BINNENLAND. Verspreide Berichten. gSor, waaneer zij beweert, dat de Duitsche troepen zonder militaire noodzakelijkheid den feom van Reims tot doèlwit van een stelselma tig bombardement hebben gemaakt. Reims is jlene vesting, die door de Franschen nog in jfle laatste dagen me* alle tot hunne beschik king staande middelen verbeterd is en tot ver dediging van hunne tegenwoordige stellinig (gebruikt wordt. Bij den aanval op deze stelling Sverd het bombardement van Reims helaas «ene noodzakelijkheid. Er was bevel gegeven 3e beroemde kathedraal hierbij te ontzien. Wanneer het niettemin waar mocht zijn, dat bi] den door den strijd verwekten brand van Reims ook de kathedraal heeft geleden, waar van wij ons thans nog niet hebben kunnen overtuigen, dan zou niemand dat meer be treuren dan wij. De schuld dragen alleen de jPranschen. die Reims tot eene vesting en tot het steunpunt van hunne verdedtigingsstelling hebben gemaakt. "Wij moeten krachtig protesteeren tegen de bewering, dat de Duitsche troepen uit verniel zucht zonder de dringendste noodzakelijkheid monumenten van de geschiedenis en de ar chitectuur verwoesten. Berlijn. 2 2 Sept. (W. B.) Officieel. Uit fiet groote hoofdkwartier wordt van 22 Sep tember bericht: De Fransche regeering beweert, dat de be schieting van de kathedraal van Reims geene militaire noodzakelijkheid is geweest. Daar tegenover moet worden opgemerkt, dat, na- flat de Franschen de stad Reims door sterke verschansingen tot hot hoofdsteunpunt van hunne verdedigünig hadden gemaakt, zij zelf Ons dwongen tot dent aanval op de stad met alle voor de •uitvoering noodige middelen. De kathedraal zou op last van het Duitsche leger- appcrbevel ontzien worden, zoolang de vijand jaar niet tot zijn voordeel gébruikte. Sedert den 20eni werd op de kathedraal eene witte vlag gehesohen en door ons geëerbiedigd. In weerwil daarvan konden wij op den toren een waarnemingspost ontdekken, die de goede uit werking van de vijandelijke artillerie tegen onze aanvallende infanterie verklaarde. Het was noodig dien post te verwijderen. Dit ge schiedde door een shrapnell-vuur van de veld-artilleria. Vuur van de zware artillerie werd ook nu nog niet toegestaan en het vuur werd gestaakt, nadat de post wTas ingetrok ken. Voor zoover wij hebben kunnen waarne men, slaan de torene en de buitenmuren van de kathedraal onverwoesl. De dakstoel is een prooi der vlammen geworden De aanvallende troepen zijn sleck&s zóó ver gégaan, als zij onvoorwaardelijk moesten gaan. Do verant woordelijkheid draagt de vijand, die eeh eer waardig gebouw onder bescherming van de Witte vlag trachtte te misbruiken. Eerlijn, 22 Sept. (W. B) De keizerin ontvangt dagelijks verschillende personen uit de organisatie van de vrijwillige ziekenver pleging en de bevoegde autoriteiten, om met heui te overleggen wat kan woorden gedaan om do zorg voor de gewonden steeds meer aan het doel te doen beantwoorden en hun ver voer te vergemakkelijken en het verplegings- personeel steeds op de goede plaatsen te kun nen gebruiken. Daarbij wordt ook met zorg overwogen hoe het leger en de vekllazeretten ten spoedigste kunnen worden voorzien van warme kleeding- Btukken en andere voorwerpen van gebruik, die steeds noodzakelijker worden, nu het koele weer intreedt. Berlijn, 22 Sept. (AV. 3.» De Nordd. Mig. Zeitung constateert, d.; de ertsmijnen van het district Briey (in hel noordoosten van Frankrijk dicht bij de grens) zijn gesteld on der een bestuur, dat het volloopen van de schachten verhindert en zorgt voor den afzet van de aanwezige voorraden, opdat zij