KOLONIËN*
BINNENLAND.
werpenoars die ik sprak, vooral bang waren
Het is mij niet mogelijk geweest inzage te
krijgen van de overgave-bepaliogen, zelfs
'jttiet om er meer dan, eene genoemde te weten
te komen. Maar die bepalingen moeten in
het algemeen wel gunstig voor Antwerpen
zijn, anders is heit onverklaarbaar hoe de
Êngelsch© en Belgen de stad zoo overhaast
hebben verlaten.
Door de buitenwijken gaand, krijgt men
den indruk van een overhaaste vlucht. De
fcerdeddgingskanonne® zijn overal blijven
staan, netjes in stelling. de monden van het
lichte geschut steken nog door de gaten van
de aarden wolletjes, en elders liggen de hoo-
gere -wallen nog ongerept met de zwaardere
stukken er achter. Er was blijkbaar geen tijd
om het gesehut mee te nemen.
Nu moet ik erkennen dat de toestand van
de stad hopeloos was, toen eenmaal de Duit-
schers or in geslaagd waren hun zware be
legeringsgeschut op tc stellen. Daartegen toch
is niets bestand. En men had Antwerpen mis
schien nog eenigen tijd langer kunnen behou
den, maar dan ware de stad ook totaal ver
woest geworden. Men heeft er, terecht, de
voorkeur aan gegeven om de stad dan maar
niet te verwoesten en haar enkele dagen eer
der in handen van. do vijanden te laten. Al
leen is 't jammer dat men dit niet vooruit
heeft ingezien en de bewoners heelt beang
stigd en gedwongen tot vluchten door de bra-
vour-mededeeling dat de stad tot den laat-
sten steen zou verdedigd worden. Nu zwer
ven al die menschen rond op de Hollandsche
wegen, zonder dak, zonder have, zonder voed
sel, zonder hoop, en hun huizen in Antwer
pen slaan tc wachten of zij niet terugkeeren,
mbescha-.ligd, onverstoord. Waarlijk wel noo-
ielöos. Want wel zijn in Antwerpen huizen
vernield door inslaande granaten. maar.
met de herinnering aan de verhalen van ab
solute verwoesting, mij door vluchtelingen ge
daan, is mij de stad bijzonder meegevallen.
Op sommige "umten is groote schade aange
richt, maar il: durf zeggen dat Antwerpen
lang zooveel niet geleden heeft als indertijd
Luik. Ik ben na mijn onderhoud van vanmor
gen met den commandant van Antwerpen
nog even in Putten geweest, en heb aan den
grens commandant meegedeeld, dat er niet
het minste bezwaar was voor de menschen om
in Antwerpen terug te kecren. Maar zij wil
len niet terug, zijn bang voor allerlei onbe
stemde dingen. Wel kwam ik op den weg
grocpi^s terugkeerenden tegen, mear de mces-
ten blijven liever in veilig Holland.
Ik heb vanmorgen in Putten gestaan te mid
den van groole troepen vluchtelingen, die,
toen ik hian vertelde dat zij wel naar Antwer
pen terug konden gaan. mij bijna dreigden,
alsof ik lien weg jerg. Ik moet erkennen,
dot er ook wr.rcn die juichten en mij de haD-
dan drukten van blijdschap, in het vooruit
zicht van weer naar huis te kunnen gaan.
Een Hollander, die gisterenmorgen per fiets
van Breda over Roosendaal en Esschen zon
der moeilijkheden Antwerpen bereikte en he
den nacht per fiets eveneens zonder eenige
zwarigheid terugkeerde, vertelde het volgen
de omtrent den toestand te Antwerpen:
Aangekomen te Antwerpen uit Merxem,
trof hem de geringe beschadiging. De huizen
die aldaar vernield waren moest hij zoeken.
