EEN ROMANTISCHE JONGEN „DE E EM LAN DER". Maandag 7 December 1914. BUITENLAND. FEUILLETON. N° 138 13d* Jaargang. Bericht. 'Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Co. HI ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort l.OO* v Idem franco per post - 1.50* por week (met gratis verzekering tegon ongelukken) - 0.10. Afzonderlijke nummers - 0.05. ^Peze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT Intercomm. Telefoonnummer 66. 1. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.50. Elke regel meer- 0.10 Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen tot het herhaald adverteeron in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bovattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Zijdie zich met ingang van t Januari a.s, op dit blad abon- neer en, ontvangen de tot dien datum verschijnende num mers G Ft A. 11S. De Administratie Het verzet der geïnter neerden. Onder het ihoofdje: „Een openbaar onder zoek" schrijft liet Hbld.; «,Met droefheid zal ieder vernamen ikebben, dat gisteren ter handhaving van de orde door onze militairen zes van de Belgische soldaten, die dn ons land een veilige toevlucht zochten en die in het kamp te Zeist waren geïnter neerd, zijn gedood. "Wij zijn overtuigd dat -die droefheid niet het minst door onze soLdaten aclvcn gevoeld zal worden, die een zeer moeielijken plicht voorzeker naar hun beste weten vervuld heb ben. En, naar wij hopen cn vertrouwen, niet Rechts naar hun beste wolen, maar ook op 'de boste en eenig mogelijke wijze. Dook laten wij het erkennen zekerheid dienaangaande bestaat nog niet. Er wordt door de justitie een onderzoek ingesteld en Wij twijfelen er niet aan of dat onderzoek zal grondig en rechtvaardig zijn. Maar, zooals wij reeds zoo dikwijls gevraagd hebben o.a. Ha het spoorwegongeluk bij Bellen, wat de openbaarmaking van den uitslag betreft, niet tevergeefs wij zouden het nderzoek zoo 'gaarne niet slechts grondig en onpartijdig Jnaar ook openbaar willen hehben. Een open haar getuigenverhoor zoo mogelijk, maar in «lk geval een openbaar verslag van hel on derzoek en van de opmerkingen en gevolg- Rekkingen waartoe het aanleiding gaf. De gewone wijze van de orde in een groote massa elf duizend man! roerige en wer- kedooze jonge mannen te handhaven is na tuurlijk niet door op die menschen te schie ten. Er kunnen omstandigheden zijn cn voorzeker waren die omstandigheden in Zeist aanwezig dat dit het eenig overgebleven middel is. Dan mag toch echter in het open haar blijken, welke de omstandigheden wa ren wa,t b.v. het noodlottig gevolg van nog grooter lankmoedigheid en grooter forsch- heid (met minder doodende middelen zou zijn geweest. En tevens of door krachtiger en oor deelkundiger handhaving van de tucht, vóór schieten het eenig mogelijke redmiddel was, deze ramp niet voorkomen had kunnen wor den. En openhaarheid kan daarom op twee wij zen een goed gevolg hebben. Wij 'hebben meer inlerneeringskampen en wellicht zal daarin nog vele maanden de dis cipline gehandhaafd moeten worden. Het voorgevallene mag in geen geval den bewa kingstroepen de overtuiging schenken, dat schieten het probaatste en uitnemends te m:d- iiel is oin de tucht te handhaven. Integendeel, moet en (kan uit een onderzoek vooraf aan het licht komen dat schieten het laatste cn u/tc-r- sle redmiddel is maar in verreweg de meeste gevallen veel erger dan de kwaal, die genezen moet worden en dat het streven moet zijn gebeurtenissen te voorkomen, waarbij dat uiterste red-middel moet worden toegepast. Wij hebben ©enige reden om dit te verkla ren, daar nog vóór het juslitieele onderzoek in deze zaak is aangevangen een opperoffi- eier zijn tevredenheid schijnt betuigd te heb ben met het optreden der militairen. Iloe a er- heugend het moge zijn daaruit af tc leiden, dat er voor tevredenheid ahe reden zal zijn moet toch tevens erkend