal iiij. op dit oogenblik, nu hij de joden wil winnen, huil ten minste dat gene belooft wat de burgers van. alle normale staten als van zelf sprekend goed bij hunne geboorte krijgen: de burgerlijke gelijkstelling zieker ouden ook grootere beloften van den keizer bet hart van geen enkelen Russischen jood kunnen vvi non. Iedere Russische jood niet alleen, ieder fatsoenlijk mensch in Rus land weet, dat dc czaar een woordbreker is, dal hij bij herhaling beloften, die hij aan hel Russische volk deed, niet heeft vervuld. Aan dc joden echter, op wier vaderlandsliefde hij een berocj doel, die 'hij aanspoort vrijwillig bij hel leger dienst te nemen, meent liij niet eens op dit oogenblik groote beloften tc moeten doen. Slechts do uitbreiding van liet rayon van vestiging, eene kleine verlichting van den drukkendsten gevveldmaalrcgc 1, de mogelijkheid om in nog een gouvernement van het Russische rijk te mogen wonen, natuurlijk onder den voortdurenden druk van de Rus sische joden wetgeving, dat waagt de czaar aan zijne joden te bieden als prijs voor bun vrijwillig trekken in den oorlog lot handha ving van zijne geweld li eerschappij Het artikel eindt met de woorden: „Wan neer Rusland wordt verpletterd, dan zullen de Russische joden de mogelijkheid vinden om hun joodsch leven onder vrije voorwaarden voort te zetten. Elke strijd om dc toekomst en do herleving van het joodsche volk is voor de Russische joden hiervan afhankelijk, dat zij van de heerschappij van hunnen czaar be vrijd worden." Dit antwood heeft do verdienste duidelijk en ondubbelzinnig tc zijn. Men leert er de ware gezindheid yan de Russische joden uit ken nen. liet noet met het in Rusland heerscbendc e'emont wel slecht gesteld zijn, wanneer men daar zich de illusie heelt gemaakt, dal men bij het verachte cn vervolgde jodenvolk steun zou vinden voor eene politiek, die niet ten on- Ircchto genoemd is eene va banque-politick. Wij moeten, er helaas bijvoegen: Het is slecht gesteld met Europa, dat zich door hc-t door dit element beheerschle Rusland heeft laten drijven in dezen oorlog van alleni tegen allen. De oorlog. It r 1 y n25 Aas* (W.B.) Dc gene rale slat deelt mede: Tan dc Testing Namen zijn Tijf torten en de stad in ons bezit. Vier iorten worden nog beschoten. Hun val schijnt spoedig voor de dear te staan. De geueraal-kwartienueester, Von Stein. Londen# 26 Aug. (K.) De be richten over deu strijd in België laten er geen twijfel over bestaan, dat de Terliezen talrijk zijn aan beide zijden. De Afrikaansehe troe pen en dc £agelscken hebben ern stige Terliezen toegebracht aan het Duitsche gardekorps. De Engelsclie troepen zijn slechts terng gegaan op het uitdrukkelijk Tan deu opperbeTelhebber en niet onder den tiruk Tan den Tijand. Londen, 25 Aug. (R.). Het Persbureau zegt, dat er geen verdere algemcene slag ge weest. is. De toestand van dc Britsche troepen is in alle opzichten bevredigend. P a r ij sv i a Londen,2.5 Aug. (R.). Ecu communiqué van 2.45 namiddags zegt: In het noorden schijnen dc Duilschers bel offensief te hervatten, dat gisteren was gestaakL Zij werden door onze legers tegengehouden in vereenigi-ng mol de Britsche troepen. liet Belgische leger deed een onverhoed- selien uitval uit Antwerpen eu dreef de Duil schers, die Lol voorbij Meohelen waren opge rukt, terug. B e r 1 ij n 2 5 Aug. (W. B.) De geheele pers van België, behalve de Antwcrpsche bla den, verschijnen in de Duitsche taal. De Duilsohe gouverneur heeft maatregelen genomen om te zorgen, dat de Fransche taal naast de Duitsche gehandhaafd wordt. Antwerpen, 25 Aug. (R.) Om half ze ven in den morgen bombardeerden 2UUu Duil schers Meohelen. De toren en de kerk werden licht, 