Donderdag 10 September 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. Broeder en Zuster N° 13"" Jaargang. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort M f l.OOw Idem franco per post 1.50* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. Afzonderlijke nummers - 0.05* Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau» UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel moer- 0.10, Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement, Eene circulaire, bovuttende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO. „DE EEMLAN DER". Uitgevers: VALKHOFP ft Co. Politiek Overzicht. Vorst Bülow over den oorlog. De Noorweegsche schrijver Björn Björnson geeft in de correspondentie in orden, die door wordt uitgegeven, een. interview, .aar- in de oud-rijkskanselier vorst Biilow zijne gedachten uitdrukt over den reuzenstrijd, die nu gaande is. Wat het aandeel van Duitsch- laud in dien strijd betreft, Komt het oordeel ryaiï dezen staatsman in ruste overeen met dat ;vaii geheel Duilschland. llij drukt de over tuiging uit, dat Duilschland zal en moet over winnen, omdat het Duitsche volk nog nooit yoor zijne vijanden bezweken is ais het eens gezind was, terwijl het nog nooit zoo e...s- 'gezind was als heden. Hij drukt ook zij - be wondering uit voor de grootheid v..n het puitsclie volk en zegt, dat ook de Duitsci. r, Wien vele gebeurtenissen van de laatste jaren tact bezorgdheid voor de ontwikkeling van ,Durtschland vervulden, met hel ug op de fiouding van hel Duitsciie volk in dezen reu zenstrijd zwijgend zijn hoofd .uag huigen voor 'de grootheid der natne. - Dit alles verhaalt ons geen nieuws. Maar liet kan van belang zijn mede te deelcn wal vtorst Büloiw zegt over Duitscklands bundgc boot en over de andere natiën, Ie in een meer verwijderd verband tot dezen oorlog staan. Zijn oordeel daarover drukt hij aldus .Uit' „Ook over O os tenr ij k-Ho ngarij e is de oor* iog als een reinigend onweer heengegaan. ÏW elk eene caricatuur hebben voor den oorlog Engelsohe en Fransche politiekers en solirij- .Yers gegeven van het llabsbur gsche rijk, dat Jfceett,e tengevolge van den nalionahloilen- $lrijd uiteen lo vallen. Hoezeer heeft de loop l&er .gebeurtenissen deze voorspelling gelogen- fitraf. Vorst Bismarck heeft gelijk gekregen, die zeide dat als keizer Frans Jozef te paard Steeg, al zijne volken hem zouden volgen. Al vhec£t ook de Czech op den Duitscker, deze op den Sloveen, de Rumeen ojp den lion- hgaar en de Rutheen op den Pool dit ei dat aan te merken, zij geven toch, ondanks alle wrijvingen in de landdagen van Praag of Laibach, Agram of Lemberg aan het verder samenleven met de oude lijdgenootcn v^. de .voorkeur boven den Russischen knoet. Alle iVolken van de oude Donau-monarchie, die Yolgens een bekend woord moest worden uil gevonden als zij niet bestond, hebben hetzelf de belang bij het voorl'bestaan van het Habs- burgsche rijk. Wat Italië beLreft, zoo meen ik, dat het Tlaliaansche volk den zwaarslen misslag van (fcijne geschiedenis zou begaan, als bet zioli door Engelsohe, Fransche en Russische in- sblu zingen en ophitsingen liet verleiden, eene vijandige houding tegenover Oostenrijk-Hon- .garije aan te nemenEen optreden van Italië tegen Oostenrijk-Hongarije na een bondgenootschap van tientallen jaren zou een livolkenrechtelijk onrecht zijn, zooals de we reld nog niet beeft gezien. Hel zou echter nog meer dan dat zijn. Hier zou het woord \an VTalleyrand passen, dat hij sprak na het dood schieten van den hertog van Eugliien: „C est pire qu'un crime. C'esl une bèlise Daarmee zou het tafellaken tusschen Italië en Duitscv- land doorgesneden worden, zou de .Italiaan- scke wcreldpositie en toekomst luchthartig opgeofferd worden aan kleingeestige oogen- bliksvoordeelen, holle frazen en leugenachtige, beloften. En hoe staat