niet door lang liggen kunnen bederven. Er is geen particulier eigendom in beslag genomen. Londen, 22 Sept (R.) Officieel wordt bericht: Daar aan den Board of Trade is ge bleken, dat ondanks het verbod van den uit voer van suiker uil Nederland door de Neder- iandsche regeering, Duitsche kooplieden hun product afzetten en betaling krijgen door Nederland, heeft de Engelscbe regeering den Invoer van dit product door Nederland moe ten verbieden. "W eene n, 21 Sept. (W. R.) Volgens een heden gepubliceerde kennisgeving van het rectoraat der Weener universiteit, worden roor den volgenden cursus buitenlanders, die onderdaan zijn van met Oostenrijk oorlog voerende landen, van de inschrijving uitge sleten. Perzië* Kons tantinope 1, 22 Sept. (W. B.) et blad „Terdjirmen-Hakikatzegt. dat de ;eden voor de afkondiging van den oorlogs toestand in Turkije en de buitengewone maat regelen. in den Kaukasus genomen, is gele gen in de waarschijnlijkheid, dat Perzië den huidigen toestand zal benutten, om het En- ïelsch-Russische verdrag van 1908 over dever- deeling van Perzic in belangensferen te ver breken. Het blad schrijft: Zelfs wanneer Per nio geen offioieele stappen doet, staat het zon der twijfel vast. dat verschillende stamhoof den de gelegenheid niet voorbij zouden laten jaan, om bij de talrijke stammen een opwln- I'iug in het leven te roepen, die zoo sterk is, dat d'c regiering ze niet kan bedwingen. De Keizer te Nancy. In de buurt van Nancy hebben de Duit- sehers tweemaal een aanval beproefd op de Fransche troepen. Eerst op 6 de tweede aanval op 7 September. Beide keeren werden de Duilschers teruggeslagen. Volgens den cor respondent van de Times woonde Keizer "Wil helm den tweeden aanval bij. Toen deze mis lukte, moet hij, zonder eSn woord te spre ken. zijn heengegaan. Hc-l schijnt dal de Duilschers bij Nancy een heel eind nclüeruitgeworpen zijn en met zeer tware verliezen. De reiniging van het slagveld. Naar het Hbld. meldt, zijn achthonderd Pa- rijsche brandwachten dezer dagen met den ge neeskundigen dienst naar het slagveld aan de Marne vertrokken, teneinde de noodige maat regelen te treffen om gevtar voor infectie en hnrnuU cl* fca vnoxluirvm Vedrine*. De bekende Fransche vliegenier heet in een bericht uit Kopenhagen als landverrader hij xou in plaats van bommen, geheime stuk ken in het Duitsche kamp geworpen heb ben gedood te zijn. Volgens berichten van Engelsche zijde zou Vedrines prachtige ver- volgingsvluchten maken en al twee Duitsche vliegmachines onschadelijk hebben gemaakt. Het laatste lijkt ons aannemelijker dan het eerste. Paul Bourget Naar de figaro" meldt, bevindt de beken de Fransche schrijver Paul Bourget zich als ziekenverpleger te Clermont-Ferrand. Kameroverzicht. Tweede Kamer. Vergadering van Dinsdag 22 September. Herkozen werden als leden van de huishou delijke commissie de heeren Tydeman en Loelf, en als leden van de gemengde commis sie voor de stenografie, de heeren de Savor- nin Lobman, de Beaufort en van Vlijmen. De vragendag wordt vei volgens opnieuw op Vrijdags bepaald, des namiddags 3| ure. Hierna hernieuwde de Kamer haar afdee- Ungen, met verdeeling tevens van de leden over de begrootlngscommissie. Ten half twee kwam de Kamer in de aidee- lingen hijeen tot liet kiezen van voorzitters en ondervoorzitters der secties. De openbare vergadering werd in verhand hiermede tot hedenmiddag geschorst. Ten 2.40 werd de Vergadering hervat en deelde de voorzitter mede, dat de af dee lingen benoemd hebban tot voorzitters de hee ren Bos, van Vlijmen, Loeft, De Meester en Helsdingen