BINNENLAND. Een deel der Dudtsclie oaValerie, die Zde en fjokeren bezette, kwam van den kant van fl^venneedken, waar de uhlanen verschillcn- ra personen verwonden. Bij Bastelaere had fcn gevecht plaats tusschen Belgen en Duit- ïdiers; aan weerskanten werden eenigen ge- W'ond. i Te Quatreoht werd een Duitsdhe automo biel. waarin zich vier officieren, een soldaat gn een chauffeur bevonden, verrast door een ftcntail Fransche marine-soldaten en eenige BcJgcn. Allen die in de auto zaten, werden gedood. Te MeUe staken de Belgen een fa briek van verfstoffen in brand, om den vijand Ie beletten zich er in te verschansen. In cte omstreken van Medle werden talrijke gevangenen gemaakt» Tweede telegram. In het hevige ge vecht by Quatrecht en Melle verloren de Duit schers meer dan 600 man aan dooden en een groot aantal gewonden. De Fraaische mari- cüiers namen na een bajonetaanval 400 Duit schers gevangen. De vijand moest zich naar Oordeghem terugtrekken. Het gevecht werd hedenmorgen hervat in de omstreken van Lede. Door de militaire autoriteiten is het vol gende officieele communiqué bekend gemaakt: De Duitsdhe troepen, die op weg waren Daar Gent langs den rechteroever der Schelde, werden in den loop van den 9en te Quatrecht aangevallen door Fransche mariniers, die ge steund werden door twee afdeelingen Belgi sche artillerie. Zaterdagmorgen moesten de Duitschers, die gesteund werden door sterke artillerie, voor het krachtig offensief der dap pere mariniers en den overvleugelenden aan val der Belgen, zich haastig terugtrekken naar Aalsl- Zij leden groote verliezen. De berichtgever van het N. v. d'. D. meldt uit Roosenidaal: Ik ben vanmiddag naar Vlissingen gegaan om te trachten van daar over te steken naar IBreskens of Terneuzen en verder dan getui ge te zijn van den terugtocht van het Britsch- Belgische leger, maar toen ik vannacht om drie uur Vlissingen had bereikt, bleek rac de overtocht eenvoudig onmogelijk, omdat alle booten door dé militaire autoriteiten in beslag genomen waren voor het transporteeren van Belgische en Britsche soldaten. Tegen vijf uur kwamen de eersten aan. een zeshonderd man, meest Belgen van alle regimenten en wape nen. Doodop waren de menschen na hun we ken lang vechten en hun a cht-en-veertig uur aan één ©tuk wandelen nu. Bijna zonder uit zondering hadden ze de voeten totaal stuk ge- loopen onder het slof. Hongerig en uitgeput trokken ze Vlissingen binnen. Van de Engel- Schcn waren het vooral mannen van de Royal Naval Brigade en ook enkelen van de Royal Engineers. Over het geheel genomen was de indruk dien de Engelschen maakten beter, naar die hadden dan ook niet de ontberingen tn de weken vechten achter zich van de Bel- jen. Het verhaal was van allen hetzelfde: éên en tl ellende. Toen Vrijdagochtend de terugtocht uit Antwerpen begonnen was, probeerden de Duitscliers onmiddellijk, zooals te begrijpen was den aftocht onmogelijk te maken door bij Dendermonde den vijand in de flank aan te vallen. Wel werd het Britsch-Belgischc le ger gedekt met flinke troepen op de flanken, maar die waren alleen maar voor infantexie- eanvallen en de Duitschers wasten met artille rie bij Dendermonde door te rukken en over St. Nicolaas heen de flank van den «ijand aan te vallen. Dat gebeurde met artillerie, die op een kilometer of acht afstand bleef en toen 3eze met verbijsterende juistheid shropnells odthraakte op de terugtrekkende bataljons, ontstond er al gauw een soort paniek onder de terugtrekkende^, omdat men geen vijand zag en alleen maar die ellendige shrapnells met ontzettende juistheid in de gelederen zag springen, waardoor