het met Skandinavië? Ik wil u niet er aan herinneren, hoe warme s. pa- tliiecn in Duilschland altijd oor Skandinavië hebben beslaan, aan de ntvangsl, die het genie van Skandinavische dichters op Duit sciie tooneelen en in hel Duilsche volk heb ben gevonden, aan de vele JuLtscliers die uw land bezocht hebben en liefde voor uw land van daar hebben, meegenomen, aan de vele bewijzen van liefde en sympathie, die onze keizer aan uw volk heeft gegeven. Ik vraag u slechts dit eene: Welk gevaar zou Noorwe gen, zou eenig Skandinayisch land, zou een van onze vreedzame buren .an Duilschland dreigen? Zijn wij niet gedurende -13 jaren, tol wij door onze buren werden aangekllen, een vreedzaam land ^cweest? Ik kan zonder overdrijving zeggen: Ilel vreedzaamste land der wereld. Hoevele oorlogen hebben inmid dels Frankrijk, Engeland, Rusland in Azië en Afrika gevoerd! Wal hebben zij hun bezit ver groot! Wanneer zijn wij ooit de rechten of de belangen van andere landen te na gekomen? Wij denken natuurlijk ook heden er niet aan, de veiligheid en onafhankelijkheid te bedrei gen van die landen, die in vrede en vriend schap met ons willen leven. Zwitserland en de Nederlanden, Zweden, Noorwegen, Dene marken, zij allen weten, dal wij niets kwaads tegen hen in hel schild voeren. Behoef ik u te herinneren aan de leedere rorg voor onze betrekkingen lot de Vereenigde Staten, tol het Amerikaansohe volk, van welks groote zijde onze keizer een zoo juist negrip heeft? Wanneer heden millioenen Duilsche solda ten in het veld. staan, dan strijden zij voor de zaak van den toekomstigen vrede, de toe komst en de vrijheid der volken. Waarvoor Strijdt Frankrijk? Voor hel stillen van zijne vvraakdorst, welker bevrediging slechts mo gelijk zou zijn, als het Duitsche zwaard op den gremd lag, waarvoor God óns in genade zal bewaren. Waarvoor Rusland? Voor de panslavüslische oogmerken, voor eene Russi sche wereldheerschappij, die een gruwel zou zijn als zij niet eene utopie ./as. En Enge land? De oud-munster Burns, die liever af trad dan de politiek van Grey iuee te maken, heeft hel openlijk uitgesproken: Uiit brutale concurrentienijd is het ons in den rug ge vallen. Hel heeft ons het misleide België tot diens eigen ongeluk tegengeworpen; lr l heeft ons Japan op den hals gehaald, dat aan zijn Duitscheai leermeester zooveel te danken heeft en nu dien dank betaalt, door ons opbloeiend Tsingtau, waar Dudlsclie vlijt en Duilsche organisatie schoone vruchten heb ben gekweekt, arglistig te overvallen. Dal was een hoogverraad aan hel olankc ras. Er zal veel water door de Duitsche rivieren vloeien-, voordat Duilschland dal van Engeland ver geel, welks vriendschap door as zoo eerlijk gezocht werd, waarmee wij zoo goed in vrede en vriendschap hadden kunnen leven, wan neer he-t ons slechts de plaats aan de zon had gegund, waarop het Duitsche Ik recht heeft en die het zich niet zal laten ontnemen, ,al was de wereld vol duivels". Wanneer de Duilsche natie werd overwonnen door de sta len, die nu tegen haar hebben sa am gezworen, dan zou dat de instorting van de zedelijke wereldorde zijn. Maar geloof ij, wij zullen het veld behouden. Wij zuilen strijden tot wij een vrede krijgen de offers ./aardig, die ons volk met heiligen ernst brengt, en aan het Duitsche volk zal zich hel woord van den psaLmist vervullen, dat de grijze hofprediker Dryander bij de oorlogsgodsdienstoefening in den dom tol tekst nam van zijne preek: „Ik zal niet sterven, maar teven." De oorlog. Par ij s, 9 Sept. (R-j Communiqué. Op onzen linkervleugel hebben gisteren de Duit- sehers, die in hun- af to chlbe weging de Petit Morin overgingen, hevige maar vruchteloozc aanvallen gericht tegen »nzc strijdmacht, die den rechteroever van de Ourcy bezet. Onze En- gclsche bondgenoolen zeden hun offensief in de richting van de Marre voort op de hoog