EEN NulNIISCHE JONGEN
DE E EM LAN DER".
Vrijdag 22 Januari 1915.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N* 175
13da Jaargang.
.«oofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF 8* Co,
'ABONNEMENTSPRIJS:
-^er 8 maanden voor Amersfoort f 1-AO-
Idem franco per post-
Per week (met gratis verzekering togen ongelukken) -
Afzonderlijke nummers ®.05.
Ï)e7e Courant versohijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Adveitcntiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zonden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomrn. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regelsf 0.50*
Elke regel meer - 0.10
Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimto.
Voor handel en bedrijf bestaan zoer voordeelige bepalingen
tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement.
Eeno circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Kennisgeving.
De Burgemces'.e rveui Amersfoort
Gezien art. 41 der Gemeentewet
Brengt ter kennis van de ingezetenen dat de
•Raad dezer gemeente zal vergaderen op Dins
dag, den 26- Januari aanstaande, des namiddags
•ten 7i uur.
Amersfoort, den 21 Januari 1915.
De Burgemeester voornoemd.
VAN RANDWIJCK.
Politiek Overzicht.
De Du. sc e sociaal-
democratie en «*e o-rlog.
liet beiimu va-n de Duilsche sociaal-de-
mociatisclie partij 1 toe ft, zoo dis \vi» iliobben
bericht, eene waarschuwing laten uitgaan
tegen <le verkeerde voorstelling, die door
elvcht ingelichte en bevooroordeelde corres
pondenten aan (Ie builenlamdsahe pers gege
ven wordt van de in de partij hcorsclien.de
«temming De stemming, die in hel begin
van -den oorlog is gebleken <lt>or hot toe
stemmende votum, dal die socioal-deinocra-
■tische froelie in den rijksdag heeft uitge
bracht ovt r de oorlogsci eduolen, heeft zich
sedert nifi verloochend. In de Soziolistische
Monatzhlverdedigt de afgevaardigde Wolf
gang Heir, dez: iioucling van de rdjlcsdvgfrac-
tic tegen afkeuring, die zij heelt gevonden
bij builenlanidsehc prvrlijgenooteii en ook in
Duitsohland bij ccn kleinen, maar roerigen
kring paudijgcnóolen." Hij wijjsi op hel inter
nationale socio lisleuoongrea te Stuttgart,
waar Vandervclde zonder tegenspraak heeft
'voi koruigd, dol de sociaaA-dcmo oratie de
volle •ppcnunaligheid van de nationale groe-
pceiing crketuldial zij van nationale gezind
heid beziédd is en dial de erkenning van het
bestaan der naLicn het internationale verband
van de wuikiicdcn niet behoeft Ic verzwak
ken. De Sclir. zegt;
Inderdaad, ook de arbeiders, de sociaal-
dvmooiuleii, zijn ieden van hunne nuJien. Dat
neeft geen Fransch- of Engelschman nog be
streden; ons Duiisciiers collier willen schrijf-
lafclmeiischen, die elk gevoel voor de werke
lijkheid missen, wijs maken, dat de arbeider
de nvulie moet „negeereii" dat vootr hom
«fechls de Internationale mag bestaan en dat
het voo-r de Duitschc sociaal-democratie on-
verschihlig is, ol' Dui-tschLand dan wel Rus
land overwint. De natión zijn realiteiten, die
voor de arbeiders misschien in nog hooger
male beleekenis hebben dan voor de beziUen-
deu, voor w ie het veel gemakkelijker wordt
buiten hel vaderland een nieuw verblijf te
•vinden."
Tot noli veering van deze meening zegt de
Sclir.: .Vooreerst komt ue economische zijde
van hol nationale leven in aanmerking,. De
irbeider is in die hoogste mate geïnteresseerd
bij de ecouomisdhe welvaart van zijn land.
