BINNENLAND. KOLONIËN, Jljfers zijn nog slechts ihet begin. Het is niet èlgemeen bekend, dat «er eene lersche brigade wordt gevormd, geheel bestaande uit Ieren, die een muts zullen dragen met het woord Ierland op het herkenningstceken. Londen, 8 Dec. (R.) Lord Sydenham, oud-gouverneur van Bombay, eene welbeken de autoriteit op krijgskundig gebied, geeft in een brief aan de Times zijn oordeel over den toestand na de vier oorlogsmaanden, die zijn verioopen. Hij zegt: Duitscbland is onbetwistbaar in eene ver dedigende stelling teruggedrongen. Zijn ge- heele veldtochtspLan werd ontredderd, toen de terugtocht naar de Aisne begon. De Duit- sche strategen moeten tot het inzicht zijn ge komen. dat na dien terugtocht de verstanüig- ite gedragslijn was, de Rijnlinie te bezetten en alle manschappen, waarover z- konden be schikken, naar hel oosten te werpen. Maar zij lieten toe, dat aan politieke overwegingen de voorrang werd gegeven boven de strategie, en dat leidde tot een échec op de beide fronten. Bezeten door het beuzelachtige denkbeeld om in Galais te komen, offerde de Duitsche gene rale staf zonder schaamte een getal man schappen op. gelijk staande met vijf leger korpsen, zonder eene andere uitkomst te be reiken dan dat veel minder zware verliezen werden toegebracht aan de bondgenooten, die nu sterker zijn dan in het begin van den slag van Vlaanderen. Sprekende over de vloot, zegt lord Syden ham, dat de verwachtingen van Duitschland evenmin werden verwezenlijk op zee. De Britsche macht op zee blijft ongeschonden en zoomin duikbooten als mijnen zullen haar be letten steeds sterker te worden. De bondge nooten kunnen dus met hunne aanhoudend vermeerderende krachten zonder ongerust heid dc toekomst onder de oogen zien. Londen, 8 De c. (R.) Lord Charles Beres- ford heeft in eene vergadering te Bury gezegd, dat de minister van oorlog lord Kitchener hem heeft verklaard, dat hij verrukt was over het gehalte van de recruten der nieuwe legers. De besten van het mannelijk gedeelte der natie beantwoorden de oproeping. Montreal, 7 Dec. (R.) De eerste minis ter \-in Canada Borden zinspeelde in eene rede in dc Canadian club op eene opmerking van den Duilscnen schrijver von Bcrnhardi, dat in een Europeeschen oorlog de Britsche autonome dominions geheel konden worden verwaarloosd. Hij voorspelde, dat voordat de oorlog ten einde was, de Duitsche legers 250.000 man uit de zclfbesturende dominions tegenover zich zouden zien Santiago de Chi li, 7 De c. (R.) Het havenbestuur van Papudo, eene kleine ha ven dicht bij Valparaiso, bericht dai de Duit sche hulpkruiser Prtnz Eitel de bemainning aan wal heeft gebracht van hot Engelsche stoomschip Gharcas, dat ter hoogte van Cor ral in den grond is geboord. Helsi'ngfors, 7 Dec. (Telegraafagent- ichap). De Zweedsche handelsschepen Everil- da, Luna en Norre Sverige zijn getroffen door Duitsche torpedo's en voor de buiten haven van Björneborg in Finland gezonken. De bemanning van de Luna is gered; van de Everilda is alleen de loods aan den dood ontkomen; wat van de bemanning van de Norre Sverige geworden is, is onbekend Londen; 6 Dec. De marine-statistiek voor December bevat belangwekkende inlich tingen over de geregelde vermeerdering van de Engelsche vloot sedert het begin van den oorlog. Hel nieuwe pantserschip Canada, het voormalige Chïlecnsdhe schip Almirante La- torre, dat de admiraliteit in bezit heeft geno men, is nu gereed om in dienst te treden. Ver der komen in de lijst voor de lichte kruisers Cambrian en Walaroo, de pantserkruiser Im perious en verscheidene torpedoboolen. Als hulde aan den eersten minister van Zuid-Afri- ka is een schip, bestemd tot aanvoering van eene