200 buizen zwaar beschadigd. De Bel gen antwoordden krachtig en dreven den vijand tol Vilvoorde terug. Aan beide zijden zijn gevoelige verliezen geleden. Berlijn, 2 5 Aug. (W. B.) Met het be stuur van de bezette gedeelten van België is dooi* den keizer belast de generaal-veldmaar- solralk baron von der Goltz, onder benoe ming lot gouverneur-generaal. Hij heeft zich reeds naar België begeven om zijne nieuwe taak te aanvaarden. Met de leiding van bet burgerlijke best mu is belast de regeeringspresident von Sandt in Aken. L o n d e n 2 5 Aug. (R.) Eene telegram van de Evening News uit Antwerpen meldt, da- de Zeppelin, die in den afgcloopcn nacht bommen geworpen heeft in de stad Antwerpen, buit gemaakt is door de Belgen. De bemanning, uit 15 personen beslaande# werd gevangen geno men. Er zijn zeven of acht bommen neergekomen. De uitwerking der bommen was verschrikke lijk Zeven personen werden gedood, zes ern stig gewond. Talrijke huizen zijn beschadigd, scminigeii half vernield. Een der bommen heeft het hospitaal St. Ed* sabeth, dat de Roode Kruisvlag voerde, bc< schadigd; gelukkig werd door die bom nie mand verwond. Er keerscht in Antwerpen eene groote ent- veering over deze ellendige en barbaa sche handeling. Men protesteert daartegen mei alle kracht. Londen, 25 Aug. (R.) Volgens het pers** bureau heeft- de Engclscke gezant te Antwer pen bericht, dat twaalf personen gedood ziju door de granaten, die uit de Zcppebn neer kwamen. Een projectiel kwam in de nabij heid van het paleis neer, maar de bewoners zijn ongedeerd gebleven. li e r 1 ij u, 2 4 Aug. (Part.) Uit de hier ont vangen berichten over den strijd in Lotha ringen verdient.i de volgende bijzonderheden dc aandacht: Troepen van het 21e legerkorps, dal in vre destijd in Saarbriicken ligt, zijn in Lunevilli binnengetrokken, liet aantal veroverde ka nonnen is dicht bij de 201). Aan r'e vervolging namen alle drie in Frankrijk oprukkende legers deel. V - Lu xemburg uit drijft de Duitsche kroonprins dö Franschen voor zich uit. Hij heeft over vijl vijandelijke legerkorpsen ecne volledige over* winning behaald. Talrijke weggeworpen wa penen en uitrustingsstukken bedekken de we gen. De Fransche krijgsgevangenen verkla ren eenstemmig, dat het vuur van de Duitsche infanterie zoo vernietigend is geweest, dat ook de grootste inspanning van dc Fransche officieren om dc Fransche soldaten voor waarts tc drijven, daarop afstuitte. Aan de Luxcmburgsche grens heeft hertog Albrecht, de toekomstige koning van Wur- temberg, eene nieuwe groote overwinning behaald. Behalve dat talrijke kanonnen en vaandels zijn genomen, zijn verscheidene ge neraals in gevangenschap geraakt. Deze leger aanvoerder is een zwager van den vennoor den aartshertog-troonopvolger van Oosten rijk; zijne voor twaalf jaren overleden vrouw was de oudste zuster van aartshertog Frans Ferdinand, en hij is zelf een kleinzoon va4. den beroemden Ooslcnrijksehen veldhee* aartshertog Albrecht. Door deze overwinning is verkregen, dat de linie van het Fransche leger op drie plaat sen is doorgebroken. In het zuiden omsingelt liet leger van prins Ruppreoht, den Beierschen kroonprins, steeds nauwer de in ontbinding' verkeerende Fransche troepen. In België geschiedt het optreden van de Duitschers geheel regelmatig. Naast de muni tiefabrieken van Hercstal zijn nu ook de fa brieken in Seraing onder Duilsch bestuur g» nomen. Het Duitsche oppercommando staa.' aan de werklieden 50 pet. loonsverhooging toe. De door het oppercommando opgelegde oor logsschatting komt, nadat dit eerste haperde, thans zonder bezwaar binnen. P a r ij s, 2 5 A u g. (R.) Een communiqué Yan den minister van oorlog zegt over den toestand