EEN HH&HTiSSIE JONKEN „DE EEMLAN DER". Donderdag 18 Februari 1915. BUITENLAND. FEUILLETON. N° 198 ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort f l.OO* Idem franco per post1.50» Per week (met gratis verzekering tegon ongelukken) O. IO. Afzonderlijke nummers Dezo Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- ea Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 qut, familie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te zer.dcn. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels,.f 0.50* Elke regel meer 0.10 Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handol en bedrijf bestaan zeor voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Euno circulaire, bovattendo de voorwaarden, wordt op aanvraag toegozonden. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURQ. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT Intercomm. Telefoonnummer 66. 1. Politiek Overzicht. De nieuwe |>n^se in den zeeoorlog. Het is heden tic 18e Februari, de dag waar op Duitse Liand heelt aangekondigd te zullen beginnen mol zijne nieuwe wijze- van zeeoor log voering, die ten doel lieclt door 't voeren van eon ei del&ingsooriog legen de Brilsche handelsschepen in <ie wateren uie Grool- BriitaiïqiiC- en Ierland omspoelen, hel han delsverkeer van Engeland le onderbinden en den vijand uaaidoor m zijne levenszenuw le treilen. In de dagen, die aan dezen osiheilspellen den dattim vooral gingen, heelt hrt niel ont broken aan waarschuwingen, die, al waren zij in oen vorm zeer beleeid en vriendschap pelijk, tbcli za-kelijik met den vereisohtcn na druk onder ue aandacht van de oorlogvoe renden brachten met welke ernstige gevaren deze nieuwe inclhoide van oorlogvoeren de neutrale scheepvaart bedreigt en hen ver antwoordelijk stelden voor de gevolgen die daaruit kunnen voortvloeien. Alle neutrale staten, wier belang betrokken is bij de scheepvaart in de nu lot oorlogsgebied ver klaarde wateren, hebben zich van dien plicht gekweten. Nu is do vraag: Wat zal dat uitwerken? De Duitsohe regeerimg heelt in baar antwoord op de Arnerikaansche nota, dat hier bene den in exlenso is opgenomen, indirect ecu beroep gedaan op de medewerking van de Vercenigde Stalen om te koanen tot eene an dere wijze van oorlogvoering. Zij verklaart, dai als die regeering van de Unie er in mocht slagen de inachtneming van de Londenscliu verklaring van zeeoorlogsrecht ook van de zijde der mei Duaischland oorlogvoerende stalen le bereiken en daardoor den re.ulr.id- tiigen aanvoer van levensmiddelen en indus- tricele grondstoffen voor Duitsehland moge lijk te maken, zij gjaarne uit den daardooi geschapen nieuwen toestand "üaire öonsequen- tién zal trekken. Die verklaring kon de Duit sche regeering gemakkelijk afleggen, want het was haar volkomen bekend, dat zij niet in de gelegenheid zou worden gesteld deze toezegging gestand le doen. Wel verre van zijne gedragslijn tegenover Duitsehland te maligen. is Engeland integendeel er op be dacht die nog le verscherpen. De Brilsche minister van marine Churchill heeft in het lagerhuis aangekondigd, dal de voorschrif ten. die over het vervoer van votediingsmid- idielen zij.n gegeven, zullen worden herzien, en den geest, waarin dat zal geselleden, leert men -kennen uit de woorden, die hij daarop liet volgen: ,,W<ij zullen de volle kracht vam den druk, dien onze vloot kan uitoefenen, op den vijand la-Len neerkomen". Hel gaat van beide zijden hard tegen hard, en geen middel, dat kan dienen om dien tegen stander afbreuk te doen, wil men ongebruikt laten. De onzijdigen moeten daarin berus ten, en zij zouden toil on zekere hoogte er vrede mee kunnen hebben, omdat naar mate de strijdenden elkaar feller besloken, de kans grooter wordt, dat de duur van den strijd zal worden