flottille, Botha gedoopt Het nieuwe pantserschip Royal Oak, dat in aanbouw was, is mi geheel bewapend en zal weldra in dienst treden. Berlijn, 6 Dec. (W. B.) De Britsche ad miraliteit te Londen heeft bekend gemaakt, dat het onlangs in Drontheim geïnterneerde Duitsche schip Berlin als mijnen legger was ingericht Daar het schip geene mijnen meer aan boord had, werden deze waarschijnlijk in volle zee uitgezet; voor dit ernstige gevaar moeten de schepen gewaarschuwd worden. Wolff's bureau teekent hierbij aan: Het doel van dit nieuwste product van Engelsche be richtgeving is doorzichtig genoeg. Het is een bluf, bestemd om de Duitsche zee-oorlog voe ring verdacht te maken en de neutralen op nieuw schrik aan te jagen. Opmerkelijk is het gemis van logica in de verschillende kennis gevingen van de admiraliteit Er wordt thans plotseling gezegd, dat de diepere wateren tot dusver als vrij van mijnen waren te beschou wen. Dezelfde admiraliteit verklaart nu, dat de vaart door de noordelijke Noordzee door mijnen in gevaar is gebracht, ofschoon daar wegens de groote waterdiepte volstrekt geene mijnen kunnen liggen. Stockholm, 7 Dec. (W. B.) De Zweed sche stoomschepen Luna uit Stockholm en Everilda uit Helsingborg zijn bij Maentgluoto, fn de Finsche scheeren, op mijnen gestooten en gezonken. Van de Luna is de geheele be manning gered, van de Everilda slechts één •mam. Athene, 7 Dec. (R.) De Engelsche, Fran- sohe en Russische gezanten hebben Donder dag gezamenlijk minister-president Venizelos bezocht. Men bericht, dat de basis verkregen Is voor eene toenadering tusschen Servië en Bulgarije. Rome, 7 Dec. (R.) Een telegram van de Corriere della Sera meldt, dat de toestand in Tripoli ernstig is ten gevolge van de anti- Itahaansche propaganda van de Duitschers. De Italiaansdhe troepen trekken zich allengs uit het binnenland terug. Londen, 6 Dec. (R.) Mededeeling van het persbureau. Met betrekking tot de verklaringen, die in houden dat Engeland altijd de schending van de Belgische onzijdigheid op het oog heeft ge had, maakt het Foreign Office hel verslag be kend van een gesprek, dat den 7on April 1913 is gevoerd met den Belgisehen gezant. Sir Ed ward Groy seinde daarover dien dag aan den Engclschen gezant te Brussel: Heden spre kende met 'dam. Beloischen cctzant, zeide ik: Het is tot mijne kennis gebracht, dat in België de vrees bestaat, dat wij de eersten zouden zijn om de Belgische onzijdigheid te schen den. De gezant deelde mij mede, dat er in eene Britsche bron werd gesproken van het aan land zetten van troepen in België door Groot- Brittannië, ten einde eene mogelijke zending van Duitsche troepen door België naar Frank rijk voor te zijn. Ik antwoordde, dat zeer ze ker deze regeering niet de eerste zou zijn om de onzijdigheid van België te schenden; ook zou de openbare mcenlng dat nooit goedkeu ren. Wat wij verlangden in het geval van België en in dat van andere onzijdige landen, was dat hunne onzijdigheid zou worden ge ëerbiedigd. Zoolang zij niet werd geschonden door eenigen anderen staat zouden wij zelf geene troepen naar hun gebied zenden, want als wij de eersten waren om de Belgische on zijdigheid te schenden, dan zouden wij, b.v. aan Duitschland eone rechtvaardiging ver schaffen, om ook troepen naar België te zenden. Japan. Tokio, 7 Dec. (R.) In de troonrede tot opening der zitting ran den landdag wordt gezegd: Het verheugt ons te kunnen zeggen, dat de vriendschap van het rijk met de ver dragstaten toenemende is in hartelijkheid. Het verbond met Groot-Brittannie en de goe de verstandhouding met Frankrijk cn Rusland worden in het tegenwoordige kritieke stadium door sterkere banden nauwer geknoopt. De