van LotharingenWij hebben giste ren tot vier malen toe tegenaanvallen ge daan, uitgaande van de stellingen, dis wij be zetten 'ten noorden van Nancy. Wij brengen aan de Duilschers zeer zware verliezen toe en behouden volledige vrijht id om ons spoor wegnet te (gebruiken. Men moet betreuren, <hu hel doel van onzen aanval niet is bereikt; maar onze verdedi- Eén enkele moord maakt iemand tot een misdadiger, duizend moorden maken hem tot een held. Roman uit het Zweedsch door A. M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN. 34 „Wat was ik bang van je, Edla. Ik vermoed de wel dial je iets wist." „En waarom vroeg u mij dan niets?" „Ik hoopte altijd nog dat Sven de kwitantie zou hebben en ik wilde mij niet verraden. En jij zei niets, Edla. Hoo kon je zoo lang zwijgen?" „Juffrouw Arendt was zwak en had u noo dig. Dat u niet recht door zee ging, behoefde zij toen niet te weten. En in ieder reval liad fck de kwitantie, zoodat het' zilver niet ver- lonen kon gaap, hoe hel ook met het geld zlon-d. Ik dacht zeker, dat dit óók weg was." ^Miaar dat is zoo niet, Edla, Hier «J*. Ja, ik zie het, ik zie het." «Ab je me de kwitantie geeft, ga ik mor- jpD op reds en maak alles im orde." Jfefcromgeeft zij mij de kwitantie toch niet? y-fnrm doet zij haar hond niet open? Ver- £&owt ze mij weer niet? Waarom kijkt zij |pa sluw? Jioe. geef haar mij. Edla9" „Neen, ik zal het nog een poosje hc waren. „Waarom, Edla, wal wil je er mee doen?' „Ja, dat is roor mij iels als een klein hou vast." „Eoai houvast?" „Ja, ziet u, u behoeft niet zulke angstige oogen op te zetten. U 'behoeft niet bang tc zijn. Dc zal het jgeen mensch laten zien en cv met niemand over spreken, zoolang je geen gek heid maakt met Tord. Maar „Edla, denk je dat ik het niet waard ben dat hij van mij houdt, ofschoon je nu weet hoe alles zich toegedragen beeft?" „Ja, ziet uja, ziet u Lieve God, juf frouw Elly, word niet boos op mij. Ik weet niert hoe ik het zeggen zal, maar...." Hoe kan zij medelijden met mijn hebben en toch zoo spreken? „Juffrouw Elly, u moot niet denken dat ik u wantrouw, omdat u zoo in 't ongeluk zijl ge komen, want een ongeluk was het dat uw broer kwam en u roor zoo'n geval plaatste. Zeker niet, lieve juffrouw, zeker niet. U is eerlijk en braaf op uwe manier, in alle op zichten en u verdient een besten man te krij gen. En zoo éón zal er o-p den een of anderen dag wel voor u komen. Wees maar gerust. Maai', ziet u, Tqrd, die is Le goed voor oen meisje, dat bijna „Bijna watMeen Je: „bijna een mis stap heeft begaan?" „Kom, juffrouw Elly, ik meen er niets ergs mee. -Maar stelen was het toch. En u was er toch in ieder geval in betrokken." Wat had ik toch bij mijn toilettafel te doen? Ik weet heft niet meer. Ik heb hier zeker een geruimen tijd gestaan. Ja, mijn haar in orde hr en gein. Zoo was het. Ik zou naar beneden gaan. Wij zouden soupeoren. Staal zij daar nog te praten? Bemerkt zij dan niet dat ik geen woorcl hoor van hetgeen zij zegt? Zoo, nu ben ik klaar, nu zal ik gaan. Gaan? neep, ik kan nidl. Ik kan niet. De deur open doen, en liij daarbinnen! Neen, al was het om mijn levön te doem, ik kan niet gaan. O, ik ben een d!icvegge!