vlakte ten noorden van Sèzaiïne. Onze troepen gaan vooruil, maar met moeite. In ons centrum wordt hevig gestreden, af wisselend met partieel succes en verlies. Aan onzen rechtervleugel is dc toestand goed voor Nancy en in de Vogeczcu. Parijs, 9 Sept. (R.) Communiqué van drie uur namiddags. Op den linkervleugel blijfl.de toestand bevredigend, ofschoon de Duitsdhens liunne troepen hebben versterkt. De vijand wijkt terug voor het Britsehe le ger. In het centrum gaan wij langzaam maar algemeen vooruit. Op den rechtervleugel was er geen actie van de zijde van den vijand tusschen Grand Gouironne en Nancy.. In de Vogeezon en in Elzas geene veran dering. Londen, 9 Sept. (f:.). Het persbureau bericht van gister 11.45 des avonds, dat de algemccne toestand bevredigend blijft. De ver bonden legers winnen veld langs de lijn van de Petit Morin; zij hebben den" vijand tien mijlen teruggeslagen. Het gevecht is verder naar rechts voortge gaan langs eene linie, gaande over Monlmi- rail en Le Petit Sompuis. Niemand won hier eenig voordeel. Nog verder naar rechts is de vijand teruggedreven in de richting van Reims. In Luucviile werd eene poging van den vijand om vooruil le gaan afgeslagen. Het derde Duitsche leger leed ernstige ver liezen over de gcheelc linie, waar het de voor waartsohe beweging overal mei beslistheid trachtte door te zetten. De EugeJsche strijdmacht leed eveneens verliezen, maar hel getal is niet groot, wan neer inen den aard van den strijd in aanmer king neemt. De uitkomst van de operation gedurende de laatste twee dagen is lot dusver zeer bevredigend. De druk tegen den vijand gaat voort over het gehcele front der verbonden legers. De Engclschc strijdmacht was den gehceicn dag in gevecht. De vijand, die tegen haar streed, is teruggegaan na een hardnekkigen tegen stand en bevindt zich thans te Dinge, ten noorden van de Marne. Dinge is op onze kaart niet le vinden. Mis schien wordt hier Dizy bedoeld, dal ligt aan den rechter, noordelijken oever van de Marne, bij Epernay. Het vijfde Fransche leger rukt eveneens met succes op en heeft, naar bericht wordt, vele gevangenen gemaakt. Het zesde Fransche leger aan de Ourcq is in een ernstig gevecht gewikkeld geweest, maar ook hier is de vijand teruggedreven. B e r 1 ij n, 9 Sept. (W. B.). De Nordd. Allg. Zeitung brengt eene nieuwe uitvoerige be schrijving van den directeur der Deutsche Bank Ilelffcrich over den toestand in België. Hij zegt: Ècnige" plaatsen zijn geheel verwoest, ge deeltelijk omdat arglistige overvallen werden gepleegd na de vreedzame capitulatie. Daar entegen is de groote fabrieksstad Verviers ge heel ongedeerd gebleven. Luik zelf vertoont slechts op weinige plaatsen dc sporen van den oorlog. Tusschen Luik en Tienen, waar onze troepen zich in een breed front voorwaarts bewogen, ziel het er uil alsof liet land nooit door vijandelijke soldaten is betreden. Ner gens krijgt men den indruk alsof onze troepen zonder noodzaak iets verwoest of verbrand hebben. Tienen zelf is geheel ongedeerd. Van Leuven zelf is slechts het stadsgedeelte afge brand, waarin de arglistige overvallen en aan houdende* straatgevechten hebben plaats ge had. Onze troepen trachtten zelf le redden wal le redden was. In Brussel is aan geen men- schclijk wezen ook maar een haar gekrenkt, liet eigendom ven dc burgers wordt met de grootste nauwgezetheid geëerbiedigd. Rckwi- siliên voor de troepen en alle inkoopen van de indiyiducele soldaten geschieden tegen con tante betaling. Ilel groote hidusLriebekkcn van Charleroi is zoo goed als geheel verschoond gebleven. Alle fabrieken en werken zijn onge deerd gebleven. In hel Maasdal is Dinant ver woest, omdat onze troepen na de vreedzame capitulatie van de stad, nadat zij er verschei dene dagen hadden vertoefd, plotseling van allé kanten door de inwoners beschoten wer den. üiu