Van Merxem gaande langs de dokken, viel
het hem op hoeveel schepen er lagen, de
meesten voerden geen vlag, sommige de Ame-
rikaansche. Tal van spoorwagens, met hout
beladen, stonden langs de kranen. De stad
felve leek als uitgestorven. Winkels waren ge
blindeerd. Daar waar de particuliere gebou
wen geen blinden hadden, waren gordijnen
neêrgelaten. Het groote hospitaal naast het
koninklijk paleis is absoluut niet beschadigd,
het koninklijk paleis evenmin. Van het stad
huis zijn slechts van een zijgevel de ruiten
gebroken. Het groote centraal station bleef
intact. De Lieve Vrouwekerk bleef gansch ge
spaard. De algeheele impressie was dat er
zeer weinig in de stad vernield was. Volgens
sen autoriteit aldaar bedroeg de geheele be
schadiging slechts tweehonderd huizen. Het
gerucht liep, dat te Antwerpen proclamaties
uitgevaardigd waren, dat mannen van 13 tot
10 jaar door de Duitsche regeering zouden
opgeroepen zijn om te werken. Dat is on
juist, ook de autoriteit ontkende zulks. Heele
karavanen vluchtelingen keerden terug en
klaagden over de ondervonden ellende. Den
lerugkeerenden geschiedt hoegenaamd geen
Jeed. Ze waren blij terug te zijn. Duizenden
Duitsche matrozen en Infanteristen trokken
zingend in geregelde troepen door de stad.
Dc terugkeerenden brachten zelf voedsel me
de, wat gelukkig was. aangezien alle winkels
gesloten waren. Alles Egt stil, nergens
hcerschrte eenige bedrijvigheid. Het fort van
Brassehaet was into at. De Duitsche vlag er
>p. Uit alle huizen stak de Belgische vlag. die
de Duitscher ongemoeid laat. Uit het stad
huis van Antwerpen woei geen vlag. Uit het
stadhuis van Brassehaet woed de Belgische
vlag. De Duitschcre hadden aan de politie
nog geen orders gegeven en haar in het bezit
gelaten hunner wapenen.
Omtrent de bezetting van Gent verneemt
het N. v. d. D. nader:
Maandagmorgen omstreeks 10 uur kwam
een troep Duitsche cavaleristen hier aan, die
;ich naar het stadhuis begaven. De comman
dant vervoegde zich bij den burgemeester en
wethouders, waarna op het stadhuis de Duit-
sdhe vlag geheschen Averd. De kleine troep
trok vervolgens, voorafgegaan door de wet
houders Anseele en de Bruvne, naar
het Post- en Telegraafkantoor, waar eenige
bevelen gegeven werden. Vervolgens trok men
enter de brug van St Michel door de Rue is
Haute verder. Een grootere colonne wordt
elk oogenblik verwacht. Een kleine bezetting
la te Gent achtergebleven.
De T e 1. meldt dat de Duitschere met volle
muziek hun intocht hielden, juist even nadat
de laatste Engelschen de stad hadden verla-
ten. Onmiddellijk werd het stadhuis, de post
kantoren en de stations in bezit genomen en
verwisselde men de Fransche, Belgistohe en
Bngelsch vlaggen voor de Duitsche vlag. Ook
werd al (het aanwezige geld in de kas van
het postkantoor direct in beslag genomen. Een
proclamatie werd uitgevaardigd, waarin men
bekend maakte, dat tot en met Dinsdag, zij,
die dit wenschen, <le stad kunnen verlaten,
daarna krijgt niemand, meer verlof heen te
ja an. Velen honderden Belgen hebben daarop
de stad .verlaten.
Uit Selzaete meldt men: Maandagmorgen
kwamen hier vijf uhlanen aan, gevolgd door
500 man troepen, die de plaats bezetten.
"Wachtebeke is niet door 5000, doch door 500
Duitscfhers bezet
De telegrafische verbinding met Gent 19
verbroken, terwijl ook het treinverkeer tus-
schen Gent en de Nederlandsdhe grensplaat
sen is gestaald. Het station St. Nicolaas is
door de Duitschers bezet, op het stationsplein
zijn kanonnen en mitrailleuses geplaatst
Een redacteur van het Persbureau Vaz Dias
bad een onderhoud met den heer Gustave
Jaspaers, redacteur van de „Matin" te Ant
werpen, die op het laatste oogenblik, onder
den bommenregen, zijn stad verliet. Deze ver
klaarde dat België. In plaats van zich bij
Duitschland s vijanden te voegen, aanvankelijk
weigerde den door Frankrijk aangeboden
steun. Dit blijkt reeds uit de diplomatieke cor
respondentie, gepubliceerd in het Engelsche
witboek en het Engelsche grijsboek. Niette
min wekt deze weigering onze verbazing op.
België immers had, na den Duitschen inval,
hert recht Frankrijk ter hulp te roepen en de
Fransche leger^ waren gereed om België bij te
staan van af den Sen Augustus, ofschoon, ge
lijk verder blijken zal, tot op dien datum niet
de minste verstandhouding bestaan had tus-
schen de commando's der beide legers.
„Waarom riepen de Belgen de hulp niet
in?"