«Zij heeft het gezegd. Voor den eersten keer is het luide uitgespro ken. Ik kaïn mij niet staande houden. Ik wil sterven, ik wil sterven! „Maar, juffrouw Elly, u moet het zoo erg niet o-pnemen. U moet met op de knieën voor uw stoel gaan liggen. Sla toch op. Ga hier zitten, dain kunnen wij verder proton." „Raak mij niet aan; ik vond nog gekt" „Luister nu eens. Ik ben toch geen wolf die u op zal eten; integendeel, ik wil vrien delijk zijn en doen wat ik lean. De kwitautie krijgt u voorloopig niet, want zoo lang u hier is, kan het zijn nut hebben haar le gebrui ken wanneer u Tord niet laat loopen. Maar wanneer wij weer thuis zijn, zult u h-aar heb ben, en kunt u het zilver inlossen. U kunt bij juffrouw Arend l blijven en het even prettig en gezellig helhbon als vroeger. En ik zal tegen een lovende ziel, geen woord over de zaak spreken als ik maar niet zie dat hel met dÊe verliefdheid verder gaat." Nu is het genoeg. Niemand heeft recht om ee»n onder mensch tot stervens toe te pijni gen. Ik moet opstaan, ik moet weg van haar. Als zij mij nog eens aanraakt, weet ik niet wat ik doen zal „Edla, wil je beneden gaan zeggen dat ik vanavond niet aan tafel kan bomen. Ik ben ziek. Neon, ik heb hoofdpijn. En haast je wat; zij zullen zich verwonderen dat ik niet kom." Staat zij daar nog naai- mij le kijken? Zou zij wortkelijk meelij mét mij hebben „Toe nu, ga gauw. Luister naar wat ik zeg." „Ja, ja, ik ga al." Dat hielp! Nog hoor ik haar loopen de trap nu niets meer. liet is stil. Doodstil, alsof ik al door alle mensch&n verlaten was. Geen erbarmmg! Geen medelijden! Zou ik nog meer gesmeekt moeten heb ben? Neen, bet zou niet gebaat hebben. Ik ben blij dat ik mij ten minste niol zoo ver vernederd 'heb. Maar wat zal er van mij worden? Geen uitkomst. Niets anders dan wachten in de duisternis, die steeds dichter wordt. Hól begint to dagen. Den boelen nacht lig gen denken en nog tot geen besluit gekomen. Hoe zal ik hem kunnen onlwijkep, zoo dat Edla ons niet samen ziel on haai* bedreiging ten uitvoer brengt? En als ik hem steeds onilloop, wat zal hij dan denken? Zal ik het hem zeggen? Gisterenavond, toen hij hier bij mij zat, was ik vast besloten het te doen. Ik meende dat het zoo gemakkelijk gaan zou. Dc verlangde bijna naar den volgenden morgen.verlangde naar den volgenden morgen l Ik haJd immers een dageraad van verzoe ning gevonden, mijn lilefde lot hem! Maar nu Sedert zij mijn daad bij den naam noemde, luide uitsprak, is het mij niet meer zoo ge makkelijk om te spreken. Ik gevoel mij zoo ellendig, ik wring mijn handen. Zijn mijn uit vluchten met te doorzichtig, zal hij mijn mis stap er niet doorheen zien? O, waarom sprak zij het uit: „een diefstal, Waaraan ik medeplichtig was?" Ik wist im- rlpt zii het dacht. O. zii had hi-t mown denken zooveel zij wibde, wanneer zij bel maar niet ui tg esproken had. Hoo kan oen uitgesproken woord zooveel grooler kracht hetbbon dan de gedachte? Hei nam mijn mood weg, het veranderde mijn blik op mijzei ve, on i'k weid als een ellendig, ii- schuwelijk, kruipend gedierte. Zou het de zelfde uitwerking op Tord hebben? neen, ik kan het naot dragen. Ik kam he>t niet zien dat hij zich ntól verachting van mij zou kun nen afwenden. Maar tochTochHij sprak ovet. de beweegreden; hij zed dat, waarneer ik ooit ean misstap beging, deze nooit uit iels anders zou kunnen voortkomen dan uit liefde, mede lijden, te edelheidHij zei het immers zelf: liefde. Was het slechts scheids? Of zou hij wezenlijk de beweegreden boven de daad stollen? Ik vraag en vraag. En jeu krijg ik bel eene, dam hól anders antwoord. Wat win ik er mee, indien ik niet Bp reek? Misschien e enige dagon van liefde, ter sluiks, in vrees, in angst. En als ik spreek? Misschien een plot seling einde aan al hot geluk van mijn leven, Maar misschien ook een geheel levom in vredo en geluk. \V5ie weet? Hij heeft mij innig liof, dat wedt ik zöker. Misschien kan hij niet zon' der mij leven. Ja, ja, ja, dait wil ik geiooven. Hij kan niet leven zonder mij, evenmin als ik kan loven zonder hem. Vanmorgen zal ik hem alles zeg gen. Het is beter dat ik het doe dan Edla. En nu moot ik slopen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1