bekort. Maar het is een plicht van lijfsbehoud voor hen en levens hun recht, onder de aandacht van de oorlogvoerenden te brengen, dat dezen hen buiten den strijd moeten houden en niet tegen handelsschepen van leer mogen trekken, zonder zich le heb ben vergewist, dat zij vijandelijke schepen voor zich hebben, geene die aan nentraleu behooren. Met dait doel zijn de waarschuwingen ge geven, die vervat zijn iin de nota's, welke de regeeringen der neutrale staten hebben la-ten uitgaan, naar aanleiding van de ken nisgeving der Duitschc admiraliteit van 4 Februari. Is het nu te verwachten, dat die nota's volstrekt geene uitwerking zullen heb ben? Hier moet men onderscheiden tusschen woorden en daden. Een Duitsche schrijver, graaf Re vent low', heeft verklaard, dat ..geeli dreigement, geen maatregel van de zijde der Yereenigde Staten kan worden bed-acht, die in slaat zou zijn Duitsehland te bewegen om wijziging te brengen in zij.n oorlog tegen den Britschen handel". Dat is eene pr ach tic klinkende frazc, maar of de daden van de Duitschc regeering zich hiernaar zullen rich ten, is toch de vraag. De nota van de regee ring der Yereenigde Staten Is op te criisUgen toon gesteld, dan dat de Duitschc regeering haar op zijde zou kunnen leggen, liet kan* ook in DuatecMaiid niet onbekend gebleven zijn, dat president Wilson hier- werkelijk op treedt als het orgaan van het groote gem een e- best, dal hij vertegenwoordigt. De pers steunt hem nagenoeg eenstemmig. Invloed rijke leden van den Senaat' hebben verkla ringen afgelegd, dat Duitsehland door zijne bedreiging van de neutrale scheepvaart eene kritieke houding -tegenover de "'ereenigdc Staten heeft verwekt. Van veel gewicht is, dat ook de republifkeinsche partij zich beslist aan de zijde van Wilson heeft gesteld. Wat zal gebeuren, aL> een Amerika on sell schip, zonder dal een onderzoek is vooraf gegaan, wordt getorpedeerd of een Amen- kaanseh burger wordt gedood door een Duitsch oorlogsschip, daarover kan men met in twijfel verkeeren. De nota van de regce- nng le Washington verklaart uitdrukkelijk, dat diit ernstige complication ten gevolge kan hebben. De Amerika arische ambassadeur te Berlijn heeft diaarop ook nadruk gelegd in een onderhoud, dat hij met een medewerker van de National Zeitung heeft gehad. Ilij deed diaarin uitkomen, dal dit het cenige ge val is, waarin men van ernstige moeielijk- hedon tusschen -de beide regecringen kan spreken, cn ga-f op de vraag: Waarom zou den Duitsehland en de Yereenigde Stalen oorlog met elkaar voeren? dit antwoord: .Een oorlog zou, in de huidige wereldpolitieke omstandigheden, volkomen onzinnig zijn. Hoe zou liij moeben worden gevoerd? Geen van de beide tegenstanders zou den ander militair met nadruk kunnen bestrijden. Dat verbiedt de militaire toestand. Men zou dus 'bovenal te doen hebben met een econoxm- schen oorlog on dan moet er op worden ge wezen, dat de Duitschc beliggingr.i in Ame rika mi 11 iarden vertegenwoordigen, terwijl slechts een nietig brokje Amerikaanseh i.ao» taal in Duitsehland is belegd. Een oorlog zou -reeds om deze reden ook voor Duitsch tand even onzinnig als noodlottig zijn." Ook lii-erin ligt eene ems-tige waarschu wing. Men zal nu uit de -daden va/n de Duit sche marine zien wei-kon indruk deze waar schuwingen hebben gemaakt. De oorlog. B e i-1 ij n17 F e b r- W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Blijkbaar naar aanleiding van onze groote overwinningen in hel oosten, ondernamen de Fransciien en Engelschen gisteren en in den afgeloopcn nacht op verschillende plaatsen bijzonder hardnekkige aanvallen. De Engel schen verloren bij hunne mislukte pogingen wederom hunne op 14 Februari verloren stel lingen. Wij maakten op nieuw 4 officieren en 170 man lot gevangenen. Ten