Hieromtrent vertelde de heer Jaspaers ons
hert volgende: Ik stond aan het sterfbed! van
een hooggeplaatst officier, die te Luik doode-
lijk verwond was geworden. Hij verzekerde
mij, dat de Belgische opperbevelhebber, rid
der de Selliers de Moranville, Fi jnkrijk's hulp
geweigerd had.Den 3en Augustus hadden de
Franschcn lïem voorgesteld met een belang
rijke legermacht naar Luik op te trekken en
een front te maken, gaande van Hasselt over
Leuven, Luik, Namen en Dinanl naar Givet.
Maar om welke reden weigerde generaal
de Selliers de Moranville het Fransche aan
bod?
België was een neutraal land en mocht niet
dulden, dat twee vijandelijke legers het tot
hun slagveld maakten, want zoowel Frankrijk
als Duitschland hadden hierbij groot belang
gehad Eerst den 7en Aug. besloot de Fran
sche staf het garnizoen van Namen met een
paar Fransche regimenten te versterken Het
is toch zoo klaar als goud, dat als wanneer
er maar een schijn» van verstandhouding was
geweest tusschen België en Frankrijk, de
Franschen geen oogenblik zouden geaarzeld
hebben hun front op te stellen langs dc Maas
vanaf Givet tot de Hollandsche grens. Niet al
leen zouden zij aldus groote kans gevonden
hebben hun land van den Duitschen inval
langs België te vrijwaren, maar: zij hadden
aan de Maas zelve een natuurlijke verschan
sing. die bijna onmogelijk door den vijand te
overschrijden was. België meende dus (en
volgens deze overtuiging handelde generaal
de Moranville) dat het ln deze kritieke dagen
het meest zou gebaat zijn door volgens eer en
geweten zijn: plichten van neutralen staat in
haar uiterste consequentie te aanvaarden, en
de Bondgenooten, niet minder trouw aan het
verpande woord, eerbiedigden deze ziens*
wijze, ofschoon Frankrijk zich hierdoor een
onberekenbaar strategisch voordeel liet ont
gaan. Omtrent de beweegredenen, die gene
raal de Moranville tot zijn weigering deden
besluiten, deelde de heer Jaspaers ons nog
meer mede, dat thans echter niet voor open
baarmaking geschikt is. „Trouwens", vervolg
de onze zegsman, „ik heb persoonlijk een om
omstootelijk bewijs, dat er geen schijn kon be
staan van verstandhouding tusschen België en
Frankrijk vóór den oorlog. Indien die ver
standhouding werkelijk bestaan had, zou
Frankrijk zonder de weigering van de Mo-
ranville van den eersten dag af in de moge
lijkheid geweest zijn te komen in België. Die
mogelijkheid bestond niet, zelfs niet op hel
einde der eerste oorlogsweek, dit kan ik per
soonlijk Bewijzen."
Hoezoo?
Frankrijk had geen kaarten van België vóór
den 8en Augustus. Dit kan Ik met te meer
zekerheid volhouden, daar ik het zelve ben,
die de Belgische kaarten naar het Franscho
kamp heb overgebracht.
„Dit schijnt ons van het hoogste belang.
Kunt u ons oo-k zeggen op welke wijze dit ge
schiedde?"
,Volgaarne, ofschoon men mij verzocht
heeft omtrent mijn zending het stilzwijgen te
bewaren. Maar nu zijn er reeds meer dan
twee maanden verloopen en er is reeds zoo
veel gebeurd, dat ik er geen enkel bezwaar
meer in zie, te meer daar ik het mij als een
plicht beschouw zooveel mogelijk het mijne
bij te dTagen tot het puhllceeren der waar-
held."-
Ziehler dus:
„Daar ik een auto tot mijn dispositie had,
had ik mijn diensten aan mijn vaderland aan
geboden. Op Vrijdag 7 Augustus vroeg
een luitenant, Ingedeeld bij het „Instituut Car-
tographique" te Antwerpen, of ik niet met do
auto kaarten naar Brussel wilde brengen. In
de hoofdstad zou men mij zeggen of ik verder
gaan moest. Met genoegen nam ik de zending
aan en een vriend vergezelde mij. "We namen
alle kaarten mede, die zich in het Instituut
bevonden. Het was een gansdhe stapel, zoo
veel dat de auto boordevol was en rond 9 uur
vertrokken wij met onzen last naar Brussel.