Het is voor hem niet onverschillig of de in-
iusirie, waarvan hij leeft, vernietigd wordt;
ta zoo zeker als de tegenstrijdigheid van het
.dasscbelaiig der arbeiders en der kapitalis
ten in andere richting is, er zijn toch ook
gevallen w aarin hunne belangen overeenstem
men. De natie is in de tweede plaats eene
cuhuurgjciiiceusciiap. Reedö de taal maakt
haai* daartoe, omdat deze de regulateur van
hot deuken is, waarop alle geestescultuur, ja
de mcnschelijke geest zelf berust. Dil geldt
bijzonder voor den arbeider, die gewoonlijk
slechts zijne moedertaal bcheersdit. Mee te
strijden tegen de oncuRuur op dit geestelijke
slagveld on den geest der natie steeds nieuw
te mogen vormen, is zijn trots. En omdat
hij tlil doet, slaat hij tegenover hel vader
land, waaraan hij dit edelste en hoogste van
zijn beslaan dankt, niet on/versekilhg en ook
niet van het bloote belangenstandpunt uit,
maar met warm, sterk gevoel: Hij heeft liet
lief en hij behoeft zich daarvoor waarlijk niet
fcc schamen. Hij heeft hel lief, ofschoon, nien
't hem zeker niel gemakkelijk heeft gemaakt.
Want in hunne derde eigenschap als slaats-
gomeensch-ap jplegen de natiën minder daai
niets le doen, om de sociaal-democratische
aibciders voor zich te winnen. Meai denke
aan hel hatelijke gebruik van het woord nati
onaal als tegenstelling tol sociayl-democra-
lisoh, aan de vervolgingen cn vernederin
gen van allerlei aard. Niettemin heeft cle soci
aal-democratische arbeider den staat meer
noodig dan de burger. De slaat moge nog
zoo verrot zijn, hij blijft het begin, waaruit
sociale vooruitgang moet worden ontwikkeld.
Elke social is lisolie arbeid van het heden E
gedwongen van den sloot uit Lc gaan."
Met nadruk doet 'de Sphr. uitkomen, dat
men rekening moet houden met de in liet
veld staande partijgeiiooten. Iiij herinnert
aan hot gevaar, dat de Duilsche grenzen be
dreigde. ,,De Russen hadden gedireigd, met
Kerstmis in Berlijn te zijn; in ieder .geval zou
den. zij. Polen en Silezië overstroomd hebben,
wanne"©!* onze legers ongeluk hadden gehad
En zou dan dc Duitschc sociaal-democraat
blijven staan alsoi dut voor hem geheel on
verschillig was, cn zoo mogelijk door weige
ring van de middelen voor de oorlogvoering
den vijand de wegen elfenen? Wie dal
verlangt, heeft geen politieken zin, maar ook
geen vermoeden van de denkwijze van het
volk. Het volle heeft zeor goed begrepen, dat
voor DuiLschUmd alles op het spel staal: eoo-
nomisohe gezondheid, geestescultuur en po
litieke onafhankelijikheid.'*
Men zou zich zoo waarschuwt de Schr.
in, hel buitenlaaid aan eene gevaarlijke
misleiding overgeven, als men wilde gcloo-
ven, óal de rijksdagfractie verlaten slond ia
de pairtij. ,,Neen, dc massa van de par-
tijgeinooben was getlicel van dcnzeLfden geest
bezield. Wel E waar verviel zij evenmin als
de meerderheid raai dc rijksdoglu'^clie, in
oen oorlogsroes, wenschle zij den oorlog of
werd door de zucht naar veroveringen ge
dreven. Maar vastberaden, ja blijmoedig ging
zii onder de wapenen. Ei* zijn plaatsen, waar
bijna alle deelnemers aan de arbeidersjcugd-
bcweging, voor zoovor zij zich beschouwden
als voor den dienst geschikt, zich dadelijk
ais vrijwilligers hebben aangemeld. Uittrek
kende sociaal-democralische Landweerman-
nen begroetten ons afgevaardigden, ah zij ons
op straat herkenden, en wenschten ons ge-
Luk met ons votum. Uit ontelbare brieven van
het front spreekt dezelfde vastberaden stem
ming, de raste wil om dezen oorlog voor
de redding van het Duitsche vaderland mei
aanwending van alle krachten ten einde lo
brengen."