en tot onder-voorzitters de heeren Tydeman, De Visser, Lohman, Eland en K. Ter Laan. Besloten werd morgen in de afdeelingen te beginnen met het onderzoek van de supplc- toire Wa t erst a at sbegroo t ing, bedoelende met het oog op de tijdsomstandigheden verschil lende groote werken te doen uitvoeren (wer ken aan het Wilhelminakanaal, de Visschers- haven te IJmuiden enz.) en verder de Indi* sche begrooting voor 1915 en daarna een groot aantal wetsontwerpen van minder belangrij ken omvang. Verder is besloten om na afloop van een Dinsdag 6 October te houden openbare ver gadering, waarin behandeld zal worden het wetsontwerp betreffende de opleiding van onderofficieren en matrozen, in de afdeelin gen te behandelen de wetsontwerpen betref fende het eedsvraagstuk, tot wijziging der be vordering bij de zeemacht, tot wijziging van de Spoorwegwet, tot wijziging van de Veilig heidswet. tot wijziging der wet op de Locaal- spoorwegen, tot wijziging der Telegraafwet en tot herziening van de Leerplichtwet met het daarmede verband houdende voorstel-Ter Laan. Ten slotte werd medegedeeld dat de Cen trale sectie nog geen besluit heeft kunnen nemen ten aanzien van het afdeelingsonder- zoek der Staatsbegrooting voor 1915. In afwachting van nog hij de Kamer in te komen nota's tot wijziging der ver schillen de hoofdstukkon dor begrooting in verband met de tijdsomstandigheden. De vergadering werd liiorna gesloten. Uit de P:rs. Oorlogsrecht. „De Standaard" schrijft: Prof. de Louter deed een goed werk met zijn artikelen over het Oorlogsrecht in afzon derlijk vlugschrift ter perse te leggen. Het is zoo noodig, dat ons publiek zich van wat neutraliteit in zich sluit, een eenigszdns nauwkeurige voorstelling make. Onbekendheid met het Oorlogsrecht doet hier, onbedoeld, zoo licht zondigen, en het jammerlijke is, dat voor zulk zondigen, breekt de oorlog uit, niet alleen de schuldige, maar vaak heel zijn huis en heel zijn dorp onder het hardie juk moeten doorgaan. Te meer is dit gewenscht en noodig, om dat altoos nog maar al te velen zich een voor stel. "g van zaken vormen, als bestond er een Internationale, op wet gegronde, bedee ling van het Volkenrecht, als zouden we op schier elk punt een formeele en essentieele rechtsbedoeling bezitten. En toch is het dit juist wat we Inzake het Volkenrecht niet bezitten. Op volkenrechtelijk gebied bezitten we drieërlei: Traditie, Rechtsbesef en Verdragen, en reeds aan dit trio van zedelijke machten danken wij ongelooflijk veeL •Maar breng 't over op 't private leven, en ge gevoelt, hoe toch eigenlijk onder de votl- ken werkelijke rechtsbed'eeMng ontbreekt. Ook in het private leven heerscht in schier alle kringen steeds zekere traditie uit het ver leden, die bij geboorte, bij huwelijk en bij begrafenis en wat niet al, in zekeren zin wet sfcelL I'n de tweede plaats fs er een zeker al gemeen besef van wat recht, wat fatsoen, wat zedelijke adel van hart in die samenleving vordert. En in de derde plaats worden ook de private toestanden heheerscht door allerlei overeenkomst en afspraak. Maar zeer wel we ten 'we, dat deze trio op zidh zelf nog geen rechtsibedeeling vormt. Vandaar de arbitrage- tractatcn. Maar zelfs diT laatste brengt 't volkenrecht niet. Traditie kan men" eeren, maar ook onge straft schenden. Het Rechtsbesef kan men eerbiedigen, maar ook'afstompen. En Tracta- ten kan men van onwaarde maken door ze op te zeggen. Appèl bij breuke bestaat niet. En hoe men nu ook door Conferentie na Con ferentie op dit rechtlooze gebied vastheid van gedraging poogt te bevorderen, toch