In het Hotel van den minister van Oorlog
vroeg men ons verder te willen gaan naar
een bestemming, die men ons onderweg zou
aanwijzen. Een officier reed voor ons uit In
een andere automobiel en geleidde ons naar
Namen. In deze versterkte stad was
nog geen Franach 6oldaat te zien.
Van Namen gingen we verder naar Dinant.
Toen wist ik dat we naar een Fransch kamp
moesten en het 1» slechts te Yvoire, dat we
de eerste Fransche soldaten ontmoetten, vijf
of zes hoogstens, die met een kleine af deeling
Belgische jagers-wielrijders een brug bewaak
ten. Aan de volgende bruggen vonden we nog
kleine detachementen Fransche soldaten, tel
kens zeer weinig in getal. In het geheel waren
geen duizend van af Yvodre tot aan do
Fransche grens, Dinant inbegrepen. Het is
eerst voorbij de Fransche grens dal we de
eerste Fransche post van eeoig belang aan
troffen, maar deze was nog niet zoo groot,
daar zij slechts door een komm&ndani aange
voerd ward. Deze officier wachtte ons met o&*
geduld, want, zeide hij, de Fransche troepen
konden niet in België komen, daar ze geen
kaarten bezaten. Ook gelastte hij ons aan het
„Instituut Cartographique" te zeggen zooveel
kaarten bij te maken en ze ten spoedigste naar
Frankrijk te zenden, daar welke we aanbrach
ten op verre na niet talrijk genoeg waren.
Dit alleen bewijst reeds voldoende, dat
Frankrijk er ln hot geheel niet aan gedacht
had België te moeten binnenrukken, anders
had de Fransche staf bij voorbaat wel gezorgd
dc kaarten te bezitten.
Dat ik persoonlijk die kaarten naar het
Fransche kamp Dracht, kunnen twintig per
sonen bevestigen, en hier heb ik nog de pa
pleren, die me als doorgangsbewijs dienden
om door de verschillende posten to komen."
Dit zeggende toonde de heer Jaspaers ons
inderdaad de papieren, die eigenhandig ge-
teekend zijn door baron de Broqueville, mi
nister van Oorlog.
Londen, 120ct. (R.) Officieel communi
qué van drie uour namiddags.
Op den linkervleugel duren de oavalerie-
gevechtcin ra het gebied van La Bassée, Est ai
res en Hazebro-uèk voort.
Tussdheffi Atiredkt en de Oise beproefde de
vijand te vergeefs verscheidene aanvallen, iu
hert bijzonder tusschen Passie, Lassigny en
Roye.
In ihet centrum hebben wij eenige vorde
ringen gemaakt op de hoogvlakten aan de
rechterzijde van de Aisne, beneden Soissons,
en ten Oosten en Zuid-Oosten van Verdun.
Op onzen rechtervleugel, in de Vogeezcn,
werd een nachtelijke aanval vafn den vijand
in de streek van Ban-de-Sapt, noordelijk van
Saint-Dié, afgeslagen.
Hert gisteren veroverde vaandel is dat van
liet 49e- Pommersche infanterie-regiment van
het tweede Pruisische legercorps.
In den loop van den 9eit en in den nacht
van den 9on op don lOen dezer was een bri
gade mariniers in oen gevecht gewikkeld met
een Duitsche strijdmacht, dito teruggeworpen
werd met zware verliezen. Er werden 200
Duitschere gedood en 50 gevangen genomen.
De verliezen aan Fransche zijde bedroegen
9 do-oden. 39 gewonden en een vermiste.
Tweede telegram. Communiqué van
elf uur des avonds. Geen enkel nader bericht
over bijzondere punten is te vermelden. Er
worden steeds hevige aanvallen op het front
geleverd. Op vele punten hebben wij terrein
gewonnen en nergens verloren.
P a r ij s, 12 Oct. (R.) Oificieel bericht.
Hedenmorgen vloog een Taube boven Parijs
en wierp zes bommen. Zes Fransche vlieger-s
vervolgden liet vijandelijke vliegtuig. Er zijn
nieuwe Franache vüege&kaders georgani
seerd, om de vliegmachines van den vijand
na tc zetten.
"Weenen, 12 Oct. (W. B.) Heden middag
wordt officieel medegedeeld
Ons offensief bereikte onder veelvuldige,
voor onze troepen steeds voordeelige gevech
ten de San. Het onrtzet van de vesting Prze-
mj'sl is voltrokken- Ten Noorden en ten zuiden
van de vesting worden de overblijfselen van
hert vijandelijke insluitingsleger aangevallen
Jaroslaw en Lezajsk zijn in ons bezit. Van
Sieniawa gaat eene sterke vijandelijke afdee-
ling terug. Ten oosten van Chryzow vordert
onze aanval eveneens.