De oorlog.
B e r 1 ij" n, 21 Jan. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groole hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Tusschen de kust en de Lys hadden ook
gisteren slechts artillerie-gevechten plaats.
De eergisteren door ons genomen loopgraaf
bij Notrc Dame de Lorelte ging heden nacht
weer verloren. Ten noordwesten van Alrecht
vielen de Franse hen ons herhaalde malen aan
aan beide zijden van den straatweg Atrechl—
Rijssel; zii werden teruggeslagen. Ten zuid
westen van Berry au Bac werden aan de Fran-
schen twee loopgraven afgenomen, die on
danks levendige tegenaanvallen door ons lo
bczil gehouden werden.
Franschc aanvallen tegen onze steiliugen ten
zuiden -van Saint Mihiel werden afgewezen.
Ten noordwesten van Pont a Mousson slaag
den wij er in een deel van dc ons voor drie
dagen onlnomen stellingen terug te winnen
Onze troepen veroverden daarbij vier kanon
nen en maakten verscheidene gevangenen. Oin
de rest van de verloren gegane stelling wordl
nof( gestreden.
In de Vogeezen ten noordwesten van Senii-
tieim duren de gevechten nog voort.
Parijs, 21 Jan. (R.) Numiddagcommu-
niqué.
Van de zee tot de Lys werden artillerie-
gevechten gevoerd. Ten zitiden ran die Som-
me en aan de Abne hadden eveneens oirtil-
leriegevechten plaats, in den loop waarvan
wij de vijandelijke batterijen tot zwijgen
brachten.
In Champagne, ton oosten van Reims,» in
die streek van Prosne les Marquises cnMoron-
villiers verwoestten wij Duitlsche werken en
uoodzaakben den vijand loopgraven te ont
ruimen. Ook verwekten wij de ontploffing
van eene munitiebergplaats.
Ten noordwesten ran Beauséjour maakten
wij vorderingen. Wij namen door verrassing
drie vijandelijke pos'en, waar wij ons heb
ben ingericht. Ten noorden ram Mossiges be
haalde onze artillerie voordeel.
In de Argonne geen verandering ten zui
den en ten oosten ran Saint Mihiel. In het
bosch van Aprcmont namen wij 150 Meter
loopgraaf cn sloegen, een tegenaanval af.
Ten noordwesten van Pont a Mousson, in
hel liois Le Prètre, hernam de vijand een
twointigta! meters van die 500 meter loopgra
ven, die wij in de voorafgaande dagen hadden
genomen. Wij handhaven ons stevig in deze
gchecle stolling.
In dien sector Thann, in de sbreek van Sil-
berlech en Hartmftrmsweilerkopf is sedert
den nacht van dien lOen eene airtUlerieaolie
aan den gang. Wij vorderen langzaam op dit
uiterst anoeielijke terrein.
Avond-communiqué.
De vijand bombardeerde hevig onze stellin
gen ten noorden van Notrc Dame de Lorelte
en deed daarna om vijf uur in den morgen
een nieuwen aanval, die terstond werd -ge
stuit.
In Champagne bezetten wij twee kleine bos-
schen ten noorden van de hofstede Beausé
jour. Een. tegenaanval van den vijand li^id geen
succes.
In de Argonne beproefde de vijand een ern-
stigen aanval op onze linie bij Saint-Hubert.
Een hevig bombardement teisterde onze loop
graven; daarna gingen de Duilscliers tot den
aanval over, die door ons artillerie- en infan-
tcrievuur werd teruggeslagen.
Bij Hartmannsweilerkopf duurt de strijd
voort.
Parijs, 21 Jan. (R.) De opperbevelheb
ber vestigt dfe aandacht van het publiek op
heit leugenachtige karakter ran de offioieele
medcdeelingen van den Duitschcn genei*alen
9laf. Sedert hel begin ran den oorlog ver
zinnen die communiqués actiën, die aid
hebben plaats gehad, of stellen die, welke in
derdaad hebben plaats gehad, geheel verkeerd
voor.
