:EN ROMANTISCHE JONGEN
DE E EM LAN DER".
Maandag 15 Februari 1915.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
13d" Jaargang,
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering tegon ongelukken) -
Afzonderlijke nummers
l/eze Courant verschijnt dagelijks, behalvo op Zon- en
AdveTu-nrPn gelieve men liefet vddr 11 uur, familw
advertenties en beriohten vóór 2 uur in te «enden.
Bureau» UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regelsf 0.50.
Eikeregel meer 0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bestaan zeer voordeelige bepalingen
tot het herhaald adverteeron in dit Blad, by abonnement.
Eene circulaire, bevattende de voorwaardon, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
Het doel wan Rusland in den
wereldstrijdi
De Russische rijksdoema, die ia het begin
■yan den oorlog tot eene korte zitting was
bijeengeroepen om de ooriogscreddeten toe
te staan, is in de vorige week wederom ver
gaderd geweest. De regeering vond dat blijk
baar noodig om hare mcening over den toe
stand, nadat de oorlog een hall jaar heeft
geduurd, kenbaar te maken. Niet zonder
handigheid was het programma op(gemaaki
voor deze zitting, aan het einde waarvan de
doema weder verdaagd is, ditmaal tot hall
December. Namens de regeering voerden het
woord de minister-president Goremykln en
de minister van builenlandschc zaken Sazo-
now, en op de ministers volgden eene reeks
sprekers uit de vergadering, het eerst de
woordvoerder van de constitutioneel demo
craten Miljoekow, die om strijd ver-,
zeikerden, dat zij de regeering steun
de in haren strijd om „recht en
gerechtigheid." Geheel volledig was het
beeld niet, dal hiermee gegeven werd. van
de stemming der vergadering. Een van de
in de doema vertegenwoordigde partijen, die
van de sociaal-democraten, liet zich niet hoo-
ren. Zij kon dat niet, omdat de regeering de
weinige leden, die d>eze partij in de doema
telt, allen in de gevangenis heeft gezet. Dat
is van haar eene daad vaai handige voorzorg
geweest. Als de Roissische sociaal-democra
tie een van hare afgevaardigden op de tri
bune van de doema liad kunnen laten op
treden, dan zou het beeld van volmaakte
eensgezindheid tusschcn regeering en volks
vertegenwoordiging verstoord zijn, want het
is bekend, dat, in tegenstelling tot wat men
in Duitschland en ook in Frankrijk ziet, de
Russische sociaal-democraten tegen den oor
log zijn.
De redevoeringen van de regeer!ngstaiel
hielden natuurtijK een loflied in op de tot
dusver verkregen resultaten. De minister-pre
sident roemde de onuitputtelijkheid van de
hulpbronnen en krachten van Rusland. Zijn
ambtgenoot, oie het Russische departement
van. linaiiën beheert, was daarbij mot aanwe-
zig, gelukkig -voor hem, want deze zou
wel eeiiige mooielijkheid hebben ondervon-
den, zijne reis naar Parijs en Londen Ie doen
rijmen met een loliied o,p Rusland's onuit
puttelijke hulpbronnen. Hij prees verder de
roemrijke daden van de Russische legers,
waarna hij zeide, dat zij ,,ons iederen
diag dichter brengen bij hèt doel, dat wordt
nagestreefd". De ironie van het toeval heeft
het zoo beschikt, dat dit werd gezegd, toen
de Russische troepen in Bukowina hun te
rugtocht moesten verhaasten en toon de Rus
sische generale staf moest aankondigen, dat
bevel was gegeven de Russische strijdkrach
ten terug te trekken van de Mas arische me
ren tot over de grens, omdat op eigen gebied
en onder bescherming van dc vestingen de
nieuwe vcrdceling van de troepen, die noo-
dig is geworden, beter kon worden verricht.
Men zou kunnen vragen of diat de weg is
om het doel te bereiken.