telkens mannen vielen. De Engelschen, die nog over de meeste phy- sieke en moreele kracht beschikten, omdat ze het kortst aan het front waren geweest, onder gingen den vuurdoop als helden, 'hierin voor gegaan door hun officier*-», maar de Belgen voelden dit als het toppunt hunner ellende, die niet meer te dragen was. Hun officieren baden en smeekten hen kalm te blijven, maar niet overal gelukt dat. Te verwonderen is het n5et. Ze zaten nu in het uiterste hoekje van hun verloren land. Het eenige stukje, dat nog ziet dn 's vijands handen was, hun sterkste Uelling Antwerpen, was niet bestand geble- ien, ondanks hun moed en ondanks de te late hulp der Britten; ze zagen den weg naar den vrijen aftocht afgesneden en voelden de on verschillig makende doodelijke moeheid van de laatste weken dapper vechTen. Ze wilden weg van dien moordenden regen van lood en Ijzer, die fluitend op hen afkwam en met tielsch lawaai boven hunne hoofden en in hunne gelederen barstte, zonder dat een vij and te zien was. Ook voor de Engelschen stond het vast dat er te kiezen was tusschen twee dingen: langzaam wachten tot het shrapnell- ruur ook den laatsten man getroffen zou heb ben of terugtrekken op de grens van het neu trale Holland. Men koos het laatste en trok kalm terug, onafgebroken gevolgd door liet vuur der onzichtbare Duitsche kanonnen. Van Sint-Nicolaas ging (het over binnenwegen naar Klinge, even ten zuiden van Hulst, w?,ar men de wapens en munitie afgaf aan de IIol- landsche soldaten en doorgestuurd werd naar Terneuzen en van daar met booten naar Vlis singen. Een deel van de achterhoede had echter geen kans gezien het neutrale gebied te be reiken en werd afgesneden door -de Duitschers »n in de gevechten gedood of gevangen geno men. Hoe groot dit aantal is. kan ik niet vaststellen, maar wel meen ik te weten dat het niet meer dan een paar duizend zijn De hoofdmacht bereikte met koning Albert en de Engclsche en Belgische états-major vei lig Ostcnde. Toch zijn er in Hulst door onze mannen ook vele officieren geïnterneerd. Om trent kolonel Maxwell van het Collingwood- Battaljon of the Royal Naval Brigade vernam dat hij door een sfhrapnell doodelijk ge troffen werd. Den geest, dien ik onder de Engelschen troe oen opmerkte, zal ik niet lacht vergeten. Ik had het altijd voor een mythe gehouden, dat mannen zouden huilen, omdat him de gele- genh- :'l benomen was, tot (het laatste toe met hun kameraden te strijden. Nu heb IE er zul- ken ontmoet, die me wecnend zeiden: „Had Ik maar kans gezien tnc in de pan te laten nakken met onze mannen die afgesneéen tijn, liever dan te weten dat ze allen moeten vech ten tot het laatst". Alle Engclsche soldaten vonden het onver antwoordelijk, dat zij zonder goede artillerie naar de stelling Antwerpen waren gezonden. Ze hadden maar een paar scheepskanonnen te hunner besolükking. Over de leiding en den moed hunner officieren konden ze geen woorden van lof genoeg vinden. Ook de Bel gen prezen ze als goede strijders. De Britsche ministers van oorlog en marine, kolonel Seely en Winston Churchill, waren Maandag in de forten geweest. Over dc ellende, die ik weer gezien heb van de vluchtelingen, zal ik maar zwijgen. Ik ben in drie dagen en drie nachten vrijwel zonder sllaap geweest en meestal zonder eten, en de geweldige indrukken van wanhoop en van gevaar heb ik te sterk gevoeld, dan dal Ik er nog over kan schrijven. Er is een grens, en als men daar overheen is, zwijgt men, en weet men alleen dat men leeft. Juist zooals de dui zenden vluchtelingen, die huis en goed, ge liefden en verwanten kwijt zijn en slechts