De laatste roedodeelingen over dc \crlie-
liezeu van die Fransohe legers in de laatste
weken zijn geheel onjuist. Onze verliezen
in dat tijdperk zijn meer dan de helft klei
ner dan de door den Durtschen genoralen
staf verzonnen cijfers. Het Fransche leger-
conunando heeft 'bovendien door de op hel
terrein gevonden dooden kunnen consüalce-
ren, dat in alle gevechten te zamen van de
beide laatste maandien de Duilsche verhezen
meer hebben bedragen dan de Franschc
B e r 1 ij n, 2 1 Jan. (W. B.) Bericht van het
opporste legerbestuur uil het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
In Oost-Pruisen is de Loestaud onveranderd.
Een ein gevecht ten oosten van Lipuo ver
liep gunstig voor onshonderd gewngenen
bicven in onze handen. In het gebied ten wes
ten van de Weiohsel cn ten noordoosten van
Borzimow ging onze aanval verder. Een Rus
sische aanval ten westen van Lopuszno en ten
zuidwesten ran Konskie werd afgeslagen.
W e e n e n 21 Jan. (AY. B.) De toestand is
onveranderd op het gehcele front Hier en
daar slechts werd een arliUerieslrijd gevoerd.
Namen den chef van den generalen staf
luitenant-veldmaarschalk von Höfer.
Petersburg, 21 Jan. (Tel.-agent
schap). Communiqué van den grooten gene
ralen staf.
In Oost-Pruisen geene vorandieuüng. In de
richting van MLava onderhouden wij voeling
met de tegenstanders. Al diens pogingen om
in dfe linie van onze troepen door te drimgom
zijn in den afgcloopen dag teruggeslagen. Wij
namen door bestorming het dorp Skcmpe,
dat döe vijand snel ontruimde.
Op de Bzoera en de Rawka hielden de
fusillade cn kanonnade bijna den gehoelen
dag aan. Onze artillerie streed mot succes le
gen de vijandelijke artillerie en bracht ver
scheidene ran zijne batterijen tot zwijgen.
Onze troepen sloegen oenige parti/e-ole aan
vallen van den vijand op dit front af.
Ten ziuid'on van de Prütza cn in Galicië
Ten zuiden van dc Pililza en in Galicië
Da kanonnade liet zich aan beide zijden
slechts bij tusschenpoozen hooren.
In Bukowina namen wij in een gevecht
Vorokhta. Wij sloegen den vijand terug, die
in de streek van Lorlibaba aanvallend tracht
te op te treden; een batallonscommandant,
verscheidene officieren en meer dan 150 sol
daten werden daar gevangen genomen
uonden, 21 Jan. (R.) De beschrijving van
den luchtraid van Dinsdagavond in het Duit
sche officicele bericht ah een aanval op ecnige
versterkte plaatsen, is geheel ongegrond. Geen
van de aangevallen plaatsen heeft eenig ver
dedigingswerk. Eenigen, zooals Brancaster,
Thornham en Holme, zijn slechts dorpen; an
der^ m zooals Sheringham en Hunstanton, zijn
kleine badplaatsen.
Met het oog op den vorm, die aan het Duit
sche officieel" bericht is gegeven, zijn de be
schouwingen van de Amerikaansche bladen,
welke steunen op de berichten, gezonden door
Amerikaansche correspondenten, die van de
feilen op de hoogte zijn, van bijzonder belang,
Z breken meerendeels den slaf over dezen
lichtzinniger aanval. De Tribune schrijft on
der hel hoofd: „Eene schande voor de be
schaving". De World zegt, dat dergelijke in
vallen erger dan nutteloos zijn. Zij beantwoor
den aan geen militair doel en de lichtzinnige
slachtin»' van vrouwen verwekt door dc
gansche wereld ccn gevoel van ergernis tegen
Duitschland. De New-York American zegt, dat
dc invallen veel gelijken op dc raids van d«
Indianen op dc volksplantingen der blanken
in de eerste dagen der Amerikaansche ge
schiedenis, toen huizen verbrand, skalpcn ge
nomen, vi ouwen en kleine kinderen met den
tomahawk omgebracht werden. De Evenin>
Post noemt den raid ccn stuk zuivere wild
heid. Evening Sun zegt, dat als na eene
voorbereiding van zoo vele maanden er niets
meer komt dan deze belachelijke demonstra
lie, het duidelijk is, dat het gevaar van d«
luchtraids ontzettend overdreven is.