vriendschap en de vrede in Eet oosten worden geleidelijk hersteld, maar de groote oorlog is nog niet geëindigd. Wij vertrouwen op de dapperheid van onze onderdanen; wij wen- schen het einddoel zoo spoedig mogelijk te be reiken. Eindelijk wordt de landdag verzocht een drachtig samen te werken lot uitvoering van het programma van regeeringsbeleid. Verspreide Berichten. „La belle Alliance." Koning George, president Poincaré, koni Albert, lord Kitchener en de generaals French en Joffne. waTen dezer d'agen bij Ypercv een. Fransche dagbladen noemen dit plaatsje daarom „La belle Alliance". Dc „Temps" ziel in de aanwezigheid der drie staatshoofden, dat de beslissende slag zich gaat ontwikke len Destrijdaande Yser. Een der oorlogscorrespondenten van „De Tijd" meldt uit Duinkerken: Wat den grooten slag in België betreft, dien ik in mijn laatste schrijven uit Calais aan staande meende, heb ik nu toch een anderen kijk gekregen. Ik acht dezen thans niet meer zoo nabij- De quaestie zit zoo. De geïnundeerde strook is een verdediging en een beletsel tevens voor beide partijen. Het water toch belet den legers groote troe penmachten in korten tijd aan den overkant te brengen, 't Moet dus blijven bij betrekke lijk kleine troepen. Wanneer men nu zulks doet, -loopt de aanvallende partij alle kans, dat die troepen door de overmacht van de andere verpletterd wordt c' zelf in de Yser wordt gedreven. Hieruit is dus te begrijpen het uitblijven van een beslissend feit. Doch rr. i. zal het 't pogen worden van de ver bondenen om aan de kust ter hoogte van La Panne en Osterode te landen, en vandaar uit de Duitschers en Oostenrijkers aan te val len. Een beslissing of een strijd met groote g_ olgen verwacht ik beslist niet vóór Kerst mis. Bovendien zijn de wegen aan beide kan ten zóó bitter slecht, dat reeds de levensmid delervoorziening alle moeite kost. Zware ka- mions (dichte vrachtwagens) hebben moeite met *1 paarden en meer den weg te volgen; ondanks dat konden de lieden eiken dag <ien weg verharden. De auto's rijden bij het uit wijken in de modder en velen raken daarbij defect. Dan ook neemt de gezondheidstoe stand aan beide zijden af. Op verschillende plaatsen heeft de typhus reeds menig offer geëischl. Bij oenige dagen vorst zal er veel ten goede in dit opzicht veranderen. Een andere correspondent ran hetzelfde b'- v over den toestand te Ostende: NaJdat in het begin der week een deel der bezetting naar Zeebrugge en Heyst vertrokken is, bevinden zich in Ostende nog maar 3000 man als vaste bezettingstroepen. De toestand in de stad is er al even benard als in andere plaatsen. De levensmiddelen zijn schaarsch en do brandstoffen verbruikt. Wat de mogelijke actie der on<ïerzeebooten uit Zeebrugge betreft, er is gesproken over een defect aan het mechanisme der sluizen. Dit is echter niet juist. Feit is, dat de ont plofte mijnen aan het havenhoofd groote schade berokkend hebben en men nog steeds bezig is aan de herstellingen. Het grootste nadeel voor de Duitschers is de voortdurende aanslibbing van den zeebo dem, waardoor de haven voor oen deel on bruikbaar wordt. In vredestijd werkten er dag en naaht baggermachines, wat abslouut noodia was, maar de Belgen hebben deze ma- ohines bijtijds vernietigd. De primitieve wijze, waarop de Duitschers nu daarin trachten te voorzien, heeft weinig resultaat. Aan de Yser. Een Duitsche militair van een pionier-ba taljon, dat rich bij het overstroomde Yser-ge- bied bevindt, geeft in een veldpost brief de vol gende beschrijving: Na schrikkelijke gevechten en zwaren ar beid was het ons gelukt om in deze waterrijke streek voorwaarts te dringen. Eens op een avond wilden wij ons allen ter ruste