dóérheen loopen, waar 'het leven nog veilig is. Het Belgische gezantschap te 's Gravenhage bericht: De regeering van den, koning der Belgen heeft uitvoerige inlichtingen ontvangen om trent den hongersnood, die zich in alle provin ciën, welke door den overweldiger zijn bezet, doet gelden. Na Luik, dat reeds hongersnood lijdt sedert langen tijd, is die thans ook uitgebroken in Brussel en ook de bevolking der voorsteden zucht onder denzclfden geesel. Te Namen, in Luxemburg en in Henegou wen, met de talrijke bevolking achter Char leroi en Bergen, ontbreken de noodzakelijk ste levensmiddelen. Nogmaals het volkerenrecht en met name artikel 43 van de 4e Haagsche conventie schendend, laat het Duitsche leger, na de Bel gische bevolking al hare hulpbronnen te heb ben ontnomen, haar van honger sterven. Met verontwaardiging protesteert dc Bel gische regeering tegen deze daad van stui tende barbaarschheid, welke zij overlaat aan het oordeel van de beschaafde landen. Londen, 10 Oct. (R.). Verscheidene stoomboo-ten kwamen gisteren te Folkestone aan met vluchtelingen uit Autwerpen. Zij brachten ook bijna 600 gewTonde Belgische sol daten aan, die per ambulance-automobiel naar het hospitaal te Ramsgate werden gebracht. Parijs, 10 Oct (R.) Communiqué van drie uur namiddags. De actie duurt voort onder bevredigende omstandigheden. Wij hebben ons gehandhaafd op het geheele front, ondanks de hevige aan vallen van den vijand op verscheidene pun- ben. Op den linkervleugel, in de streek tusschen La Basseé, Armentières en Cassel hebben ge vechten plaats gehad tusschen de tegenover eikaar geplaatste cavallorieën, die tamelijk verward waren wegens de gesteldheid van hei terrein. Ten noorden van de Oise verkregen onze troepen werkelijke voordeelen. Tn de streek van Saint-Mihiel maakten wij merkbare vorderingen. Tweede telegram. Communiqué van eüf uur des avonds. De hedenavond uit het groote hoofdkwar tier ontvangen berichten vermelden ons slechts gevechten tusschen de beide kavalle- rieën ten zuidoosten van Rijssel, eene hevige actie van het zuiden naar het noorden en oosten van Atrecht en zeer levendige aanval len van den vijand op de Maashoogten. P a r ij s, via Londen, 11 Oct. (R.) Com muniqué van drie uur namiddags. Aan onze linkervleugel is de Duitsche ka- vallerie geslagen ten oosten van de Aire en trekt zich terug naar het district Armen tières. Hevige aanvallen van den vijand zijn terug geslagen tusschen Atrecht en de Oise. Wij hebben kleine vorderingen gemaakt ten noorden van de Aisne, inzonderheid in de streek ten noorden en ten westen van Soissons. Tusschen Craonne en Reims zijn Duitsche nachtelijke aanvallen teruggeslagen. Aprimont is genomen en hernomen; het blijft in onze handen. Alles te zamen genomen hebben wij overal onze stellingen gehandhaafd. Tweede telegram. Communiqué van elf uur des avonds. Er is geene enkele nieuwe bijzonderheid te vermelden, behalve dat bij Lassigny een vaandel is genomen. De indruk van dezen dag is bevredigend. Londen, 12 Oct. (R.) Het persbureau brengt een verhaal van een ooggetuige, waar in de Duitsche en de Fransche en Engelsche uniformen mot elkaar vergeleken worden uit een oogpunt van onzichtbaarheid. Het Engelsche hoofdkwartier klaagt over de verspilling van munitie en doet opmerken, dat er eene gedeeltelijke stilstand van de actie aan het front is in afwachting van een algemeen voorwaarts gaan. B e r 1 ij n, 11 Oct. (W. B.) Mededeeling van den generalen staf uit Ihct groote hoofd kwartier van 11 Oct des avonds: Ten Westen van Rijssel werd door onze ca valerie den lOen Oct. een Fransche cavalerie- divisi