worden -dat het toejuichen van dit schrikkelijke bloedvergie ten, zonder eenige venklaring cr bij waarom het noodzakelijk was, een ongewenschle uit werking kan hebben op militairen, die met geladen geweer elders de orde hebben te handhaven. Een tweede gunstig gevolg van openbaar heid zou zijn, dat de geiniernoerden de over tuiging kunnen erlangen dat ook met hun rechten rekening gehouden wordt, dat vol doende zekerheid beslaat voor hun veiligheid en voor eerbiediging van huo leven. Zij zijn omringd door gewapende militairen zij mogen wel hooren dat <le geweren door de soldaten gedragen niet al te spoedig aï gaan zullen. Wij hebben ook Engolsche geïnterneerden in ons land: dezen zijn gewoon, dat een open baar onderzoek naar zulk een doodslag plaats vindt. Op het eiland Mann is iels dergelijks gebeurd in een ka/mp van Duilsche geinter- neerden aJs hier te Zeist geschiedde. Binnen eon week was het openbaar onderzoek, met openbaar getuigenverhoor af geloop en. Ook getuigen uit 't kamp zelf waren gehoord: de gegrondheid der grieven, die lot het ernstige relletje aanleiding hadden gegeven, was on derzocht. Engeland is in oorlog en de geinier- neerden waren vijanden van het land wat in Engeland mogelijk was moet op meer be scheiden schaal toch ook in ons land moge lijk zijn." Poliiiek Overzicht. De wereldstrijd. In dc vorige week heeft op het zuid-ooste lijk oorlogstoon eel een sprekend wapenfeit plaats gehad. Het klonk als eene aankondi ging, dat het einde van den strijd in aan tocht is, toen men dc tijding vernam, dat dc hoofdstad van Servië door het Oostenrijk- sche leger in bezit genomen was. .Maar dat geldt van een strijd, die van den reu zenstrijd, die nu gaande is, slechts een wei nig boteekenend onderdeel is. Ilct geschil tussohen Oostenrijk cn Servië is de vonk ge weest, die hel vuur heeft ontstoken; maar hoe de afrekening zal zijn lusschen deze twee lan den, is bij den omvang, dien dc brand heeft verkregen, van geringe beteckenis, en het uitzicht, dat zich daar opent op hel nade rende einde van den strijd, is van geen ge wicht voor den. grooten strijd, die zich uit dal kleine begin lieeft ontwikkeld. Van dien grooten strijd is nog geen einde te zien In de berichten, die ons in dc vorige weck bereikten, is geen spoor tc merken, dal daarop eenig uitzicht opent. Wij zijn van de officieele bulletins gewoon, dat zij nu reeds si nis weken niets belangwekkends inhouden, maar ditmaal werd toch de climax van on belangrijkheid bereikt met de medcdeeling van het Duilsche hoofdkwartier, dal cr van het westelijke en het oostelijke oorlogslerrein niets bijzondere te berichten was. Het is he den juist diie maanden geleden, dat "die Duit- selie weslerlegers hun opmarech. naar Parijs staakten. Den 7cn September werd toet rucht baar, dat de Duilsohers Parijs op zijde lie ten liggen en eene zwenking hadden gemaakt in zuid-oostelijke richting. Daarop is eene aohterwaarlsdie beweging gevolgd, die ech ter weldra tot staan is gekomen, en sedert houden de beide partijen elkander in schaak op eene linie, die zich over honderden kilo meiers uitstrekt van de Noordzee tot aan Belfort. Ontzettend zwaar zijn de verliezen., die deze strijd aan beide zijden kost. Eergisteren hebben wij in een officieel rajpnoit van den Fraaischen opperbevelhebber kunnen lezen, dat alleen in den slag om Yperen de Duil- scliers 120,000 man hehben vc-rlorcn. De mi litaire medewerker van de Times geeft de verliezen van het Engelsche leger op aJs 84.00U man, hetgeen ongeveer overeenkomt met de oorspronkelijke sterkte van het Brit- sclie leger, toen het uitrukte. Dc verliezen in den slag bij Ypercai en Armcntières hebben omstreeks ÖO,ÜOO mail bedragen, waarvan 5500 komen voor rekening van de Indische hulptroepen. Maar deze groote offers hebben nog ïiiel geleid tot een tastbaar resultaat, dat voor de beslissing in aanmerking