dezelfde reden moest de verwoesting van een groei deel van dc stad Andennc ge schieden. In de meeste overige plaatsen van het bevolkte Maasdal is van de verschrikkin gen van den oorlog niets te bespeuien. De totale indruk is, dat onze troepen slechts daar hebben verwoest, waar de bittere nood zakelijkheid van het gevecht dit eischte, of het gedrag van de bewoners de zwaarste repre sailles noodig maakte. Antwerpen, 9 Sept. (Iiavas). Officieel. De Duilschers, die den vorigen nacht in de om streken van Gent gestationeerd waren, wend den zich heden naar het zuiden en namen hun buil mee. Onderweg plunderden zij cenige winkels in den omtrek van Melde. Andere Duitsche troepen, komende uit de buurt van Sollegem, begaven zich naar de omstreken van Renaix; zij zijn van plan zich naar Frankrijk te richten. Onze troepen bleven niet werkeloos. Wij vermelden een verkenningstocht in de omstre ken van Antwerpen, waarbij de Belgen 300 gevangenen maakten. Londen, 9 Sept. (R.) Dc avondbladen bevatten hel bericht, dat een visscherslrawler de tijding heeft .gebracht, dat eene Brilsche kanonneerboot zich van een vissclierssloom- schip heeft meester gemaakt, dat zeemijnen heeft geplaatst, waarvan het nog 200 aan boord liad. Wcenen, 9 Sept. (W. B.) Officieel. In den omtrek Tan Lemberg is een nieuwe slag begonnen. Berlijn, 9 Sept. (W. B.). De keizer heeft aan generaal von lliudenburg dc orde „Pour le Mérite" verleend. Londen, 9 Sept. (K.) Het persbureau deelt de volgende koninklijke proclamatie aan d-e koloniën mede: Gedurende de laatste weken hebben alle voLken van mijn rijk, moederland en kolo- uiön, zich in beweging gesteld met de een parige bedoeling liet hookl le bieden aan een aanval zonder voorbeeld tegen de beschaving en den yrede der gehcele wereld en dien aanval terug te slaan, lie heb dal rampzalige coniiiot niet gezocht. Integendeel is mijiuj slem steeds opgegaan ten gunste van den vre de. Mijne ministers hebben alles gedaan wat zij konden oui de spanning te verminderen on ïnoeielijkhüden le vereffenen, waarin mijn rijk niet betrokken was. Maar zou ik mij ter zijde hebben gehoudenloon ondanks onder- leekende verdragen, waarbij mijn rijeon- Iraeleerende partij is, de grond van België werd geschonden en zijne sleden verwoest worden, toen de Fransche natie mei uit roeiing bedreigd, werd? Dan zou ik mijne eer opgeofferd en dc vrijheden van mijn rijk en het monschdoni aan de vernietiging ge wijd hebben. Het verheugt mij, dal alle dee- len van hot rijjk mijn nesluit goedkeuren. Groot-Brittanniü en hel rijk beschouwen als een gemeenschappelijk erfdeel don volstrek ten eerbied voor het gegeven woord en voor do verdragen, die door de koningen en de vol ken onderleckend zijn. Mjjne volken over do zeeën hebben getoond, dat zij de ernstige be slissing goedkeurden, die ik heb moeten ne< men, door mij hun voiiedigen stouai te vor« ieencn, on ik bon er Irolsch op aan de gan- sche wereld te kunnen toonen dat mijn vol ken in de koloniën evenzeer besloten zijn als de bevolking van liet Vereenigde Koninkrijk om voor onze rechtvaardige zaak op te ko men, totdat eene bevredigende uitkomst is verkregen. Zij hebben daardoor op volledige wijze het bewijs geleverd van de fundamen? tciele eenheid van het rijk, ondanks de ver^ scheidienkeid van den ooi sprong zijner doe len. Londen, 9 Sept. (R.) Hol lagerhui? kwam heden weder bijeen. Eerste minislei Asquith kondigde aan, dat hij morgen zou voorstellen machtiging te verkenen lot liet onder de wapenen roepen van nieuwe man schappen. De vice-minister van koloniën Clmrles Ro berts las een lang telegram voor van den onderkoning van Indië, dal een diep.n in- druk maakte op het land en begroet werd met langdurige toejuichingen. Het telegram was een treffend bewijs van dc spontane trouw van geheel Indië. Dc onderkoning ver klaarde, dal de regeerders van de sleten me' eigen bestuur in Indië, die eene "bevolking bobben van 70 miilioen, eenparig hunne per soonlijke diensten en de hulpmiddelen van hunne stalen voor den oorlog beschikbaar gesteld hadden. 