In Russisch Polen zijn alle pogingen van
sterke Russische strijdkrachten, om de "Weich-
sel van Iwangorod uit en ten zuiden van die
stad over te gaan, afgeslagen.
De plaatsvervande chef van den
generalen staf,
Generaal-majoor Höfer.
Peteraburg, 12 Oct (Telegraaf-agent-
schap). Communiqué van dien Russischen ge
neralen staf.
Den llen dezer begonnen gevechten op den
linkeroever van de Weddhsel in de richting
ven Iwangorod en Warschau.
Op de andere punten van het front is de
toestand onveranderd.
Detachementen Russische cavalerie zijn, na
verscheidene passen in de Karpathesn te zijn
doorgetrokken, in de vlakte van Hongarije
neergedaald.
Petersbnrg, 12 Öct. (Telegraafagent-
schap). Mededeeling van den generalen staf
der marine.
Den löen werden Duitsche duikerbooten
ontdekt in de Oostzee. Dienzelfden dag, in
den morgen, vielen duikerboolen den kruiser
Admiraal Makarow aan, die in zee stopte om
een verdacht schip, dat de Nederlandsche
handelsvlag voerde, te onderzoeken. De vijand
schoot verscheidene torpedo's af, die echter
het doel misten en volstrekt geen schade aan
richtten.
Den llen om twee nur namiddags vielen
vijandelijke duikerbooten wederom onze krui
sers Bajane en Pallada aan, die in de Oost
zee op den uitkijk lagen. Ofschoon de kruisers
tijdig een zeer sterk artillerievuur openden,
slaagde een duikerboot er toch in een torpedo
te lanceeren tegen de Pallada, waarop eene
ontploffing voorkwam. De kruiser is met de
geheele bemanning gezonken.
Londen, 12 Oct (R.) Een telegram van
de Times uit Sofia bevestigt officieel, dat de
Russische vloot voorbij Koostanza i9 ge
komen, Varende in zuidelijke richting.
Londen, 12 Oct. (R.) Lord Curzon zeide
in een redje te Harrow, dat de inneming van
Antwerpen een wel overwogen deel uitmaak
te van het Duitsche oorlogsplan. Duitschland
wüdto Nederland dwingen hetzij door direc
te® drang, of anders indirect, om zijn wil te
volgen. Het zou dan, tenzij wij ons deden gel
den en zijne plannen verijdelden, zich ver
der geheel wijden aan zijn groot doel, de ver
nietiging van Engeland.
Londen, 12 Oct (R.) Do Morning Post
heeft uit Rome bericht ontvangen, dat de
Portugeeschè gezant de meening uitdrukt, die
intusschen zonder officieele bevestiging is, dat
eene oorlogsverklaring van Portugal waar
schijnlijk is ten gevolge van zijn oud bond
genootschap net Engeland.
Berlijn, 12 Oct. (W. B.) De Amerikaan-
sche Roode Kruis-zending, die naar alle oor-
k>gstooneelen hulpkrachten zendt, is giste
ren hier aangekomen met 63 heeren en dames
«n edgestarpt in hert hotel Adlon. Aan het hoofd
v&n da erpediöto etaat baron Golds chmidt
Rorthedhöck Am de grena werd de xending
ter van Bentheiin begroet. Do Pruisische re-
geermg stelde een extra-trein, ter beschik
king van de missie. In Berlijn ontving vorst
HalzfJeld de leden van de expeditie, die zich
zeer verheugd toonden over de hartelijke,
voorkomende ontvangst door de Duitsche
autorit ei ten. Ook de echlgcnoote van den
Amciridoaanschen ambassadeur was gekomen
om hen te begroeten.
Italië.
Rome, 12 Oct. (R.) De minister van buï-
tenlandsche zaken markies San Giuliano is in
elkaar gezakt. De laatste sacramenten moeten
hem zijn toegediend.
Oostenrljk-Hongarlje.
Serajewo, 12 Oct. In het proces tegen
Princip c.s., de moordenaars van aartshertog
Frans Ferdinand en zijne gemalin, heeft het
O. M. de akte van beschuldiging bekend ge
maakt Tegen 22 personen is de aanklacht
wegens hoogverraad gesteld; drie anderen
worden beschuldigd van medeplichtigheid en
verbergen, van wapenen, die voor hel bedrij
ven van den moordaanslag bestemd waren.