komb. Een mili taire deskundige schrijft: ,,De sappe is troef. Lr lieelt zich liicr een strijd ontwikkeld, die reeds niet meer is een posüieslrijd, maar een v est ingst rijd, cn wel een strijd om vestingen, dde moe iel ijker zijn te nemen dan gebasti- oneerde steden met pantserforten." Deze deskundige waagt de voorspeiling, dat het gehccle front zal ineenvallen, wanneer op één punt van overwegend gewicht de door braak gelukt. Maar juist daarin is men tol dusver niet geslaagd- Aan beide zijden kar men zicili de verdienste toekennen, -dat men dit aan den tegenstander heeft belet. En het schijnt, d'at diit vooreerst zoo zal blijven. De hierboven reeds aar gebaalde medewerker van de Times schrijft: „Wij moeten toegeven, dat de Duilsche troepen, in weerwil van ver schrikkelijke verliezen, nog talrijker zijn dan wij en dal zij sterke stellingen innemen. Zij bezitten eene geduchte artillerie, die verspreid opgesteld en goed verborgen is. Hun zwaar geschut heeft nog de overhand en begraaft aanhoudend onze mannen door geheele af- deelingcn van de loopgraven te vernielen. Hunne scherpschutters zijn stoutmoedig cn hardnekkig. Hunne mortieren cn granaler berokkenen ons aanhoudend verliezen, en ofschoon hun bespiedingsdienst in de luch' zeldzamer wend, verschijnen toch nog Taube en Albatros-vliegtuigen boven óns en nenieu waar hetgeen wij doen Wij hebben bijn? de geheele regelmatige reserve cn het beste deel der speciale reserve van vele korpsen naar het front gebracht. Wanneer de dé pöls niet langer in slaat zijn geregeld goede manschappen te zenden tot aanvulling van geleden verliezen, dan zou het leger aan hel front gaarne een deel van de nieuwe leger? als aanvulling begroeten. Wij hebben iedere» maai noodig, dien wij kunnen ainden, en wij zullen spoedig moeten overwegen hoe wij d.- nieuwe lichtingen hel best aan hel front ,kun nen gebruiken, hetzij als legers, division er brigades in eenheden of tol versterking vaD bestaande formation. De conclusie, waartoe deze schrijver komt, is dat men aain beide zijden zich zoo heelt versterkt en dat het loopgravcnstelscl zich zoo ontwikkeld hoeft, dat zoowel de Duit- schcrs als de verbonden legers er moeiLijk toe kunnen komen, tot een ernstigen aanval over te gaan; met andere woorden: De strijd, in Vlaanderen is uit. Dal zou hierop neer- konion, dat de beide legers feitelijk dc win terkwartieren hebben betrokken, maar win terkwartieren, waarin men de lasten en ont beringen, aan de oorlogvoering vertoonden-, in dubbele mate voelt. Het is begrijpelijk, dal dit vooruitzicht niets aanlokkends heeft. Van Duilsche zijde wordt dan ook verklaard, dat men niet van zins is winlerkwartieren te be- trekkeu aan den oever van de Yser, omdat het uitstel van de beslissing in den strijd strijdig is met de moderne Duilsohe oorlog voering. De vraag is echter: Iloe kan men er aan ontkomen? In den ouden tijd waren de oorlogvoeren den in dat opzicht er beter aan toe. Men was gewoon in den wintertijd, waaronder wer den verstaan de weken, liggende tussehen liet laatst van November en half MiaaiL den strijd te staken cn de troepen de winter kwartieren te laten betrekken. Nog in den zevenjarigen oorlog werd die gewoonte in acht genomen. In 1857 werd den 5cn Decem ber bij Leuthen door het leger van Fredcrik den Groote gestreden om het recht vajn de overwintering in Silezië, want den winter door te maken achter liet tooneel van den veldltooht, wend beschouwd als eene erken ning, dal men hem bad verloren. Napoleon heelt met het gebruik van de winterkwartieren gebroken. Na den slag bij Jena, den Men October 180(5, ging de oorlog, waarin toon Pruisen aan de zijde van Rus land streed legen Frankrijk, den gcheelen winter door tot Juli 1807, toen hij door den vrede van Tilsat geëindigd werd. Met den overgang van het jaar- 1818 in 1814 brachten de legers van het legen Napoleon verbonden