kor-t 't nooit tot rechtsbedceling, naar Wet, onder de macht van een Vierschaar die recht en macht tot executie bezit. Juist daarom is het zoo hoog noodig. vooral op dijt terrein der Traditie, het Rechtsbesef en de Tnactaten sttptelijk te eeren. De macht om formeel recht op te leggen en de handhaving ervan af te dwingen, ontbreekt. De voorzichtigheid kan op dit stuk d<aar- i Am_nArvLfr. la rvfu\t ?itr> Onze Internationale stelling. Dertig jaar geleden naar aanleiding van een Engekch-Nederlandsoh conflict over de „Nisero" schreef mr. S. van Houten een artikel over onze internationale stelling. Thans, te midden van den woedenden storm „haast een aardbeving op inter nationaal gebied", wijdt dezelfde schrijver een geheel vlugschrift aan hetzelfde onderweip. „Onze internationale steiiihg'" ii de titel van eene brochure bij H. D. Tjeenk Willink en Zoon verschenen, en waaraan wij het volgende ontleenen JDonk zij onze groote politieke hervor ming ten gevolge der grondwetsherziening van 1887, is de verhouding tot ons vorsten huis beter dan ooit, en is de plutocratie hier vervangen door een ware democratie, waar van de ontaarding in ochlocratie tot dusver is kunnen worden afgewend. Zoo staan wij krachtiger en eendrachtiger dan in eenige vroegere periode onzer geschiedenis. Het toenmalig ideaal van een Europec- schen volkerenbond is echter, dank zij de reusachtige ontwikkeling van het wereldver keer op materieel en geestelijk gebied, ver vangen door het ideaal van een algemeenen wereldbond met vreedzame beslechting van internationale geschillen. En dit ruimere ideaal heeft een begin van organisatie ge vonden a. in de internationale arbitrage met een hier gezeteld hofb. in de interparle mentaire Unie, en c. in de vredes-conferen- tiën, ook te 's-Gravenhage gehouden en waarvan een permanente organisatie na het ophouden van den thans woedenden he'l- loozen oorlog met dubbele kracht door alle weldenkenden zal moeten worden nage streefd. Nederland heeft reeds als het ware zijn aangewezen eervolle plaats in een toekom stige hoogere wereldorganisatie, en heeft door stricte neutraliteit in het gewapende conflict de materieele en moreele ongerept heid van dit op zijn territoir reeds be lichaamde ideaal ongeschonden in de tegen woordige crisis te behoeden. In materieelen zin zijn wij de toevlucht der schipbreukelingenin zedeHjken en geeste lijken zin de toevlucht der hoop op eene betere toekomst. Wij zijn als het ware het aangewezen punt van vereeniging, waar na korteren of langeren strijd redelijk overleg de oplossing der geschillen en vraagstuk ken zal gaan zoeken, die de afgematte strij ders op de slagvelden niet zullen kunnen vinden." Mr. Van Houten vestigt dan verder de aan dacht op de veithouding en de vredesmogelijk- heden tusschen Engeland en Duitschland. „Nu spreekt van zelf merkt de schrij- ver op dat voor Engeland volstrekt levensbelang is, dat geen andere mogend heid het verkeer ter zee tusschen de onder deden van zijn wereldrijk kan storen. Het moet coute que coüte de sterkste zeemo gendheid blijven, sterker zelfs don een com binatie van een paar vereenigde mogend heden." Daarop trekt de schrijver dan zijnerzijds de conclusie, dat het eerste punt van vredesonderhandeling zal en moet zijn. zich te verstaan over den omvang en de beleehenis van den Duitschen vlootbouw. Als wederzijdsche beperking van vloot bouw en afschaffing, resp. beperking van het biritrccht ter zee. te gelirk en in onderling verband in behandeling komen, acht ik overeenstenvmintr zeer moge lijk. vooral ook omdat hierbij haast