Wat is het doel, waarnaar Rusland streeft
In dezen oorlog? Dat is in deze doemaziiting
met eene openhartigheid, die aan duidelijk
heid niets te wensdhen ïaat, aangewezen.
Mi nister-president Goremykin zeide: ..De
schitterende toekomst van Rusland aan dc
Zwarte Zee komt met steeds meer toenemen
de duidelijkheid aan den dag." De minister
van buitenlandsche zaken Sazonow sprak van
die gebeurtenissen aan de Russisch-Turksche
grens, waardoor de Russische wapenen zich
nieuwen roem hebben verworven cn die
Rusland „dichter brengen bij de oplossing van
de politieke en economische vraagstukken,
die zich vastknooptn aan zijn streven naar
een uitweg naar de vrije zee." De puntjes op
de i's zette de afgevaardigde Miljoekow, die
verklaarde, dat het voor Rusland noodza
kelijk ia, Konstantinopel en de zeestraten
te bezitten, en daaraan de opmerking vast
knoopte, dat het feitelijke bezit niet voldoen
de was; Rusland moest zich ook diplomatieke
waarborgen voor de heerschappij oVer de
keizerstad aan de Bosporus zien te verschaf
fen.
Dit is dus Rusland's doel. Het is bekend
als het testament van Peter den Groote", en
ai is dat testament eene vrucht van de ver
beelding, de gedachte die het uitspreekt is
steeds het richtsnoer van de Russische poli
tiek geweest. Nooit is dat doel uit het oog
verloren. Als kenschetsing daarvan kan die
nen wat wij een dezer dia gen in de Köln. Ztg.
hebben gevonden: „Wanneer Peter"de Groote
Azow nam, Gatharina de Krim, hunne opvol
gers het Kaukazis'che gebied, dan zijn dit
slechts enkelen van de starren vooruit. Steeds
bleef de gedachte in elk Russisch hoofd, het
kruis weer te planten op de Sofiakerk. Aan
de poort van Qherson staat nog het opschrift,
dat Gatharina II er op liet beitelen: „Weg
naar Konstantiinopel". Maar even krachtig als
dit streven was de tegenstand, die het wmd.
Onze groote veldheer graaf Moltke schreef
als jong officier op grond van zijne eigen
ondervindingen in het oosten de woorden
neer, dat de zoo dikwijls overwogen ver
deeling van het Turksche rijk gieene bezwa
ren zou opleveren, als niet de vraag rees, wie
het sluitstuk van den ring, Konstantinopel,
zou krijgen. Toen Napoleon I met Rusland
onderhandelde over don toestand in het oos
ten, wees hij het verlangen van den czaar
naai* Konstantinopel af met de woorden:
„Konstantinopel? Nooit, dat beteekent de
wereld!" Zijn neef heeft het zwaard getrok
ken om den vooruitdringenden Russischen
invloed tegen ite houden, en hij vond daarbij
aan zijne zijde Engeland."
Dat was zestig jaren geleden. Nu vinden
wij Frankrijk en Engeland aan Rusland's
zijde, om te helpen verwezenlijken wat zij
vroeger met aanwending van al hunne krach
ten hebben tegengehouden. Nooit scheen de
kans voor Rusland om zijn doel te bereiken,
gunstiger dan thans. Maar nog is de heer
niet dood, wiens huid men wil vcrdeelen
Zelfs heeft hij een dezer degen een opmerke
lijk teeken van leven gegeven. Een deel van
de Turksche -vloot is den 9en Februari voor
Jalta verschenen en heeft deze stad aan de
Zwarte zee, aan de zuidkust van de Krim,
beschoten. In de onmiddellijke nabijheid, op
slechts 5 KM. afstand, ligt het keizerlijke lust
slot Livadia, een geliefkoosd verblijf van de
keizerlijke familie. Dc va-der ran den tegen
weer dlgen czaar placht er veel te vertoeven
en is er ook gestorven. Ook czaar Nicolaas
II houdt jaarlijks e enige maanden met zijn
gezin verblijf in Livadia cn reeds Alexander
I kwam 'dikwijls in de Krim. Men heeft in
Livadia den 9en Februari -de schoten kunnen
hooren, die een Turksah schip liet neerko
men in Jalta. Maar van eene Russische on-
«dierncming tegen Konstantinopel heeft men
nog niets vernomen.