Europa don strijd over op het Fransehe ge bied; in den nieuwjaarsnacht ging Blücher bij Caub over den Rijn. Het Duilsche leger heeft sedert twee win- lerveldtochlen doorgemaakt, in 1804 begon de Decnsche veldtocht in Februari bij sneeuw en ijs. Ln den oorlog van 1870/71 viel de vorst kort vóór Kerstmis in; op den nieuw jaarsdag bereikte de thermometer den laag- sten stand, maar nog in Februari had men ouder de winterkoude te lijden. Vooral iu Frankrijk luid men er zeer onder te lijden, liet is bekend, dat onder den invloed van den harden winter meer nog dan door dc Duil sche aanvallen het oo«lei leger van Bour- baki werd vernietigd; uc ten decle nog zeer jonge manschappen bereikten in deernis waard igen toestand over de passen van de Jura den beschermendeu grond van hel neu trale Zwitserland. De oorlog. Par ij s, 5 Dcc. (R.) Avondcoinmumqué. In België was men op dezelfde wijze werk zaam als den vorigen dag. Wij bevestigden onze stelling ten noorden van het veerhuis, dat Vrijdag genomen werd. Overigens is op hel geheele l'ront niets van belang gebeurd. B e r i ij n, G De c. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uil hel groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Heden nacht werd ICcrmelles, ccnc plaals ten zuidwesten van Bcthune, welker verder in bezit houden in het aanhoudende artillerie^ vuur onnoodige offers zou hebben gcëiscïit overeenkomstig de bedoelingen van den gene) ruien stal door ons ontruimd. Dc nog aan wezige gebouwen waren vooraf vernield. Onze troepen bezetten gereed gemaakte stellingen ten oosten van de plaats; de vijand kon onj tot dusver niet daarheen volgen. Ten westen cn ten zuidwesten van Ailkircb hernieuwden dc Fransclicu hunne aanvallen niet aanzienlijke strijdkrachten, maar zon der suces. Zij leden sterke verliezen. Overi gens kwamen in het westen gecne noemens waardige gebeurtenissen voor. Berlijn, 6 Dcc. (W. B.) Officieel bericht. De in het builculnnd verspreide berichten over teruggaande bewegingen van de Duit sche troepen aan het Yserkanaal zijn onwaar. Parijs, 6 Dee. (R). Namiddag-commu niqué. In België vernietigde onze zware artillerie, niet ver van het veerhuis, waarvan de inne ming gister wei d bericht, een Duilsche hulp- schans. Do vijand trachtte vruchteloos ons Woldendrifl woer te ontnemen Op de rest van iiel freiat en aan dc Aisnc heerschtc een volstrekte rust. In Champagne toceil onze zeer werkzame zware artillerie met succes Duilsche batterijen teruggeslagen- In de Argonne wordt de sap pen-oorlog voortgezet. Wij blijven langzaam verder gaan cn slaan allo aanvallen vafn der vijand terug. Er is ook eenige vooruitgang it» dc streek ten zuidoosten van Varennes, waar de Duilsche artillerie lot zwijgen is gebracht. Van hol overige front ds niets te vermelden. Avond-communiqué. Er is niets nieuws te berichten. WcencB, 5 Dec. (W. BOfficieel be richt. In de Karpalhcn is ook gisteren niets van belang gebeurd. In West-GaKcic ontwikkelden zich bij Tymbark kleine gevechten, die voor onze wapenen gunstig verliepen. De toestand ln Zuid-Polen is onveranderd. In Noord-Po len duurt de. slag voort. Berlijn, 6 Dcc. (W- R-) Bericht van liei opperste legerbestuur uil hel groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Op hel oorlogstcrrein ten oosten van het Masurischc merenplateau hield dc vijand zich rustig. liet verloop van dc gevechten om Locïz beantwoordt steeds aan onze verwachtingen. In Zuid-Polen is gecne verandering. Iglo. G Dec. (W. B.) Dc Obergespau iit hel Louiitaal Szepes ontving gisteren namid' dag het volgende bericht van den regeerings- commissaris. Onze heldhaftig strijdende troe pen dreven de in het Üomitaal Zempliii—Saros binnengedrongen Russen over dc grens. Stropko, welke plaats zich korten lijd iu handen van dc Russen bevond, is weder in ons bezit. De spoorwegverbinding is lol Barfta—Orlo hersteld. B e r 1 