begeven, velen 6liepen ook reeds, toen wij plotseling onder water gezet werden, en wel met zulk een geweld, dat wij binnen eenige minuten tot aan de knieën in bet water stonden. Wat bleef ons nu anders over dan terug te gaan, want de vijanden hadden aan de zee alle sluizen geopend en wilden ons zoo laten verdrinken. Des morgens, toen de eb weder intrad, waagden zij het zelfs een aanval op ons te doen. en met trompetgeschal bestorm den zij de leege loopgraven, want wij lagen een 'heel eind verder achterwaarts en hadden zoodoende hun plan verijdeld. Toen de vloed weder opkwam, zagen wij dooden en gewonden van den vijand bij hon derden drijven, maar ook velen van ons... Nu zitten wij hier, zonder iets te eten te hebben. Er mag geen licht branden, geen vuur en alle rumoer moet zelfs vermeden worden. Ik schrijf dit, in mijn bed Eggend. Nu zuil oe denken* In een bed. dat 16 toch mooi! Ja. maar wat voor een bed? Daar er weinig plaats is, krijgt ieder een stuk grond, twee meter lang en tachtig centimeter breed. Dan wordt een kuil gegraven, hierin gaat 6troo, de man tel er overheen, een goed geweien als hoofd kussen en een gebed als deken, en men slaapt als een prins. Maar de kuil mag niet dieper zijn dan I meter 40, omdat men in geval van nood dadelijk klaar moet staan om te schieten. Wil men 's avonds wat schrijven, dan wordt 40 cM. dieper een bedekking gemaakt. Daar kan men dan licht aansteken, zonder dat de vijanden het rien. Maar men moet plat op den (grond liggen als men schrijft, zooals ik dat nu doe. Het is niet gemakkelijk, maar het gaat. Een correspondent <te Sluis van (het Hbld. seint, onder dagteekening van 7 Dec.: Sedert 58 dagen reeds woedt de strijd aan de Yser en niettegenstaande de groote ver liezen der Duitsche legers (circa 126,000 man bij Nieuwpoort, Dixmuiden en Yperen) zijn zij niet vooruitgekomen. De verbonden mo gendheden daarentegen zouden volgens rae- dedeelingen van officieren en particulieren berichten er in geslaagd rijn sedert enkele dagen werkelijke vorderingen te maken in de nabijheid van Zonoebeke. Langemark en Bixsohoote ten oosten van Yperen. Te Besc- la»ere en Passehontdaele werd langs het spoor van Yperen naar RousseLaere oen herige Duitsche aanval op de daags te voren door de geallieerden ingenomen loopgraven af geslagen. Sinds den 9en October, den dag ran den val van Antwerpen, mislukten al de aanval len der Duitschers om zich een wreg naar Calais door de terugtrekkende Engelsche en Belgische troer»en te banen, niettegenstaande de troepen, die Antwerpen belegerd hadden, door ongeveer 250,000 versche mannen, uit Duitschland gezonden, versterkt werden en het grof geschut, dat niet bruikbaar is in de moerassige en overstroomde Ysorstreek ver vangen is door lichter en snel verplaatsbaar motorgeschut ran het type der beroemd© Fransche 75 m.M kanonnen Dc Duitsche vechtstaktiek. Volgens een ooggetuige in het Engelsche hoofdkwartier is het bij de krijgsverrichtin gen treffend, dat de Duitschcra hun taktiek gch'-r gewijzigd hebben. Zij hebben hun vrucn.eüooze front-aanvallen, die hun groote verliezen berokkenden, opgegeven en naderen nu de bondgenooten door zich d or den grond b - i te graven, recht op de loopgraven aan. Den laalsten kleinen afstand leggen zij af in een regen van granaten, die. zij in geweldige hoeveelheden gebruiken. De bondgenooten blijken echter niet minder vernuftig te zijn dan de Duitschers en doen deze taktiek te niet. De Prins van Wales te velde. De Prins van Wales heeft ten slotte ook zijn bartewensch vervuld gezien en is in het leger opgenomen. Hij heeft daar aller sympathie ge wonnen zegt de Times. De persoon van den eenvoudigen, tenger-uitzienden