De oorlog. V
P a r ij s13 F e b r. (R.J Namiddag-com
muniqué.
De Duilschers bombardeerden hevig Nieuw-
poort en de duinstreken en ook Yperen. Wij
antwoordden met goede uitwerking. Elders
kwamen bij tusschenpoozen kanonnades voer,
Twee nachtelijke aanvallen in het Bois du
Caures, ten noorden van Verdun, worden dooj
ons teruggeslagen.
De Duilschers deden aanvallen zonder suc
ces op Arracourl en Pauzey. Zij bombardeer
den de stellingen, die wij wonnen in Eizas,
bij den Sudelkopf, met onbeduidend resultaat.
Avond-communiqué.
In België artillerieactiën.
In La Boisselle lieten wij eene mijn sprin
gen en bezetten de daardoor ontstane holte.
Voor Dompicrre, ten zuidoosten van Péronne
werden Beiersche pioniers door dc ontplof
fing Yan een onzer mijnen gedood.
De vijand bombardeerde de dorpen Pasly
en Tracy-lc-Val. Onze zware artillerie teister
de het station te Noyom
In Champagne k :i een onzer bataillons, die
geslaagd was in de vermeestering Yan een
voor onze loopgraven gelegen bosch, zich niet
handhaven in het bezit daarvan tegen een
tegenaanval van overmachtige strijdkrachten,
terwijl een sneeuwstorm onze artillerie be
lette krachtdadige hulp te Yerleenen.
Parijs, 14 F eb r. (R.) Namiddag-com
muniqué.
In België werden Nieuwpoort-les-Bains,
onze loopgraven in de duinen en de stad Ype
ren gebombardeerd. Onze artillerie beant
woordde de vijandelijke batterijen.
In den sector van de Lys tol de Aisnc tracht
te eene vijandelijke afdeeling vooruil te gaan
naar onze loopgraven, bij Noukfttc. Zij werd
door het vuur van onze infanterie gestuit.
In Champagne werd de stad Reims op
nieuw gebombardeerd. Ons schieten op de
Duitsclie loopgraven scheen goede uitkomsten
te leveren.
In Lotharingen werd een aanval gedaan te
gen onze voorste troepen-elementen, die den
seinpost van Xon noordoostelijk van Pont-è-
Mousson bezet houden. De resultaten zijn nog
niet bekend.
In Elzas ondernam de vijand eene aanvals-
beweging door het Lauoke-dal; twee colon
nes rukten .op langs de noordelijke en zuide
lijke oevers. De opmarsch van deze Roepen
werd gemeld, tegenhouden en gestuit door
onze patrouilles ski-loopeis; zij zijn nu in
contact met onze voorste linie.
In de Yogeczen heerscht een hevige sneeuw
storm.
Avond-communiqué.
Tusschcn de zee en de Maas werd geene
infantorie-actic bericht. In Bolgië, lusscken de
Oise en de Aisue en ook in Champagne zijn
artillerie-duels geweest.
In Lotharingen hebben wij in de streek van
Piont-ë-Mousson een tegenaanval gedaan op
den vijand, die Norroy had bezet, en voet ge
wonnen op de belendende hoogte. 'De strijd
duurt voort.
Geeno nieuwe berichten zijn ontvangen over 1
de operatiën in het Lauch-dal, waar de strijd
het karakter heeft van een voorposten-ge
vecht.