noordoosten van Reims werden vijan delijke aanvallen afgewezen; 2 Fransche of ficieren en 179 man vielen in onze handen. Een bijzonder krachtige aanval richtte zich tegen onze linièn in Champagne, die meer malen leidde tot een verbitterd handgemeen. Afgezien van een enkel kort gedeelte, waar dc vijand binnendrong en de strijd'nog voort duurt, werden de vijandelijke aanvallen over al afgewezen. Omstreeks 300 Fransciien ge raakten gevangen. In dc Argonne zetten wij hel offensief voort en veroverden een verder deel van de vijan delijke hoofdstelling. Wij maakten hier 35Ö gevangenen en veroverden twee bergkanon- nen en 7 machinegeweren. Ook in het Bois de l'rêtre (ten noorden van TouD hebben wij kleinere voordeelen le ver melden. Daarbij zijn twee machinegeweren genomen. Yan de grens van liet rijksland is niets nieuws te berichten. P a r ij s 17 F e b r. (R Namiddag-com muniqué. Ondanks een lievige kanonnade, die tegen lien werd gericht, konden de Engelsche en Fransche vliegtuigen, die bommen wierpen iu de streken van Ghislelles en Ostende, onge deerd huiswaarts kceren. De Belgische artil lerie schoot niet goede uilwerking op troepen- verizamelingen en verblijven. In de Argonne, bij Fonlaine-aux-Charmes vernielden wij een blokhuis en een honderd tal meiers loopgraven. Wij sloegen volledig terug een zeer hevigen aanval, die door min stens drie bataillons ondernomen werd tus schen Four de Paris en dc westelijke helling van Boureuille. Wij brachlen daarbij den vijand zware verliezen toe en maakten gevan genen. Meer oostelijk, in het bosch van Aian- courl, crnieeslerden wij een honderdtal meiers loopgraven. Avond-communiqué. Tusschen de zee eu de Oise verstrooide onze artillerie talrijke troepenaldeelingen en ver nielde konvooien en munitiewagens. Wij na men twee linicn loopgraven tea noorden van Atreclit en sloegen lievige tegenaanvallen af. Wij namen gevangenen en brachten den vijand herige verliezen toe. Yele Duitsche of ficieren zijn gedood. D1 vooruitgang, die den 16en verkregen werd in den sector van Reims bij Loivre is gehandhaafd cn bevestigd. In Champagne gingen wij voort met te win nen. Ten noordwesten van Perthes namen wij dc stellingen van den vijand op een front van 800 Meter. Alle Duitsche tegenaanvallen ten noorden van Mesnil-lcS-IIurlus en Beauséjour w erden teruggeslagen. In dc Argonne gingen wij vooruit. In hel Bois la Grurie handhaafden wij onze stelling ondanks twee herige tegenaanvallen cn een zeer zwaar bajonetgevecht, dat den vijand duur te staan kwam. Tusschen de Argonne en de Maas gingen wij vooruit op verschillende punten. In Elzas namen wij de hoogten, die de hof stede Sudcll beheerschen. Onze vliegtuigen bombardeerden. Freiburg in Breisgau. Berlijn, 17 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Ten noorden van Memel volgden onze troe pen den overal teruggeslagen tegenstander in de richting a an Tauroggen over de grens. In het woudgebied ten oosten van AugusLo- wo vinden op vele plaatsen nog vervolgings- gevechten plaats. Een van Lomza naar Kolno opgerukte Rus sische colonne is geslagen. 700 gevangenen en G machinegeweren vielen in onze handen. Ook eene vijandelijke afdeeling bij Grajewo is naai' Ossowiecz teruggeworpen. Op hel IronL Plozk— Racionz (Polen ten noorden van dc Weichsel) schijnen zich hard nekkige gevechten tc ontwikkelen. Uit Polen ten zuiden'vau de Weichsel niets nieuws Berlijn, 17 Febr. (W. B.) Uit het Oos tenrijks che oorlogsperskwarlier bericht de Lo- kalanzeiger, dat aan het Karpathenfront de ge vechten onafgebroken voortduren en eindigen met partieele voordeelen voor de wapenen der bondgenooten. De Russen staken overal het offensief. Het dooiweder vertraagt het voorwaarts dringen van de Oostenrijkers. Een sneller vooruitgaan is slechts