De Britsche legatie te 'sGravcnhage deer
mede:
De aanval op de Engelsehe Oostkust werd
waarschijnlijk uitgevoerd door Zeppelins en
vermoedelijk uog andere vliegtuigen, die bij
het dorp Runton verschillende kanten uitgin
gen en bommen Helen vallen lc Yarmouth,
Kings Lynn, Sandringham, Sheringham. Snet-
tishain, Dersingham, Bce9ton: alle onversterk-
le plaatsen.
De aangerichte matcricele schade is niet
groot 2 mannen, 2 vrouwen en een jongea
werden gedood. liet aantal gewonden is nog
niet vastgesteld.
Berlijn, 21 Jan. (W. B.) Na het tot dus»
ver gebeulde kan het geene verbazing wek
ken, dat de regeering cn de pers van Enge
land den aanval van onze luchtvloot op do
Engelsehe kust niet ongebruikt laten oorbij-
gaan, zoiiuer iu de zwaarste beschuldigingen
tegen de Duilsche oorlogvoering tc vervallen
cn deze van barbaarschheid tc betichten. In
de g- -sche wereld wordl dit verkondigd; het
wordt in talrijke radiogrammen over dc zee
gezonden en naar de verst afgelegen deelen
der aarde gekabeld. Van dit alles is niets an
dei's waar dan dat onze luchtschepen, om tot
den aanval op de versterkte plaats Great
Yarmouth te komen, andere plaatsen zijn over
gevlogen. Daaruit werd op hen geschoten,
welk aanvallen zii hebben beantwoord doot
het neerwerpen van bommen en wel in den
nacht en bii mistig, regenachtig weder. Heeft
deze natie, welker vliegtuigen op klaarlichten
dag op de open slad Freiburg (in Breisgau(
bommen neerwierpen, welker schepen bij her
haling open steden, zooals Dar es Salaam, Vic
toria (Ka.neroen) en Swakopmund beschoten
tiet recht de verontwaardigde te spelen? Deze
natie, die geen middel ontziet om hare plan
nen uit te voeren ondanks de volkenrechte
lijke bepalingen en de onzijdigheidsbegrip-
peu? De luchtaanval is een erkend middel van
de moderne oorlogvoering, wanneer hij zich
lioudl binnen de algeiueeue beginselen van
het volkenrecht. Dnze luchtschepen hebben
zich binnen deze grenzen gehouden. De Duit
sche n?!io werd door Grool-Brittannië ge
dwongen wui haar leven te strijden. Zij kao
niet gedwongen worden van eenig middel van
wettig* zelfverdediging af te zien en zal die
uiiddelc i ook niet prijs geven in vertrouwen
o haar goed recht.
levensbeeld door
JOANNES RED DINUI US
óQ
Herman wist nog goed, hoe de baron, om
den hola ris en ziciizelf een pleizier te doen,
gevraagd had, nog eens een scuoon stukske
tc verleden, waarop üe notaris, zijn glas le
digde en tens stevig trekkende aan zijn mof-
ienpijp, had gezegd:
Aiio uun maar!