volkomen en bij Hazebrouck een ande re Fransche cavalerie-divisie onder zware ver liezen geslagen. iDe gevechten aan het front leidden in het Westen tot heden tot geen beslissing. Over den bij Antwerpen behaalden birit- kunncn nog geene mededeelingen verstrekt worden, omdat dc gegevens daarvoor, zoo- als tc begrijpen is, nog ontbreken. Ook over het aantal gevangenen en over het aantal Engelsche en Belgische soldaten, die de Nederlandsche grens zijn overgegaan, is nog geen definitief oordeel te vormen. P a r ij s, 1 1 Oct. (R.) Twee Duitsche vlieg tuigen hebben een twintigtal bommen neerge worpen, die in verschillende wijken zijn neer gekomen. Drie personen zijn gedood, twintig gewond. Schade is aangericht op verschillen de plaatsen, met name in de rue Lafayette van den faubourg Saint-Antoine. Een bom viel op het dak van de Notre Dame, tonder te sprln- i«cn- Verscheidene Fransche vliegers stegen op l om de vijandelijke vliegtuigen te vervolgen. P a r ij s, 10 Oct. (R.) Communiqué van 3 uur namiddags. Aan de grens van Oost-Pruisen duren de zeer levendige gevechten voort. De Russen behaalden partieele voordeelen; zij bezetten Lyck. Het beleg van Przesmvsl duurt voort on der omstandigheden, gunstig voor de Russen, die door bestorming een der forten van de hooflinie hebben genomen. Petersburg^ 10 Oct. (Telegraaf-agent- soliap). Mededeeling van den grooten gene ralen staf van 9 October: De gevechten aan de Oost-Pruisische grens duren met dezelfde hardnekkigheid voort. De van Lyck terugtrekkende Duitsche troe pen laten de bruggen in de lucht vliegen. Op eenige plaatsen tusschen Ivangorod en Sandomir hebben artillerie-gevechten plaats gehad met den vijand, die de Weichsel nadert. Budapest, 10 Oct. (W. B.) Via Rumenië wordt bericht, dat Petersburgsche telegraaf- agentschap bekend maakt, dat de czaar het opperbevel over het leger met Bresl-Ll- towsk als hoofdkwartier op zich genomen heeft. De minister van oorlog Socchomlinow fungeert als adjudant-generaal van den czaar. Grootvorst Nikolaas Nikolajewitsch heeft het opperbevel over het noorderleger aanvaard. W e e n e n, 10 O c t. (W. B.) Officieel wordt heden middag bekend gemaakt: Gisteren on dernam de vijand nog een stormaanval op het zuidelijk front van Przeraysl, die de bezet ting weder onder zware verliezen van den aanvaller terugsloeg. Daarna werden de te rugtrekkende bewegingen van de Russen voor de vesting algemeen; zij moesten het weste lijke front geheel ontruimen. Onze cavallerie is daar reeds binnengereden. De door de snelheid van de operatiën in Russisch Polen in verwarring gebrachte te genstander beproefde wel zijn aanval op de vesting door het vooruitbrengen van troepen- afdeeüngen naar het westen te dekken, maar was nergens in slaat tegen de toesnellende legers stand te houden. De vijf a zes* Russische infanieriedivisiën, die bij Lancest verschenen, zijn op een te rugtocht, gelijkend op eene vlucht, naar de San. Ook werden eene kozakkendivisie en eene infanteriebrigade, die ten oosten van Dysnow eene versterkte stelling bezeilen, na een kort verzet teruggeworpen. Onze troepen zijn den tegenstander overal op de hielen. Ook Hongarije zal van dc nog in de koraitaten Marmaros en Baszteroze Mas- zod rondzwervende vijandelijke afdeehngen spoedig geheel gezuiverd. De plaatsvervangend chef van den generalen staf. Generaal-raajoor Von Höfer. B e r 1 ij n, 11 Oct. (W. B.) Mededeeling van den generalen staf uit het groote hoofdkwar tier van 11 October des avonds. Op het Oostelijk oorlogstooneel werden in het Noorden alle aanvallen van het eerste en tiende Russische