27 der grootst en van deze staten ho-uden troepen voor den rijksdienst op de been en die zijn dadelijk bij dc uitbar sting van den oorlog ter beschikking van dc Indische regeoring gesteld. Er zijn brieven ontvangen van de meest afgelegen staten van Indië. Alle brieven- dragen het kenmerk van oorspronkelijke roman door T h r s e Hoven. Dieper neigde de zon zich ten ondergang feu diep ei' kromde zich zijn rug; donkerde/ Werd 't om hem heen en somberder werd 't in hem; 't scheen alsof de wegvliegende «dag 'én de eenzame man zich zouden oplossen ia T groote niet der materiëele en moreels dui sternis. Maar de dag had zijn laak volbracht en de man nog niet en daarom moest liij voort, ten spijt van donkerheid, ten spijt van onmaehl TWEEDE HOOFDSTUK. La Grisotte geeft afleiding. De maan was opgekomen eu strooide een grillig, spaarzaam licht op de hoornen aan den weg en op de enkele huizen, die er ston den. Eindelijk kwam daL van Pierre Balmat ia 't zicht. Ruw, vain ongeverfd liout opge trokken, met een ver-overhellend dak en een iadder-ucktige trap, die toegang lot de smalle voordepr gaf, was 't niets meer en niets min der dan dè meeste Aljien Chalets in Savoie, niet zoo coquet van vorm en lijn als die in 'I Beroer-v .tc-i l.r/ü en dc kanten van Annecy uil en toch k-Ui can dc leemen hutten in de lla- haansche kantons van 't naburige Zwitser land. Op het dal; lagen groote steenklompen or liet, in stormweer, voor afwaaien te behoeden in de onderlaag was eveneens van los op elkander gestapelde sleeiicn. Cement oi' iaik was ver te zoeken. Zijn drie zoons stonden hem al le wadi ten. Jacques, in domme, geduldige rust, bene den tegen de trap geleund, waarschijnlijk reeds ureal in die houding. Jean-Pierre, de arme crétin, in T maanlicht niet veel meer dan con vonnlooze klomp, zat od den drempel der voordeur, suf naar zijn oudsten broer te staren, terwijl Lallo uit 'L kleine venster keek, zich nu eens voorover buigende om op den weg le kunnen zien, Jan Weer zijn oogen uitwrijvende, omdat hij slaap kreeg. Ongewoon zoo laat op le blijven, deed'dc natuur zich hij hem geiden, maar hij wilde niet toegeven. Hij was veel te verlangend om te liooren hoe "t vader gegaan was in dat wondere Gham- bóry, waar hij zooveel van gehoord had en dat zulk een voorname rol in zijn verbcel- dingsdroomen speelde. En vader had beloofd hem iets uit do stad mee te brengen; wat wist hij niet. Hij had nok niet kunnen zeggen, wat hij gaarne zou heb ben; alleen 't feit dat 't iets zou zijn, was hem al genoeg. 'I Geluk van 't bezit en "t niet minder groote geluk van 't aan zijn makkertjes, en aan Michel's Monique, zijn vriendinnetje en ha- meraadje, te laten zien. Ze was dien hcelen dag boos op hem ge weest, onulal lhj haar, nog wel op haar eigen aandringen, had verteld, waarom hear vader er- dc zijne naar Cliambérv waren gegaan. Hij had haar de zaak uitgelegd en toen had ze 't niet begrepen en met echte meis.,cs- lichtzinnighcid uitgeroepen: „Iloc dom om er voor naar een rechter le gaan. Als jou vader denkt, dat 't hem toekomt, laten ze l xajid dan deelen, dan hebben ze ieder wal." En af hij haar nu al, met de overtuiging van een geboren Savoyaard, aan 't versland poogde Le brengen, dat het niet de quacslie van 't bezitten was, maar van T recht, 'I hielp niets. Ze wilde maar niet inzien, .Ja* hel noodig was geweest, er voor bij der rechter in Chamhéry te gaan en ze bleef bij haar meening, dat Vader Michel en Vader Pierre het best samen hadden kunnen schin ken. „En dan later trouwen wij immers toch.. dan is het land van ons beidjes en we zullen de anderen ook wel wat van de opbrengst geven." En toen had Lallo droevig geantwoord: „Als mijn vader 't wint, zal jou vader r.