De akte van beschuldiging behandelt uitvoe
rig de geschiedenis van het ontslaan van de
in Belgrado door organen van de Narodno
Odbrana op touw gezette samenzwering. De
reis van de samenzweerders en het binnen
smokkelen van wapenen en bommen in Bos
nië worden beschreven voorts hoe de samen
zweerders In Serajewo mededaders aanwier
ven, hoe zij de wapenen onder elkaar ver
deelden en zich op straat opstelden tot uit
voering van den aanslag.
Princip heeft in de instructie bekend, dat
hij met het tweede schot het hoofd van het
Bosnische landsbestuur, generaal Potiorek,
hoeft willen doodcra. Hij trof echter de gema
lin van den aartshertog.
Uitvoerig worden de motieven van den aan
slag nagegaan. Het stuk schetst de irreden-
tistische intriges in de Groot-Servische krin
gen te Belgrado die tot in het koninklijke
hof hunne vertakkingen hadden; voorts den
stelselmatigen arbeid tot ondermijning van
Oostenrijk-Hongarije en de. Habsburgsche dy
nastie in Servië, Kroatië en Bosnië, die enkel
ten doel had Kroatië, Dalmatië, Istrië, Bosnië
len Herzegowina alsmede de door Serven
bewoonde Zuid-Hongaarsche provinciën van
de monarchie los tc scheuren en bij Servië in
te lijven.
iDe beklaagden Princip, Grabex en Cabrlno-
vic hebben erkend dat zij in Belgrado den
haat tegen de monarchie en de Groot-Servi
sche gezindheid hebben ingezogen. Zij streef
den de vereenlging van alle Zuid-Slaven als
doel na; het uiteenvallen van Oostenrijk-Hon
garije en het ontstaan van een Groot-Servisch
rijk was hun politiek ideaal In den dienst
van dit ideaal hebben zij het plan opgevat
tot den moordaanslag tegen aartshertog Frans
Ferdinand en ten slotte ten uitvoer gelegd.
Rumenië.
Bukarest, 11 Oct (W. B.) Heden na
middag heeft fn de zaal van de Kamer van
afgevaardigden, in het bijzijn van de konink
lijke familie, van de geestelijke en wereldlijke
hoogwaaibi£hei<fl)ekleeders en van het corps
diplomat!qué de plechtige eedsaflegging van
koning Ferdinand op de grondwet plaats ge
had.
Daarna hield dB nieuwe koning eene toe
spraak. waarin hij zeide: Het voorbeeld van
hem, dien wij aüen ais een vader beweene®,
en de overtuiging, dat het slechts door eene
onafgebroken ontwikkeling mogelijk ia de le*
venskracht van het volk te verzekeren, zal
voor mij het richtsnoer xijo van mijne pogin
gen tot ontwikkeling van dezen staat gedu
rende mijn gansahe Heven. Gedurende eene
gelukkige regeering, die den trots van onze
geschiedenis uitmaakt, vond de eerste koning
van Rumeniè telkens wanneer groote gebeur
tenissen hem dezen plicht oplegden, zijn
krachtigste® stoun in de eensgezindheid,
waarmee alle Runrenen zich om den troon
sdhaaaden. Be ben overtuigd, dat de
Rumen en, door deze)gd3e groote vader
landsliefde bezield, ook in de toekomst aan
den troon en het land de eensgezindheid in de
gedachte en in de daad rullen weten te geven,
die het eenige onderpand is van eene gezonde
nationale omtwikkehitg. De Almachtige, die
na zoovele zware beproevingen den arbeid
zegende vam hen, die zich wijdde® aan het
welzijn van deze natie, zal het met zooveel
moeite opgebouwde werk niet laten vergaan
en met liefdie voor dit vofic den rusteloozen
arbeid beschermen» dien ik ais goed Rnmeen
en als koning besloten ben aan mijn dierbaar
land te wijden.
Geestdriftige toejuichingen onderbraken
deze rede en volgden daarop. Ook toejuichin
gen voor koningin Maria werden vernomen.
De voorzitter van het vereenlgde parlement
Pherakyde bracht eene warme hulde aan de
nagedachtenis van koning Carol en verzeker
de den nieuwen koning van de verknochtheid
der wetgevende vergaderingen. Dit lokte
stormachtige toejuichingen uit, die zich her
haalden toen dto koninklijke familie de zaal
verliet.