B e r ldj n, 14 F e b r. (W. B.) Bericht van
hot opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Ten noordoosten van Pont-d-Mousson ont
rukten wij aan de Firansahen het dorp Nor
roy en dc ten westen van deze plaats gelegen
hoogte no. 365. Twee officieren cn 150 man
werden hierbij gevangen gemaakt.
In de Vogeczen worden de plaatsen Ililson
cn Obersengern met storm genomen, waarbij
135 gevangenen in onze handen vielen.
P a r ij s 14 F e b r. (R.) Een bewoner van
Saint-Mihiel, wieo het gelukt is naar Parijs
te ontkomen bericht, dat Fransche granaten
de stad ernstig beschadigd hebben. 11UQ men-
sclien zijn in Saint-Miliiel gebleven; zij leven
in de kelders. De Duitschers hebben eene oor
logsschatting geeischt van 500.000 francs,
waarvaD slechts de helft door de bewoners is
betaald.
Ween en, 13 Febr. (W. B.) Officieel bc
richt van heden middag.
In Russisch Polen cn West Galicië zijn geene
.gebeurtenissen te vermelden.
De toestand aan het Karpathenfront is in
het westelijke en het middonste deel ever het
algemeen onveranderd. De krachtige Russi
sche tegenaanvallen in de streek bij den
Duklapas zijn zeldzaam geworden- In het oos
telijk deel zijn vorderingen gemaakt. Gelijk
tijdig met het welgeslaagde voorwaarts drin
gen in de Bukowina, trokken de eigen Roe
pen na het terugwerpen van den tegenstan
der bij Körósmezo den Jablonicaipas over en
de overgangen aan beide zijden van dezen
weg. Terwijl de ia Bukowina vooruit gaande
colonnes onder talrijke gevechten de SereLh-
linie bereikte, bevochten de in het boYen-ri-
viergebicd van de Prulh en op Nadworna
voorwaarts rukkende eigen krachten zich den
uitgang naar de dalen in hel gebergte; zij be
reikten Wirnitz, Kuty, Kosow, Delalyn en
Pasieczna, waar de Russen tegenwoordig op
verscheidene punten stand houden.
Door de in den laatstcn tijd dagelijks in
geleverde gevangenen werd het totaal van de
in de tegenwoordige gevechten gemaakte Rus
sische krijgsgevangenen verhoogd tot 29.000,
Namens den chef van den generalen staf
Luit.-veldmaarschalk von Iloefer.
Petersburg, 13 Febr. (Tel.-agenl-
scliap). Communiqué van den grooten gene
ralen staf.
Op het front Njemeli—Weichscl hadden re-
vechten plaats ten westen van Jurhurg in de
streek van Lyck, bij Kadzidio en ten oosten
van Perpetz. In dc streek van Lyck sloegen
wij met suces de aanvallen van den vijand
af en brachten hem aanzienlijke verliezen toe
Aan den linker Weichseloever bombardeer
de onze artillerie met succes vijandelijke co
lonnes, wier bewegingen de richting aanga
ven waarin de vijand zich beweegt.
Ir. de Karpalben bezetten onze troepen ver
sterkte hoogten in de streek van Szwidnik en
lusschen den Lupkowschen pas cn de San
waarbij wij duizend gevangenen maakten.
Op het front lusschen de passen van Uszok
cn Tucholka drongen wij de Duitschers ecu
weinig terug. Ter hoogte vah Koziuwka ver
schansten de Duitschers zich op 40 passen
van onze loopgraven. In Wyschkow sloegen
wij de hardnekkige aanvallen van den vijanc)
af.
Berlijn, 14 Febr. (W. B.) Bericht van
liet opperste legerbestuur uit het groots*
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Aan de Oost-Pruisische grens cn aan do
overzijde daarvan nemen onze operatiëu dc»
loop, die werd verwacht.
In Polen rechts van de Weichsd maakten
onze troepen vorderingen in de richting van
Racionz. Links ran de >Yeichscl is geene
vlenandering gekomen.