prms was maar weinig bekend in het leger, totdat hij daarbij werd ingedeeld en nu is zijn persoon *en openbaring. Want hij blijkt een van de flinkste en meest geharde soldaten te zijn. Hij loopt eiken morgen vóór het ontbijt een kilometer of tien, bestuurt zijn rijtuig zelf en gebruikt ieder oogenblik van den dag met zich op de hoogte te stellen van den stand dei- troepen en van den militairen dienst. Ofschoon hij is toegevoegd aan den staf van Sir John French, is hij daar toch niet vast aan verbonden; hij wordt om beurten in gedeeld bij het veldleger, bij de hoofdkwartie ren van de divisies en brigades en krijgt op die manier een opleiding, die hij nooit uit boeken zou kunnen leeren. Verleden week be trok hij een ongewoon kwartier voor een prins een huis, dal dag en nacht stond te trillen en te schudden door het voortdurend bombardement en hij heeft een bezoek ge bracht aan de loopgraven, ook die van het Indische leger. Het zal moeilijk zijn hem bui ten de gevechtslijn van zijn grenadiers te hou den, in één woord een ijveriger en onvermoei der jong officier dan hij dient er op 't cogen- blik niet bij 'sKonings troepen. Hij heeft een natuurlijke en rustige waardighcl J. die heel aantrekkelijk is en over zijn karakter cn ver standelijke ontwikkeling spreken allen, die met hem in aanraking komen, vol lof. 't Was geen hoffelijke uiting, maar wel een goed ge meende van dien ouden soldaat, toen hij zei- de: ,.'t Is een verduiveld goeie ioneen." De Belgische onzijdigheid. Het Handelsblad van Antwerpen, de rede van Von Belhmann Hollwcg besprekend, merkt o^a. op: „"Waar de Kölnische Zeitung (het euvel nam aan de Nedcrlandsöhe pers, dat zij aan de onthullingen der Nordd. Allg. Ztg. niet de waarde wilde hechten, die men er in de Wilhelmstrasse aan hecht, staat het natuurlijk buiten kijf dat opmerkingen van een blad uit het veroverde land, eveneens weinig instemming kunnen vinden. Doch. wanneer wij aan onze bevolking alle dagen het voorbeeld geven van zich met waardigheid te gedragen naar de eischen der verovering, meenen wij oök.dat dc veroveraar aan Belgen zal toelaten hun denkwijz.e te doen kennen. Wie de inzidhten en opvattingen der Bel gische regeering omtrent de door haar in geval van een West-Europeeschen oorlog aan te nemen houding kennen wil, neme het door haar uitgegeven en nu voor ons liggend grijs boek ter 'han'k De stukken bewijzen dat, 9 dagen alvorens Duitschland aan België zijn ultimatum zond, België 'door zijn gevolmachtigden aan alle nu oorlogvoerende mogendheden zijn nauw gezette onzijdigheid had aangeteekend. Onze plicht was onzijdig te blijven, zooals het ook onze plicht was, er modht ran komen wat wil, ons grondgebied te verdedigen. Wij hebben ten slotte (het onderspit moe ten delven; nog enkel een onbeduidend stukje gromds vertegenwoordigt vandaag het onaf hankelijk België. Daarom dragdn wij den rouw in het hart, <loch troost ons de overtui ging onzen plicht vervuld te hebben. Niet evenwel zouden wij ons troosten had- de ons land In het verleden een valsche, lis tige, dubbelzinnige rol gespeeld; dat kunnen, dat willen, dat mogen wij niet gedoogen. Mare Pourpre. Bil oen verkenning op het slagveld in het Sonimo-districl is de bekende Fransche vlie ger Mare Pourpre gesneuveld. Pourpre was een zoon van de in Fransche tooneelkringen welnekende Liane de Pougy. Hij had belang rijke vluchten uitgevoerd in Indo-China. Aust;alië en Egypte. O.a. volbracht hij een vlucht van Kaïro naar Khar toean. De st rij d in Polen. De Times verneemt, volgens een Reuter- telegram aan enkele bladen, uit Petersburg: Het bosch tusschen (Bresiny en Xurpin. Is een groot Duiïsch kerkhof. Een regiment ca