De baron iiet een paar fijne flesschen ko-
iiu.li, voor lierman een glas bier ruct suiker
•halen door Nel, en na allen rond de kachel
ingeschonken te hebben, gaf hij den notaris
fcen knipoogje, waarna deze begon te vertel
len. Eu niet hadden de boeren, die verspreid
zaten in ue" gelagkamer, gehoord, dat de no
taris vertellen ging, of een hunner vroeg, of
gei>ermilleerd was bij te schuiven; daarna
telde de baron de koppen en bestelde even
zooveel potjes bier, waarna hij uitriep:
Hoe meer zielen, hoe sneer vreugd,
•chuif, maar bijl
Toen zette de notaris het verhaal opnieuw
hi. dat tot titel droeg: „Ridder Hildman van
Behringen" of „De spelonk Yan den zwarten
berg."
Herman herinnerde zich hel wonderbaar-
Htke verhaal, dat hij toen gehoord had, kleine
bizonderbedpn kwamen >n hem op. Toen dacht
hij er weer aan, dat er veel gebeurd was in
dm jaren, tusschen toen en nu.
De notaris was dood, de baron getrouwd
met de dochter van een njken bierbrouwer,
woonde ergens in Duitschland, grootmoeder
overleden, „Karelshoeve" verkocht, daar woon
de nu de nieuwe dokter in, die er een verdie
ping bovenop had laten zetten, die de hoeve
lot een wanstaltig gebouw had gemaakt. Dc
naam „Karelshoeve" was van het hek ver
dwenen. Waar eens het groote rozenperk
prijkte met de gele, wilte en donkerroode
rozen, was nu een grasveld gekomen, waar
jaar in jaar uil geraniums stonden in drie
suffe bedjes. Dat had Jans hem verteld, die
ieder jaar een paar dagen naar huis ging. De
heele tuin was verlegd, „Karelshoeve" was
..Karelshoeve" niet meer. Na grootmoeders
dood, toen het huis verbouwd was geworden
en de dokter er zijn intrek had genomen, had
een der dorpsjongens op de platen van het
nieuw-geschilderde hek met krijt geschreven:
Moskou-St.-Petersburg". De beide stroopers
hadden geklaagd en gevloekt, dat zc nu op
„Karelshoeve" hun hazen en konijnen niet
meer kwijt konden raken. Nel had ze er over
hooren spreken in de herberg, ze hadden het
over dien goeien ouden tijd. Die ouwe me
vrouw was toch maar een goed raensch ge
weest. Ze wisten nog zoo goed, dat zij altijd
zelf opendeed, als er twee keer achter elkaar
gebeld werd, één maal zacht en één maal
hard. Zij sprak hen soms al kuchend toe met
een: „Komt er maar in, mannen, de burge
meester heeft zijp buurpraatje net gedaan,
hii is al een eind den weg op" of „zoo zoo,
weer wat gesnaDt, maar nu zal ik toch heusch
den burgemeester waarschuwen, die zit bin-
nen, jullie wilddieven". Zij hield wel van een
srapie. on had er pleizier in. den burgemees
ter van den gestrooplen buit te sturen. Als het
balf-vijf was. Zondagsmiddags, trippelde zij
snel over hel st. -.ilje en liep, een twintig hui
zen verder gekomen, door een grooten tuin
een achterhuis in, tikle op de kamerdeur,
wachtte eerbiedig op het luide: „Binnenl" en
trad weldra de ruime tuinkamer binnen, on
deugend vragend, nu een deflige buiging, een
kandruk en ecnige woorden van excuus over
haar late komen, naar de blaadjes van den
scheurkalender van de afgeioopen weck.
„Selderju V' riep dan de burgemeester uit, die
lekker zat te smullen, „een glaasje wijn buur
vrouw?" maar buurvrouw 'bedankte, nam de
blaadjes mee cn zei als half verschrikt: „U
e. toch geen gestroopte haas. burgemeester?"
en de burgemeester antwoordde dan met een
ernslig gezicht: „Jonge nee hoor, uit Helmond
van den poelier!"
Een dergelijk tooneeltje werd vaak afge
speeld. Herman was er eens bijgeweest, loeu
hij haar was nagcloopen. Grootmoeder be
weerde altijd, dat Onze Lieve Heer het wild
voor alle menschen geschapen had en zag er
niets in, als de stroopers hazen en konijnen
strikten in het bosch van den baron. In het
koopen van gestroopt wild had zij nu eenmaal
pleizier en menigen langoor zond zij naar
familie of verre vrienden.