mogelijk in Bu- kowina en zuidoostelijk Galicie, waar de Oos tenrijkers reeds uit hel gebergte te voorschijn komen en de vlakte hebben bereikt De bezetting van Przcmysl is goedsmoeds. Uit Budapest bericht de Deutsche Tageszei- tung de aankomst van 50 wagons met Russi sche gevangenen in Debreczin. Weenen, 17 Febr. (W. BOfficieel beridhl van heden middag. Na een tweedaagschen strijd werd piste re n laat in den namiddag Kolomea genomen. In de ten zuiden van de stad bij Ivluczow en Myszin sedert den 15cn durende gevech ten spanden de Ru&sen zich zichtbaar ge ducht in o<ra zich im de stad staande te hou den. Talrijke versterkingen worden door lien aangevoerd. Hevige tegenaanvallen op onze vooruitdringende troepen moesten aan beide zijden van den weg meermalen terug geslagen worden, waarbij door de goede uit werking van ons eigen artillerievuur den vij and groote verliezen werden toegebracht. Om vijf uur in den namiddag gelukte het door een algemcenen aanval den tegenstan der, ondanks zijn verbitterde tegenweer, uit zijaie laatste stelling voor de stad te werpen. Wij bereikten tegelijk met de vluchtenden Kolomea. De vernieling van de brug over de Pruth werd verhinderd en de stad van de vluchtende Russen gezuiverd en lezct. f-OOU gevangenen, verscheidene machinegeweren en Iwee kanonnen vielen in onze handen. In de Kaï'pathen duren in het gedeelte tot in den omtrek van Wyszkow, de gevechten mei groote hardnekkigheid voort. Er zijn weer 4010 gevangenen binnenge bracht. Aan het from t van Russisch Polen en West- Galicië zijai slechts arlllieriiege vcchlen ge voerd Petersburg, 17 Febr. (R.) Commu niqué. De strijd, aan dcir rechteroever van de W eichsel duurt in ontvoer dezelfde streken zeer verwoed, voort. In cenige sectoren is geen verandering. Ten westen van dc Weichsel sloegen wij een aanval af op het front Khava—Wyka- rolsch in Gaiicaé; wij. brachten den vijand zwairc verliezen toe en maakten hij het te rugslaan van den aanval 1410 gevangenen. Yorder oostwaarts voerden dc Duitschers eene reeks onstuimige en hardnekkige aan vallen uit t ussclieu Korziomska cn den Wysoliikowpas; zij werden allen teruggesla gen met zware verliezen. Bijna een geheel batvadllon werd met de bajonet afgemaakt, de overlevenden weiden gevangen genomen. In Bukowina is dc toestand onveranderd Koningsbergen in Pruisen, 17 Febr. (W. B.) Heden namiddag is hier bij bet Übcrpraesidiuni het volgende telegram van den Keizer aangekomen: De Russen zijn vernietigend geslagen. Ons lief Oost-Pruisen is bevrijd van dcu vijand. Wilhelm. B er 1 ijn, 17 Dec. (W. B.) Officieel be richt. De keizer is voor een kort yerblijf in Berlijn aangekomen. Berlijn, 17 Febr. (W. B.) De keizer heeft aan den chef van den genenalen staf van het veldleger, generaal der infanterie Yon Falkenhayji, ais blijk van erkenning van zijjne verdiensten bij de overwinning itn Ma- suren, de orde „pour le mérite" verleend. li er lij n, 17 Feb r. (W. B) Officieel be richt. liet gisteravond aan den gezant der Vercenigde Stalen van Amerika op zijne me dedeling van den 12en dezer, door de Duit sche regeering gegeven antwoord, luidt ala volgt: De keizerlijke Duitsche regeering heeft dc mededeeling van de regeering der Vercenig de Staten in denzelfden geest van welwillend heid en vriendschappelijkheid, waarin deze mededeeling naar het voorkomt gesteld zijn, aan een onderzoek onderworpen. De keizer lijke Duitsohe regeering wcot zich met de re geering der Yereenigde Stalen daarin één, dat het voor beide partijen in hooge male ge- wcnsch is, het misrversland fce voorkome-n, dal uil de door de Duitsche admiraliteit afgekon digde maatregelen zou kunnen voortvloeien, en het pilaals hebben van gebeurtenissen lo verhoeden, die de tot heden tusschen beide regeeringen op