van te voren vaststaat, dat alle andere staten, die bij het internationaal ruil-verkeer, al zij het in mindere mate, betrokken zijn, bepaalde lijk ook Engelands bondgenooten Rusland en Frankrijk met de afschaffing of althans doeltreffende beperking van het buitrecht ingenomen zijn." De schrijver zegt dan iets verder: .Zoodra er een geschikt oogenblik voor Is, zelfs wel in vollen oorlog, zou, dunkt mij, onze Regeering reeds het initiatief kunnen nemen om een gedachtenwisseling over dit onderwerp uit te lokken. Zoo de oorlogvoe renden daaraan voorlasnog geen deel willen nemen, kan zij tusschen de neutralen wor den begonnen, waartoe ook hedendsagsche toepessingen alleszins ninleiding geven." Het doel van den schrijver isdat de oorlogsvloten minder beteek e- n i s k r ij g e n. Mijne phantasie schrijft hij - „spiegelt mij een toekomst voor, waarin de afzonderlijke Stater, geen oorlogsvloten meer onderhouden, maar alle Staten geza menlijk een door een internationale com missie beheerde politiemacht ter zee waar van de omvang geregeld wordt door de be hoefte om zeeschuimer» te onderdrukken en hier en daar eens van den zeekant in ontredderde toestanden in te grijpen. Als alle Staten van beteekenis zich vereeni gen. kan die politievloot gering zijnals enkelen er buiten mochten willen blijven staan, zou zij aanvankelijk tegen deze op gewassen moeten blijven. De vorming van zulk een internationale politiemacht ter zee Is echter een practisch en bereikbaar ideaal, dat zich aan de volken zal opdringen, wan neer zij mondig genoeg zullen zijn gewor den om toestanden te vermijden, waarin de legers en vloten moeten goed maken wat de diplomaten hebben bedorven." En dan nog hoe „goed maken" „Nemen wij aldus Mr. v. Houten „pro argumento" b.v. aan, dat het betrekken van België in den strijd het gevolg is van diplo matieke fouten. Verdeelen wij die zelfs over belde statenaan de zijde van Duitschland in de geringschatting van de door zijn Kan selier es kende rechtsbreuk en hare gevol gen, en aan de zijde van België in ietwat te ver gaand militair overleg bij de veronder stelling, dat Duitschland mogelijkerwijs eens tot deze rechtsbreuk mocht overgaan. Wat maakt nu het Duitsche leger goed, als het door bloedbaden en verwoestingen aan de Belgen hun militaire inferioriteit bewijst, doch meteen in een tot dusver welwillend volk een onuitwischbare verbittering kweekt. Of nemen wij Frankrijk, dat voor zekere eventualiteiten steun bij Rusland zoekt en door zijne onhandige diplomatieke voorbe reiding zelf voor een Servisch-Russisch be lang moet lijden en strijden." Neen zegt de schrijver de volken moe ten beter oip hun regeeringen en diplomaten toezien, en zich noch door hun ruw optreden, noch door hun geheime overleggingen in toe standen laten sleepen, als nu tot eeuwige schande uit zulke diplomatieke handelingen ziin YoortxKrvlofeld, „Voor die onachtzaamheid boeten zij aldu9 eindigt Mr. Van Houten zijn brochure 't Is niet de eerste maal. Uit de oudheid kwam ons reeds de spreuk..Quidquid deÜ- rant reges, plectuntur Achivi." Maar nooit was de straf zóó zwaar. Ik hoop, dat de na werking op de 'bestuursorganisatie der vol ken daaraan geëvenredigd zal zijn." Berïchtcti. De Staatscourant van Woensdag 23 Sep tember bevat o.a. de volgende Koninklijke besluiten benoemd tot wederopzeggens tot burger- apotheker bij de militaire apotheek te 's-Her- togenbosch B. J. Bruining, apotheker te Leeu warden; op verzoek eervol ontslagen C. Sirring als directeur van de strafgevangenis te'Arnhem; benoemd als zoodanig J. E. Jalink, thans