Weenen, 14 Febr. (W. B.) Officieel be*
rioht van heden middag.
De toestand in Russisch-Polen en .West*
Galicië is onveranderd.
Onze Roepen op het gedeelte van ons ge
vechtsfront in dc streek van Dukla, waartegen
de Russen lot heden lievige aanvallen onder
nomen hadden, gingen zelf tol den aanval over
en wierpen den vijand, Siberische troepen,
van twee beheersaliende hoogten; zij namen
stormenderhand een dorp bij Wyskosz.
Een aanval der verbondenen in de Midden-
Woud-Karpathen had ook succes. Ook bier
werd den vijand een hoogte, waarom hardnek
kig gestreden was, ontnomen.
In de gevechten van gisteren werden weder
970 krijgsgevangenen gemaakt.
In Zuid-Oostelijk Galdcië cn Bukowina had
den met goeden uitslag gevechten plaats. De
Zuidwestelijk van Nadvorna, ter bescherming
dier stad, stand houdende vijand werd terug
geworpen. De hoogten ten Noorden van Dela-
tyn werden veroverd. Hierbij werden talrijke
krijgsgevangenen gemaakt.
Petersburg, 14 Febr. (Tel.-agent
schap.) Communiqué van den grooten gene*
ralen staf.
De gevechten aan den rechter Weichsel
oever ontwikkelen zich gaandeweg o-n het
front van Mookowo tot den weg van Myszin
naar Ostrolenka; zij hebben het karakter van
op zich zelf staande partieelc botsingen.
In de streek Lyck—Raigrod—-Grajewo on
derscheiden de gevechten zich door groote
hardnekkigheid. Verder noordelijk trekken
onze troepen zich terug naar de versterkte
linie aan de Njcmcn-rivier onder den druk
van groote Duitsclie strijdkrachten.
Aan den linker Weichsel-oever hadden
slechts kanonnades plaats. Aan de Nida ont
wikkelt de vijand van tnjld Lot idjd een zeer
hevig artillerievuur.
In de Karpathen sloegen wij vijandelijke
aanvalleu terug in de streek Gordice—Swidich.
Wij maakten ons meester van de vijandelijke
versterkingen bij Smolnik ten oosten ï'an
Lupkow en maakten daar 18 officieren en
meer dan 1000 soldaten tot gevangenen. Drie
miRailleuses werden buit gemaakt.
Hardnekkige gevechten zijn aan 'den. gang
op het front TuoliLaWygzkow en op de we*
gen naar Nadwornoje,
Budapest, 14 Febr, (W. B.) De Az Est
bericht uit Bistiitz: Onze Roepen zijn in Ra-
daulz binnengetrokken. De intocht geschied
de zóó snel en verrassend, dat de daar ver-
loevende Russische generale staf geen tijd
had te vluchten en niet het geheele bureau
in gevangenschap geraakte. De commandoe
ren de generaal pleegde zelfmoord.
Jekaterinoslaw, 14 Febr. (R.) De
czaar brachl een bezoek aan de stad. Ilij onl-
Tot velen moet de waarheid eerst lang
zaam ikomen; niet aiLle soort van ijzer kan
den vollen gloed van het vuur terstond ver
dragen.
levensbeeld door
JOANNES REDDINGIUS,
55
De voorste jongens doken al in het kreu
pelhout; in het „Dronkenmanslaantje" slin
gerden zij voort als een langer .wordende
Slang. „Lui, die dat gemaakt hebben, moeten
dronken geweest zijn," had mijnheer De
Groot eens gezegd ,toen hr met dc jongens
er doortrok, cn sinds dien tijd droeg het den
haam van „Dro'nkemansLaantje"
Graat was al op den zandweg, de anderen
volgden, toen 't hek over de Meent, Albert
bcgo.i al hard 'te loopen, IJsbrand ook, toen
Look Here, üchulter, Herman, Anton en de
rest, Bram kwam achteraan, 't haakje was
door zijn jas gegaan hij stond te Rekken om
hel los te krijgen, onderwijl een paar pas
doende.