ij n, 6 D e c., namiddags (W. B.) Lodz werd lieden 'namiddag cl o o r onze troepen g e n o m c n. Dc Russer zijn, na zware verliezen, op den terugtocht. \V eene u, 6 Dcc. (W. B.j Officieel be richt van lieden middag. De slag in Polen neemt voor de wapenen van dc bondgenoolen ccn gunstigen loop. Di naar West-Gaücië voorwaarts gerukte Rus- Ais wij de macht niet hebben het onrecht et keeren, moeten wij toch den moed hebben om tc zeggen dat hel onrecüit is. levensbeeld door JOANNES REDDING1US I. Jiius, 4e keukenmeid van „Karclshocve", itad. Herman met een zoet lijntje meegekre gen. 't entje was eerst gaan schreeuwen, «eggend, dal hij bij zijn moeder wilde blijven, maar Jans bad liem weten stil te krijgen door te beloven, dat lijj den lieelen dag in den hof (met Sjang zou mogen spelen en dat hij '3 avonds den blaasbalg niocht trekken bij Piel in de smederij. Hierop had hij nog wel even gesnikt en gc- ^egd, 4at oom Gerrit zijn moeder kwaad zou .doen, maar Jans had hem uitgelegd, dat hel Stellig niet gebeuren zou, daar oom Johannes ■r ooktoij was. Dal had den doorslag gegeven, ibom Johannes was alles voor liermanja, (die zou zijn moeder wel helpen. Herman en Jans kwamen geloopen van yjKarelshoeve". 't Buiten, dal zij achter zicb gelaten hadden, lag in een grooten tuin, 'I was gebouwd van donkerroode stcenen en slechts één verdieping hoog, met schuin- oploopeiul dak. Breed was de veranda met de vier houten pilaren. Hoog warén de raam- cieuren van dc tuinkamer, die ondanks het warme woer gesloten bleven. "Wilde rozen doorslingerd met blauwe klokjes schoten we lig op langs de vierkante zuilen. Onder iiel dak bevonden zich twee ramen, met blauw geschilderde kozijnen, waarvóór valgordijnen van riet. Blauw was ook de goot. Vóór hel huis lag een groot grasveld met sierlijk:, bloembedden. Het dikbescheïpte pad, aan dc: linkerkant splitste zich; één weg liep lai de veranda, die eenmaal het huis voorbij, zich weer in tweeën verdeelde en wel zoo, dat één pad, langs het grasveld buigend, naar het tweede hek leidde, en het ander rechts langs den muur gaande opeens ophield, daar, waar het gelijk kwam met de lijn van 'l achterhuis. Het eigenlijke hoofdpad voerde van den stoep naar hei groote hek bij den weg. Aan weerskanten was een rij van altijd groene tuja's, rondom glad gesnoeid. Dieper den tuin in stond het werkhuis en het hok voor de geilen cn daar tegenover, achter het huis, bevond zich het drie meter liooge kip penhok. In vroeger jaren stapten daarin def tige pauwen rond, maar de dieren waren dood, hel ijzeren netwerk was gebleven, nu deed hel als kippenhok dienst. Herman had nooit begrepen, waarom de kippen zoo n niooicn wandcltuin moesten hebben, ze lagen toch maar te luiwammesen in 'l warme zand, 't waren echte vreetzakken, als je zwaaide met je hand kwamen zij haas- lig toeloopen, denkend, dat je ze voer kwui brengen. Ilij plaagde de beesten wel eens,, door een handvol schelpen door 't rasterwerk te gooien, dan krabden zij met de stijve poo len cn pikten nijdig. Herman hield van „K&relshocvc", waarin bij niet zijn moeder en zusje woonde sedert den dood van zij 11 vader, kin gestrikt, mocht bij kijken naar de kleine Kopjes cn naar dc Saksische poppetjes uie predikant was geweest in Pecldorp. Groot moeder had gewild, -dat zij allen bij haar iu huis zouden komen. Hij kende alle kamers beneden en ook de kamertjes boven, hield 'l .meest van den zolder, 't was daar zoo heer lijk rommelig en zoo griezelig. Als hij beneden in de tuinkamer was, moest hij altijd naast zijn grootmoeder op een sloof zitten, hollen en draven was verboden. Alles in die,, ka mei vond hij even akelig, de engeltjes aan 't pla fond met hun dikke, ronde koppen, dc ver bleekte portretten in zware lijsten aan den wand, de sloof, waarop liij moest zitten, hel honderdmaal - doorbladerde prentenboek, waaruit zijn grootmoeder dc