leger tegen het leger in Oost- Pruisen den 9en en lOen October afgeslagen. Ook de poging der Russen om onze troepen over Schirwindt te overvleugelen, werd ver ijdeld- Daarbij vielen ons duizend krijgsge vangenen ln handen. In Zuid-Polen bereikten de spitsen van onze legers de "WeichseL Bij Grojez, ten Zuiden van "Warschau, vie len tweeduizend man van het 2e Siberische legercorps in onze handen. De officieele Russische berichten over een groote Russische overwinning bij Augustow en Suwalki zijn verzonnen. Welke waarde de officieele Russische berichten hebben, blijkt uit het feit, dat over de geweldige nederlagen bij Tannenberg en Insterburg geene officieele Russische mededeelingen bekend gemaakt zijn. Petersburg, 12 Oct. (Telegraaf-agent- schap.) Mededeeling van den groolcn gene ralen staf. Heden vielen onze bereden voorhoeden verscheidene Duitsche voorhoeden oao en sa belden hen neer; zij, die aan de uitroeiing onLsna^ten, werden gevangen genomen. In den loep van het gevecht werd prins Oleg. de zoon van grootvorst Konstanlijm, die het eerst den vijand bereikte, licht aan het been gewond door een geweerkogel. Aan het Oost-PriuSische front is de toestand onveranderd. De Duitschers. partij trekkenle van hun spoorwegnet, trachten de stellingen te behouden, die zij aan beide zijden van de grens bezetten. Aan den Weicihseloevor hebben verscheidene voorpostengevechten plaats gehad aan de Galicische grens bij het vervoeren van troe pen van de eene plaats naar de andere. In Galicië vormen de Oostenxijksche troepen groepeeringen, die in verschillende richtingen opcreeren. Ondanks al de omzddrtigheid van hun offensief, is onze cavalerie er in geslaagd door een kruisvuur eene op xnamsdh zijnde Oostenrijksche divisie te verrassen en gedeel telijk uiteen te jagen. Weenen, 11 Oct. (W. B.) Officieel. Ons snel vooruitgaan bevrijdde Przemysl van de vijandelijke insluiting. Onze troepen rukten Przemysl binnen. Overal waar de Russen den strijd aanbon den, werden zij geslagen on op hun vlucht naar de rivierovergangen bij Sieniawa en Lezajsk (noord-westelijk van Jaroslaw aan de San) werden zij bij massa's gevangen geno men. Cettinje, IT Oct. (R.) Eergisteren ver sloeg het naar Serajewo oprukkende Monte- negrijnsche leger de Oostenrijksche troepen, die 20.000 man sfterk waren en bracht hun een verlies van 1500 man toe De Oostenrij kers trokken zich terug op Kalinovik, (op on geveer 40 kilometer afstand van Serajewo) en verloren in een nieuw gevecht nog 500 man aan dooden en gewonden. De Monlenegrijnen maakten bovendien een aanzienlijken buit. Londen, 10 Oct. (R.) Lord-kanselier Haldane zeide in eene rede te Newcastle: De groote hoedanigheden van de Duitsche natie zijn. geschandvlekt door het militarisme. Daaraan moet deze oorlog een einde maken. Het Britsche rijk zal liever met eere te gron de gaan, dan te dulden dat België en Neder land geannexeerd, Frankrijk verpletterd en Rusland bedwongen wordt. Maar als wij met de hardnekkige vastberadenheid, die het Brit sche voile kenmerkt, blijven volharden, zullen wÜ ten slofte overwinnen. De vredesvoorwaarden, die wij met onze bondgenooten stellen, zullen zijn, dat de over- heerschende geest van het militairisme. die in de Duitsche natie ieder talent bederft, moet worden gebroken en verpletterd, zoodat hel nageslacht van zulk een verschrikking bevrijd zal zijn. Washington, 10 Oct. (R.) De waar nemende staatssecretaris heeft de berichten, dat de regeering nieuwe bemiddelingsvoor stellen aan de oorlogvoerenden heeft onder worpen, als ongegrond gekenschetst. Hij noemde deze berichten verzinsels van