Niet achterblijven, zei kleine Ping.
Nee, zei Bram, dat wil ik ook ni$t, maar
hakie.
't Haakje was los, Bram zette oen sukkel
drafje in cn snelde Kleine Ping vooruit naai
de Karnemclkssloot, hij hoorde IJsbrand in
de verte roepen:
Op stopnaalde
Bram schoof 't struikgewas in en stond
weldra op een soort van klein schiereiland.
Ilier zat de meeste visch, niemand wist
dat zoo.
Bedaard legde hij zijn hengel neer, schar
relde in zijn broekzak, haalde een pijp te
voorschijn en tabak, stopte, stak een lucifer
aan. trok ferm een paar halen, blies* den
rook zelfvoldaan in dc lucht en wierp achte
loos den lucifer Wieg. Toen sloeg hij een
worm aan zijn haak en slingerde fijn-scherp
mikkend zijn snoer met het aas in het water.
I lij had het warm gekregen. Bedaard wisolite
hij het zweet van t voorhoofd met zijn lin
kermouw.
Wat stond hij hier lekker in de schaduw
en hier zat visch, dat wist hij nog van ver
leden jaar, toen had hij er vijftien baarzen
en een voorn uitgehaald, niemand had ge
weten. waar hij gezeten had, niemand. Nu
was hij weer alleen, gelukkig* Strak stond
hij te luren naar zijn dobber, de rood-gesohil-
derde kurk danste op het water, al maar
door hij kreeg nog maar niet beet, wacht
maar. 't zal wnel komen, 't windje, niet te fel;
wat staat dat riet toch leuk te buigen, ai
maar weer. 't Dobbertje tikte, nog eens, haall
aan de gespannen lijn spartelde een mooie
baars, Bram greep het dier met twee vin
gers voorzichtig aan, de steekvinnen ont
wijkend, en haalde handig den haak uit de
bovenkaak.
Dat is d'r één, zei hij, en legde de visch
in de schaduw, dekte haar toe met afgeplukt
gras, docd bedaard een nieuwen worm aan
den haak en ging op dezelfde plaats liggen.
Iets meer naar links. Bedaard schoof hij
zijr. wormenbakje langs zijn buik.
De zon schoen blinkend op het waler, de
lucht was blauw-hcog, enkele donzige wol
ken dreven haast onmerkbaar verder, rein
boven de zomcrsolie landen der aarde, die
lag als een wijde tuin.
Wat (kabbelde dat water lekker, zoo zonder
haast, maar gestadig toch, een vogeltje fiool
in 'l riet: „kwik-me-dit, kwik-me-dit!" Bram
stond roerloos, keek of hij 't vogeltje ook
zag, maar neen hoor, 't bleef verscholen, hij
zou 't wel laten 0111 het te verjagen, 't gaf
hem een gevoel van vrede, dat kleine diertje
met zijn kleine slem zoo dicht hij zich te
weten; hoor, daar riep het woor zijn vroo-
lijken roep. Bram vergat zijn hengel en stond
met den stok tusschen zijn vingers te droo-
men lot vermoeidheid in zijn onderarm hem
deed ophalen, iels verder weer inleggend.
Even lag dc dobber te wiebelen, de ganzepen
knikic, gedreven door den wind naar het
zilveren lichllijk geribbelde vlak, tol opeens
de dobber snel onder water werd weggeRok-
ken. Hij haalde op, wéér een baars, nog groo-
ter dan 4e eerste, 't Ging goed, hij lag weer
cp 'het oude plokje, weidra dook de dobber
opnieuw.