zoo gelukkige wijze bestaande vriendschappelijke betrekkingen zouden kun nen benadeeleu. Dc Duitsche regeering ge- looit voor deze verzekering bij de regeering der Yereenigde Stalen des te meer op volko men instemming te mogen rekenen, omdat dc door de Duitsche admiraliteit aangekondigde actie, zooals deze in dc nota van den 4cn de zer uiteengezet is, op geene enkele wijze te gen den wettigen handel en scheepvaart der neutralen gericht is, maar enkel een voor Duitsoliland's levensbelangen noodzakelijke legen-maatregel is tegen de wijze, waarop Engeland den oorlog ter zee voert, een wijze van oorlogvoering, die tot dusverre door geen enkel protest der neutralen tot den vóór den oorlog algemeen erkenden rechtsgrond is te ruggebracht. Om op dit cardinale punt eiken twijfel uit te sluiten, veroorlooft dc Duitsche regeering zich nogmaals den toestand vast tc stellen. Duitsehland liecfl dc lot dusver geldende vol kenrechtelijke bepalingen op het gebied van den zeeoorlog nauwgezet in acht genomen. In Er is meer behoefte aan goede voorbeelden dan aan goede vermaningen. levensbeeld door JOANNES REDDINGIUS 58 Gerard sprak met Frits af, dat zij direct naar boven zouden gaar. om schoon goed aan te trekken. Graat moest bovendien een an dere bovenbroek zien te krijgen, als nu de kieerenkast maar niet op slot was. outer praatte met IJsbrand, de anderen waien stil; Bram hep haast zijn vriend. Bij „de Mierenheuvel" vermeerderde de angst in de harten der knapen, ze waren nu aoo dicht bij huis, zou Ping 't zeggen? Albert had 't zwaar met zichzelf to ver antwoorden, hij was de oorzaak van alles, zou dat de straf zijn, omdat hij de Indische vruchten van zijn broer had gegapt? Wat ging hij prettig heen van middag, wat een Verschil bij nu. hij wreef met zijn hand langs tijn mond om het klapperen der tanden tegen tc gaan. 1 Is gelukkig, dat Herman meegedaan beeft, verkondigde Look Here, nu zijn we niet zoo zuur als anders. Met zijn groote handen sjorde hij weer aan zijn broek. Niemand zei wat, zij gingen in groote benauwing, de hui len bonsden. Zou hij 't zeggen, zou hij t zeggen? 't Schoolgebouw lag angst-wekkend stil in den laten middag. De onderwijzer telde dc jongens en riep met 2ijn gewone stem: „Enlrez". XI. Herman tusschen het kreupelhout zittend keek, moe als hij was, mat en moedeloos, naai- de spelende jongens, ze schreeuwden en scholden en maakten een hcidensck ka baal. Zij hadden ruzie over een kleinigheid, •hij voelde zich te ziek om hun beweringen te volgen en verwenschte de harde stemmen, de gebaren van woede en vechtlust. Toen Kleine Ping kwam aanloopen met zijn rood achtig zwarten hoed netjes midden on zijn hoofd, parmantig mannetje in zijn al te lange pandjesjas, werd het leven minder, ging 't spel weer zijn gang. Herman keek in zijn schrift, las even en hield weer op, bleef zit ten suffen. Hij had vandaag niet zijn „beau jour", zooals Lante. Annemie dat noemde, 't was eeïi misse boel, hoofdpijn had hij en wat erg. Hij probeerde zich op le houden, maar had het vermoeden, dat het hem niet zou gelukken. Hij begon weer te lezen, zich in spannend te begrijpen, wat hij las, maar weldra sloeg hij het cahier dicht, zuchtte diep, en bleef zitten mijmeren en denken. Hij wist wel, dat dit denkeh slecht voor hem was, maar ziin gedachten lieten hem niet met rust, het gebeurde hem telkens, dat hij, als hij iets 'haarfijn had doordacht, na een oogenblik weer opnieuw met 't zelfde onder werp bezig was, angstvallig nagaand of hij ook iets had vergeten, dat van invloed zou kunnen zijn op het resultaat. De gedachte holde voort, was even weg en kwam weer terug en liii miste de kracht om haar te doen stil houden en zeil in evenwicht te zijn. rustig, sterk. Door dit denken werd zijn hoofdpijn erger on erger. Hel