valerie chaj geerde er op een houwitserbatte rij en ondanks het lielsche vuur werden de kanonniers neergesabeld en de kanonnen ge nomen. De Duitsche soldaten zochten een toe vlucht in het dorp Kurpin, waar zij levend verbrand werden door de Russische granaten. Siherische regimenten, die zestig mijlen had den gemarcheerd, smeekten den commandant hun te vergunnen de hoogten bij Rsgow te nemen Denzelfden nacht naderden zij de hoogten en verrasten de Duiitschers op de hellingen aan de andere zijde. Spoedig waren zij ont dekt en sloegen de Duitschers den eersten aanval af. Later gingen de Duitschers tot den aanval over, doch zij-werden met zware ver liezen op Bsgow teruggeslagen. De Duitsche dooden lagen voeten hoog in de loopgraven. De „Nowoje Wremüa" meldt, dat de Duit schers op 30 November Lodz bombardeerden Van het slagveld gezien scheen Lodz geheel in brand te staan. Dc Duitschers verlieten Woensdag Sgcrsli. om Lodz te bestormen, maar kwamen niet eens aan de Russische loopgraven; alle Duitsche pogingen om de Russische infnnterie-linies 'te doorbreken wer den afgeslagen. Sedert tvve maanden is Lodz verstoken van geregelde verbindingen. De fabrieken hebben den arbeid gestaakt, de bewoners lij den honger. (Sedert is. zooals men weet, Lodz door de Duitsche troenen ingenomen). De Dailv Telegraph verneemt uit Petrograd d d. 4 Dec., dat de Duitschers sinds drie da gen een krachtige offensieve actie voerden en daarbij talrijke versterkingen in het noord westen van Polen samentrekken. De Duit schers bcheerschen de spoorlijnen: Thorn Wlosaf—Lowitsi en KalisjLodzTx)witsj. Langs deze laatste liin voeren zij voortdu rend troepen aan Sinds T Der trachten de Duitschers steeds op te dringen langs dc spoorliin I.ortyKoloesjki. welke Warschau verbindt met Tsjentstochof De Russen geven toe. dat de Duitsche inval langs de Weichsel handig was opgezet. De toestand in Servië. Een redacteur van het pers-bureau Vaz Pias. teruggekeerd uit Londen, had daar een belangrijk onderhoud met een hoogge plaatst persoon, zeer goed gekend in Servi sche diplomatische kringen. In de eerste plaats verklaarde deze dat er van een aftre den ran den minister Paschitz. waaromtrent uit Oostenrijksche bron berichten verspreid waren, tot op dit oogenblik niets bekend is. Trouwens Servië hoeft thans personen als Paschitz, hoog noodig en zal hen dus niet zoo spoedig laten gaan. Ten tweede heeft men in Servië, reeds vanaf het eerste oogen blik van den oorlog, nooit gehoopt Belgrado te zullen behouden, daar die hoofdstad on gelukkiger wijze vlak aan de grens van 'den vijand is gelegen. Zelfs baiart het weinig be wondering en heeft het reeds bemoedigend gewerkt dat het zulk een overmaohtigen vij and niet eerder is gelukt het strategisch zwakke Belgrado te nemen. Moreele invloed zal op de eenvoudige Servische bevolking de inneming der stad zeer zeker hebben en de stoffelijke schade voor den Servischen handel en de nijverheid zal later blijken zeer aanzienlijk te zijn ook door de beschadiging van gebouwen en verwoestimg van fabrieken Maar Belgrado is ql zoo dikwijls in ando bezit geweest, dot niemand er 'aan twiifelt of het zal weer eens in Sèrvische handen komen Van ernstiger aard is het wat nu verder staat te gebeuren. De hernieuwde en plotseling ra el sterker geworden opdrang van het Oostenriilcsch- Hongaarsche leger in Noord- en Noordwes telijk Serine, heeft een eigenaardige betee- kenis. Het is -niet zoo zeer om Servië te doen daar elke Oostenrijker best weet dat op den duur Servië zich tegen eiken vreemde te keer zal stellen en desnoods jarenlang za) vechten om hem weer uit het oude Send? terug te dringen. Het is thans het hoofddoel van