De dood van koning Garol van Rumteniê is,
ondianks zijne 75 jaren en ofschoon bój in de
laatste weken ongesteld was, toch nog onver
wacht gekomen. Juist in de laatste dagen wa
ren betere berichten over zijn toestand ver
spreid. De dood is Zaterdagmorgen plotseling
ingetreden tengevolge van hartzwakte.
In de levensbeschouwingen, die aan den
overleden monarch zijn gewijd, wordt er na
druk op gelegd, dart met hem een regeerder
en een staatsman van groote gaven en zeld
zaam talent is heengegaan. De Universul, een
te Bukarest verschijnend orgaan, schrijft: „Het
bericht van den dood van den geliefden ko
ning treft ons als een bliksemstraal. Heden,
nu al onze hoop op hem gevestigd was. rukt
een wreed noodlot den leidsman van het mo
derne Rumenië uit ons midden."
De Nordd. Allg. Zeitung drukt oprechte
sympathie voor de regeering en het volk van
Rumenië uit „bij het smartelijke verlies van
een zoo ervaren monarch, die, erven goed
thuis in den oorlog als in eene succesvolle
vredespolitiek, zijn land uit eeraklein, raoeie-
lijk begin tot macht en aanzien heeft ge
bracht". De iBeniijnsche correspondent van de
Köln. Ztg. roemt den overleden koning all
den bekwamen schepper van bert leger, den
stige binnenlandsche verdeeldheid tot poli-
tieken en economischeu bloei heeft gebracht
en het eene geachte plaats in den raad de?
volken, eene gewichtige rol in de lotgevallen
van den Balkan heeft verschaft.
Zooals in -deze tijdsomstandigheden niet
anders was te vcrwachten, komt op eller
lippen de vraag, of het heengaan van koning
Carol van invloed zal znn op den loop dei
gebeurtenissen. De overleden koning heeft
zijne inzichten over 't geen aan Rumenië U
doen staat in den oorlog, die thans woedt
uiteengezet in eene rede, die hij den 4en
Augustus j.l. hield in een door hem gepresi-
deerde kroonraad. Hij kwam daarin met over-'
tuiging op voor het bewaren van Rumenië'g
onzijdigheid in dezen wcrcldstnijd. Zijn doo<J
zoo kort daarna, maakt dit tot zijn politiek
testament. Zal dit testament worden geêen
biedigd door den nieuwen koning Ferdinand,
den neef yan Carol, wiens gemalin van moe
derszijde met de Russische dynastie verwant
is? Dart is de vraag., waarop men nu zoekt
naar een antwoord. De Vossische Ztg.
schrijft in verhand hiermede:
Rusland is altijd bereid, zich van Rumenië
te bedienen, maar nooit hert diensten te be.
wijzen. Wanneer het czaxerxnjlk Oostenrijk-
rijk-IIongarije kon overwinnen met hulp van
Rumemê, dan zou het naaste offer, dat het
moakovietendora zou kiezen, hetzelfde Ru
menië zijn. Dat wist koning Carol. En om
dat hij het wist en omdat hij zijn land en
zijn volk liefhad en hert de vrijheid en de toe^
komst wilde verzekeren, daarom was hij voor
Russische voorspiegelingen en dreigementen
onontvankelijk.
,,Kom ons te hulp! Ga de Donau over,
waar gij wilt, hoe gij wilt, onder welke voor
waarden gij wilt, maar kom ons te hulj)
zoo spoedig mogelijk. De Turken verniet!*
gen ons; de christelijke zaak is verloren.
Zoo bezwoer grootvorst NikoTaae indertijd
vorst Caroi in hert nur van den nood. En la
ter scheepte men den redder in den nood
fff, zooals den Moor, die gedaan heeft wat
van hem werd verlangd. Heden klinkt hef
hulpgeroep niert zoo dringend; de vermanin
gen zijn diplomatischer, meer verfijnd. Maar
koning Carol heeft een goed geheugen. En
hij wilde zijn bloedend land niert ter wille vari
Rusland prijsgeven aan een onzeker lot eri
evenmin ten tweeden male een bondgenoot*
schap aangaan, waarvan Rumenië ten slotte
zelf de kosten zou moeten betalen. Daarover
was men 1 vrijwel eens; zoo lang koning Ca
rol leefde, was in dezen werddstrijd een
partij nemen van Rumenië tegen Oostenrijk-
Hongarije en Duitschland uitgesloten.