te Zutlen, te Zutfen H. Dijkstra, thans adjuict- directeur 2e rang van de strafgevangenis te Amsterdam; op verzoek eervol ontslagen E. Posthuma als notaris te Vries Hr. Ms. gezant te Washington is den 20en September op zijn post teruggekeerd. Toelatin»g tot de Kon. Mil. Aca demie. Dc minister van oorlog; ontwaard hebbende, dat onder de jongelieden, die zich dit jaar vóór 10 Juni voor toélating tot de Koninklijke Militaire Academie hebben aan gemeld, dó meenimg stehijïitte beslaan, dat wijziging zou mogen worden, gebracht in de wapenkeuze; bPengt ter kennis van belanghebbenden, dat op grond van) het bepaalde onder III, tweede zinsnede van de dezerzijdsche aankondiging van 4 Maart 1914 opgenomen In de Neder- landsche St Ot. van Zaterdag 7 Maart 1914, no. 56, geera acht wordt geslagen op thans nog voor hen inkomende aanvragen tot aan vulling of wijziging van de in de kennisgeving vermelde opgaaf vara wapens; vesJlagt cr voorfis de aandacht op van hen, voor wie thans nog een verzoek om toelating zal wordera ingediend, dat zij slechts dan voor eene plaalts als cadet in aanmerking kun nen komen, wannoer heft aantal opengestelde plaatsen niet kan worden vervuld door hen die zich vóór 10 Juni 1914 hebben aangemeld. (St. Ct) Door den minister van Oorlog Is aan de commandeerende officieren van de korpsen der landmacht het volgende schrijven gericht Onder de miliciens, de vrijwilligers van het reservekader en de vrijwillig aangeworven militairen zullen zich jongelieden bevinden, die ten genoege van de „opkomst met spoed" niet volledig hebben kunnen deelnemen aan het eindexamen der Hoogere Burgerscholen met vijfjarigen cursus. Vermits het in de bedoeling ligt, voor deze militairen een regeling te treffen heb ik de eer u te verzoeken, ieder voor zooveel u betreft, mij ten spoedigste en rechtstreeks in kennis te stellen met hunne namen en met de korp sen en onderdeelen daarvan, waartoe zij be- hooren. Evenzeer gelieve u te handelen ten aanzien van onder uwe bevelen dienende militairen, die zich in 1914 hebben aangemeld of zich naar aanleidirag van eene desbetreffende aan kondiging in de Nederlandsche Staatscourant van Donderdag 17 September 1914. no. 218 alsnog wenstihen aan te melden voor toelating tot de Koninklijke Militaire Academie, als mede ten aanzien van de militairen, die zich hebben o pgegeven voor opleiding tot adel borst 2de klasse of adspirant-administrateur bij de Koninklijke Marine. Bij de opgave van hen. die zich alsnog zul len aanmelden voor de Koninklijke Militaire Academie, moet door u worden gevoegd een uittreksel uit het stamboek en een afschrift van de straflijst. Te rekenen van 1 Augustus 1914 wordt aan landweerplichtig personeel beneden den rang van onderofficier, dat zich tot het voor geschreven aantal van eigen ondergoed en schoeisel voorziet en die goederen door eigen zorg onderhoudt en reinigt gedurende den tijd, dat het leger op voet van oorlog is, een vergoeding per dag toegekend van 5 cent voor schoeisel en li cent voor ondergoed. Ou d-m i n i s t e r C o 1 ij n. Men meldt aan de „N. Ct." dat de oud-minister Colijn thans lid va nde Eerste Kamer, voornemens is. binnenkort opnieuw een reis om de wereld te maken. TTct eerst gaat hij naar West-Indie. Ook Australië staat op het reisprogramma Mevrouw Colijn zal haar echtgenoot ver' gezellen. Nederland en de oorlog. Een noodkieswet. In antwoord op de reeds vroeger medege deelde vraag van het Kamerlid, den heer Al- bard a, heeft de minister van Binnenlandscho Zaken schriftelijk medegedeeld, dat een wets ontwerp in voorbereiding