perso nen, handelende met bijoogmerken. Weenen, 9 Oct. WB.) Op eene diplo matieke navraag naar de onderhandelingen tusschen Portugal en Engeland, heeft de re geering te Lissabon, zooals de Reichspost van diplomatieke zijde verneemt, verklaard, dat zij er niet aan denkt de onzijdigheid van Por tugal prijs te geven en dat Engeland haar niet heeft verzocht de onzijdigheid te laten varen. De Portugeesche regeering heeft een credlet van acht millioen gevraagd voor toerustingen. B e r 1 ij n, 10 Oct. (Björnson). In Rusland begint men gebrek aan kolen te krijgen; de bladen te Warschau berichten, dat de prijs 6 tot 7 mark per centenaar bedraagt tegen een vroegeren prijs van 1 Mark. Italië. Rome, 10 Oct. (Stefani). De kardinaal staatssecretaris Ferrata is overleden heden namiddag om kwart over een. (De dood heeft zeer spoedig reeds na enkele weken, den nieuwen paus Benedictus XV den man ontnomen, dien hij gekozen had als zijn voornaamsten raadsman en medewerker). Rumenië. Bnkarest, 10 Oct» (Corr.-bareau). Koning Carol Is heden morgen overleden. (Met koning Carol -van Rumenië is een van de oudsten der regeerende vorsten van Euro pa heengegaan. Den 8/20 April 1866 was hij door eene volkstemming tot regeerend vorst van Rumenië gekozen, in welke waardigheid hij den 12/24 October van dat jaar door de groote mogendheden erkend werd. Den 14/26 Maart 1881 werd Rumenië door een eenstem mig parlementsbesluit tot een koninkrijk ver heven en vorst Carol werd den 10/22 Mei van dat jaar tot koning gekroond. Gedurende bijna eene halve eeuw heeft (hij over (het land geregeerd, dat onder zijn be stuur uit een half barbaarscheh toestand zich tot een constitutioneelen (heeft ontwikkeld. De gewichtige rol, die Rumenië nog niet lang ge leden heeft gespeeld bij de beëindiging van den Balkanoorlog, levert het bewijs wat het land onder de regeering van den nu overle den koning is geworden. Karei (Carol) I, koning van Rumenië, prins van Hohenzollem, was een Md van de twee de, waarschijnlijk oudste maar niet regeeren de lijn van het huis Hohenzollern, die den vorstentitel voert. Hij werd den 20en April 1839 geboren ln Sigmaringen en trouwde dén 15en November 1869 met Elizabeth prinses van Wied» de begaafde dichteres en schrijf ster, dde als zoodanig bekend isonder den nom de plume Carmen Sylva. Dit huwelijk Is kinderloos gebleven, maar in de troonsopvolging is in 1886 voorzien door eene regeling, waarbij prins Ferdinand, de tweede zoon van 'a konings broeder Leopold van Ho henzollern, tot troonopvolger is benoemd» Deze, d4e den 24en Augustus 1865 geboren is, treedt nu dus als koning op. Uit zijn huwe lijk met prinses Marie van Saksen-Coburg en Gotha zijn zes kinderen gesproten, twee zo nen en vier dochters, waarvan de oudste is de op 3 October 1893 (oude stijl) geboren prins Carol). Bukarest, 10 Oct. (W. B.) De koning Is overleden in Sinaia. De dood trad in hedeD morgen om half zeven. Bukarest, 10 Oct (Agence roumaine). Het parlement zal morgen bijeenkomen. Erf prins Ferdinand zal ten overstaan van de volksvertegenwoordigers den eed op de grond wet afleggen. Daarna zal hij tot koning van Rumenië worden uitgeroepen. Prins Carol wordt erfprins. Een extra nummer van het staatsblad zal eene proclamatie aan het volk brengen. Weenen, 11 Oct. (W. B.) Door het oor logspersbureau wordt officieel gemeld: De opperbevelhebber van het leger, aarts hertog Friedrioh, richtte aan den Rumeen- schen ministeripresident en minister van Oorlog, Bratianu, hetf volgende telegram: Het is mij een behoefte des harten, aan het roem rijke Rumeensche leger, naar aanleiding van