,.Nu echter is op een ©ogenblik, waarop
bert wereldhistorische drama zijn hoogtepunt
nadert koning Carol dood. Heeft men nu
eene wijziging in de Rumeensohe politiek te
verwachten? Misschien vleien de vijanden
zich met die hoop. Koning Ferdinand, dié
heden aan de baar van zijn oom treurt, ls de
erfgenaam van zijn troon; hij gaat ook dooi'
voor den erfgenaam van zijn geest. En als
er één ondubbelzinnige les der geschiedenis
voor Rumenië kan zijn, dan is het de on»
voorwaardelijke waarschuwing voor het leo
ninische verbond met hot czarenrijk. Dat
zéker het politieke testament van den eefj?
aten koning van Rumenië, die zich een dank
baar aandenken in zijn land en over de gren
zen de onvoorwaardelijke waandeering van
öRe onbevangen beoordeelaars door alle tij
den heen verzekerd heeft."
door feodaoad en dooft- den bargainee*» rtftartgmftn die bert kmd uirt enw>ede en «ra*
Oost-Indië
Restgevallen op Java.
Regeeringstelegram betreffende pestge
vallen op Java en Madoera, van 23 September
tot en met 6 dezer:
Afdeeling Maiang: 418 nieuwe gévallen, 330
dooden.
Toeloengagoeng: 31 nieuwe gevallen. 29
dooden.
Madüoen: 34 nieuwe gevallen, 32 dooden.
Kectiri: 167 nieuwe gevallen, 145 dooden.
Stad Soerabaja: 36 nieuwe gevallen, 34 doo*.
den, en het overige gedeelte der afdecMng
Soerabaja 30 nieuwe gevallen, 28 dooden.
Paree: 83 nieuwe gevallen, 77 dooden.
Ma get an: 28 nieuwe gevallen, 26 dooden.
Berbek: 12 nieuwe gevallen, 11 dooden.
BangBcalan: 7 nieuwe gevaflen, 5 dooden.
Pamekasan: 20 gevallen, 8 dooden.
Mod jokert o 2, Sidoardjo t, DJomhang 1'
en Lamongan 5 doodelijke gevallen.
In de vorige periode: Molang nog 37 ge
vallen, 27 dooden, Madroen nog 8. Mogetnn
nog 1 en Modjokcrto 1 doodelijk geval
De Staatscourant van Dinsdag 16 Octob^
bevat o.a. de volgende Koninklijke besluiteni
benoemd tort belasting-ontvanger te AVke*~
made M. de Beer, thans te Oosterland; te It-_
tervoort F. A. Larose, belastiagoommies t4
Arnhem; te Loosduinen D. A. Breen, thané M
Lekkericerik; te Meppel buitengemeenten fhr.
"W. C. MoHerué, thans te Lemmer; te Oude4^
bosdh F. Aidriam, thans te Emmenj te 's Héfcg
togenhisdh K. de Graal thans te Helmond; {jP
Venlo J. W. Knottenbelt, thans te Roermobq}*
buitengemeenten; tc Nieuwe Niedorp K. Óf,
Gesner van dor Voort, thans te Zuidlarcn; '- 'y
vooiioopig ook na 31 October tijdelijk bö#
last met de waarneming der betrekking van
belosting-ontvairvger te Hattem R. Koen, veg
floateur der Invoerrechten en eodjnzen
Amsterdam^
benoemd tot consul der Nedertanden is,
Valparaiso, bulten bezwaar dér ecftatkisf?*
Chr. Roeters van. Lennep; fcf.
tot burgemeester van Staid Hard en berg
W. C. Bloem;
op verzoek eervol ontslagen als burgemeeSj'
ter van St. Oedenrode A. M. C. J. A. Sasseifli
benoemd tot directeur van het post- en tgf
legnaafkantoor te Rolsward J. H- M. Lob*
maira. thans te Zwolle.
goedgekeurd, dat G. B. Portuyn, burcremeeé»
ter der gemeente Zwammerdanv ta benoemd t^[
tijdelijk secretaris dier gemeente l
aan mejuffrouw K. Kist er, geboren te W1e§g
baden (Pruissen), vergunning verleend tot h<g
geven van middelbaar onderwijs hier té !end«
mits zij overigens aan de daartoe bij de Vret
vorderde vereischten voldoe t
aan na te noemen personen verlof *©rleenfl
tot het aannemen van de ondersdheldlngfcteeW^
nen achter hunae nemen vermeld