is, strekkende ter voorkoming van verlies van kiesrecht als ge volg van de tegenwoordige buitengewone om* stan dagheden. De Beurswe t. Zeer waarschijnlijk zal in den loop dezer week de commissie, bedoeld in artikel 8 van de Beurswet worden benoemd en tegelijk ook de uitvoering dier wet worden geregeld'. Gift van den Prins aan het Kon. Nat Steuncomité. Z. IC. H. de Prins der Nederlanden hóeft heden aan den penningmeester van het Ko ninklijk Nationaal Steuncomité een belang rijke gift doen toekomen. Militairen met verlof. Naar de Leeuw. Ct verraedmt, heeft de di rectie van de H. IJ. S. M. maatregelen getrof fen, die aan de soldaten met verlof zeer ten goede komenl. Het komt ral. voor, dat militai ren in don namiddag verlof krijgen en dan hun bestemming denzelfden dag niet meer kunnera bereiken. Verscheidene militaire com mandanten vullen don op do vrljbïljetten 3e klasse voor de heenreis 2 opeenvolgende data in, om de reis den volgenden dag voort te zetten. De directie van de H. IJ. S. M. heeft met dczfcn' maatregel genoegen genomen en voorfs bepaald, dat ta gevallen, da* geen twee data voor de heenreis ingevuld zijn en de militair denzelfden da2 ziin bestemming niet kan bereiken, het militaire vrijbiljet voor dort volgenden dag geldig mag worden gemaakt. Onzein voer. De directie der Hoiland-Amerikalijn heeft bij circulaire aan de bekende importeurs luier te lande doen weten dat zendingen uit ds Vereenigde Staten alleen aangenomen wor. den on verklaring van de importeurs, da* de gtoedóren voor ons land bestemd Onze landbouw. De directeur-generaal van den Land bouw, de heer P. van Hoek, heeft in een on derhoud aan he* Ilbld. toegestaan, medege deeld, dat de landbouw niet in bijzondere mate de gevolgen van de tegenwoordige crisis ondervindt. „Natuurlijk doen zich ook bij den land bouw". aldus de heer Van Hoek, ..de gevolgen gevoelen. Maar toch is het tc verwachten, dat deze niet een zoodanige beteekenis zullen heb ben als b.v. in de industrie. De consumenter der land- en tuinibouwgewassen, en daardooi de vraag naar de producten, blijven besta?'" De heer Van Hoek antwoordde voorts or.l kennend op de vraag, of de schaarschtc aan graan, die zicli thans doet gevoelen, den Ne- derlandschen landbouwers er toe zal brengen in de toekomst meer graan te zullen gaan ver bouwen? De vraag wat te verbouwen wordt door an dere overwegingen beantwoord. Dat zijn voor namelijk overwegingen van economischer aard. Wanneer er weder een nieuwe voor raad graan is aangevoerd, is het gebrek van liet oogenblik weder vergeten. Het gaat ook maar niet zoo. om van weiland bouwland te maken. Eeuwen en eeuwen heeft men zich b.v in de prorincles Noord- en Zuid-Holland Utrecht toegelegd op veeteelt. Dat zal nie* ders worden. Feitelijk is de laatste halve e het aantal hectaren waarop tarwe verbouwd wordt nog sterk afgenomen. Doch het merk waardige is, dat de totale opbrengst ongeveei hetzelfde is- gebleven. „In de jaren 1851 tot 1860 was gemiddeld 81,330 TT.A. in cultuur als tarweland. Dat was ln 1913 gedaald tot 52.903 H.A. De opbrengst per H.A. vermeerderde eohter van 19.3 H.L. in het' eerstgenoemde tijdvak tot 31.8 H.L. per H.A. in 1913. De totaalopbrengst in het vorige jaar. 1.682 315 H.L., was dus nog iets hooger dan de gemiddelde opbrengst in de jaren 1851 lot 1860 bedragende 1.569.699 H.L." „Is dat gunstige resultaat werd verder gevraagd toe te schrijven aan het onder richt op de Hoogere Landbouwschool te Wa- geningen? Dc herinner mij, dat daar op de proefvelden met de zoogenaamde Wilhelmina- tarwe zulke