beste zou zijn maar naar bed te gaan, als hij het geluk had le kunnen slapen, zou hij bij het ontwaken weer heerlijk helder van hoofd zijn en weer stilletjes kunnen lachen in zichzelf over zijn dwaasheid zich angstig gemaakt te hebben over dingen van niets, die hem zoo hadden bezwaard en gemarteld. Hij kende die ge lukkige stemming, maar afgaande op vorige gevallen, wist hij, dat liij na eenige dagen weer zou voelen die drukking op zijn her senen, die langz aam-a an zijn weerstands vermogen zou overwinnen tot hij door hoofd pijn tot machteloosheid werd gedwongen. Weer had liij zich voortgesleept door den hoofd pij ndag, met groote inspanning had hij de lessen gevolgd op school, zat nu in hel speeluur weer te piekeren. Gedurende eeni ge dagen was liij in zijn vrijen tijd aan het dichten geweest, uit dc schoolbibliotheek had hij een Middeleeuwsch gedicht geleend, dat hem had aangetrokken, omdat hij den in houd er va'n kende, hij had er Bram uit voor gelezen, zoo goed en zoo kwaad als dat ging, maar zijn vriend had het niet gemakkelijk kunnen volgen en nu had hij getracht dc geschiedenis weer te geven in andere verzen en in een anderen vorm. Nu zat hij er over te piekeren, of die verzen wel goed waren en of hij eigenlijk wel doen mocht, wat hii deed, 't was toch maar beier dat hij liedjes schreef, hij zou „Karol eftde Elegast" nog één keer overlezen en dan verscheuren. Langzaam streek hij de bladen recht en las uit het dictaat-cahier achtereenvolgens zeven son net ten,bij het achtste hield hij even op en dacht na. De persoon van Karei den Groote boeide hem bizonder, maar zijn eigen verzen vond hij stijf, verscheuren zou het beste zijn, en toch kon hij er zoo moeilijk van scheiden, omdat liij met zooveel liefde had gewerkt. Het achtste sonnet liep werkelijk wat beter, dc acht eerste regels waren niet kwaad. De jongen ging recht op zitten cn las hardop: Toen dacht, waar hij te stelen zou beginnen, de Koning Karei, die was edel man, eh peinzend kwam hij rijdend spoedig binnen 't onmeetlijk woud, dat lag niet ver er van. Het weer was mild en schoon, de starren blonken. toen hij te paarde kwam gereden daar, glans hoog, zoo hoog, en woud-geluiden klonken, geen wolk er schoof, de maan scheen overklaar Even hield hij op en bepaalde z"-» aan dacht op de volgende zes regels, die zou hij maar niet hard op lezen, die waren slecht. Haastig sloeg 'hij de bladzijde om en las op de volgende pagina: Toen kwam een ridder door het woud gevaren. gebarend als een man, die rijdt verholen, zijn helm en wapenrok was zwart als kolen, en zoo ziin schild en halsberg, wonderbare. Zwart als de nacht was 't paard, waar hij op zat, zoo reed bij voort door 't rondom-donker woud, en volgde een zonderling en lieimlijk pad. Heer Karei sloeg een kruis, de Koning stout. Hij vreesde en dacht, dat daar de duivel ging, omdat bij was zoo zwart. „Rijk God sta bij, ik kriig genoeg van 't gaan op avonturen^ Gebeurt mijn goed of kwaad, wat zal 'k verduren?, De duivel is 't, want niet zoo zwart was hii. kwam hij van God". Zóó was zijn mijmeriiift De jongen hield op, tot zoover liad hij de verzen in 't net geschreven, de andere son» nellen volgden in klad op losse blaadjes. Hij dacht een oogenblik na, sloeg zijn hand schrift dicht en scheurde het toen nlotscliog in vier stukken en toen elk stuk in vieren. Weg met dien rommel, zei bij, 't ver» veelt me. Daar zat hij nu met zijn stukke verren, hij woog in zijn hand 't hoopje snip pers, zuchtte, trapte een kuil in het zand en begroef, wat hem eens zoo lief was geweest, 't Gaf hem rust, nu was hij rein van geweten, nu zou zijn hoofdpijn spoedig weggaan hoopte hij, maar wist door ervaring, dat de marteling zou duren en duren. Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1