Sesrvië's vijand om de spoorweg Belgrado- Nisj-Sofia-Consitaniinopel in handen te krij gen. Waarom? Omdat dan die weg de aan gewezen is om de Tunhsche versterkingen sne.l naar het Europeesche strijdterrein te vervoeren. Vermoedelijk zal het den Oostenrijkers ge lukken. hoewel ten koste van groote verlie zen, het noordelijk deel van die lijn te be machtigen. Vele kunstwerken van dien spoorweg als tunnels, viaducten en nauwe doorgangen tusschen het hoogc rabergte van Midden-Servië kunnen nog verwoest wor den en dit zal groote vertraging te weeg brengen in het bereiken ran genoemd doel Bovendien zal het veel moeite kosten om voorb" Kraguicwatz tot Nisi te komen. Doeh dan. gesteld 'dat de Oostenrijkers tol zoover de liin vrii krijgen, komt het groote probleem wat Bulgarije zal doen. En op de vraag ival de meenin<g daarom trent was, werd geantwoord dat er groote kanis bestaat op een Servisch-Bulgaarschc entente. Bulgarije is zijn laatsten strijd met Servië niet vergeten, maar zal tusschen zijn twee naburen (Servië en Turkije) moetende kiezen, geen oogenblik twijfelen en zich scharen tegen den aartsvijand van alle Bal- ka nvolken: Turkije. Want van Belgrado tot aan de Bulgaarsch- Turksche grenzen weet iedereen, aldus onze zegsman, dat als dc Turken weer dóór liet land komen ze er ook in bhjven en waar een Turk zijn voet zet groeit 't gras nooit weer zoo luidt een spreekwoord De kans op een overeenkomst tusscheD Burgarije en Servië is in deze dagen zeer groot en het al of niet tot stand komen daar van zal van grooten invloed zijn op den ge- hcelen oorlog, in het bi zon der voor het oos teli'tk terrein, op het voortschrijden der Bus sen in Hongarije en op de rol die dc Turksche hnlntroepen zullen gaan spelen De stemming In Belgrado. D:. Frankf. Ztg. verneemt uit Belgrado, dat in de stad hot gewone leven weder een aan vang neemt. Op straat verkoopt men prent briefkaarten, sigaren en couranten. In de stad zijn niet meer dan een 6000 inwoners achter- gebleven, voor bet meerendeel kooplieden, handwerkslieden en menschen van de arme re klassen; beambten zijn er maar weinig. Koning Peter is gedurende de belegering slechts éénmaal in Belgrado geweest, te we ten den 2en Augustus, toen hij met minister Pasjits naar de beschadigde brug over dc San kwam kijken. Met het garnizoen verder trokken een 200- tal Fransche artilleristen-terug. De correspon dent meent dat vrij spoedig tusschen Belgra do en de Monarchie een geregeld verkeer zal kunnen worden ingericht. De Russische landstorm. Het Russische consulaat te Kopenhagen pu bliceert een oproeping voor alle lichtingen van den Russischen landstorm. Voorloooig zouden slechts acht lichtingen van den Russischen landstorm zijn opgeroepen. Opgegeven Noord pool-exp e- 'ditie. Kapitein Amundsen heeft aan de Noorsche regeering medegedeeld, dat hij ge heel afstand doet van de 200,000 kronen, dio het parlement voor de Noordpool-expedftie, waarop hij plan had, als rijkssteun had toe gestaan- Daarmede is de Noordpool-expedi- tie van Amundsen, die tijdens den tocht van verscheidene jaren van de Noordkust van Alaska dwars door het pooibekken over de Noordpool zou gaan, geheel opgegeven. Hoe wel de toebereidselen tot het vertrek ran de expeditie, die in den volgenden zomer van San Francisco uit zou plaats hebben, reeds ver zijn gevorderd, was Amundsen van mee ning, dat Noorwegen, waar de scheepvaart en de industrie, tengevolge van den oorlog goeddceLs werkloos zijn. nu het geld zeil noqdzakelijk noodig heeft. Oost-Indië Pestgevallen op Java. Regeeringslelegram omtrent pestgevallen op Java van 18 November tot en met 1 Dec. Afdeeling Malang 197 nieuwe gevallen, 167 dooden. Madioen 8 nieuwe gevallen, 7 dooden. Kediri 31 nieuwe gevallen, 29 dooden» Stad Soerabaja 30 nieuwe gevallen, 27 doo den en het overig gedeelte van de afdeeling van dien naam 6 nieuwe gevallen, 7 dooden. Paree 22 nieuwe gevallen. 