Die tijd was al lang voorbij, al jaren en
jaren.
Herman zuchtte en keek werktuigelijk naar
ri' kar, die voortging over den bcsneeuwden
weg. Zij waren nu bij den overweg yan 't
spoor gekomen. Hij zag de lantaarn met het
roode glas. De baanwachter tikte aan zijn pet:
Goeieh avond, jonge heeren.
Dag baas! een goeien hoort goeien dagl
klonk het gptwoord.
Bram, die aan andere dingen dachl, zei hall-
verschrikt:
O, goeien avond.
Zullen wij er een gangetje in zeilen?
vroeg Look Here.
Tot antwoord groep de nieuwe iongen ook
het handvat, terwijl Look Here -zijn touw
spande en weldra naast Bram voortholde. Iu
een wilden galop snelde het viertal voort, dat
de kweek dicht bij wist Bodegraven was in-
tussclien ingelicht door Bram.
In de kweek vonden zij den baas, die aan
't werk was in de schuur bij 't licht van een
groote lamp.
IIij luisterde aandachtig naar Look Here,
trok zwaar aan zijn pijp en antwoordde:
Kom maar mee, jongcheeren, de vracht
li«t al klaar.
Voorgaand stapte hij op zijn klompen door
de sneeuw. Zich half omdraaiend blies hij
een dikke rookwolk uit en zeide, met zijn püd
naar de kar wraend:
Neemt 'm maar mee, dan kun je meteen
opladen.
Is 't een boel? waagde de nieuwe jon
gen te vragen.
Dat zal waar wezea, gaf de tuinman ten
antwoord, gen* voor een heele vertooning.
Op een open vlek achter de schuur lar het
groen, donker bij al dat wit.
Ja, 't was een mooie avond, beaamde de
man op Hermans vraag, nog mooier dan
gisteren, toen t „Drie Koaingen" was, met die
sneeuw was het nu nog prachtiger.
Neen, katholiek was hij niet. maar ver
haal van de „Drie Koningen" vond hij zoo
mooi.
Herman voelde opeens sympathie voor dien
buitenman en gaf hem een yan zijn twee
sigaren.
Dank u, jongeheer, ik zal in bij mij ste
ken, dan rook ik iu straks.
De man had een langen baard. Herman
dacht, als ik groot beu, wu ik ook zoo'n baard
hebben. Hij bleef een tijdje staan kijken naai
de besneeuwde kweek, ecu wonder, een won
der
Door vereende krachten lag bet groen spoe
dig in de kar. De tuinman sloot bet bek acu
ter de jongens, die bun dank op verschillende
wuzen uitten.
Bram tikte aan zijn hoed en zei:
Dag baas. Toen slapte bij verder op zijn
lange beenen.
Look Here liet zijn gewonen roep hooren,
de nieuwe jongen riep:
Dank u wel, hoor, terwijl Herman zich
omdraaiend, zijn hand in de lucht stak lot
een vaarwel, toen nam hij zijn plaats weer
in bij de kar, staarde naar de lucht en dachl
aan het oude verhaaL Hij keek, of ook nu
niet een ster door de lucht ging, hem vóór,
die hij zoo gaarne begroeten wilde, maar de
sterren stonden slil le linteien. Er gebeurden
geen wonderen meer, jammer genoeg; lii?
raakte weer aan 't droomen en zag in zijl
verbeelding de drie Koningen, de Magiërs, die
uit 't Oosten kwamen, hun gelaat was rustig-
mooi, en voornaam hun gebaar; hun lange
manleis wapperden in den wind, zij gingen
voort naast elkander, zonder te spreken, ziel*
de de ster, hoorend de geheimzinnige stem
die sprak: „Geboren fs der Joden Koning" en
in den wondren dans der oogenblikken bif
't jubeiklinken der zangen in hun booge hoofd
togen zif Voort en wistea.
Wordt vorvolgó*