het smartelijke en zware verlies, dat het door het overlijden van koning Carol, zijn schep per, oppersten krijgsheer en zegenvierenden leider, heeft geleden, de oprechte deelneming van -'t in het veld staande Oostenrijk-TIon- gaarsche leger en der oorlogsxnarine uit te spreken. Allerlei. Lissabon, 10 Oct. (R.) Verscheidene personen zijn gedood en een honderdtal ge wond bij eene ontploffing, die hier in de gas' fabriek is voorgekomen. Uit de Pers. De Steunbeweging. In de jongste aflevering van De Samen leving, geeft prof. Is. P. de Vooys uiteen zettingen over „De Steunbeweging", die, in het leven geroepen door de bizondere tijdsom standigheden, ook blijvend kwaad tracht aan te tasten. „De Maatschappij van Nijverheid, het Nederlandsche Landbouwcomité, en de Nederlandsche Tuinbouwraad, zijn drie groote organisaties, die de belangen der hoofdbronnen van ons bestaan behartigen. Door hun deelname aan het steuncomité is vooral uitgedrukt, dat het niet uitsluitend philantropische bedoelingen had, maar tot herstel van 't geschokte bedrijfsleven in de allereerste plaats wilde bijdragen. De Werkloosheidsraad is nu de verbin- ding tusschen dit streven, en het lenigen van nood door toegewijde hulp en armen zorg. De werklooze en d*» nn\n>er zitn twee *e®r van elkaar te onderscheiden typen. De pau per, die door allerlei oorzaken naar bene den is gezakt en door onbruikbaarheid op hulp is aangewezen, zal als regel zonder werk zijn. De armenzorg helpt hem en tracht zijn onbruikbaarheid of zijn parasi tisme weg te nemen, vooral ook door arbeid. Het is echter onjuist en voor onzen tijd geheel niet meer passend, de paupers werk- loozen te noemen, of juister gezegd, in alle werkloozen een minderwaardige categorie van personen te zien. Dit geldt in gewone tijden, maar is boven alles duidelijk in deze dagen. De werkloo zen, die bijzonder de steun en aandacht verdienen, zijn de volkomen valiede perso nen, die niets liever zouden doen, dan hun vak uitoefenen, waarin zij bekwaam zijn en waardoor zij een bestaan hebben. Het zijn invloeden geheel buiten hun wil, die hen werkloos maken en daardoor met armoe bedreigen. Naarmate hun gewone maatschappelijke positie beter is, en zij werd in de laatste jaren voortdurend beter, zijn zij scherp afgescheiden van de armlastige personen, en is hun grootste eer en wensch om buiten armenzorg te blijven. De grootste gevaren dat het toch gebeuren moet, liggen in de kans van werkloosheid. Vandaar dat zij zich daartegen willen verweren. Niet alleen echter van hen zelve, maar ook van allerlei andere personen is in de laatste jaren een streven uitgegaan om tegen de werkloosheid van de geheele valiede ar beiders den strijd aan te binden. Geheel voorkomen is niet mogelijk. De aard onzei voortbrenging veroorzaakt noodzakelijk schommelingen ln de productie, die voor de arbeiders gebrek aan werkgelegenheid beteekenen. Wat echter wel mogelijk is, leert de er varing en daarvan dient een ruim gebruik gemaakt te worden. Afgescheiden daarvan is het lenigen van nood onvermijdelijk en de overtuiging wint veld, dat armenzorg daarvoor niet behoort te zijn aangewezen. Waar dit zoo lang wel het geval was, en uit gebrek aan beter, geschiedde het ten nadeele der werkloozen en deed het schade aan de ontwikkeling van armenzorg. Langs verschillende wegen is de bestrij ding der werkloosheid geworden tot een streven om de arbeidersbemiddeling tot ontwikkeling te brengen, de emigratie te leiden, de werkverschaffing in een juister maatschappelijk verband te brengen, en de eigen hulp der arbeiders in den vorm der wcrkloozenverzekering aan te