schitterende resultaten werden verkregen." ..Ongetwijfeld heeft dit voorbeeld mede bij gedragen tot de zooveel hoogere opbrengst per H.A. Er zijn ook nog andere oorzaken. Over het algemeen is de cultuur veel intern siever geworden." Uit mededeelingen van den heer J. Smid referendaris bij de afdeeling Landbouw, bleek, dat de landbouw op het oogenblik voornamelijk lijdt tengevolge van de lagere veeprijzen, die veroorzaakt worden door het dreigend gebrek aan veevoeder. Aan mais vooral, waarvoor we uitsluitend op den im port uit Amerika zijn aangewezen, is groote behoefte. Op dit oogenblik worden eohter po gingen gedaan om, met medewerking van de regeering, de cpoperatieve vereenigingen van veevoeder te voorzien. De groote moeilijkheid zit 'm natuurlijk daarin, dat Engeland en Frankrijk in begin sel geen bezwaren hebben ons op dat punt ter wille te zijn, doch niet willen d'at Duitschlar door de te onzent ingevoerde pnfducten 1 worden gefouraigeerd. Voor zoover de toestand' op landbouwgebied afhankelijk is van den uitvoer, is er weder een merkbare opleving waar te nemen. Alleen het bloembollenvak en de handel in gesneden bloemen lijden groote schade. De uitvoer van versoh varkensvleesch naar Enigeland is ech ter de laatste dagen weder in hooge mate toe genomen. Dis is van beteekenis, zoowel voor ons als voor Engeland zelf. Immers, in 1913 werd in Engeland in het geheel 24,188,000 K.G. versch varkensvleesch ingevoerd. Neder land leverde daarvan 23,461,000 K.G. De landbouw-industrie begint ook weder op te leven, dank zij den nieuwen toevoer van steenkolen. De campagne aan de suikerfabrie ken zal binnen enkele dagen aanvangen, de cartonfabrieken, vooral in het noorden var zeer veel bcteekerais, zijn weder begonnen er ook de zuivelfabrieken werken door Aan de „Verslagen en Mededeelingen" van de directie van den Landbouw over 1913 ont leent het blad nog. dat in dat jaar in ons land werd ingevoerd 2S.S21.000 H.L. tarwe en uit gevoerd 23.078.000 H.L. Onze eigen productie van 1,682.315 H.L. werd dus aangevuld met een hoeveelheid van 5.713 000 H.L. Uit deze cijfers krijgt men tevens een beeld van onzen handel en doorvoer in dat artikel. De suikervoorraden. Nu belanghebbenden bij de suikerproductie -raffinaderij en djhandêl tot overeenstem ming gekomen zijn inzake de suikerquaestie, zal naar wij vernemen niet behoeven te wonden overgegaan tot inbezitneming van regeeiringswegc van de suikervoorraden. Gemeentel ij ke werkloosheids- fondsen. Naar ons wordt bericht, is het aantal ge meenten waar tot rau toe geen werkloosheids' fonds bestond, maar die overeenkomstig het aanschrijven van den minister van Land bouw, Nijverheid en Handel van 26 Aug. 1.1, oprichting van een tijdelijk fonds overwegen, nog steeds toenemende. Het spreekt van zelf dat de inrichting van dé administratie van een fonds, vooral wat$ het zeer veel -waard is d'at de regeling, woraf zij ingevoerd, zoo spoedig mogelijk in wer king treedt, vrij wat moeilijkheden mee za' brengen. Bij het Centraal Bureau voor Soci ale Adviezen te Amsterdam (Keizersgracht 444), is daarom in voorbereiding een korte handleiding wor de administratie van een tijdelijk gemeentefonds, terwijl hét tevena overweegt bdj voldoende aanvraag de be- noodigde kaarten, lijsten, formulieren enz. tor beschikking der gemeente- of fondsbe sturen te stellen. Bii ihot opstellen der stukken is overleg gepleegd met den door den minister met het •toezicht op de fondskassen belasten ambte naar. ten einde zeker te ziin dat de admini*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 2