19 dooden. Toeloengagoeng 5, Mategan 1, Pamekasen 1, Berbek 3. Banekalan 2 en Lamongan 2 doo- deliike gevallen. UK de Pers. Geïnterneerden. Gen. H. P. Staal schrijft in het Vader land o. m. „Hoe staat het met een militair zich laat interneeren Hij doet dat le. uit eigen keuze; hij wil liever niet krijgsgevangen zijn. De neutrale staat bewijst hem dus op zijn verzoek een dienst. Hij doet dat 2e, om zich aan den strijd te onttrekken. M. a. w. hij bergt zich op onder de beschermende vleugelen van den neutra len staat. Hij doet dat 3e. met de wetenschap dat hij aan d'en staat veel last, zorg en moeite ver oorzaakt. Vooral des winters zullen het huisvesten, het verplegen en het Ideeden van een groot aantal geïnterneerden tot veel bezwaren aanleiding geven, welke niet worden vergoed door eene eventueele restitutie der gemaak te kosten- Inzonderheid kan de bewaking van zooveel geïnterneerden, voor een kleinen staat, die bovendien voor de handhaving der neutraliteit zijne troepen in actie heeft ta stellen aan de grenzen en aan de kust, of ze beschikbaar heeft te houden op gewichtige punten, een bezwaar opleveren dat te nau- wernood overwonnen kan worden, terwijl in ieder geval het personeel, voor dien bewa kingsdienst aangewezen, een zware en hoogst onaangename taak heeft te vervullen. Uit een en ander volgt mijns inziens: a. dat aan hen die zich aanmelden om te worden geïnterneerd, als eisch ware te stel len, dat zij zich verbinden om verder niet aan den oorlog deel te nemen en geen po ging te zullen doen om uit de in tern eer in gs- plaats te ontvluchten. Wie die belofte niet wil afleggen blijft vrij om naar het eigen land terug te keeren. Wel zal hem dan krijgs gevangenschap bedreigen, maar tegenover het harder lot dat hem daarin wacht staat, dat hij vrij blijft in een pogen om te ont vluchten b. dat, ook al wordt die eisch niet gesteld de geïnterneerde heeft te beseffen, dat hij den hem beschermenden onzijdigen Staat ernstig benadeelt en bezwaart door eene po ging tot ontvluchten c. dat de geïnterneerde de weldaad van de interneering, hem na eigen keuze en ak 't v/are op zijn verzoek bewezen, heeft te er kennen door zich trouw en stipt te onder werpen aan de interneeringsbepalingen d. dat hij geen aanspraak heeft op weelde, gemakken, amusementen, enzdie hij zeker ook niet zou hebben genoten als hij do krijgsgevangenschap had verkozen boven het geïnterneerd worden e .dat, terwijl geen buTger van den onzij digen staat er aan mag en zal denken, de ge- interneerden noodeloos te plagen, overdre ven streng te behandelen, onmenschlievend te bejegenen, het van zijn kant een misplaat ste menschltevendheid zou zijn, als hij voor het gemak- de behoeften, de amusementen van de geïnterneerden meer moeite en of fers over had dan voor d'e ven zijn medo- burgers, waarvan zoovelen geheel van een en ander zijn verstoken f. dat bijaldien geïnterneerden het den on zijdigen Staat, die hen welwillend opnam, lastig maken, zij zich tegen de orde cn de bepalingen verzetten, zij het Staatsgezag aantasten en beleedigen in den persoon der Staatsambtenaren, zij onrechtmatige eischen stellen en geweld gebruiken om deze vol" daan te krijgen zij zich schuldig maken aan een misdaad tegen den Staat onder de meest verzwarende omstandigheden en die dus met de uiterste strengheid en zonder g#* nade moet worden bestraft. Het kwam mij in deze dagen niet overbo*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 2