moedigen. Dit alles kon niet genoeg geschieden door de vereeniging, die het zich ten doel stelde, n.l. de Nationale Vereeniging tegen de Werkloosheid. Naast haar ontstonden an dere nationale bonden, en bovendien bleven de vakvereenigingen hun eigen weg volgen. Het is gelukt in Juni een band te leggen tusschen alle vereenigingen, die bij de werk- loozenzorg van de nieuwere denkbeelden uitgaan, en de practijk er van met kracht beoêfenen. Die band is de Werkloosheids- raad, en de proef op zijn bruikbaarheid is al zeer snel gevorderd, nu in deze buiten gewone omstandigheden naast en met ar menzorg een werkloozenzorg van zeer groo ten omvang te organiseeren is. Na deze uiteenzetting is het duidelijk, dat het Koninklijk Nationaal Steuncomité door zijn samenstelling de waarborg geeft, dat niet alleen een armenzorg op groote schaal beoefend zal worden aan alle noodlijden den, maar dat met behulp van de vertegen woordigers onzer bronnen van bestaan, ge streefd zal worden de werkloosheid als een maatschappelijk verschijnsel op te vatten met alle konsekwenties die daaraan ver bonden zijn." Berichten. Aan de Staatscourant van Zondag 11 en Maandag 12 October ontleenen wij de volgende Koninklijke besluiten: met ingang van 1 Nov. 1914, aan den heer mr. H. S. van Lennep, te Amsterdam, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijne be trekkingen van plaatsvervangend voorzitter van den raad van beroep voor de vermogensbelasliny te Amsterdam en van dien voor de personeele belasting aldaar, met dankbetuiging voor de diensten in die betrekkingen bewezen met ingang van denzelfden datum, benoemd tot plaatsvervangend voorzitter van den raad van beroep voor de vermogensbelasting te Amsterdam en van dien voor de personeele belasting aldaar, de heer jhr. mr. J. F. Backer, advocaat en procureur te Amsterdam met ingang van 20 Oct. 1914 is bij het Depar tement van Landbouw, Nijverheid en Handel benoemd tot adjunct-commies, mr. C. W. Rit- ter, thans tijdelijk als zoodanig werkzaam. Eerste Kamer. Het aanvangsuur van d:e aanstaande Dinsdagavond te honden ver gadering van de Eerste Kamer der Staten- Generaal is nader vastgesteld op half tien ln plaats van half negen, zooals aanvankelijk was bepaald. Mr. G. van Tienhoven, t Mr. G. van Tienhoven, oud-commissaris der Koningin, in Noord-Holland, oud-burge meester van Amsterdam en oud-minister van Binnenlandsche zaken, is hedennacht te Haar lem overleden. Mr. G. van Tienhoven werd in 1841 geboren te De Werken en Sleewijk. Hij studeerde aan de Universiteit te Utrecht en promoveerde al daar in 1866 tot doctor in de beide rechten op proefschrift: „Beschouwingen over rechts persoonlijkheid." Hij vestigde zich te 's Gra venhage, alwaar hij benoemd werd tot refe rendaris bij het departement ran justitie, welk ambt hij in 1869 neerlegde wegens zijn be noeming tot hoogleeraar aan het Atheneum Qlustre te Amsterdam. Na 1874 was hij wet houder van Amsterdam, lid der Proviucinlë Staten van Noord-Holland en lid der Tweede Kamer. In 1879 werd mr. ran Tienhoven be noemd lot burgemeester van Amsterdam en in 1880 gekozen tot lid der Eerste Kamer voor Noord-Holland. Van 1891—1894 was de heer van Tieuhoven minister van buitenlandsche zaken. Zijn laat ste functie was die van commissaris der Ko ningin in Noord-IIolland, welke hij aanvaard de in 1897 on waarin hij is opgevolgd door den tegen woordigen limctiomtarls mr. "W. F ran Leen wen. Mr. van Tienhoven was commandeur ln de orde van dan Nederlandschen Leeuw en rid der grootkruis in de orde vsd den Eikenkroon.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 2