óó boos op hem zijn, dat hij je- zal verbieden met mij om le gaan en als jou vader 't wint, dan kan ik later niet met jc trouwen, omdat jij dan zoo vreeselijk rijk zult zijnniet ai dat land, en ik zoo vreeselijk arm, zonder iels." En toen was ze, als een kleine furie, op hem aangevallen en had hem geslagen, tol haar handje er moe van wasalleen maar omdat hij zoo leelijk trotsch wilde doen. „Wat geeft 't nu, of ik rijk ben en jij arm? Ik blijf toch Nica en jij blijft Lalloen 't is sicoht van jeheel slecht En toc-n was ze hard weggeloopen en was Lallo verder zoo rampzalig geweest als een twaalfjarig natuurkind maar zijn kan. Tegen den avond had hij zioh langzamer hand getroost en was hij zich, op vaders thuiskomst, gaan verheugen, vooral, omdat vader beloofd had hem iels mee le brengen en omdat hij hoopte, daarmee de boosheid van zi'n buurmeisje te vertecderen. Onder 't avemd-eton, een dunne uien-soep niet meer water dan boter, had moeder bet met de oudste kinderen over vaders reis ye- liad en over zijn kans, om het pa-oces le winnen. Jacques liad er nog dicnzelfden ochtend met den postbode over gesproken, een mach tig geleorde, die alles wist, omdat hij overal kwam en deze had zich niet hoopvol over de zaak uitgelaten. Lallo had niet alles begrepen alleen maar, daL 'l, in elk geval, aanleiding zou geven lot vijandschap tusschen zijn vader en de Ra- veneau's en dal vond hij een onoverkomelijke ramp. Als dal waar zou worden, dan zou hij ook niet thuis blijven'; niet in zijn dorp, niet in zün departement, zeli's niet in Savede voor zulk een leed waren alle grenzen te eng. Wat zou T ievën voor hem zijn zonder Monique? Hij kon zich geen .dag, geen wandeling, zonder haar voorstellen. Ze hoorden bij el kander als het blad bij het takje lelieljca- van-dalondie ze, in April reeds, samen plukten. Of hij 't verzonnen had ol Nica, wist hij niet meer, maar dat was hun beider uitbeelding hunner verhouding. Hij was 't sterke blad, dat het lelie-takje besclieimde, en zij was hel schitterende wit, dat het groen opvroolijkle. Aan den kant bij T moeras groeiden de aardige klokjes; en Lallo had ze lief omdat ze, voor hem, zijn liefste verpersoonlijkten. Wat al bloemen hadden ze samen gegaaiü, die twee! Groote wille en gele marguerilen cn diep blauwe gentianen, en licht blauwe Alpen- vcrgcet-mij-nietjes en het zaoht-rose iinnée boreale met zijn fijne kelkjes, en hel geJdcur- f' berg-anemonen en oranje arnica en sleu tel- en do'tter- en boterbloemen en alpen rozen cnde paarse cyclamen, de geu rende glorie van S avoid Maai* 't meest lrield hij van de lelicLjes!.. Ha! daar kwam vader aanLallo sid derde, een koude rilling doorliep hem..., weg waren zijn blooincn-fantasieënweg zijn herinneringen aan gedeelde genietingen, weg zelfs zijn hoop op iets moois, iets vreemds, uit de stad. Met een plotselinge achterwaartsobe bewe ging haalde hij zijn hoofd naar binnen cn zei inj. Lot zijn moeders en zusters, die zwijgend bij den haard zaten le spinnen: „Vader is er eu liij brengt slechte tijding mee." „Hoe weet-je dat?" „Ik voel 't." Toen trad Pierre, gevolgd door zijn beide zoons 't vertrek binnen. 't Verhaal was ko-rt. Dc vreugde zoekt woor den om zioh te uiten, de smart vermijdt ze. De rechters wilden naar geen rede luiste ren; er was niets aan te doen. Een eerlijk man werd niet meer gehoord. Savoie sohcen niet meer van de Savoisiens te zijnen Michel Raveneau kreeg zijn land, die gehate Michel, die vervloekte kerel. Of hij met de zijnen crépeerde, of ze van honger omkwamen, of liij zijn kanderen, ver van zich af, in den vreemde zou moeten stu ren, daar vroegen de rechters niet iifir. daar schonen ze zich niet om te bekommeren. Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1