mooiste prenten had geknipt, zoodat er nu niets meer van vechten in stond, de kleine, witte lamp, met koperen versieringen, die altijd, aan of uil, op tafel stond, ook de stoelen, die altijd recht moesten staan en nog veel dingen racer. Als grootmoeder even dc kamer uitging, trok hl altijd gauw de franje van 'l tafelkleed in dc knoop. Een groot genot, voor liein was ook liaar bril te verstoppen. Als de oude vrouw haar bril kwijt was, kuchte zij eerst ontelbare malen, liep met kleine pasjes door de deftige kamer, kijkend en zoekend hier cn daar. IJ zat dan maar over zijn bock gebogen, alsof liij van den prins geen kwaad wist, het oogenL verbeidend, waarop hij zou mogen opstaan '■Q nier-zoeken. In dc andere kamers beneden mocht hii alleen nooit komen. De mooie kamer wa: meestaL half donker, s Zondags werdén altijd üe gordijnen hoogcr opgehaald, dan was zij licht cn open. Een spinnewiel stond naast de porseleinkast; als grootmoeder in haar hu meur was, de banden a an haar zwarl-kanten muls waren dan ïKijes-prccies onder haar koeien en naar de wonderlijke schelpen, die een oud-oom had meegebracht uit vreemde i;. nden. ln de porseleinkast stond ook een heel dun kopje, niet fijne, roeide bloemetjes, dat die 00111 gekregen bad van een man, die een langen staart dragend, een Chineesch onder koning geweest was, had zijn moeder hem verleid. Als bij naar al die dingen keek, kon hij maar niet begrijpen, dat zijn grootmoeder niet veel vaker in die kamer vertoefde om naar al die wonderlijke spullen te zien. Soms lLt zij ze met strak gelaat aan haar gasten kijken, al kuchend, c.i slikkend; dan ruiseh- le de zijden japon geheimzinnig door haar zachte loopcn Grootmoeder, sinds een zestal jaren wedu we van ccn emeritus-predikant uit Texel, was langzamerhand een stille vrouw ge worden, Zij tobde over haar jongsten zoon Gerrit, die iu stille ©ereschulden moest af doen.. Hij kwam dikwijls onverwachts bij haar logeercn, maakte haar ban.g door te zeggen, dat hij een kogel door zijn kop zou jagen, ais hij niet door haar geholpen werd met zoo en zooveel mille. Zij, bang voor alles, wat haar leven zou kunnen verontrusten, stopte het gal. In haar ontstond u*t angst voor '1 verminderen van haar vermogen een geweldig spookbeeld. Zij miste den moed 0111 cr met Louise, Ilcnnaris moeder, over te spieken; haar andere dochter. Annemie. uc- huwd met ds. Johannes Wakker, woonde in Noorden Van Friesland; er hen over te schrijven, had zij nooit gedurfd, want Gerrit liud gezegd, dat t een zaak lusschen haar cn hem inoesl blijven; toij moest, coülc qui coule, als commisrionnair in effecten staande blijven, want vroeg of laat zou hij den goe den slag slaan, <k« wikic hij alles met do verschuldigd-c rente afdoen 011 naar 'l leeneu, dait zij hem gedaan had, kraaide geen haan. Zoo had hij haar toe w-erlkt cu de oude vrouw- droeg haar geheim met zich mede, eenzelvig levend in „Karulshoeve", alleen enkele oude vrienden uit 't dorp ontvangende. Zij praatte weinig en zal veelal te breien voor dc rond* mahoniehouten tafel. Grootmoeder had hel in haar hoofd gezel Herman orde te ieeren.. Ilij had een groot ontzag voor haar. Zijn moeder hield liein telkens voor, dat hij ge hoorzaam moest zijn als oma hom iels zei. Ilij, gewend aan 'l gezelschap van dc oude dame was begonnen haar gewoonten tc be- Btudecren. Terwijl liij in zijn prenteui>oek keck, luisterde hij naar de woorden, die zij soms pre velde. Zoo herinnerde hij zich, dial hij haar eens had hooren fluisteren: ..O Ger rit, o Gerrit, nu zijn alle Iowa Midlands weft och heden, och heden Toen had zij gekucht cn maar stilletjes dooi gebreid. Ilij, met (kloopend hart, was op zijil stoof blijven zitten, in gtidtc zidh afvragend, wie toch die Iowa Midlands zouden zijir, 't waren zeker dikke breinaalden, meende bi£ Wordt vervolgd-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1