Hij haalde op, een klein baarsje hief Ei
boven water, maar plomps, daar viel het; dat
was beroerd, nu ring je hier niets meer,
brommend liep hij eön eindje verder, zijn
onhandigheid verwenschend; als hij vlugger
had opgehaald, zou hij de visch hebben ge-
bad en was de plaats niet bedorven gewor
den. Een kwartiertje stond hij daar, ring
niets; om wat te doen, keek hij naar het aas,
dé- haak was door, hij maakte het spul in
orde en wierp weer in, keek aandachtig naar
den dobber. Zijn -pijp was uit, hij bleef lui
ken .op het mondstuk, zoo dadelijk zou hij
wel weer aansteken. Snel dook de dobber
opeens, wel allemachtig! De jongen zette
zich schrap, dat zal d'r eentje wezen, dachl
hij en trachtte op te halen, maar de zware
last boog den hengel, snel smeet Bram zijn
hengel achter zich en begon te palmen, 't
ging zwaar, hij was een en al aandacht, ver
dik!.ie daar zal een kanjerd aanzittlen en
jawel, daar had hij hem aan wal, een bra
sem, wel vijf vuisten laiig. Hij sleepte het dier
een eind het land op; wat een heest, hij 'had
potdorie den heelen haak ingeslikt, uithalen
ging niet. Bram sneed het snoer door en
legde dc heyig-spartelende visch onder de
hoornen bij de andere twee, daarna haalde
hij zijn porlemonnaie te voorschijn, opende
deze en grabbelde in 't achterzakje, daar
bewaarde liij een extra haak, deze maakte
hij aan het snoer vast, verzette den dobber,
keek inog eens in de richting van de risschcn
sloeg een verschen worm aan den haak cn
wierp in. 't Vogeltje in 't riot zong niet meer,
't was zeker weggevlogen.
De jongens waren nergeais te zien, Ping
ook 'niet. De jongen bleef bij het water, ge
lukkig in onverstoorde stille...
't Werd later op den middag, vermoeid van
't aanhoudend staan ging hij zitten bij 't
hakhout op den drogon grond, je kon net in
het waler kijken, den dobber dus goed zien.
Hoep' daar had liij er weer een. Dat ging.
Hij stond overeind weer, bleef een poos
rustig turen, maar daar hij niets meer ving,
maakte hij het zich spoedig wat makkelijk,
ging er bij ritten, met minder aandacht zim-
dc. De zou glinsterde nog altijd in het waler,
maar de felste kracht was geweest, 't werd nu,
eigenlijk pas echt, hij kwam in to gelukkige
stemming om Yeei aan het visschen te den-
keil, 't was mooier den middag te verdroo-
meii, dan die stomme beesten op te halen.
In de verte hoorde hij iemand zingen, een
boerenmeisje. Hij zou ook wel op liet land
willen wonen en boer zijn, maar schilder
ook, je kon dc zon zien opgaan en inademen
's morgens de heerlijke lucht, je kon werken
den gansclien dag op het land. Iiij wist nog
heel goed wat Teunis, de aardajppelenhoer
hem van 't boerenleven had verteld en van de
schafturen, waann boterhammen met spek
gegeten werden, of koude brij met stroop
dat was zoo goed tegen de warmte; je liad
dan je eigen eten verdiend; wat moet het
toch heerlijk zijai de zon te zien opkomen, die
door de lucht Rekt met brceden boog, 's mid
dags staand boven je hoofd, dan kon je lig
gen rusten van den arbeid, ergens onder het
loover en slapen bij 't gonzen van de insekten
en 't zingen der vogels, en dan weer maaien,
het graan, het gele, jubel-li eerlijke goud-
graan, de heenen zoo, in blauwe broek, den
linkerarm zoo en den rechter zoo met de
zicht, sjiet-sjiet, wat snijdt die zicht lekker,1
sjiet-sjiet, slap-slap, links, rechts, nou eena
even sloppen cn drinken uit de blikken bue
niet koude koffie; vooruit maar weer, de
zijht is nog scherp, als je hier zoo aan 't'
werk bént, dan merk je eigenlijk eerst dat ie.
Wordt vervolyd'